'Goede kennis' heeft geen recht op vergoeding van shockschade

'Goede kennis' heeft geen recht op vergoeding van shockschade

Een getuige van een opzettelijke aanrijding, waarbij het slachtoffer blijvend letsel heeft opgelopen, vordert vergoeding van shockschade. De getuige zag de aanrijding voor zijn ogen gebeuren en stelt in een hevige emotionele shock te zijn terechtgekomen. De Rechtbank Rotterdam oordeelt echter dat niet is voldaan aan de voorwaarden die de Hoge Raad stelt in het Kindertaxi-arrest, in het bijzonder de aard van de relatie tussen de getuige en het slachtoffer en de ernst van het ongeval.