Welke handelingen mogen pandhouders met stemrecht (niet) verrichten?

Welke handelingen mogen pandhouders met stemrecht (niet) verrichten?

Uit de schaarse rechtspraak over stemgedrag door pandhouders komt naar voren dat de pandhouder in beginsel het eigen belang mag nastreven, zonder dat specifieke aanknopingspunten zijn gegeven over situaties waarin de pandhouder daarin beperkt wordt. In de literatuur bestaat overeenstemming dat beperkingen zouden volgen uit de redelijkheid en billijkheid. Maar welke beperkingen zijn dat? In dit artikel wordt bezien welke handelingen pandhouders met stemrecht waarschijnlijk niet mogen verrichten.