In de arbeidsovereenkomst tussen een uitzendbureau en een werknemer (uitzendkracht) is vaak een uitzendbeding opgenomen. Met dit beding wordt onder meer geregeld dat de arbeidsovereenkomst van rechtswege eindigt wanneer de werknemer door arbeidsongeschiktheid de bedongen arbeid niet meer kan verrichten. Recentelijk werd aan het Hof Den Haag de vraag voorgelegd of een dergelijk beding wel is toegestaan.
Casus
De werknemer was werkzaam in een functie waarin hij een machine moest bedienen, die papieren/kartonnen bekertjes produceert. Op 24 maart 2016 is de werknemer een arbeidsongeval overkomen, waarbij twee vingers van zijn rechterhand deels werden geamputeerd.
In de cao die ten tijde van het ongeval van toepassing was werd bepaald dat de uitzendovereenkomst ten einde komt wanneer de uitzendkracht de bedongen arbeid als gevolg van arbeidsongeschiktheid niet langer kan verrichten. De werkgever stelde zich op het standpunt dat de arbeidsovereenkomst daarom was geëindigd. Volgens de werknemer is dit beding in strijd met het opzegverbod bij ziekte.
Het hof
Het hof overweegt dat in het Burgerlijk Wetboek (BW) is bepaald dat de werkgever de arbeidsovereenkomst in beginsel niet mag opzeggen tijdens ziekte. Vóór inwerkingtreding van de Wet werk en zekerheid (Wwz) op 1 juli 2015 was geregeld dat hiervan bij (onder meer) cao kon worden afgeweken. Een dergelijke afwijkingsmogelijkheid bestaat thans niet meer. Het uitzendbeding waarin wordt bepaald dat de uitzendovereenkomst ten einde komt doordat de uitzendkracht de bedongen arbeid als gevolg van arbeidsongeschiktheid niet langer kan verrichten, is daarom volgens het hof vanaf 1 juli 2015 in strijd met het opzegverbod bij ziekte. Dit heeft tot gevolg dat het uitzendbeding vernietigbaar is.
Concreet voor deze zaak had dit tot gevolg dat de arbeidsovereenkomst op de datum van het ongeval niet was geëindigd. De werknemer had daarom recht op doorbetaling van zijn loon.
Gevolgen voor de praktijk
Een uitzendbeding waardoor de arbeidsovereenkomst van een uitzendkracht van rechtswege eindigt bij ziekte is volgens het Hof Den Haag in strijd met de wet. In de praktijk wordt echter nog steeds gebruik gemaakt van het uitzendbeding bij ziekte. Zo bepaalt de CAO voor uitzendkrachten 2019-2021 dat in geval van arbeidsongeschiktheid van de uitzendkracht de uitzendovereenkomst met uitzendbeding direct na de ziekmelding geacht wordt met onmiddellijke ingang van rechtswege te zijn beëindigd op verzoek van de opdrachtgever. Dit lijkt op basis van de uitspraak van het hof niet toegestaan. Het is op dit moment de vraag of ook de andere hoven zullen volgen of dat deze vraag wordt voorgelegd aan de Hoge Raad.
Heeft u nog vragen naar aanleiding van dit artikel, neem dan gerust contact op met Jessica Dietz en/of Marieke Opdam.