KienhuisHoving-Academy KienhuisHoving-Academy
Website
KienhuisHoving-Academy

Bestuurder aansprakelijk voor schade veroorzaakt door lege projectvennootschap

Geplaatst op 28 maart 2017 14:10 door Mark Loef

Er zijn transacties waarbij het gebruikelijk is om een lege projectvennootschap op te richten, welke vennootschap bepaalde rechtshandelingen zal aangaan. De vennootschap blijft zo leeg mogelijk tot zij de op haar rustende verplichtingen moet nakomen. In dat geval financiert een derde de betaling daarvan. Als de derde tevens bestuurder is, kan het uitblijven van financiering voor verplichtingen uit de rechtshandeling leiden tot bestuurdersaansprakelijkheid.

Zeer recent, op 24 maart 2017, heeft de Hoge Raad zich uitgelaten[1] over een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarin het Hof heeft vastgesteld dat het, kort gezegd, niet instaan voor de betaling door een projectvennootschap kan leiden tot bestuurdersaansprakelijkheid op grond van de norm die is neergelegd in het arrest Ontvanger / Roelofsen[2].

Geschil over totstandkoming koopovereenkomst
Ik zal mij in deze blog beknopt toespitsen op de bestuurdersaansprakelijkheid. De casus was als volgt. Partijen, G4 en Hanzevast, hebben geruime tijd onderhandeld over de koop en levering van een kantoorruimte bij het Euroborg Stadion te Groningen. Op enig moment heeft Hanzevast zich op het standpunt gesteld dat er geen overeenstemming was bereikt over een koopovereenkomst. Voor zover wél overeenstemming zou zijn bereikt, zouden er zodanige gebreken in de nakoming zijn ontstaan, dat het volgens Hanzevast gerechtvaardigd zou zijn om de overeenkomst te ontbinden. G4 was het daar niet mee eens. Zij meende dat wel een overeenkomst tot stand was gekomen en zij vorderde een schadevergoeding en gederfde winst, omdat Hanzevast niet zou zijn nagekomen.

Bestuurdersaansprakelijkheid

Voorts vorderde G4 dat de aandeelhouder en bestuurder van Hanzevast zou worden veroordeeld tot betaling van alles waartoe Hanzevast zou worden veroordeeld, voor zover Hanzevast niet in staat zou blijken om aan de veroordeling te kunnen voldoen. Zij heeft daaraan ten grondslag gelegd dat Hanzevast een speciaal voor de transactie opgerichte, lege, rechtspersoon is. Bovendien was de aandeelhouder en bestuurder nauw betrokken geweest bij de onderhandelingen die tot het sluiten van de overeenkomst hebben geleid.
G4 wil haar kring van verhaal dus uitbreiden naar anderen dan haar wederpartij, in dit geval de bestuurder.

Er is vast komen te staan dat Hanzevast ten onrechte heeft ontbonden en dus schadeplichtig is geworden jegens G4. Nu is de vraag: is de bestuurder ook schadeplichtig?

Wel de lusten, niet de lasten
Het Hof betrekt in haar oordeel over bestuurdersaansprakelijkheid dat het niet ongebruikelijk is dat een lege projectvennootschap wordt opgericht die als koper zal optreden en door de moedervennootschap van middelen wordt voorzien op het moment dat het vastgoed wordt geleverd.
Nu is echter niet nagekomen, maar ontbonden. Dan ontstaat uit de rechtshandeling (de koopovereenkomst) niet een verplichting tot, kort gezegd, verkoop, betaling en levering, maar ontstaan vanwege de ontbinding ongedaanmakingsverbintenissen en mogelijk verbintenissen tot schadevergoeding.
Volgens het Hof kan niet worden aanvaard dat de bestuurder de projectvennootschap niet van middelen voorziet als de transactie niet goed verloopt, terwijl hij dat wel zou doen in het geval de transactie wel goed zou verlopen. Als de bestuurder niet bijspringt als het niet goed is gegaan, dan biedt de lege projectvennootschap immers geen verhaal voor de door haar wederpartij geleden schade.

Het Hof heeft de norm van het arrest Ontvanger / Roelofsen toegepast en is tot de conclusie gekomen dat de bestuurder heeft bewerkstelligd en/of toegelaten dat Hanzevast geen verhaal zou bieden voor de door G4 geleden schade, doordat de bestuurder er niet voor heeft zorggedragen dat Hanzevast van financiële middelen was voorzien om de door G4 geleden schade te (kunnen) voldoen.

Volgens de Hoge Raad is het oordeel van het Gerechtshof op dit punt niet onbegrijpelijk en kunnen de klachten niet tot cassatie leiden. De Hoge Raad doet het cassatieberoep af met art. 81 RO.

Conclusie
Het niet nakomen van verplichtingen door een lege projectvennootschap kan bij overnames, vastgoedtransacties en bijvoorbeeld samenwerkingen in de bouw, leiden tot toewijzing van vorderingen uit onrechtmatige daad (bestuurdersaansprakelijkheid), indien de projectvennootschap geen verhaal biedt voor haar verplichtingen doordat de bestuurder niet financiert, althans de bestuurder de vennootschap leeg houdt. Met name indien het, zoals in dit geval, het niet bieden van verhaal voor de lasten, en niet de lusten, betreft.


[1] ECLI:NL:HR:2017:484

[2] ECLI:NL:HR:2006:AZ0758, NJ 2006/659