Wat mag er van een accountant wel en niet verwacht worden die als deskundige in een civiele procedure wordt benoemd en van een rapport dat nog een conceptstatus heeft? Over die vragen boog de Accountantskamer zich onlangs. De klachten tegen een inmiddels uitgeschreven RA worden niet-ontvankelijk en ongegrond verklaard. De tuchtprocedure is niet bedoeld voor toetsing van rapport van een door de rechter benoemde deskundige. Aan een concept-rapport worden bovendien minder zware eisen gesteld dan aan een eindrapport.
Uitspraak: 20-1118 ANONIEM vh RA
Deskundige echtscheidingsprocedure
De voormalige RA was aangeklaagd door een klager die was verwikkeld in een echtscheidingsprocedure. In die procedure had het gerechtshof Den Bosch de RA als deskundige benoemd om zich uit te spreken over pensioenaanspraken en de verdeling daarvan. De accountant liet zich daarbij bijstaan door een pensioendeskundige. Nadat er twee conceptrapporten waren uitgebracht en door de partijen bediscussieerd liet de pensioendeskundige weten dat zij zich als gevolg van onverwachte privéomstandigheden zou terugtrekken uit de zaak. De RA stuurde daarna na overleg met het hof het conceptrapport en de naar aanleiding daarvan ontvangen reacties naar het gerechtshof. Daarbij liet hij weten dat hij onder deze omstandigheden niet in staat was de opdracht af te ronden en genoodzaakt was deze terug te geven. Later dat jaar liet hij zich uitschrijven uit het register van de Nba.
Klachten bij Accountantskamer
De klager spande een tuchtzaak aan tegen de voormalige RA. Daarbij werd onder meer geklaagd over het teruggeven van de opdracht en de inhoud van het werk dat wél door de accountant was gedaan. Voor zover de klachten betrekking hebben op de periode na de uitschrijving van de RA worden de klachten echter niet-ontvankelijk verklaard.
De tuchtrechter en de inhoud van een rapport
Het is vaste rechtspraak van zowel de Accountantskamer als het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) (Zie ECLI:NL:CBB:2020:481) dat de tuchtprocedure niet dient om de inhoud en wijze van totstandkoming van het door de accountant als deskundige uitgebrachte rapport opnieuw en integraal te toetsen. De tuchtrechter beoordeelt alleen of de accountant bij het opstellen van zijn rapport heeft gehandeld overeenkomstig de voor hem geldende gedrags- en beroepsregels. Uit deze gedrags- en beroepsregels vloeit onder meer voort dat het rapport geen onjuiste informatie mag bevatten en dat de bevindingen en/of conclusies van het rapport een deugdelijke grondslag moeten hebben. Een specifiek nader voorschrift (NV COS) geldt daarbij niet.
In de uitspraak van de Accountantskamer van 2 maart 2015 (Zie ECLI:NL:TACAKN:2015:34) is dit nader uitgewerkt. Het is de civiele rechter die de opdracht tot het uitbrengen van een deskundigenbericht heeft gegeven, die leidend is. Deze geeft instructies en houdt toezicht op zowel de deskundige als op partijen. Zo houdt de civiele rechter toezicht op de totstandkoming van het deskundigenbericht, stelt deze de vergoeding voor de deskundige vast en bepaalt of het deskundigenbericht moet worden toegelicht of aangevuld. Ook bewaakt de civiele rechter de termijn. De waardering van het deskundigenbericht (als bewijs) is aan de civiele rechter. Dat geldt ook voor de vraag of de deskundige aan de opdracht heeft voldaan en of op de vragen een voor de civiele procedure relevant antwoord is gegeven. Op al deze punten heeft de tuchtrechter geen rol. De tuchtrechter heeft wel te beoordelen of het deskundigenbericht berust op een deugdelijke grondslag.
Bij het uitvoeren van een dergelijke opdracht dient de deskundige zich te houden aan de Leidraad deskundigen in civiele zaken (de Leidraad). Deze bevat regels over onder meer hoor en wederhoor, onpartijdigheid, aanvaarding van de opdracht en het onderzoek.
Conceptstatus rapport
Bij de beoordeling van de klacht is volgens de Accountantskamer onder andere van belang dat het rapport van betrokkene waarop de klacht ziet een conceptrapport is. Zoals al eerder is opgemerkt dient een deskundigenrapport dat wordt opgesteld ten behoeve van een civiele procedure te berusten op een deugdelijke grondslag. Deze eis kan niet onverkort aan een conceptrapport worden gesteld. Voor een conceptrapport geldt immers dat eventuele onjuistheden nog kunnen worden hersteld, omdat de partijen hierop in de civiele procedure nog kunnen reageren. Het voorgaande neemt niet weg dat een conceptrapport niet evident onjuist mag zijn. Het verwijtbaar of bewust opnemen van onjuiste of misleidende standpunten, gegevens en informatie is hoe dan ook tuchtrechtelijk verwijtbaar.
Geen tuchtrechtelijke verwijten
Vervolgens komt de Accountantskamer tot de conclusie dat de klager niet aannemelijk heeft gemaakt dat het conceptrapport van betrokkene verwijtbare onjuistheden bevat of misleidend is. Dat betrokkene zijn opdracht heeft teruggegeven is ook niet tuchtrechtelijk verwijtbaar, nu de rechter hem niet heeft gevraagd de opdracht af te ronden. Niet gebleken is dat betrokkene niet deskundig genoeg was.
De klacht is niet-ontvankelijk voor zover deze ziet op gedragingen van betrokkene van na 31 december 2019. Voor het overige is de klacht in zijn geheel ongegrond.
Geef een reactie