U bent hier: Home > Auteursrecht > Berekening winstafdracht bij inbreuk en verloren gegevens
Berekening winstafdracht bij inbreuk en verloren gegevens

Berekening winstafdracht bij inbreuk en verloren gegevens

Kan een inbreukmaker (op auteursrecht) aan veroordeling van winstafdracht ontkomen als zijn administratie verloren is gegaan? Het antwoord is nee! Maar de rechthebbende die schade claimt moet wel voldoende stellen om de rechter een realistische schatting van de behaalde winst te kunnen laten maken.

Dit (en meer) speelde in een langlopende procedure tussen De Vries en Super de Boer (thans Jumbo). De Vries had een Shoppingspel ontwikkeld en dit aan Super de Boer gepresenteerd in de hoop dat zij het zou afnemen. Super de Boer zei geen interesse te hebben . Later voerde Super de Boer echter een spaaractie met een sjopspel dat verdacht veel leek op het Shoppinspel van De Vries.De rechter oordeelde dat het sjopspel van Super de Boer inderdaad inbreuk maakte op de auteursrechten van De Vries op zijn Shoppingspel.

De Vries vorderde schadevergoeding, het hoogste bedrag van gederfde winst en met inbreuk genoten winst. Hij kreeg van Hof Arnhem alleen de gederfde winst van euro 28.500,– toegewezen. Volgens dat Hof was de behaalde winst van Super de Boer niet met voldoende zekerheid vast te stellen (de administratie ontbrak) en kon daarom worden volstaan met toewijzing van de gederfde winst van De Vries als schadevergoeding.

Daar nam De Vries geen genoegen mee omdat volgens hem de door Super de Boer behaalde winst aanzienlijk hoger was, namelijk euro 640.000,–. In cassatie gaf de Hoge Raad De Vries gelijk en oordeelde dat het Hof Arnhem de hoogte van de door Super de Boer behaalde winst ook had moeten onderzoeken en die vordering niet buiten beschouwing had mogen laten. De zaak werd verwezen naar een ander Hof.

Hof Amsterdam heeft vervolgens het bedrag aan behaalde winst door Super de Boer geschat op euro 87.000,–. Die schatting was gebaseerd op getuigenverklaringen en deskundigen rapporten. Als uitgangspunt voor de schatting had het Hof genomen de netto winst: verkoopprijs minus relevante kosten (waaronder de inkoopprijs). De Vries wilde dat ook de winst van de leverancier van Super de Boer zou worden meegerekend. Het Hof ging daar niet in mee. Als De Vries die winst ook vergoed wil krijgen moet hij een aparte vordering tegen de leverancier instellen. Super de Boer voerde aan dat de spaaractie waarvan het sjopspel onderdeel uitmaakte verliesgevend was geweest. Dat werd door het Hof gepasseerd: “zonder meer is niet aannemelijk dat een ondernemer als De Boer voor een verliesgevende spaaractie zou hebben gekozen“. Het Hof neemt aan dat de spaaractie tot meer omzet en dus tot extra winst bij Super de Boer heeft geleid. Het schat het bedrag op het gemiddelde van de door de deskundigen genoemde winst die met de spaaractie zou zijn behaald, euro 87.000,–. Volgens het Hof moet ervan uitgegaan worden dat met de actie (een sjopspel voor 45 spaarzegels en euro 2,50 contant) 45.100 spellen (van de 50.100 ingekochte) door consumenten zijn gekocht. De geschatte winst van Super de Boer per spel is dan euro 1,93.

Voor De Vries was dit een teleurstellende uitkomst. Hij ging weer in cassatie. Zijn grief was nu dat niet het gemiddelde maar het hoogste bedrag van de door de deskundigen genoemde winstschattingen moest worden gebruikt. Dit omdat als uitgangspunt voor de winstafdracht geldt dat de inbreukmaker geen voordeel mag genieten van de inbreuk.

De Hoge Raad herhaalt een in 2013 reeds geformuleerd uitgangspunt dat de rechter bij de vaststelling van de wijze van winstberekening in deze gevallen een groet mate van vrijheid heeft. Als de inbreukmaker echter niet voldoet aan zijn verplichting tot het afleggen van rekening en verantwoording ter zake van de met de inbreuk genoten winst “dient de rechter die omstandigheid bij zijn begroting in aanmerking te nemen“. Er bestaat echter geen (extra) sanctie indien die verplichting niet is nageleefd. Dat betekent, aldus de Hoge Raad, dat de rechter niet noodzakelijkerwijs het hoogste geschatte bedrag van de winst moet overnemen. De vordering tot winstafdracht strekt tot vergoeding van de daadwerkelijk genoten winst, niet meer dan dat. De vordering heeft geen punitief (straffend) karakter. De rechter mag wel de onzekerheid omtrent de omvang van de behaalde winst, als gevolg van het ontbreken van een administratie, ten nadele van de inbreukmaker laten werken.

Op basis van deze criteria heeft de Hoge Raad de schatting door het Hof Amsterdam van de door Super de Boer behaalde winst getoetst. Volgens de Hoge Raad heeft het Hof correct geschat. Het Hof heeft het ontbreken van administratie ten nadele van Super de Boer laten werken door onzekerheden en onduidelijkheden in de aantallen niet verkochte spellen ten nadele van Super de Boer te laten komen en de kosten van de deskundigen volledig ten laste van haar te brengen. Het Hof heeft voorts terecht een zo realistisch mogelijke schatting van de winst gemaakt en daarbij in het nadeel van Super de Boer geoordeeld dat het onwaarschijnlijk is dat de spaaractie verliesgevend was, zoals Super de Boer stelde.

Conclusie: Indien de inbreukmaker geen administratieve gegevens meer heeft (ongeacht de reden), zal de rechter, indien gevorderd, een zo realistisch mogelijke schatting van de daadwerkelijk behaalde winst moeten maken. De rechter mag niet, bij wijze van straf, een hoger bedrag bepalen dan wat hij op grond van alle relevante omstandigheden een realistische schatting van de behaalde winst acht. Het ontbreken van bewijsmateriaal bij de inbreukmaker mag de rechter ten nadele van hem uitleggen maar leidend blijft altijd dat het gaat om een schatting van de behaalde winst en niet meer dan dat. De rechthebbende eiser zal er dus goed aan doen om een degelijk onderbouwd deskundigenrapport in het geding te brengen . Voor de rechter is er alle reden om de kosten daarvan ten laste van de inbreukmaker te brengen.

 

  • LinkedIn
  • Facebook
  • Twitter
  • Google Plus
  • del.icio.us
  • email
  • PDF
  • Print
Naar boven scrollen