Rubriek | Gastcolumn |
---|---|
Titel | Smart cities! Smart law! |
Citeertitel | TBR 2016/1 ![]() |
Samenvatting | Op zoek op het internet naar publicaties over de juridische consequenties van smart cities stuit men vooral op ethische benaderingen, verhandelingen over privacy bedreigingen en over productaansprakelijkheid. Verhandelingen in de privaatrechtelijke sfeer van het (bouw)contractenrecht betreffen overwegend het werken met BIM. |
Auteur(s) | M.A.B. Chao-Duivis ![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Onteigenen onder de Omgevingswet: een (r)evolutie |
Citeertitel | TBR 2016/2 ![]() |
Samenvatting | Al vanaf de eerste berichten over de Omgevingswet wordt als één van de daarin op te nemen wetten de onteigeningswet genoemd. Mede omdat dit onderdeel in het inmiddels door de Tweede Kamer aangenomen wetsvoorstel nog niet was ingevuld, bleef nog onduidelijk op welke wijze de onteigeningswet zou worden geïntegreerd in de Omgevingswet. Op 25 november 2015 zond de minister een brief aan de Tweede Kamer waarin voor onder meer de integratie van de onteigeningswet in de Omgevingswet een aantal principiële keuzes wordt genoemd en toegelicht. Het antwoord op de vraag of, en zo ja, onder welke voorwaarden, ten behoeve van de uitvoering van een project tot onteigening kan worden overgegaan, is vaak van grote invloed op de wijze waarop zowel publieke als private projecten worden vormgegeven en uitgevoerd. Het belang van het instrument van onteigening kan dan ook moeilijk worden overschat. Dit geldt nog temeer als wordt bedacht dat in de Omgevingswet toelatingsplanologie en een eerbiedigend overgangsrecht niet meer de vaste uitgangspunten zijn, maar er ook sprake kan zijn van gebodsbepalingen en een veel beperkter werkend overgangsrecht. Alle reden om de in de brief van de minister beschreven uitgangspunten met aandacht - maar waar nodig ook kritisch - te beschouwen. Auteurs citeren bij de te bespreken onderdelen steeds de meest relevante passages uit de brief. Voorts voegen auteurs een schematisch overzicht bij, waarin is getracht neer te leggen hoe het systeem zoals dat in de brief is geschetst, er grosso modo uit zou zien. |
Auteur(s) | J.F. de Groot ![]() ![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | De toets der kruimels: geen brokken maken! |
Citeertitel | TBR 2016/3 ![]() |
Samenvatting | Op grond van artikel 2.12 lid 1 sub a onder 2 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (‘Wabo’) kan een omgevingsvergunning worden verleend waarbij van het bestemmingsplan of de beheersverordening (‘bestemmingsplan’) wordt afgeweken (‘kruimelvergunning’). Deze vergunning kan worden verleend in de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen gevallen (de ‘kruimellijst’, een limitatieve lijst met voorwaarden waaronder de kruimelvergunning kan worden verleend, opgenomen in artikel 4 bijlage II van het Besluit omgevingsrecht, ‘Bor’).
Omdat de kruimelvergunning voor steeds ‘grotere’ afwijkingen van het bestemmingsplan kan worden toegepast (zoals ook zal blijken uit de in paragraaf 5 geschetste voorbeelden), wordt in dit artikel onderzocht aan welke wet- en regelgeving een kruimelvergunning moet worden getoetst, welke belangen daarbij moeten worden meegewogen en aan welke motiveringsvereisten moet worden voldaan. Hierbij zal in het bijzonder worden ingegaan op het begrip goede ruimtelijke ordening en de invulling daarvan bij de verlening van de kruimelvergunning. |
Auteur(s) | H. Koolen ![]() ![]() |
Link | Volledige tekst artikel (Heutink Advocaten)![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | De Uniforme Administratieve Voorwaarden voor geïntegreerde contracten 2005, tijd voor een herziening? |
Citeertitel | TBR 2016/4 ![]() |
Samenvatting | Is het tijd voor een herziening van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor geïntegreerde contracten 2005 ('UAV-GC')? Die vraag stond centraal bij het seminar dat op 30 juni 2015 plaatsvond bij Stibbe in Amsterdam. Aanleiding voor het seminar was een door Stibbe uitgevoerd onderzoek naar de ervaringen met de UAV-GC. De marges in de bouw staan al geruime tijd onder druk en met enige regelmaat materialiseren zich forse risico's die bouwbedrijven onder geïntegreerde overeenkomsten op zich namen. Alle reden dus om de UAV-GC nader te bezien. De belangrijkste knelpunten die uit het onderzoek naar voren kwamen zijn in dit artikel uitgewerkt: de toepassing van de UAV-GC en proportionaliteit, verstrekte informatie, de procedure voor wijzigingen, vergunningen en beperking van aansprakelijkheid. De zienswijzen van de andere sprekers op het seminar zijn niet in dit artikel verwerkt, deze verschijnen op een later moment in dit tijdschrift. |
Auteur(s) | E. van Dam ![]() ![]() ![]() |
Link | Volledige tekst artikel (https://docplayer.nl/18788601-Is-het-tijd-voor-een-herziening-van-de-uniforme.html)![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Herziening van de Aanbestedingswet 2012 |
Citeertitel | TBR 2016/5 ![]() |
Samenvatting | Op 29 oktober 2015 werd bij de Tweede Kamer het wetsvoorstel tot wijziging van de Aanbestedingswet 2012 in verband met de implementatie van aanbestedingsrichtlijnen 2014/23/EU, 2014/24/EU en 2014/25/EU ingediend. In de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel wordt opgemerkt dat de Aanbestedingswet 2012 hoofdzakelijk de implementatie bevat van de Europese aanbestedingsrichtlijnen 2004/18/EG en richtlijn 2004/17/EG voor opdrachten boven de Europese drempelwaarden. Deze richtlijnen zijn herzien en vervangen door de richtlijnen 2014/24/EU en 2014/25/EU. In dit wetsvoorstel worden de wijzigingen die volgen uit deze twee herziene richtlijnen geïmplementeerd. Ook strekt dit wetsvoorstel tot implementatie van de nieuw geïntroduceerde concessierichtlijn 2014/23. De wijzigingen hebben derhalve uitsluitend betrekking op opdrachten boven de Europese drempelwaarden. |
Auteur(s) | A.G. Bregman ![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | De mogelijkheden van horizontaal en opwaarts inbesteden moeten duidelijker worden beschreven |
Citeertitel | TBR 2016/6 ![]() |
Samenvatting | Gemeenten gaan steeds vaker samenwerkingen met elkaar aan om bestaande taken beter uit te voeren of nieuwe aan te pakken. Dat kan op verschillende manieren worden vormgegeven, die elk zo hun specifieke beperkingen en voor- en nadelen hebben. Soms kan een horizontale samenwerking uitkomst bieden, waarbij de ene gemeente taken voor een andere verricht. Maar soms past dat niet en is het aangewezen dat een gezamenlijke entiteit wordt opgericht, die voor elk van de deelnemende gemeenten taken uitvoert. Dan ontstaat een meer verticale verhouding tussen de opdrachtgevende moedergemeenten en de gemeenschappelijke dochterentiteit, waarbij een beroep op de klassieke inbestedingsexceptie mogelijk wordt, ook wel bekend als inhouse-opdrachtverlening. |
Auteur(s) | J.C. Binnerts ![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | De economische meest voordelige inschrijving als overkoepelend concept voor het begrip ‘gunningscriterium’. Van pas de deux naar ménage a trois |
Citeertitel | TBR 2016/7 ![]() |
Samenvatting | De economische meest voordelige inschrijving als overkoepelend concept voor het begrip ‘gunningscriterium’: van pas de deux naar ménage a trois ?Aanbestedende diensten moeten van de Europese wetgever de economisch beste oplossing kiezen. In artikel 67 van de Richtlijn 2014/24/EU (Richtlijn) is verwoord dat overheidsopdrachten op basis van het gunningscriterium de Economisch Meest Voordelige Inschrijving (EMVI) in de markt gezet moeten worden. Dit heeft gevolgen voor de praktijk. De betekenis van wettelijke termen (en aanbestedingsjargon) gaat namelijk veranderen. In deze bijdrage gaan auteurs in op de inhoud van artikel 67 Richtlijn en de voorgestelde wijze van implementeren door de Nederlandse wetgever. Omdat het wetgevend proces zich nog in een stadium bevindt waarin amendementen kunnen worden doorgevoerd en in het licht van de werktitel van de in deze TBR opgenomen reeks van artikelen, zullen auteurs ook suggesties ter verbetering van het wetsvoorstel doen. |
Auteur(s) | C.R.V. Wehrmeijer-Lagendijk ![]() ![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Onderscheid selectie - versus gunningscriteria passé? |
Citeertitel | TBR 2016/8 ![]() |
Samenvatting | Eén van de eerste dingen die juristen die voor het eerst kennismaken met het aanbestedingsrecht vaak voorgeschoteld krijgen is het onderscheid tussen criteria voor de gunning van de opdracht aan de ene kant en criteria voor de beoordeling van de geschiktheid van de inschrijvers aan de andere kant. Vuistregel is dat geschiktheidseisen en selectiecriteria betrekking hebben op de inschrijver, en gunningscriteria op de inschrijving en dat beide elementen toch vooral goed van elkaar onderscheiden moeten worden. |
Auteur(s) | B.J. Korthals Altes ![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | De mogelijkheid om overheidsopdrachten tijdens de looptijd van een overeenkomst aan te passen is te ruim geformuleerd! |
Citeertitel | TBR 2016/9 ![]() |
Samenvatting | Op grond van de Europese aanbestedingsregels is het niet zomaar toegestaan om overheidsopdrachten tijdens de uitvoering van de met de winnaar van de aanbestedingsprocedure gesloten overeenkomst te wijzigen. Dat is ook logisch, want wat is nog de waarde van een Europese aanbestedingsprocedure, indien de winnaar uiteindelijk een wezenlijk andere opdracht uitvoert dan de overheidsopdracht die is aanbesteed? Wijzigingen die achteraf in de gesloten overeenkomst worden aangebracht hebben geen onderdeel uitgemaakt van de concurrentiestrijd. Vanuit het perspectief van andere marktpartijen is dit onwenselijk, omdat zij geen kans hebben gekregen een offerte uit te brengen voor die opdracht. Vanuit het perspectief van de aanbestedende dienst is dit onwenselijk, omdat de offerte voor de uiteindelijke opdracht niet tot stand is gekomen onder concurrentiedruk. |
Auteur(s) | B.J.H. Blaisse-Verkooijen ![]() |
Link | Volledige tekst artikel (Pot Jonker advocaten)![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Beëindiging van wezenlijk gewijzigde overheidsopdrachten |
Citeertitel | TBR 2016/10 ![]() |
Samenvatting | De Nederlandse regering heeft op 29 oktober 2015 een wetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer dat strekt tot implementatie van de nieuwe aanbestedingsrichtlijnen in de Aanbestedingswet 2012. Het wetsvoorstel bevat geen bepaling die de aanbestedende dienst de mogelijkheid biedt een overheidsopdracht te beëindigen, indien sprake is van een wezenlijke wijziging. Volgens de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel zouden de betreffende richtlijnbepalingen geen implementatie behoeven, omdat het Nederlandse rechtsstelsel al in deze mogelijkheid zou voorzien. In deze bijdrage toetst auteur deze aanname op juistheid. |
Auteur(s) | A.J. van Heeswijck ![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Wijziging Aanbestedingswet 2012, nog wat werk aan de winkel voor de wetgever |
Citeertitel | TBR 2016/11 ![]() |
Samenvatting | In het Wetsvoorstel is een nieuwe facultatieve uitsluitingsgrond opgenomen die ziet op 'past performance'. Het nieuwe artikel 2.87 sub g bepaalt dat een inschrijver kan worden uitgesloten van deelneming aan een aanbestedingsprocedure indien: ‘de inschrijver of gegadigde heeft blijk gegeven van aanzienlijke of voortdurende tekortkomingen bij de uitvoering van een wezenlijk voorschrift van een eerdere overheidsopdracht, een eerdere opdracht van een speciale-sectorbedrijf of een eerdere concessieopdracht en dit heeft geleid tot vroegtijdige beëindiging van die eerdere opdracht, tot schadevergoeding of tot andere vergelijkbare sancties.’ Het moet gaan om aanzienlijke of voortdurende tekortkomingen. Onder een aanzienlijke tekortkoming dient in ieder geval te worden verstaan die gevallen waarin de rechter wanprestatie heeft vastgesteld. Ook moet de aanzienlijke tekortkoming hebben geleid tot sancties van de opdrachtgever zoals vroegtijdige beëindiging van die eerdere opdracht, schadevergoeding of tot andere vergelijkbare sancties. |
Auteur(s) | D.J.L. van Ee ![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Ruimtelijke ordeningsrecht |
---|---|
Titel | Raad van State 02-12-2015 |
Citeertitel | TBR 2016/12 ![]() |
Samenvatting | Bestemmingsplan Heerlen |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 7 april 2015 heeft de raad het bestemmingsplan "Kissel-Voskuilenweg 2014" vastgesteld. |
Annotator | H.J. de Vries ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2015:3665 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Bestuurlijke schadevergoeding |
---|---|
Titel | Raad van State 14-10-2015 |
Citeertitel | TBR 2016/13 ![]() |
Samenvatting | Nadeelcompensatie Arnhem |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 22 augustus 2013 heeft het college een verzoek om nadeelcompensatie van [appellant] afgewezen. |
Annotator | F.A. Mulder ![]() ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2015:3182 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Aanneming van werk |
---|---|
Titel | Raad van Arbitrage voor de Bouw 09-09-2015, 71.976 |
Citeertitel | TBR 2016/14 ![]() |
Samenvatting | (Non)-conformiteit openbare ruimte |
Annotator | J.J. Dammingh ![]() |
Link | Volledige tekst uitspraak (Raad van Arbitrage voor de Bouw) |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Overig privaatrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 29-05-2015 |
Citeertitel | TBR 2016/15 ![]() |
Samenvatting | Beroepsfout advocaat bij advisering |
Samenvatting (Bron) | Beroepsfout advocaat. Maatstaf aansprakelijkheid bij proceshandelingen (HR 2 april 1982, ECLI:NL:HR:1982:AG4355, NJ 1983/367 en HR 29 november 1991, ECLI:NL:HR:1991:ZC0429, NJ 1992/808). Maatstaf bij advisering (HR 2 februari 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ4564, NJ 2007/92); waarschuwingsplicht? |
Annotator | G.C.W. van der Feltz ![]() |
Link | Volledige tekst annotatie (Van der Feltz Advocaten)![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2015:1406 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Overig privaatrecht |
---|---|
Titel | Raad van Arbitrage voor de Bouw 28-05-2015, 71.927 |
Citeertitel | TBR 2016/16 ![]() |
Samenvatting | Gevelstenen; Wijze van levering en beëindiging in onvoltooide staat |
Annotator | F.M. van Cassel-van Zeeland ![]() |
Link | Volledige tekst uitspraak (Raad van Arbitrage voor de Bouw) |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |