Het Pensioenakkoord legt de onzekerheid van de toekomstige pensioenen te veel bij de werknemers en besteedt te weinig aandacht aan zekerheid en adequaatheid van pensioenstelsels.

Net toen ik aan deze column wilde beginnen, viel mijn periodieke pensioenoverzicht in de bus. Opvallend was hoe precies – tot op de euro nauwkeurig en zonder enig voorbehoud – dit overzicht mijn toekomstige pensioen wist te berekenen. Inmiddels ligt er een Pensioenakkoord van de Stichting van de Arbeid van 4 juni 2010, dat dergelijke overzichten onmogelijk 'wil' maken. Het Akkoord onderstreept namelijk dat er grote onzekerheid is over de te realiseren pensioenen. Met name de gestegen levensverwachting en de zeer wisselende rendementen op beleggingsresultaten zijn hiervan de reden.

In de bijlage bij het Akkoord wordt onder de kop 'Een waarheid als een koe' als 'tautologie' vermeld: pensioenambitie = betaalde premie + behaalde rendementen. Om pensioenuitgaven binnen deze formule te houden, schetst het Akkoord twee hoofdvarianten voor toekomstige pensioenen. De ene biedt een harde kern van een 'meer zeker' pensioen en een mogelijke aanvulling als er goede beleggingsresultaten zijn. Het zekere gedeelte wordt overigens slechts 'redelijkerwijs gevrijwaard' van kortingen. In de tweede hoofdvariant zijn de pensioenverplichtingen geheel flexibel.

Zoals bekend vinden een aantal FNV-bonden dat de onzekerheid te zeer bij de werknemers wordt gelegd en zijn de onderhandelingen over de uitwerking van het Akkoord nog gaande.

Interessant is om het Akkoord te vergelijken met het recente Groenboek van de Europese Commissie, dat als titel en doelstelling heeft: Naar adequate, houdbare en zekere Europese pensioenstelsels. Terwijl het Akkoord zich vooral richt op houdbare pensioenstelsels, noemt het Groenboek terecht ook zekerheid als doelstelling. Vanuit de systematiek van verplichte pensioendeelname is zekerheid immers essentieel. Als er geen zekerheid is, hoe valt dan te legitimeren dat men verplicht langjarig moet deelnemen aan een bepaald fonds? Waarom mag men dan niet het fonds kiezen met de beste resultaten? En ander argument voor zekerheid, en niet het onbelangrijkste, is dat pensioenen een belangrijk bestanddeel van de inkomensvoorziening voor gepensioneerden vormen, zeker voor degenen met lage inkomens.

Hoe nu meer zekerheid te realiseren? De factoren die in het Akkoord genoemd worden als de reden voor de onzekerheid verschillen duidelijk van elkaar. De eerste factor, de gestegen levensverwachting, veroorzaakt inderdaad extra kosten, maar deze zijn goed te berekenen. Een goede berekening hiervan mag mijns inzien leiden tot een hogere pensioenleeftijd, waarbij pensioenen wel gegarandeerd zijn. Vanuit pensioenoogpunt is goed te verdedigen dat als men langer gezond doorleeft, de pensioenleeftijd wordt verhoogd. Deze verhoging moet wel zeer ruim van te voren aangekondigd worden, zodat pensioendeelnemers zich hierop kunnen voorbereiden.

Onzekere opbrengsten uit beleggingsrendementen vormen een andersoortige factor, die minder gemakkelijk te berekenen is. Ten eerste rijst echter de vraag of de schokken op de financiële markt in de afgelopen twee jaar werkelijk de onzekere toezeggingen, zoals voorgesteld door het Akkoord, rechtvaardigen. Binnen een jaar is bij de meeste fondsen de te lage dekkingsgraad immers weer omgeslagen in een ruim voldoende. Kan over een langere periode dit schommelingsprobleem niet ondervangen worden? En als dit niet het geval is, kan de huidige onzekerheid niet op een andere manier worden opgelost dan door pensioentoezeggingen onzeker te maken? Eén manier is om behoudender te beleggen. Als dat onvermijdelijk leidt tot lagere, maar wel zekere pensioentoezeggingen, dan lijkt me dit te prefereren boven onzekere. Wellicht zijn ook andere maatregelen zinvol, zoals een (veilige) herverzekering van pensioenen of het opsplitsen van fondsen met hele grote beleggingen.

De Europese Commissie wil ook adequate pensioenstelsels. Binnen adequate stelsels moet het gelijkheidsbeginsel een belangrijke rol vervullen. Koppeling volgens het Akkoord van pensioenen aan beleggingsresultaten betekent dat de ene jaargang gepensioneerden een hoger pensioen krijgt dan de andere. Is deze ongelijkheid wel te rechtvaardigen? Ook de ongelijkheid die ontstaat tussen thans al gepensioneerden en toekomstige generaties is problematisch. Ongelijkheid die ontstaat door ingrepen in het stelsel moeten zeer goed beargumenteerd worden en tot een minimum worden beperkt, wil een stelsel adequaat kunnen worden genoemd.

Ten tweede vereisen adequate pensioenstelsels goed bestuur van de fondsen. Goed bestuur vermindert onnodig slechte beleggingsresultaten en kan daarmee tot zekerder pensioenen leiden. Of er steeds sprake is geweest van goed bestuur valt te betwijfelen. In de jaren negentig van de vorige eeuw stapten fondsen in de aandelenmarkt juist toen de aandelenprijzen het hoogst waren; ook gaven ze 'premievakanties' aan werkgevers. Momenteel blijken uitvoeringskosten tussen fondsen nog sterk te verschillen. En in een rapport van april 2011 schrijft de Nederlandsche Bank dat pensioenenfondsen te veel risico's nemen. Het Pensioenakkoord besteedt wel enige aandacht aan de noodzaak om deskundiger bestuurders te krijgen, maar zou dit vraagstuk nog veel fundamenteler moeten behandelen.

Zo kan men zich afvragen of sociale partners wel de fondsen moeten blijven besturen. Zou een louter vertegenwoordigende rol niet veel beter zijn, waarbij het bestuur aan professionals overgelaten wordt? Een scheiding van bestuurs- en toezichthoudende functies zou ook de spagaat waarin de FNV momenteel verkeert hebben kunnen voorkomen.

Kortom, de pensioenambitie is niet alleen om taalkundige redenen geen tautologie van premies en beleggingsopbrengsten. Houdbaarheid, zekerheid en adequaatheid vormen alle drie een essentieel onderdeel ervan.

Alle verschenen columns kunt u ook nog eens rustig nalezen. Reeds verschenen zijn:

2016

Aflevering 6/7
De Raad van State, arbeidsrecht en wetgeving
Prof. mr. R.A.A. Duk

Aflevering 5
Een luchtballon in de wind
Mr. drs. K.G.F. van der Kraats

Aflevering 4
Langer doorwerken of langer werkloos zijn
Prof. mr. dr. W.L. Roozendaal

Aflevering 3
Aanmodderen in het oog van de storm of navigeren met een sociaal kompas?
Prof. mr. M.S. Houwerzijl

Aflevering 2
Representativiteit is een illusie
Prof. mr. B. Barentsen

Aflevering 1
Wwz: pas toe en leg uit!
Prof. mr. S.F. Sagel

2015

Aflevering 12
De weg naar de arbeidsmarkt
Mr. dr. P.H. Burger

Aflevering 11
Transitievergoeding: niet lappen maar kappen
Prof. mr. S.S.M. Peters

Aflevering 10
Het arbeidsrecht van de toekomst
Prof. mr. F.B.J. Grapperhaus

Aflevering 8/9
Wat gaan we er met ons allen van bakken?
Mr. H.W.M.A. Staal

Aflevering 6/7
Preventieve arbo wetgeving
Prof. mr. F.B.J. Grapperhaus

Aflevering 5
Franse toestanden
Mr. drs. P.Th. Sick

Aflevering 4
Schijnzelfstandigen: de sociale partners zijn nu aan zet
Prof. mr. F.J.L. Pennings

Aflevering 3
"Minder, minder, minder"? Over verlaging van beloningen en zo
Prof. mr. R.A.A. Duk

Aflevering 2
Doorwerkende AOW'ers: altijd voordelig!
Prof. mr. M.S. Houwerzijl

Aflevering 1
Broodroof
Prof. mr. B. Barentsen

2014

Aflevering 12
Het muizengaatje verdient de hoofdprijs
Prof. mr. S.F. Sagel

Aflevering 11
Voor de kleintjes mag het arbeidsrecht een paar onsjes minder zijn
Prof. mr. S.S.M. Peters

Aflevering 10
Participatiesamenleving
Mr.dr. P.H. Burger

Aflevering 8/9
Stop proletarisch winkelen op de Europese arbeidsmarkt
Mr. H.W.M.A. Staal

Aflevering 6/7
Een zinnig wetsvoorstel over klokkenluiders
Prof. mr. F.B.J. Grapperhaus

Aflevering 5
Ieder voor zijn eigen of een gezamenlijk activerend arbeidsmarktbeleid?
Prof. mr. F.J.L. Pennings

Aflevering 4
Van participatie en quota, en van het spekken van de kas
Mr. drs. P.Th. Sick

Aflevering 3
Drucker, Levenbach en het Wetsvoorstel Werk en Zekerheid
Prof. mr. R.A.A. Duk en prof. mr. F.B.J. Grapperhaus

Aflevering 2
Vraag naar en aanbod van arbeid in de participatiesamenleving
Prof. mr. M.S. Houwerzijl

Aflevering 1
Wolf
Prof. mr. S.F. Sagel

2013

Aflevering 12
De marathonman
Mr. dr. P.H. Burger

Aflevering 11
'Europees wat moet, nationaal wat kan'
Prof. mr. S.S.M. Peters

Aflevering 10
It's the implementation of the rule, stupid, not the rule as such
Mr. H.W.M.A. Staal

Aflevering 8/9
Weg met het ontslag op staande voet
Prof. mr. F.B.J. Grapperhaus

Aflevering 6/7
De polder wast witter?
Mr. R.A.A. Duk

Aflevering 5
Homo homini lupus
Mr. drs. P.Th. Sick

Aflevering 4
Naar een Nota Flexibiliteit en zekerheid 2.0
Prof. mr. F.J.L. Pennings

Aflevering 3
Euphemia
Mr. S.F. Sagel

Aflevering 2
Regeren is vooruit zien ...
Mr. S.F. Sagel

Aflevering 1
Ouder worden komt dagelijks voor
Prof. mr. B. Barentsen

2012

Aflevering 12
Langer werken
Mr. dr. P.H. Burger

Aflevering 11
Eerlijk zullen we alles delen - jong en oud op de arbeidsmarkt
Prof.mr. F.B.J. Grapperhaus

Aflevering 10
'The Times They Are A-Changin'
Mr. H.W.M.A. Staal

Aflevering 8/9
Gebruik van sociale media kan ernstige gevolgen hebben voor uw beroepsleven.
Dr. S.S.M. Peters

Aflevering 6/7
Het Kunduz-akkoord en het ontslagrecht
Mr. R.A.A. Duk

Aflevering 5
Driekwart dwingend recht: de werknemer voldoende beschermd?
Prof. mr. F.J.L. Pennings

Aflevering 4
Het ontslagstelsel volgens Koser Kaya: oude wijn, met een slecht etiket
Mr. drs. P.Th. Sick

Aflevering 3
Arbeidsparticipatie van vrouwen: 'Moet jij werken?'
Prof. mr. M.S. Houwerzijl

Aflevering 2
Factor 20 als smeermiddel tegen maatschappelijke (belonings)onrust?
Mr. M. van Eck

Aflevering 1
Kosten van normalisering
Prof. mr. G.J.J.Heerma van Voss

2011

Aflevering 12
Legitimatie, legitimatie, legitimatie. Over werkgevers, gele vakbonden en Kamerleden
Prof. mr. F.B.J. Grapperhaus

Aflevering 11
De ene aardbei is de andere nog niet
Dr. mr. P.H. Burger

Aflevering 10
De angst voor anders
Prof. mr. E. Verhulp

Aflevering 8/9
Overheid en arbeidsverhoudingen: we zijn warempel Sinterklaas niet
Mr. H.W.M.A. Staal

Aflevering 6/7
Hoe onzeker mogen onze pensioenen zijn?
Prof. mr. F.J.L. Pennings

Aflevering 5
De payroll-cao: over dingen die voorbijgaan?
Mr. M. van Eck

Aflevering 4
Wettelijke verankering van de ‘Balkenendenorm’ nabij?
Prof. mr. dr. M.S. Houwerzijl

Aflevering 3
Het ontslagrecht: een vierjarig bestand?
Mr. R.A.A. Duk

Aflevering 2
Europese invloed op het sociaal beleid
Prof. mr. G.J.J. Heerma van Voss

Aflevering 1
Een brug tussen de wal en het schip
Mr. J.M. van Slooten en mr. G. Boot

2010

Aflevering 12
Wie is hier nu echt zelfstandig op de arbeidsmarkt?
Prof. mr. F.B.J. Grapperhaus

Aflevering 11
Ontschillen op de arbeidsmarkt
Prof. dr. A.C.J.M. Wilthagen

Aflevering 10
Markt en politiek
Mr. H.W.M.A. Staal

Aflevering 8/9
En juristen kunnen niet rekenen ...?
Prof. mr. E. Verhulp

Aflevering 6/7
Minister Donner en de 'frauderende' zzp'ers
Prof. mr. F.J.L. Pennings

Aflevering 5
Brief aan de minister-president
Mr. M. Van Eck

Aflevering 4
Opzij?! Wettelijke streefcijfers voor vrouwelijke bestuurders en commissarissen
Mr. M.S. Houwerzijl

Aflevering 3
De bestuurder geen werknemer meer?
Prof. mr. G.J.J. Heerma van Voss

Aflevering 2
Welke toekomst heeft de medezeggenschap?
Mr. R.A.A. Duk

Aflevering 1
Een rapport over verhouding bestuur, commissarissen en institutionele belegger: waar is de werknemer?
Prof. mr. F.B.J. Grapperhaus