Hardheidsclausule beslagvrije voet: wanneer en hoe?

Bron: André Moerman
uur

Aangezien de nieuwe beslagvrije voet grofmaziger is dan de oude, is een hardheidsclausule in de wet opgenomen. In bijzondere situaties kan hier een beroep op worden gedaan. De kantonrechter beslist of en met welk bedrag de beslagvrije voet wordt verhoogd. Dit artikel beschrijft in welke situaties hier mogelijk een beroep op kan worden gedaan en op welke wijze je dit kunt doen.





De hardheidsclausule
Wanneer sprake is van een “kennelijk onevenredige hardheid als gevolg van een omstandigheid waarmee geen rekening is gehouden bij de vaststelling van de beslagvrije voet”, kan de kantonrechter op verzoek van de debiteur de beslagvrije voet voor een door hem te bepalen termijn verhogen. Het moet hierbij gaan om uitzonderlijk hoge noodzakelijke en niet (deels) via andere wegen te verlagen kosten waardoor de debiteur onder het bestaansminimum komt.
Er is nog geen jurisprudentie gepubliceerd.
Hieronder staan een aantal situaties beschreven waarbij mogelijk een beroep op de hardheidsclausule kan worden gedaan. Het is daarbij van belang dat aan de hand van een budgetoverzicht inzichtelijk kan worden gemaakt dat de beslagvrije voet ontoereikend is om de noodzakelijke kosten te voldoen. De uitkomst van een verzoek is geenszins zeker aangezien het om de individuele omstandigheden van het geval gaat en de kantonrechter hierin een eigen afweging maakt.


A. Medische kosten
Wanneer sprake is van maandelijkse hoge zorgkosten, die niet (volledig) vergoed worden en die niet uit de beslagvrije voet voldaan kunnen worden, kan om toepassing van de hardheidsclausule gevraagd worden. Denk hierbij ook aan de extra hoge premie voor een aanvullende verzekering die is afgesloten om deze hoge zorgkosten vergoed te krijgen.


B. Onzelfstandige woonruimte
De beslagvrije voet wordt op basis van de leefsituatie en de hoogte van het inkomen verhoogd met een zogenaamde compensatiekop. Deze is bij benadering gelijk aan de toeslagen die je minder krijgt naar mate het inkomen stijgt.
Stel dat de debiteur € 500 huur betaalt en hiervoor € 150 huurtoeslag ontvangt en bij een minimuminkomen zou de aanspraak op huurtoeslag € 250 bedragen. De compensatiekop van de beslagvrije voet voor woonkosten is dan ongeveer € 100. Stel dat betrokkene in een onzelfstandige woning woont (gedeelde badkamer, keuken e.d.) dan komt hij niet in aanmerking voor huurtoeslag. Mogelijk kan dan een beroep op de hardheidsclausule worden gedaan. Dit is een vergelijkbare situatie als bij iemand met een eigen woning waarvoor wel een voorziening in de beslagvrije voet is opgenomen.


C. Hoge woonlasten, hoog inkomen
Wanneer de debiteur vanwege de hoogte van het inkomen voor de maximale beslagvrije voet in aanmerking komt, kan hij bij woonkosten voor huurwoning of eigen huis hoger dan € 829, om verhoging van de beslagvrije voet vragen. De beslagvrije voet wordt verhoogd met het meerdere voor een periode van zes maanden. Deze periode kan met zes maanden worden verlengd onder de voorwaarde dat de vordering na deze periode zal zijn voldaan.
De wetgever heeft gekozen voor een korte periode van zes maanden vanuit de gedachte dat de debiteur goedkoper kan gaan wonen. Vaak zal dit niet mogelijk zijn omdat bij de woonruimteverdeling gekeken wordt naar de hoogte van het inkomen. Een verzoek om verlenging van de periode van zes maanden met een beroep op de hardheidsclausule is dan mogelijk (zie Kamerstukken II 2016-2017, 34628, nr. 9, p. 2).


D. Hoge woonlasten, laag inkomen
De beslagvrije voet kan bij mensen met een relatief laag inkomen en een hoge huur behoorlijk nadelig uitpakken. De volgende tabel geeft hiervan een indicatie. Het betreft een alleenstaande met een huur van € 700.



Bij een fiscaal inkomen van € 2000 per maand  is er aanspraak op € 158 huurtoeslag per maand. Bij een minimuminkomen zou er recht zijn op € 356 huurtoeslag per maand. Het tekort ad. € 198 wordt ongeveer in de beslagvrije voet gecompenseerd. De bijtelling woonkosten is echter € 124 lager dan in de oude berekening van de beslagvrije voet. De correctie woonkosten in de oude beslagvrije voet wordt als volgt berekend:



De oude berekening van de beslagvrije voet houdt er beter rekening mee dat hoge vaste lasten niet goed aansluiten bij een plotselinge verlaging van het besteedbaar inkomen als gevolg van beslag. Het verschil tussen de oude berekening en de nieuwe systematiek en de daarmee samenhangende nadelen bij een hoge huur, zijn niet expliciet aan de orde geweest tijdens de parlementaire behandeling. Mogelijk kan bij een te krap budgetplaatje als gevolg van hoge woonlasten een beroep op de hardheidsclausule worden gedaan.


E. Kosten om inkomsten te verwerven
Soms moet een werknemer bepaalde kosten maken om het inkomen te kunnen verwerven. Wanneer deze kosten niet uit de beslagvrije voet kunnen worden voldaan kan er mogelijk een beroep op de hardheidsclausule worden gedaan. Denk hierbij aan:

  • reiskosten woon-werkverkeer die niet door de werkgever worden vergoed, waarbij geen alternatieven zijn zoals carpoolen of fietsen;
  • eigen bijdrage kinderopvang wanneer niet een beroep op het eigen netwerk kan worden gedaan;
  • opleidingskosten voor een door de werkgever als noodzakelijk gestelde te volgen opleiding.


 
F. In instelling verblijven en (vrijwel) geen zorgtoeslag ontvangen
Bij verblijf in een inrichting (een verpleeg- of verzorghuis) geldt een veel lagere beslagvrije voet. De hoogte is gelijk aan de bijdrage die verschuldigd is voor de verpleging of verzorging, verhoogd met tweederde van de speciale bijstandsnorm voor verblijf in een inrichting. Sinds 1 januari 2021 wordt deze beslagvrije voet niet meer verhoogd met de premie ziektekostenverzekering verminderd met de normpremie en ontvangen zorgtoeslag. Een alleenstaande met een minimum inkomen komt in aanmerking voor € 107 (2021) zorgtoeslag. Wanneer betrokkene vanwege de hoogte van het inkomen (vrijwel) geen zorgtoeslag ontvangt, kan dit ertoe leiden dat de beslagvrije voet ontoereikend is om de noodzakelijke kosten te voldoen.


G. Kosten beschermingsbewind, curatele, mentorschap
Wanneer door de rechter een beschermingsmaatregel is opgelegd, worden er maandelijks kosten in rekening gebracht, die noodzakelijk zijn en waarvoor de beslagvrije voet niet toereikend is om deze te voldoen. Mogelijk zal de kantonrechter bij een verzoek toepassing hardheidsclausule oordelen dat bijzondere bijstand een voorliggende voorziening is. De Centrale Raad van Beroep heeft immers beslist dat hiervoor bijzondere bijstand moet worden verstrekt: de kosten zijn noodzakelijk en als er beslag is gelegd, dan is er geen draagkracht om deze kosten te voldoen. Het is echter evengoed mogelijk dat de Centrale Raad van Beroep, vanwege de komst van de hardheidsclausule, zal oordelen dat het verzoek om toepassing hardheidsclausule een voorliggende voorziening is in de zin van art. 15 van de Participatiewet.


H. Verblijf buiten Nederland
Wanneer betrokkene buiten Nederland verblijft en er beslag op het inkomen uit Nederland wordt gelegd dan geldt in beginsel een beslagvrije voet gelijk aan 47,5% van de echtparennorm (per 1 juli 2021: € 731,98). Wanneer de debiteur inzicht geeft in zijn leefsituatie en zijn bronnen van inkomsten dan kan hij aanspraak maken op de 'normale beslagvrije voet'. Afhankelijk van de levensstandaard in het land waar de debiteur woont, wordt de beslagvrije voet lager vastgesteld door deze te vermenigvuldigen met een woonlandfactor. Zo geldt voor Marokko en Turkije een woonlandfactor van 0,5 en voor Spanje 0,9.
De berekende beslagvrije voet kan in een individuele situatie ontoereikend zijn de noodzakelijke kosten te voldoen, aangezien bij de berekening verondersteld wordt dat betrokkene huur- en zorgtoeslag ontvangt, terwijl dit niet het geval is.


Het verzoek
Het verzoek tot toepassing van de hardheidsclausule moet worden ingediend bij de kantonrechter. Hij beslist of en zo ja met welk bedrag en voor welke periode de beslagvrije voet wordt verhoogd. Voor het verzoek moet € 85 (2021) aan griffierecht worden betaald. Mogelijk kan hiervoor bijzondere bijstand worden verstrekt.
Om bij toekenning van het verzoek een kostenveroordeling te kunnen krijgen doe je er verstandig aan eerst het verzoek in te dienen bij de deurwaarder.

Onderbouw aan de hand van de volgende vragen het verzoek:

  1. Hoe ziet de persoonlijke situatie eruit?
  2. Hoe ziet het inkomsten- en uitgavenplaatje eruit?
  3. Welke kosten kunnen niet uit de beslagvrije voet worden voldaan?
  4. Waarom zijn deze kosten noodzakelijk en niet vermijdbaar? Zijn er geen alternatieven?
  5. Wat gebeurt er wanneer de kosten niet worden betaald, wat zijn de gevolgen?

Download hier een voorbeeld verzoek.

Wanneer een uitkeringsinstantie op het inkomen verrekent is de hardheidsclausule analoog van toepassing. Het verzoek om verhoging van de beslagvrije voet moet dan worden gedaan bij het bestuursorgaan. Tegen een afwijzing staat bezwaar en beroep open.


Jurisprudentie gevraagd
Veel jurisprudentie wordt niet op rechtspraak.nl gepubliceerd. Heb je een beslissing van de kantonrechter ontvangen, stuur deze dan naar info@schuldinfo.nl. Dat wordt zeer op prijs gesteld.  


Meer informatie
- Voorbeeld verzoek toepassing hardheidsclausule beslagvrije voet
- Parlementaire behandeling hardheidsclausule beslagvrije voet


Reageren?
- Reageer via schuldinfo op LinkedIn