‘Billijke vergoeding valt fors lager uit’

Delen:

Foto: Pixabay

Bij de 220 ontbindingszaken die er sinds de invoering van de WWZ zijn gevoerd, werd 162 keer een billijke vergoeding gevorderd. Deze werd vijftig keer toegewezen. De billijke vergoedingen vallen fors lager uit dan de ontslagvergoedingen op basis van de kantonrechtersformule in het pre-WWZ-tijdperk. Dat hebben studenten van de Hogeschool van Amsterdam aangetoond in een onderzoek, dat in opdracht van Mr. is uitgevoerd.

Zes studenten van de Hogeschool van Amsterdam vergeleken de uitkomsten van de kantonrechtersformule en de billijke vergoeding onder de WWZ. De studenten bekeken zaken op rechtspraak.nl met trefwoorden als vergoeding, billijke vergoeding en transitievergoeding. Het onderzoek is verricht in opdracht van de redactie van Mr.

Met de invoering van de Wet werk en zekerheid (hierna: WWZ) hebben werknemers sinds 1 juli 2015 bij hun ontslag recht op een transitievergoeding. Deze vergoeding is verschuldigd aan werknemers, uitzonderingen daargelaten,

Het onderzoeksteam (vlnr): Nadia Zola Diambudiaku, Daniella Amoakoah, Emina Bajric, Sureya Esenkaya en Gilbertho Lok-Hin.

wiens arbeidsovereenkomst 24 maanden heeft geduurd en die op initiatief van de werkgever eindigt. Hiernaast kan de rechter aan de werknemer een aanvullende billijke vergoeding toekennen. De transitievergoeding bedraagt een zesde maandsalaris per half jaar voor de eerste tien dienstjaren. De jaren daarna bedraagt deze een kwart maan

De studenten onderzochten of er verschillen zijn tussen de oude ontslagvergoeding op basis van de kantonrechtersformule en de huidige billijke vergoeding. Ze keken vooralsnog alleen naar uitspraken van rechtbanken enkele jaren vóór en na de invoering van de WWZ; een eventueel hoger beroep werd buiten beschouwing gelaten.

Kritischer

Over het jaar 2014, het laatste jaar voordat de WWZ werd ingevoerd, was er door de rechtbanken tezamen (achttien zaken) 998.955 euro toegekend aan ontslagvergoedingen (waar 1.450.065 euro was gevorderd). Over het jaar 2016, het eerst volledige jaar sinds de invoering van de WWZ was er door de rechtbanken tezamen 475.231 euro aan billijke vergoedingen toegekend (waar 1.441.013 euro was gevorderd). Hieruit blijkt, volgens de studenten, dat rechters veel kritischer omgaan met gevorderde billijke vergoedingen, en deze méér matigen dan gevorderde ontslagvergoedingen vóór de WWZ. Ook vallen de billijke vergoedingen gemiddeld lager uit dan de ontslagvergoedingen. Dat bedrag daalde in 2017 verder naar 300.198 euro.

De meest voorkomende redenen om een billijke vergoeding toe te kennen zijn het onterechte ontslag op staande voet (in bijna een derde van de gevallen), de financiële situatie van de werkgever en als de oorzaak van een verstoorde arbeidsverhouding is te wijten aan de werkgever. Daarnaast vonden de studenten nog tien redenen om een billijke vergoeding toe te kennen, zoals werkgevers die geen verbetertrajecten hadden aangeboden en het punitieve element van de billijke vergoeding.

Verstoorde arbeidsrelatie

Annejet Balm, advocaat arbeidsrecht bij Lexence, heeft in haar praktijk dezelfde ervaringen: ontslagen werknemers zijn financieel gezien slechter af dan in de tijd vóór de WWZ. “De transitievergoeding is ongeveer de helft van de oude ontslagvergoeding. Als er dan een billijke vergoeding wordt toegekend, dan wordt dat verschil niet vaak goed gemaakt.”

De studenten onderzochten over de WWZ-periode 220 ontbindingszaken. In 162 van deze zaken een billijke vergoeding is gevorderd, dus in bijna drie op de vier gevallen. In vijftig van deze zaken de billijke vergoeding ook daadwerkelijk toegewezen, dus in 30 procent van de gevallen. Die bedroeg gemiddeld 22.000 euro.

Dat bedrag herkent Balm uit haar praktijk: “Als de rechter overgaat tot een toekenning van een billijke vergoeding, dan is de grondslag het ernstig verwijtbare handelen door de werkgever. Die heeft bijvoorbeeld steken laten vallen in het re-integratieproces van een zieke werknemer of hij heeft het disfunctioneringsdossier niet op orde maar vervolgens wel een verstoorde arbeidsrelatie gecreëerd.”

Dat de WWZ-vergoedingen lager uitvallen, was volgens Balm juist de bedoeling. “Aan de ene kant zouden werknemers moeilijker kunnen worden ontslagen omdat de ontslaggronden heel strikt zijn omschreven; maar áls ze zijn ontslagen moest het voor de werkgever goedkoper worden. Wat dat laatste betreft heeft de WWZ goed gefunctioneerd.”

Alles-of-niets

Kantonrechter Sjef de Laat

Ook senior rechter Sjef de Laat (rechtbank Midden-Nederland) is niet verrast door de onderzoeksresultaten. “De huidige vergoedingen zijn nog de naweeën van de kantonrechtersformule. Die is in veel sociale plannen opgenomen en wordt nog vaak toegepast. Ook in vaststellingsovereenkomsten speelt de kantonrechtersformule nog een rol.” Op enig moment is de kantonrechtersformule écht uitgewerkt en dan zullen de billijke vergoedingen lager gaan uitvallen.

De Laat spreekt van een ‘alles-of-niets-vergoeding’. “Er is sprake van óf ernstig verwijtbaar handelen door de werkgever – dan volgt er een billijke vergoeding – of dat is er niet, en dan krijgt de werknemer niets boven de transitievergoeding. Die drempel van ernstige verwijtbaarheid een hoge, zodat werknemers vaak niets krijgen. Dat drukt de gemiddelde vergoeding omlaag.”

Ontslagbescherming

Ronald Verheij merkt in zijn praktijk ook dat de transitie- en billijke vergoedingen lager uitvallen dan de vergoedingen onder de kantonrechtersformule. Zijn werk als advocaat arbeidsrecht bij RWV Advocaten heeft met de WWZ ook een andere invulling gekregen. “We hebben niet meer of minder werk, wel ander werk. Er wordt minder geprocedeerd, we moeten meer onderhandelen en adviseren, bijvoorbeeld over dossieropbouw. En we moeten vaker zeggen wat níet meer kan: zonder goed dossier een ontslagprocedure beginnen. De ontslagbescherming is toegenomen, werkgevers moeten meer doen om een ontslag te voorkomen, bijvoorbeeld mediation, en hebben zwaardere verplichtingen op het gebied van herplaatsing.”

Ronald Verheij (foto RWV Advocaten)

Maar de economie heeft ook de werking van de WWZ beïnvloed. “In sommige sectoren, zoals de bouw, word je niet meer snel ontslagen. Vroeger vloog je er al uit als je bij wijze van spreken twee keer te laat kwam. Nu moet je het wel erg bont maken om te worden ontslagen, omdat de baas niet zo maar iemand anders heeft om aan te nemen. De krapte op de arbeidsmarkt heeft een grotere invloed op werkgelegenheid en ontslag dan de WWZ.” Als mensen nu worden ontslagen, weten ze dat ze waarschijnlijk toch weer snel aan de slag kunnen. Dit maakt dat ze eerder bereid zijn om een beëindigingsregeling te treffen. “Gelukkig maar”, zegt Verheij. “Want als een werknemer echt niet wil meewerken aan een vertrekregeling, dan zal de werkgever in de meeste gevallen niet van de werknemer af kunnen komen. In kleine(re) organisaties geeft dit al snel een moeilijk werkbare situatie.”

Het zijn vaak de bijzondere gevallen die voor de rechter komen, want veruit de meeste zaken worden vooraf al uitonderhandeld. En in de zaken die bij de rechter komen wordt relatief vaak een billijke vergoeding gevorderd én toegewezen. Verheij: “Maar dat is dus een vertekend beeld. Over het geheel genomen zijn er niet veel billijke vergoedingen.” Onterecht ontslag op staande voet is volgens Verheij een belangrijke oorzaak voor het toekennen van een billijkje vergoeding, precies zoals de HvA-studenten ontdekten in hun onderzoek.

Kantonrechter De Laat verwacht dat de situatie voor werknemers er in de toekomst minder rooskleurig uitziet. “Ze kunnen makkelijker worden ontslagen omdat dit kabinet de i-grond invoert: twee halfvoldragen gronden zijn al voldoende voor een ontslag. Je krijgt dan als werknemer een transitievergoeding die vijftig procent hoger is, maar dat is maar weinig extra vergeleken met dat ‘makkelijke’ ontslag.”

Annejet Balm (foto: Lexence)

Advocaat Annejet Balm denkt dat de billijke vergoedingen wel omhoog gaan. In juni 2017 wees de Hoge Raad het New Hairstyl-arrest, waarin werd bepaald dat alle omstandigheden van het geval een rol kunnen spelen. “Denk aan hoe lang iemand nog bij het bedrijf had kunnen werken of zijn pensioenschade”, zegt Balm. “Met dit arrest hebben kantonrechters ook handvatten om de hoogte van de billijke vergoeding te berekenen. Hiervoor was het eigenlijk nattevingerwerk.”

Meer informatie over het onderzoek kan worden verkregen bij mr. Wouter Rohlof, die de studenten heeft begeleid, via w.j.rohlof@hva.nl.

Beluister het BNR-radio-interview met Annejet Balm over dit onderzoeksrapport.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven