Home Concurrentiebeding MSB: toch mag radioloog in loondienst bij ander ziekenhuis

KBS

Concurrentiebeding MSB: toch mag radioloog in loondienst bij ander ziekenhuis

Een medisch specialist is jarenlang werkzaam als vrijgevestigd radioloog in een ziekenhuis, eerst in maatschapsverband, later als lid van het MSB. De ledenovereenkomst tussen het MSB en deze radioloog bevat een concurrentiebeding: bij beëindiging van de ledenovereenkomst dient de radioloog zich gedurende een periode van twee jaar te onthouden van ‘directe en indirecte participatie in een zorgaanbod dat concurreert met de overgedragen opdracht’.

De ledenovereenkomst is door het MSB opgezegd (waartegen de radioloog in een aparte nog lopende procedure is opgekomen). Een jaar later vraagt de radioloog toestemming aan het MSB om in loondienst te treden bij een ander ziekenhuis. Het MSB weigert dat ter bescherming van het eigen bedrijfsdebiet. De radioloog vordert vervolgens in kort geding dat het MSB dient toe te laten dat zij met het ziekenhuis een arbeidsovereenkomst aangaat. Deze vordering slaagt: het aangaan van een loondienstverband bij een concurrerend ziekenhuis is volgens de voorzieningenrechter in dit geval niet met het concurrentiebeding in strijd.

De voorzieningenrechter stelt voorop dat het in loondienst treden niet in de letterlijke tekst van het concurrentiebeding is benoemd. Ook elders in de ledenovereenkomst en in de samenwerkingsovereenkomst tussen het MSB en het ziekenhuis is niets bepaald dat er op wijst dat partijen hierover een afspraak hebben gemaakt. Toch gaat de rechter er ook niet zonder meer vanuit dat het concurrentiebeding uitsluitend van toepassing is op deelnemen in een onderneming en ziet dan ook aanleiding om aan de hand van andere objectief vast te stellen factoren uitleg te geven aan de bewoordingen directe en indirecte participatie in een zorgaanbod dat concurreert met de overgedragen opdracht’.

De voorzieningenrechter vindt die objectieve factoren in de Regeling medisch-specialistische zorg van de NZa. In deze regeling is de radioloog als een ondersteunend specialist gedefinieerd en niet als een specialist met een poortfunctie die de behandelovereenkomst met de patiënt aangaat en de zorgprestatie declareert (en van waaruit ook de ondersteunende specialismen worden betaald). De radioloog heeft aldus geen eigen patiënten en kan dan ook geen patiënten meenemen. Op grond hiervan komt de rechter tot de conclusie dat, als de radioloog in loondienst treedt van het andere ziekenhuis, zij wel ‘deelneemt aan het zorgaanbod’, maar dat geen sprake is van een concurrerend zorgaanbod, omdat de radioloog haar ‘opdracht’ niet kan meenemen naar het andere ziekenhuis.

Dit kort geding toont maar weer eens aan wat het belang is van het vastleggen en goed redigeren van afspraken in een contract. Als ook een loondienstverband expliciet onderdeel van het concurrentiebeding zou zijn gemaakt, zou zeer waarschijnlijk niet aan een objectieve uitleg zijn toegekomen. Wel zou dan nog ruimte bestaan voor een belangenafweging die aanleiding kan geven om een concurrentiebeding (geheel of gedeeltelijk) te schorsen.

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven