Een tweede ronde bij gebrek aan draagkracht?

Afgelopen jaar verschenen meerdere uitspraken waarin het (te) laat of zelfs helemaal niet indienen van financiële stukken in een alimentatieprocedure aan de orde was. Krijgt u een tweede ronde of bent u te laat?
Een tweede ronde bij gebrek aan draagkracht

Begin 2020 besliste het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden om een man die het hof onvoldoende had geïnformeerd over zijn financiële situatie af te straffen. In deze langlopende echtscheidingsprocedure had het hof de man al eens in de gelegenheid gesteld om nadere stukken in het geding te brengen. De man had dit wel gedeeltelijk gedaan, maar bood in de vervolgprocedure aan om nog ontbrekende informatie aan te vullen als het hof dat nodig vond. Het hof bepaalde dat dat te laat was. De man kreeg niet nogmaals de gelegenheid voor het indienen van stukken. Het hof verwees naar artikel 21 Rv, waarin de waarheidsplicht van partijen is opgenomen, en stelde dat de man op grond daarvan de van belang zijnde feiten naar waarheid moest aanvoeren. Omdat hij niet aan deze verplichting had voldaan, was de consequentie dat het hof de ontbrekende feiten in zijn nadeel uitlegt.

Eind 2020 verscheen echter een andere uitspraak van hetzelfde hof. In dit geval koos het hof ervoor om een man die onvoldoende informatie had gegeven over zijn draagkracht, bij tussenbeschikking te bevelen om op grond van artikel 22 Rv nadere financiële stukken in het geding te brengen.

Wat is nu verstandig? Bent u als advocaat gehouden om de rechtbank te informeren of kunt u uw kruit drooghouden en afwachten tot uw cliënt een bevel krijgt om nadere informatie te verstrekken?

Als uw cliënt om alimentatie verzoekt of als u verweer voert en daarbij bepaalde stellingen inneemt over de draagkracht van uw cliënt, dan bent u verplicht hiervoor bewijs aan te dragen.

Deze verplichting volgt ook uit artikel 21 Rv. Partijen zijn verplicht de voor de beslissing van belang zijnde feiten en omstandigheden volledig en naar waarheid aan te voeren. Ook wanneer dat voor uw cliënt negatieve feiten en omstandigheden zijn! Voldoet u niet aan uw waarheidsplicht, dan kan dat uw cliënt duur komen te staan en kan dat ten nadele van uw cliënt worden uitgelegd, zo blijkt ook uit de eerste uitspraak van het hof.

Heeft u geluk en treft u, na het niet volledig informeren van partijen een welwillende rechter? Dan kan de rechter u in elke stand van de procedure op grond van 22 Rv bevelen om bepaalde stellingen toe te lichten of bepaalde stukken over te leggen. Doet u dat dan alsnog niet, dan kan de rechter ook daaruit de gevolgen trekken die hij juist acht.

U doet er dus verstandig aan uw stukken tijdig in te dienen. Rechters zijn immers niet vaak zo coulant. En terecht naar ons oordeel.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven