Samenvatting advies over de herijking van de grondwetsherzieningsprocedure

Gepubliceerd op 23 maart 2020

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft advies uitgebracht over het wetsvoorstel dat de Grondwet wijzigt in verband met de herijking van de grondwetsherzieningsprocedure. Het wetsvoorstel is op 23 maart 2020 bij de Tweede Kamer ingediend. Daarmee is ook het advies van de Afdeling advisering openbaar geworden.

Inhoud wetsvoorstel

Het wetsvoorstel heeft tot doel om meer duidelijkheid te verschaffen over onderdelen van de Grondwetsherzieningsprocedure, met name daar waar het gaat om de tweede lezing. Artikel 137, derde lid, van de Grondwet regelt nu dat de tweede lezing kan worden behandeld door een nieuw gekozen Tweede Kamer. In het verleden is discussie geweest over de vraag of dit de eerst gekozen Tweede Kamer moest zijn na het aannemen van de eerste lezing of dat dit ook een latere kon zijn. Het wetsvoorstel brengt op dit punt duidelijkheid. Alleen de Tweede Kamer die wordt gekozen na de bekendmaking van de verklaringswet kan het voorstel behandelen. Als die het wetsvoorstel niet behandelt voor het einde van de zittingsduur, vervalt het van rechtswege.

Bijzondere omstandigheden

In een eerdere voorlichting over dit onderwerp adviseerde de Afdeling om ruimte te laten voor ‘bijzondere omstandigheden’. Als deze zich zouden voordoen, zou het van rechtswege vervallen niet plaatsvinden. In dat geval zou ook een latere Tweede Kamer het wetsvoorstel in tweede lezing nog kunnen behandelen. De Afdeling advisering dacht hierbij bijvoorbeeld aan de situatie dat kort na het aantreden van een nieuwe Tweede Kamer het kabinet valt en er nieuwe verkiezingen plaatsvinden.

Het wetsvoorstel kent geen uitzondering voor bijzondere omstandigheden, maar daar is in de toelichting uitgebreid op ingegaan. Op grond van die toelichting kan de Afdeling advisering zich vinden in deze keuze. Zo staat in de toelichting dat het opnemen van een dergelijk subjectief criterium in de Grondwet niet de benodigde constitutionele duidelijkheid biedt. Het is bovendien onmogelijk om bijzondere omstandigheden limitatief te omschrijven. De toelichting wijst er daarnaast op dat er ook geen noodzaak is voor het opnemen van een uitzondering als alle actoren de procedures goed uitvoeren. Dan is er altijd voldoende tijd om de tweede lezing op tijd af te ronden.

Advisering over de tweede lezing

Op dit moment adviseert de Afdeling advisering over wetsvoorstellen in tweede lezing. Dit zijn immers wetsvoorstellen die niet in de Wet op de Raad van State zijn uitgezonderd. De toelichting merkt op dat de regering bereid is een wetsvoorstel in procedure te brengen om deze advisering af te schaffen als de Tweede Kamer daaraan hecht.

In het advies wijst de Afdeling advisering erop dat de argumenten die de regering daarvoor noemt, niet overtuigend zijn. Zo wordt er weliswaar meestal een blanco advies uitgebracht over wetsvoorstellen in tweede lezing, maar is dit niet altijd het geval. Opmerkingen van de Afdeling advisering over eerdere voorstellen in tweede lezing zijn immers de aanleiding voor dit wetsvoorstel. Ook hoeft advisering door de Afdeling advisering niet voor langere procedures  te zorgen. Het advies kan al voor de verkiezing van de nieuwe Tweede Kamer worden gevraagd. In dat geval ligt het wetsvoorstel in tweede lezing, inclusief advies, klaar. De Afdeling advisering adviseert daarom om de toelichting op dit punt aan te passen.


Lees hier de volledige tekst van het advies van de Afdeling advisering en het nader rapport (de reactie) van de minister.