Language of document : ECLI:EU:C:2015:11

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer)

15 januari 2015 (*)

„Prejudiciële verwijzing – Verordening (EG) nr. 1008/2008 – Luchtdiensten – Artikel 23, lid 1, tweede volzin – Prijstransparantie – Elektronisch boekingssysteem – Passagierstarieven – Verplichting om steeds de definitieve prijs te vermelden”

In zaak C‑573/13,

betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 267 VWEU, ingediend door het Bundesgerichtshof (Duitsland) bij beslissing van 18 september 2013, ingekomen bij het Hof op 12 november 2013, in de procedure

Air Berlin plc & Co. Luftverkehrs KG

tegen

Bundesverband der Verbraucherzentralen und Verbraucherverbände – Verbraucherzentrale Bundesverband e. V.,

wijst

HET HOF (Vijfde kamer),

samengesteld als volgt: T. von Danwitz, kamerpresident, C. Vajda (rapporteur), A. Rosas, E. Juhász en D. Šváby, rechters,

advocaat-generaal: Y. Bot,

griffier: A. Calot Escobar,

gezien de stukken,

gelet op de opmerkingen van:

–        Air Berlin plc & Co. Luftverkehrs KG, vertegenwoordigd door M. Knospe en A. Walz, Rechtsanwälte,

–        het Bundesverband der Verbraucherzentralen und Verbraucherverbände – Verbraucherzentrale Bundesverband e. V., vertegenwoordigd door P. Wassermann, Rechtsanwalt,

–        de Duitse regering, vertegenwoordigd door T. Henze en K. Petersen als gemachtigden,

–        de Belgische regering, vertegenwoordigd door J.‑C. Halleux en T. Materne als gemachtigden,

–        de Italiaanse regering, vertegenwoordigd door G. Palmieri als gemachtigde, bijgestaan door W. Ferrante, avvocato dello Stato,

–        de Nederlandse regering, vertegenwoordigd door M. Bulterman en J. Langer als gemachtigden,

–        de Oostenrijkse regering, vertegenwoordigd door C. Pesendorfer als gemachtigde,

–        de Europese Commissie, vertegenwoordigd door W. Mölls en F. Wilman als gemachtigden,

gelet op de beslissing, de advocaat-generaal gehoord, om de zaak zonder conclusie te berechten,

het navolgende

Arrest

1        Het verzoek om een prejudiciële beslissing betreft de uitlegging van artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap (PB L 293, blz. 3).

2        Dit verzoek is ingediend in het kader van een geding tussen de luchtvaartmaatschappij Air Berlin plc & Co. Luftverkehrs KG (hierna: „Air Berlin”) en het Bundesverband der Verbraucherzentralen und Verbraucherverbände – Verbraucherzentrale Bundesverband e. V. (overkoepelende vereniging van consumentenorganisaties; hierna: „Bundesverband”), betreffende de wijze waarop in het elektronisch boekingssysteem van Air Berlin de passagierstarieven worden vermeld.

 Toepasselijke bepalingen

3        Overweging 16 van verordening nr. 1008/2008 luidt als volgt:

„Klanten moeten in staat worden gesteld om de tarieven voor luchtdiensten van verschillende luchtvaartmaatschappijen daadwerkelijk te vergelijken. De totale prijs die klanten moeten betalen voor luchtdiensten vanuit de Gemeenschap moeten daarom steeds worden aangegeven, inclusief belastingen, heffingen en vergoedingen. De communautaire luchtvaartmaatschappijen worden ook aangemoedigd de totale prijs voor hun luchtdiensten vanuit derde landen naar de Gemeenschap aan te geven.”

4        Volgens artikel 1, lid 1, van verordening nr. 1008/2008 regelt deze verordening de afgifte van vergunningen aan luchtvaartmaatschappijen van de Europese Unie, het recht van luchtvaartmaatschappijen van de Unie om luchtdiensten in de Unie te exploiteren en de prijszetting van luchtdiensten in de Unie.

5        Artikel 2 van de verordening, „Definities”, bepaalt:

„In deze verordening wordt verstaan onder:

[...]

4)      ‚luchtdienst’: een vlucht of een reeks vluchten waarop tegen betaling en/of als chartervlucht passagiers, vracht en/of post worden vervoerd;

[...]

18)      ‚passagierstarieven’: de in euro of in lokale valuta uitgedrukte prijzen die moet[en] worden betaald aan luchtvaartmaatschappijen of hun agentschappen of aan andere ticketverkopers voor het vervoer van passagiers op luchtdiensten, alsmede de voorwaarden waaronder deze prijzen gelden, met inbegrip van aan agentschappen en andere aanvullende diensten aangeboden vergoedingen en voorwaarden;

[...]”

6        Artikel 23 van verordening nr. 1008/2008, „Informatie en non-discriminatie”, preciseert in lid 1:

„De voor het grote publiek beschikbare passagiers- en luchttarieven die, in eender welke vorm, onder meer op het internet, worden aangeboden of bekendgemaakt voor luchtdiensten vanaf een luchthaven op het grondgebied van een lidstaat waarop het Verdrag van toepassing is, omvatten ook de toepasselijke voorwaarden. De definitieve prijs wordt steeds bekendgemaakt en omvat de geldende passagiers- of luchttarieven en alle toepasselijke belastingen en heffingen, toeslagen en vergoedingen die op het tijdstip van publicatie onvermijdbaar en voorzienbaar zijn. Afgezien van de bekendmaking van de definitieve prijs wordt ten minste het volgende gespecificeerd:

a)      de passagiers- of luchttarieven;

b)      belastingen;

c)      luchthavengelden, en

d)      andere heffingen, toeslagen of vergoedingen, zoals voor beveiliging of brandstof;

waarbij de onder b), c) en d), genoemde elementen aan het passagiers- of luchttarief zijn toegevoegd. Facultatieve prijstoeslagen worden op duidelijke, transparante en ondubbelzinnige wijze aan het begin van elk boekingsproces medegedeeld en moeten door de passagier op een ‚opt-in’-basis worden aanvaard.”

 Hoofdgeding en prejudiciële vragen

7        Tot eind 2008 was het boekingssysteem van Air Berlin aldus opgezet dat de klant, nadat hij de bestemming en de datum had gekozen, in een tweede stap een tabel kreeg met de luchtvaartverbindingen die op deze datum mogelijk waren en waarin de vertrek- en aankomsttijden werden aangegeven en voor elke vlucht twee tarieven werden vermeld. Onder de tabel werden in een afzonderlijk kader de voor een geselecteerde luchtdienst toepasselijke belastingen en heffingen en de kerosinetoeslag vermeld, terwijl de „prijs per persoon” waarin alle prijselementen waren opgenomen, omrand werd weergegeven. Achter dit kader was een dubbele asterisk aangebracht, waarmee erop werd gewezen dat nog niet in de definitieve prijs inbegrepen administratiekosten, een zogenoemde „Service Charge”, verschuldigd konden zijn, alsook de voorwaarden die daarvoor golden. Na in een derde stap van de boeking de vereiste persoonsgegevens te hebben ingevoerd, kreeg de klant in een vierde stap van de boeking de definitieve prijs voor de reis met inbegrip van de administratiekosten te zien.

8        Gelet op de inwerkingtreding van verordening nr. 1008/2008 op 1 november 2008 wijzigde Air Berlin de tweede stap van haar boekingssysteem aldus dat in de voornoemde tabel, naast de vertrek- en de aankomsturen, het passagierstarief voor de geselecteerde luchtdienst werd weergegeven, samen met de – afzonderlijk – gespecificeerde belastingen en heffingen en de kerosinetoeslag, alsook het totaalbedrag van deze afzonderlijk vermelde prijselementen. In een kader onder de tabel werden de op basis van deze gegevens berekende prijs en de administratiekosten vermeld, en daaronder werd de definitieve prijs per persoon voor de geselecteerde vlucht aangegeven.

9        Omdat het Bundesverband van mening was dat deze weergave van de prijzen niet voldeed aan de eisen van artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008, heeft het tegen Air Berlin een vordering tot beëindiging van deze praktijk en tot terugbetaling van de aanmaningskosten betreffende deze vordering ingesteld. Aangezien de rechter in eerste aanleg de vordering van het Bundesverband heeft toegewezen en deze beslissing in hoger beroep is bevestigd, heeft Air Berlin beroep in „Revision” ingesteld bij de verwijzende rechter.

10      Volgens de verwijzende rechter hangt de beslissing op dit beroep in „Revision” af van de uitlegging die wordt gegeven aan artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008.

11      Net als de appelrechter is de verwijzende rechter van oordeel dat administratiekosten zoals die welke Air Berlin toepast, een onvermijdbare en op het tijdstip van publicatie voorzienbare vergoeding in de zin van artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 vormen, en dat deze kosten dus in de definitieve prijs moeten worden meegerekend.

12      Met betrekking tot elektronische boekingssystemen zoals dit in het hoofdgeding onderscheidt de verwijzende rechter bij de uitlegging van artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 echter twee verschillende problemen, te weten enerzijds het juiste tijdstip waarop de definitieve prijs van de luchtdiensten moet worden vermeld in de loop van de boekingsprocedure en anderzijds de wijze waarop dit dient te gebeuren.

13      Wat in de eerste plaats het juiste tijdstip betreft waarop de definitieve prijs van de luchtdiensten in de loop van de boekingsprocedure moet worden aangegeven, wijst de verwijzende rechter erop dat de appelrechter heeft geoordeeld dat de wijze waarop Air Berlin in haar boekingssysteem de passagierstarieven vermeldde, schending opleverde van artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008. De appelrechter was immers van oordeel dat deze bepaling, die voorschrijft dat de definitieve prijs „steeds” wordt bekendgemaakt, aldus moet worden begrepen dat de definitieve prijs bij elke prijsvermelding moet worden gepreciseerd. De appelrechter heeft bijgevolg geoordeeld dat niet aan deze voorwaarde wordt voldaan wanneer in een tabel louter de prijzen worden aangegeven van de verschillende vluchten die met de door de klant gehanteerde selectiecriteria overeenkomen, zonder dat daarin de administratiekosten zijn opgenomen, of deze laatste kosten daarin afzonderlijk worden vermeld.

14      Volgens de verwijzende rechter moet de door artikel 23, lid 1, van verordening nr. 1008/2008 nagestreefde doelstelling van bescherming van de consument in aanmerking worden genomen, zoals dit doel naar voren komt uit overweging 16 van deze verordening alsook uit de bewoordingen van deze bepaling en uit het opschrift van dit artikel, dat de bekendmaking en de transparantie van de prijzen van de luchtdiensten beoogt te garanderen (arrest ebookers.com Deutschland, C‑112/11, EU:C:2012:487, punt 13). Volgens overweging 16 dient deze tarieftransparantie de klanten in staat te stellen om de tarieven voor luchtdiensten van verschillende luchtvaartmaatschappijen daadwerkelijk te vergelijken. Artikel 23 is ingevoerd ter bestrijding van een vroeger gebruikelijke praktijk van aanbieders van luchtdiensten om passagierstarieven zonder vermelding van belastingen, heffingen en brandstoftoeslagen weer te geven [zie bladzijde 10 van het van door de Europese Commissie ingediende voorstel voor verordening COM(2006) 396 definitief van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtvervoersdiensten in de Gemeenschap, alsook de punten 8.1 en 8.4 van het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 31 mei 2007 over dit voorstel (PB C 175, blz. 85)].

15      De verwijzende rechter merkt ook op dat noch artikel 23, lid 1, van verordening nr. 1008/2008, noch een andere bepaling van deze verordening precies aangeven op welk moment de definitieve prijs moet worden gepreciseerd. Niettemin bepaalt artikel 23, lid 1, vierde volzin, van deze verordening dat facultatieve prijstoeslagen „aan het begin van elk boekingsproces” moeten worden meegedeeld. De verwijzende rechter is echter van mening dat de door de wetgever van de Unie beoogde doelstelling om ervoor te zorgen dat de prijzen daadwerkelijk kunnen worden vergeleken, ervoor pleit om het in artikel 23, lid 1, tweede volzin, van [de Duitse taalversie van] verordening nr. 1008/2008 gebruikte woord „stets” [„steeds”] in samenhang met de in overweging 16 van deze verordening gehanteerde term „jederzeit” [in de Nederlandse taalversie eveneens „steeds”] uit te leggen. Bij deze benadering dient de in die bepaling bedoelde definitieve prijs vroeger te worden vermeld dan artikel 23, lid 1, vierde volzin, van die verordening dit voor de facultatieve prijstoeslagen voorschrijft. Volgens die uitlegging vereist de plicht om de definitieve prijs van de luchtdiensten in een vroeg stadium van de boekingsprocedure te vermelden, mogelijkerwijs dat de definitieve prijs reeds bij de eerste vermelding van de met de door de klant opgegeven bestemmingen en data overeenstemmende luchtdienst wordt weergegeven.

16      Wat in de tweede plaats de wijze betreft waarop de definitieve prijs van de luchtdiensten moet worden weergegeven, stelt de verwijzende rechter vast dat artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 deze vraag evenmin nauwkeurig regelt. Artikel 23, lid 1, vierde volzin, van deze verordening bepaalt louter dat facultatieve prijstoeslagen op duidelijke, transparante en ondubbelzinnige wijze moeten worden meegedeeld.

17      Net als de rechter in eerste aanleg heeft de appelrechter uit de regeling van artikel 23, lid 1, tweede en vierde volzin, van verordening nr. 1008/2008 afgeleid dat de definitieve prijs van de luchtdiensten altijd of bij elke prijsvermelding moet worden vermeld, zodat bij een boekingssysteem in verschillende stappen deze prijs reeds bij de eerste vermelding van het passagierstarief en op elke pagina waarop een prijs wordt vermeld, dient te worden aangegeven. In de onderhavige zaak moest de definitieve prijs dus niet alleen voor de door Air Berlin voorgeselecteerde of door de klant aangeklikte luchtdiensten, maar ook meteen voor elke in de tabel aangegeven luchtdienst worden weergegeven.

18      Volgens de verwijzende rechter kan evenwel ook voor een minder strikte uitlegging van artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 worden gekozen, volgens welke ook een vroegtijdige vermelding van de definitieve prijs, en niet pas aan het einde van het boekingsproces zoals Air Berlin voor elke specifiek gekozen luchtdienst doet, een daadwerkelijke vergelijking met de prijzen van verschillende luchtvaartmaatschappijen mogelijk maakt en bijgevolg aan de behoefte van bescherming van de consument beantwoordt, ook al is een dergelijke vergelijking voor de consument mogelijk minder praktisch.

19      Gelet op het voorgaande heeft het Bundesgerichtshof de behandeling van de zaak geschorst en het Hof verzocht om een prejudiciële beslissing over de volgende vragen:

„1)      Moet artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 aldus worden uitgelegd dat de te betalen definitieve prijs in een elektronisch boekingssysteem bij de eerste vermelding van de prijzen van luchtdiensten moet worden aangegeven?

2)      Moet artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 aldus worden uitgelegd dat de te betalen definitieve prijs in een elektronisch boekingssysteem enkel voor de door de klant specifiek gekozen luchtdienst dan wel voor elke getoonde luchtdienst moet worden aangegeven?”

 Beantwoording van de prejudiciële vragen

 Eerste vraag

20      Met zijn eerste vraag wenst de verwijzende rechter van het Hof te vernemen of artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 aldus moet worden uitgelegd dat de te betalen definitieve prijs moet worden aangegeven bij elke vermelding van de prijzen van de luchtdiensten, dus ook reeds bij de eerste vermelding ervan.

21      Volgens Air Berlin hangt het antwoord op de eerste vraag af van de uitlegging die aan het woord „steeds” in artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 wordt gegeven. Air Berlin stelt dat deze term niet vereist dat de te betalen definitieve prijs bij elke vermelding van de prijs van de luchtdiensten wordt aangegeven, maar enkel dat deze prijs wordt weergegeven nadat de klant een bepaalde vlucht heeft geselecteerd en voordat de definitieve boeking wordt verricht.

22      Air Berlin merkt in dit verband op dat in de tabel die in de tweede fase van het door haar gehanteerde boekingssysteem wordt getoond, de minst dure verbinding automatisch wordt voorgeselecteerd en het systeem de definitieve prijs daarvan weergeeft in de zin van artikel 23, lid 1, van verordening nr. 1008/2008, met inbegrip van de prijs van de gekozen vlucht, de belastingen en de heffingen, de kerosinetoeslag en de administratiekosten. Indien de klant een andere – gesteld duurdere – verbinding kiest, geeft het systeem de definitieve prijs daarvan aan.

23      Zoals het Bundesverband, de Duitse, de Belgische, de Italiaanse, de Nederlandse en de Oostenrijke regering alsook de Europese Commissie opmerken, is die uitlegging onverenigbaar met de bewoordingen van artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008.

24      Volgens artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 moet de definitieve prijs namelijk steeds worden vermeld en dient deze prijs de geldende passagiers- of luchttarieven en alle toepasselijke belastingen en heffingen, toeslagen en vergoedingen die op het tijdstip van publicatie onvermijdbaar en voorzienbaar zijn, te omvatten.

25      Uit de wijze waarop deze bepaling is geformuleerd, vloeit als zodanig voort dat de te betalen definitieve prijs „steeds” moet worden vermeld, zonder dat een onderscheid wordt gemaakt tussen het tijdstip waarop die prijs voor het eerst wordt weergegeven, het tijdstip waarop de klant een bepaalde vlucht kiest of het tijdstip waarop de overeenkomst definitief wordt gesloten.

26      De door deze bepaling opgelegde verplichting om steeds de te betalen definitieve prijs te vermelden, impliceert in geval van een elektronisch boekingssysteem, zoals dit welk aan de orde is in het hoofdgeding, dan ook dat de te betalen definitieve prijs bij elke vermelding van de prijzen van de luchtdiensten wordt aangegeven, ook reeds bij de eerste vermelding van die prijzen.

27      Deze uitlegging wordt bevestigd door een systematische lezing van artikel 23, lid 1, van verordening nr. 1008/2008 en door de opzet van de tweede volzin van deze bepaling.

28      Zoals het Bundesverband, de Duitse en de Oostenrijke regering alsook de Commissie onderstrepen, kan uit de in artikel 23, lid 1, vierde volzin, van verordening nr. 1008/2008 gehanteerde uitdrukking „aan het begin van elk boekingsproces” immers niet worden afgeleid dat het in artikel 23, lid 1, tweede volzin, van deze verordening gebruikte woord „steeds” aldus moet worden uitgelegd dat de definitieve prijs uitsluitend aan het begin van een boekingsproces moet worden aangegeven.

29      Uit de in voornoemd artikel 23, lid 1, vierde volzin, gebruikte uitdrukking „aan het begin van elk boekingsproces” volgt enerzijds dat de facultatieve prijstoeslagen aan het begin van het eigenlijke boekingsproces op zich moeten worden meegedeeld, waardoor de klant kan bepalen of hij de betrokken aanvullende dienst al dan niet wenst te ontvangen (zie in die zin arrest ebookers.com Deutschland, EU:C:2012:487, punt 15).

30      Anderzijds geldt de bij artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 gestelde verplichting om „steeds” de te betalen definitieve prijs te vermelden, daaronder begrepen de onvermijdbare en voorzienbare kosten, vanaf het tijdstip waarop de passagierstarieven – in welke vorm dan ook – worden bekendgemaakt, zelfs vóórdat een boekingsproces wordt aangevat.

31      Het Bundesverband, de Duitse, de Belgische, de Italiaanse, de Nederlandse en de Oostenrijke regering alsook de Commissie benadrukken terecht dat deze uitlegging strookt met het doel van artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008, zoals dit uit overweging 16 van deze verordening blijkt.

32      Volgens overweging 16 van verordening nr. 1008/2008 moeten klanten in staat worden gesteld om de tarieven voor luchtdiensten van verschillende luchtvaartmaatschappijen daadwerkelijk te vergelijken en moet de totale prijs die klanten dienen te betalen voor luchtdiensten vanuit een op het grondgebied van de Unie gelegen luchthaven daarom steeds inclusief belastingen, heffingen en vergoedingen worden aangegeven.

33      Het Hof heeft in dit verband reeds gepreciseerd dat zowel uit het opschrift van artikel 23 van verordening nr. 1008/2008 als de bewoordingen van lid 1 van dit artikel duidelijk blijkt dat deze bepaling ertoe strekt de informatieverstrekking en de prijstransparantie betreffende de luchtdiensten te waarborgen en daarmee bijdraagt aan de bescherming van de gebruiker van deze diensten (arresten ebookers.com Deutschland, EU:C:2012:487, punt 13 en Vueling Airlines, C‑487/12, EU:C:2014:2232, punt 32).

34      Zo blijkt uit overweging 16 van verordening nr. 1008/2008 dat de aan een luchtvaartmaatschappij opgelegde verplichting om „steeds” de definitieve prijs te vermelden, noodzakelijk is teneinde de klanten in staat te stellen om de tarieven voor luchtdiensten van verschillende luchtvaartmaatschappijen daadwerkelijk te vergelijken, overeenkomstig de door artikel 23, lid 1, van deze verordening nagestreefde doelstelling dat tarieven voor luchtdiensten daadwerkelijk vergelijkbaar moeten zijn (zie in die zin arrest Vueling Airlines, EU:C:2014:2232, punt 33).

35      Gelet op het voorgaande dient op de eerste vraag te worden geantwoord dat artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 aldus moet worden uitgelegd dat bij een elektronisch boekingssysteem, zoals dit welk aan de orde is in het hoofdgeding, de te betalen definitieve prijs bij elke vermelding van de prijzen van de luchtdiensten moet worden aangegeven, ook reeds bij de eerste vermelding daarvan.

 Tweede vraag

36      Met zijn tweede vraag wenst de verwijzende rechter van het Hof te vernemen of artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 aldus moet worden uitgelegd dat de definitieve te betalen prijs enkel voor de door de klant gekozen luchtdienst dan wel voor elke getoonde luchtdienst moet worden aangegeven.

37      Air Berlin betoogt dat artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 niet verlangt dat de definitieve prijs voor elke getoonde vlucht wordt vermeld maar alleen voor de door de klant gekozen vlucht wordt weergegeven. Volgens Air Berlin kunnen de prijzen enkel daadwerkelijk worden vergeleken in de zin van overweging 16 van deze verordening wanneer de klant een bepaalde vlucht tussen de luchthaven van vertrek en die van aankomst selecteert, met een specifiek uur van vertrek en van aankomst. De in artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 vastgestelde verplichting om de definitieve prijs te vermelden, geldt volgens haar dan ook enkel wanneer de klant een bepaalde vlucht kiest, en uitsluitend voor die vlucht.

38      Een dergelijke uitlegging kan niet worden gevolgd.

39      Zoals het Bundesverband, de Duitse, de Belgische, de Nederlandse en de Oostenrijke regering alsook de Commissie terecht aanvoeren, geldt de in artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 vastgestelde verplichting om „steeds” de definitieve prijs te vermelden, voor elke wijze van bekendmaking van passagierstarieven, ook voor de tarieven die met betrekking tot een reeks luchtdiensten worden voorgesteld in de vorm van een tabel. Bijgevolg is het ter nakoming van de door deze bepaling opgelegde verplichting niet voldoende om de definitieve prijs enkel voor de geselecteerde vlucht aan te geven.

40      Deze uitlegging wordt bevestigd door de algemene opzet van artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008, zoals deze in de punten 31 tot en met 34 van het onderhavige arrest in herinnering is gebracht.

41      De verplichting om de te betalen definitieve prijs te vermelden voor elke vlucht waarvan het tarief wordt getoond, en niet enkel voor de gekozen vlucht, stelt de klanten immers in staat om de tarieven voor luchtdiensten van verschillende luchtvaartmaatschappijen daadwerkelijk te vergelijken, conform de door artikel 23, lid 1, van verordening nr. 1008/2008 nagestreefde algemene doelstelling van prijstransparantie van de luchtdiensten.

42      Volgens Air Berlin leidt een dergelijke uitlegging van de tweede volzin van het voormelde artikel 23, lid 1, volgens welke de te betalen definitieve prijs voor elke getoonde vlucht moet worden vermeld, ertoe dat alleen de definitieve prijs mag worden weergegeven, hetgeen bijgevolg neerkomt op een algemeen verbod om de prijzen van enkel de vluchten aan te geven. De derde volzin van deze bepaling verlangt evenwel dat de prijs van de vlucht afzonderlijk, naast de definitieve prijs, wordt gespecificeerd.

43      Dit argument dient echter te worden afgewezen aangezien het volkomen ongegrond is, daar de door ditzelfde artikel 23, lid 1, tweede volzin, opgelegde verplichting om de te betalen definitieve prijs voor elke getoonde vlucht te vermelden, geenszins leidt tot een verbod om het passagiers- of het luchttarief voor alle betrokken vluchten volgens de in de derde volzin van deze bepaling gestelde voorwaarden aan te geven.

44      Integendeel volgt uit de bewoordingen op zich van artikel 23, lid 1, derde volzin, van verordening nr. 1008/2008 dat de verplichting om minstens het passagierstarief of het luchttarief, alsook de belastingen, de luchthavengelden en de andere heffingen, toeslagen of vergoedingen te vermelden wanneer deze prijsbestanddelen aan het passagierstarief of het luchttarief worden toegevoegd, bovenop de uit de tweede volzin van dit lid 1 voortvloeiende verplichting tot vermelding van de definitieve prijs geldt.

45      Gelet op een en ander dient op de tweede vraag te worden geantwoord dat artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 aldus moet worden uitgelegd dat bij een elektronisch boekingssysteem, zoals dit welk aan de orde is in het hoofdgeding, de te betalen definitieve prijs niet alleen voor de door de klant gekozen luchtdienst moet worden vermeld, maar ook voor elke luchtdienst waarvan het tarief wordt weergegeven.

 Kosten

46      Ten aanzien van de partijen in het hoofdgeding is de procedure als een aldaar gerezen incident te beschouwen, zodat de verwijzende rechterlijke instantie over de kosten heeft te beslissen. De door anderen wegens indiening van hun opmerkingen bij het Hof gemaakte kosten komen niet voor vergoeding in aanmerking.

Het Hof (Vijfde kamer) verklaart voor recht:

1)      Artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap, dient aldus te worden uitgelegd dat bij een elektronisch boekingssysteem, zoals dit welk aan de orde is in het hoofdgeding, de te betalen definitieve prijs bij elke vermelding van de prijzen van de luchtdiensten moet worden aangegeven, ook reeds bij de eerste vermelding daarvan.

2)      Artikel 23, lid 1, tweede volzin, van verordening nr. 1008/2008 dient aldus te worden uitgelegd dat bij een elektronisch boekingssysteem, zoals dit welk aan de orde is in het hoofdgeding, de te betalen definitieve prijs niet alleen voor de door de klant gekozen luchtdienst moet worden vermeld, maar ook voor elke luchtdienst waarvan het tarief wordt weergegeven.

ondertekeningen


* Procestaal: Duits.