Hoge Raad vernietigt uitspraak verwijzingshof waarin verkoop nieuwbouwscholen via stichting voor aftrek BTW geen misbruik van recht is
Of projectontwikkelingsactiviteiten een materiële onderneming vormen moet op zichzelf worden bezien
Ook volgens HR is navordering niet mogelijk voor buitenlands vermogen waarvan 12 jaarstermijn al is verstreken
Woonboerderij nog steeds woning ondanks verbouwing tot en gebruik als kantoor
Stadsvilla naar aard nog steeds een woning daarom 2% overdrachtsbelasting
Tot tandartspraktijk verbouwde woning naar aard nog steeds een woning
Hospice is een verzorgingsinstelling, verkrijging belast met 6% overdrachtsbelasting
Italiaanse nalatenschap behoort tot Nederlandse huwelijksgoederengemeenschap, geen onaanvaardbaarheidsexceptie
Enkele bewijs dat bestuurder in handelsregister stond ingeschreven is onvoldoende bewijs voor bestuurdersaansprakelijkheid
Maatstaf van persoonlijk ernstig verwijt bij bestuurdersaansprakelijkheid op grond van onrechtmatige daad
Hoge Raad, 08-12-2006, nr. C05/256HR, ECLI:NL:HR:2006:AZ0758
|
Casus
A is enig aandeelhouder en tevens bestuurder van twee BV's. Die twee BV's vormen een fiscale eenheid voor de omzetbelasting. In 1997 en 1998 krijgt de fiscale eenheid in totaal zeven naheffingsaanslagen van totaal circa fl. 2.000.000. De fiscale eenheid heeft de aanslagen echter nooit betaald en beide vennootschappen zijn in 1998 failliet verklaard. In geschil is of A onrechtmatig heeft gehandeld jegens de Ontvanger.
Hoge Raad
Het Hof oordeelde dat A niet heeft gehandeld in strijd met zijn uit de wet voortvloeiende verplichtingen, omdat deze niet op hem maar op de fiscale eenheid rusten. A heeft ook niet in strijd gehandeld met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt. De Hoge Raad overweegt dat slechts indien zijn handelen of nalaten als bestuurder ten opzichte van de schuldeiser in de gegeven omstandigheden zodanig onzorgvuldig is, hem daarvan persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Van een dergelijk ernstig verwijt zal in ieder geval sprake kunnen zijn als komt vast te staan dat de bestuurder wist of redelijkerwijze had behoren te begrijpen dat de door hem bewerkstelligde of toegelaten handelwijze van de vennootschap tot gevolg zou hebben dat deze haar verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade. ...
Om dit document te kunnen bekijken moet u ingelogd zijn. U kunt rechtsboven inloggen.
Geen inloggegens?
Heeft u nog geen inloggegens dan kunt u dit document los kopen of een abonnement afsluiten.
Voor studenten is een abonnement gratis.