Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.

Politie, recht en criminaliteit

Omstreden bewaarplicht telecomdata EU is ongeldig

Foto ANP / Robin Utrecht

De omstreden richtlijn van de Europese Unie voor de opslag van metadata is strijdig met het Europese recht en is ongeldig. Dat heeft het Europese Hof van Justitie in Luxemburg bepaald.

Het Europese Hof van Justititie is de hoogste rechterlijke instantie van de Europese Unie. Uitspraken van het Hof zijn altijd bindend.

Het Hof spreekt in de uitspraak (pdf) van een “zeer omvangrijke en bijzonder ernstige inmenging in de fundamentele rechten op eerbiediging van het privéleven”.

“Deze gegevens kunnen, in hun geheel beschouwd, zeer nauwkeurige aanwijzingen verschaffen over het privéleven van degenen van wie de gegevens worden bewaard, zoals de gewoonten van het dagelijkse leven.”

“Hoewel de gegevensbewaring waartoe de richtlijn verplicht, geschikt kan worden geacht om het daarmee nagestreefde doel te verwezenlijken, is de omvangrijke en bijzonder ernstige inmenging in de betrokken grondrechten niet voldoende ingeperkt om te garanderen dat deze inmenging daadwerkelijk tot het strikt noodzakelijke beperkt blijft.”

Richtlijn in 2006 aangenomen in strijd tegen terreur

In 2006 namen de 25 EU-landen de richtlijn gegevensbewaring aan, in een klimaat van terreurdreiging na de aanslagen in de VS (2001), Madrid (2004) en Londen (2005). In strijd tegen terreur en criminaliteit zou van alle Europese burgers precies worden bijgehouden met wie ze mailen, chatten en bellen, en vanaf welke locaties ze dat doen. De informatie moest tussen de zes en achttien maanden worden bewaard, maar de precieze termijn werd overgelaten aan de lidstaten.

Nederland koos in eerste instantie voor een jaar, maar die termijn werd later beperkt.In Duitsland kwam de invoering van de richtlijn in 2009 stil te liggen, nadat het Constitutioneel Hof in Karlsruhe in 2009 dat de Duitse manier van invoering van de EU-richtlijn ongrondwettelijk was.