U bent hier: Home > Ondernemingsrecht > Voorstel Europese commissie voor een richtlijn betreffende eenpersoonsvennootschappen met beperkte aansprakelijkheid
Voorstel Europese commissie voor een richtlijn betreffende eenpersoonsvennootschappen met beperkte aansprakelijkheid

Voorstel Europese commissie voor een richtlijn betreffende eenpersoonsvennootschappen met beperkte aansprakelijkheid

Onlangs is door de wetgever een voorstel van de Europese commissie voor een richtlijn betreffende eenpersoonsvennootschappen met beperkte aansprakelijkheid ter consultatie openbaar gemaakt. Met deze richtlijn wordt beoogd om de oprichting van bedrijven in het buitenland door potentiële oprichters van ondernemingen, met name in het MKB, te vereenvoudigen. Doel is om hiermee het ondernemerschap aan te moedigen en te versterken hetgeen tot meer groei, innovatie en werkgelegenheid in de EU moeten leiden. Om genoemde vereenvoudiging te realiseren wordt de lidstaten verzocht in hun nationale recht een vorm van vennootschapsrecht – er wordt dus geen nieuwe supranationale rechtsvorm in het leven geroepen – op te nemen. Het gaat om een eenpersoonsvennootschap met beperkte aansprakelijkheid (dat wil zeggen dat de enig aandeelhouder niet aansprakelijk is voor bedragen die het ingeschreven aandelenkapitaal overschrijden), die in alle lidstaten dezelfde regels volgt en een EU-brede afkorting krijgt: SUP (Societas Unius Personae). Voor Nederland zullen deze regels gaan gelden voor de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid (BV), waarbij maar één aandeel is geplaatst dat in handen is van één natuurlijk persoon of één rechtspersoon. Wanneer lidstaten mede-eigendom van één aandeel toestaan, mag op grond van de richtlijn, slechts één vertegenwoordiger gerechtigd zijn om namens de mede-eigenaars op te treden en voor de toepassing van deze richtlijn wordt deze vertegenwoordiger als enige vennoot beschouwd.

De belangrijkste onderdelen van het voorstel zijn:

  1. Een onderneming kan als SUP worden opgericht of in een SUP worden omgezet. Een SUP kan worden opgericht door elke natuurlijke of rechtspersoon, ook als laatstgenoemde een eenpersoonsvennootschap met beperkte aansprakelijkheid is. Naar Nederlands recht kan alleen een BV worden omgezet, zonder ontbinding en vereffening van haar vermogen, in een SUP.
  2. De richtlijn voorziet in het standaardmodel voor de statuten, waarvan het gebruik verplicht is in geval van online-inschrijving. Een SUP wordt ingeschreven in de lidstaat waar haar statutaire zetel wordt gevestigd. Verder wordt de minimale inhoud van het formulier, waarmee de SUP wordt ingeschreven, bepaald in een door de Commissie vast te stellen uitvoeringshandeling. Als op grond van het nationale recht een andere vorm van inschrijving is toegestaan, hoeft het model niet te worden gebruikt, maar moeten de statuten wel voldoen aan de vereisten van de richtlijn. De statuten kunnen na inschrijving worden gewijzigd, maar wijzigingen moeten in overeenstemming zijn met de bepalingen van de richtlijn en het nationale recht.
  3. De lidstaten worden verplicht rechtstreekse online-registratie van SUP’s toe te staan, die volledig elektronisch en op afstand kan worden voltooid, zonder dat de oprichter van de vennootschap daarvoor naar het land van registratie hoeft te reizen. Alle communicatie tussen de voor inschrijving verantwoordelijke instantie en de oprichter moet derhalve ook elektronisch kunnen worden gevoerd. Om de snelle oprichting van ondernemingen mogelijk te maken, dient de inschrijving van de SUP binnen drie werkdagen te zijn voltooid.
  4. Voorgesteld wordt om een minimumkapitaalvereiste van € 1,00 voor SUP’s in te voerend. Een toereikende bescherming van crediteuren wordt gewaarborgd door een balanstest en een solvabiliteitsverklaring ten aanzien van uitkeringen aan de aandeelhouder van de SUP.
  5. De richtlijn bestrijkt de besluitvormingsbevoegdheden van de enige vennoot, de werking van de directie en de vertegenwoordiging van de SUP met betrekking tot derden. Teneinde grensoverschrijdende activiteiten van kleine en middelgrote ondernemingen en andere ondernemingen te bevorderen, verleent de richtlijn de enige vennoot het recht om besluiten te nemen zonder dat een algemene aandeelhoudersvergadering wordt gehouden.
  6. Alleen natuurlijke personen kunnen directeur van een SUP worden, tenzij de wetgeving van de lidstaat van inschrijving dit ook mogelijk maakt voor rechtspersonen. De richtlijn bevat verder bepalingen over de benoeming en het ontslag van directeuren. De directeuren zijn verantwoordelijk voor het beheer van de SUP en vertegenwoordigen de SUP ook bij haar contacten met derden.
  7. De SUP kan worden omgezet in een andere nationale rechtsvorm. Indien niet langer aan de vereisten van deze richtlijn wordt voldaan, moet de SUP worden omgezet in een andere vennootschapsrechtsvorm of worden ontbonden. Indien dit niet gebeurt, moeten de nationale instanties de bevoegdheid hebben om de onderneming te ontbinden.
  8. DE SUP moet ofwel haar statutaire zetel en/of haar hoofdbestuur en/of haar hoofdvestiging in de EU hebben. Lidstaten mogen niet eisen dat de statutaire zetel van de SUP en haar hoofdbestuur zich in dezelfde lidstaat bevinden.

Eigen observeringen:
Volgens dit voorstel kan men zonder notaris achter zijn eigen computer een eenpersoonsvennootschap oprichten en laten inschrijven bij het handelsregister. De vraag is of dit strookt met het Europese en internationale streven witwassen tegen te gaan. De richtlijn schrijft voor dat de lidstaten regels kunnen vaststellen voor de controle van de identiteit van de oprichtende vennoot en enige andere persoon die de inschrijving namens hem verricht, doch verplicht hiertoe niet. Dit verbaast me in het kader van voormeld streven. Daarnaast is het de vraag of het wenselijk is dat iedereen zonder tussenkomst van een notaris (en daarmee zonder deskundig juridisch advies en zonder tussenkomst van een persoon met openbaar gezag bekleed) een rechtspersoon in het leven kan roepen. Zowel vanuit het perspectief van de ondernemer als van de overheid lijkt me dat geen wenselijk scenario[1].

De richtlijn stelt als eist dat het bij oprichting van de SUP te plaatsen aandeel volledig moet worden volgestort door betaling daarvan op een bankrekening ten name van de SUP bij een bank die opereert in de Unie aanvaardt. Dit zal in de praktijk tot problemen leiden omdat in de praktijk banken voordat een bankrekening op naam van een rechtspersoon wordt geopend een inschrijving in het handelsregister eisen. Voort wordt niet voorzien in enige controle op de naleving van deze verplichting tot volstorting.

Voormelde punten verdienen naar mijn mening heroverweging.

 

 


[1] Zie in dit verband ook het artikel van Karen Verkerk en ondergetekende inzake het schrappen van de oprichtingsakte voor BV’s.

  • LinkedIn
  • Facebook
  • Twitter
  • Google Plus
  • del.icio.us
  • email
  • PDF
  • Print
Naar boven scrollen