Rubriek | HvJ EU |
---|---|
Titel | HvJ EU 08-05-2019, C-450/17 P |
Citeertitel | AB 2019/284 ![]() |
Samenvatting | Prudentieel toezicht op kredietinstellingen (Landeskreditbank Baden-Württemberg) |
Samenvatting (Bron) | Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 8 mei 2019.#Landeskreditbank Baden-Wurttemberg - Forderbank tegen Europese Centrale Bank (ECB).#Hogere voorziening - Economisch en monetair beleid - Verordening (EU) nr. 1024/2013 - Artikel 6, lid 4 - Verordening (EU) nr. 468/2014 - Artikel 70, lid 1 - Prudentieel toezicht op kredietinstellingen - Taken opgedragen aan de Europese Centrale Bank (ECB) - Gemeenschappelijk Toezichtsmechanisme - Uitoefening van deze taken door de nationale bevoegde autoriteiten - ,Minder belangrijke' kredietinstelling - ,Bijzondere omstandigheden' ter rechtvaardiging van de indeling van een kredietinstelling als ,minder belangrijk'.#Zaak C-450/17 P. |
Annotator | R. Stijnen ![]() |
Uitspraak | ECLI:EU:C:2019:372 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | ABRvS |
---|---|
Titel | Raad van State 22-05-2019 |
Citeertitel | AB 2019/285 ![]() |
Samenvatting | Wet openbaarheid bestuur declaraties van de Centrale Ondernemingsraad van de Landelijke Politie |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 8 augustus 2016 heeft de korpschef een verzoek van [appellant] om informatie op grond van de Wet openbaarheid bestuur (hierna: Wob) afgewezen. |
Annotator | P.J. Stolk ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1637 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | ABRvS |
---|---|
Titel | Raad van State 24-04-2019 |
Citeertitel | AB 2019/286 ![]() |
Samenvatting | Gedoogbeslissing bouwwerk besluit tot handhaving? |
Samenvatting (Bron) | Op 6 juni 2016 heeft het college een persoonsgebonden gedoogbeslissing genomen voor een bouwwerk op het perceel van [appellant] aan [locatie] te Hoogeloon (hierna: het perceel). |
Annotator | L.J.A. Damen ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1356 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | ABRvS |
---|---|
Titel | Raad van State 24-04-2019 |
Citeertitel | AB 2019/287 ![]() |
Samenvatting | Bestuurlijke boete woningcorporaties als woningen waarvan zij eigenaar zijn aan bestemming voor bewoning zijn onttrokken |
Samenvatting (Bron) | In de tussenuitspraak heeft de Afdeling overwogen dat voor een geslaagd beroep op het gelijkheidsbeginsel sprake dient te zijn van gelijke gevallen. Partijen zijn het erover eens dat aan woningcorporaties een bestuurlijke boete kan worden opgelegd als woningen waarvan zij eigenaar zijn aan de bestemming voor bewoning zijn onttrokken. |
Annotator | T.I. Oost ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1336 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | ABRvS |
---|---|
Titel | Raad van State 17-04-2019 |
Citeertitel | AB 2019/288 ![]() |
Samenvatting | Wet openbaarheid van bestuur informatie die niet specifiek ziet op onder toezicht van DNB |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 7 juni 2016 heeft DNB het verzoek van [appellante] om op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: de Wob) informatie te verstrekken, afgewezen. |
Annotator | J.A.F. Peters ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1236 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | ABRvS |
---|---|
Titel | Raad van State 10-04-2019 |
Citeertitel | AB 2019/289 ![]() |
Samenvatting | Geen urgentieverklaring. Woonsituatie en de psychische klachten niet ernstig genoeg |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 15 juni 2017 heeft het college een verzoek van [appellant] om een urgentieverklaring afgewezen. |
Annotator | R. Ortlep ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1119 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | ABRvS |
---|---|
Titel | Raad van State 03-04-2019 |
Citeertitel | AB 2019/290 ![]() |
Samenvatting | Voorschot kindgebonden budget herzien |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 21 september 2017 heeft de Belastingdienst/Toeslagen het voorschot kindgebonden budget van [wederpartij] voor 2017 herzien en vastgesteld op 2.109,00. |
Annotator | B.M.A. van Eck ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1046 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | ABRvS |
---|---|
Titel | Raad van State 20-02-2019 |
Citeertitel | AB 2019/291 ![]() |
Samenvatting | Rijbewijs ongeldig verklaard op medische gronden |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 3 juli 2017 heeft het CBR het rijbewijs van [appellant sub 2] ongeldig verklaard. |
Annotator | A.C. Hendriks ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:528 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | ABRvS |
---|---|
Titel | Raad van State 07-11-2018 |
Citeertitel | AB 2019/292 ![]() |
Samenvatting | Bestemmingsplan "Eemshaven Zuidoost" vastgesteld. Woon- en leefomgeving aangetast door het bedrijventerrein en de windturbines? |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 20 juli 2017 heeft de raad het bestemmingsplan "Eemshaven Zuidoost" (hierna: het plan) vastgesteld. |
Annotator | A.G.A. Nijmeijer ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2018:3623 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | ABRvS |
---|---|
Titel | Raad van State 28-02-2018 |
Citeertitel | AB 2019/293 ![]() |
Samenvatting | Schadevergoeding vertraging bij de realisering van het bouwplan afgewezen |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 19 maart 2014 heeft het college een verzoek van [appellant] om schadevergoeding afgewezen. |
Annotator | S.F.A. van Ravels ![]() ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2018:647 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | CRvB |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 15-05-2019 |
Citeertitel | AB 2019/294 ![]() |
Samenvatting | Geschiktheid functies, arbeidsongeschiktheid. |
Samenvatting (Bron) | Met nader besluit is de mate van arbeidsongeschiktheid vastgesteld op 43,88%. Juistheid medische grondslag. Arbeidskundige grondslag. CBBS. Geschiktheid functies. Rijbewijs niet noodzakelijk. |
Annotator | A.C. Hendriks ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2019:1737 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Centrale Raad van Beroep |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 26-03-2019 |
Citeertitel | AB 2019/295 ![]() |
Samenvatting | Bezwaar tegen uitkeringsspecificaties verschoonbaar te laat |
Samenvatting (Bron) | Bezwaar tegen uitkeringsspecificaties verschoonbaar te laat in verband met ontbreken rechtsmiddelenverwijzing. Verrekening inkomsten met 25% vrijlating op grond van art. 58 lid 3 PW. Beroep op vertrouwensbeginsel slaagt niet. |
Annotator | C.W.C.A. Bruggeman ![]() |
Link | Volledige tekst annotatie (Schulinck.nl)![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2019:1014 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Centrale Raad van Beroep |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 20-02-2019 |
Citeertitel | AB 2019/296 ![]() |
Samenvatting | Functie horecamedewerkster op goede gronden als uitgangspunt genomen voor bepaling maatmaninkomen |
Samenvatting (Bron) | Deskundigenrapport geeft blijk van een zorgvuldig onderzoek. De deskundige heeft appellante zelf onderzocht en haar rapport uitgebreid, inzichtelijk en consistent gemotiveerd. Advies Gezondheidsraad ME/CVS is van algemene aard en gaat niet in op de individuele situatie van appellante. FML is in overeenstemming gebracht met conclusies deskundige. Terecht geconcludeerd dat een drietal van de geselecteerde functies onveranderd passend is en twee functies vervallen. Functie horecamedewerkster op goede gronden als uitgangspunt genomen voor bepaling maatmaninkomen. Uwv veroordeeld in de proceskosten. |
Annotator | A.C. Hendriks ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2019:804 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | College van Beroep voor het bedrijfsleven |
---|---|
Titel | College van Beroep voor het bedrijfsleven 07-05-2019 |
Citeertitel | AB 2019/297 ![]() |
Samenvatting | Niet duidelijke en misleidende reclame-uiting rendementen? |
Samenvatting (Bron) | Hoger beroep. Boete wegens overtreding van artikel 4:19, tweede lid, van de Wet financieel toezicht. Niet duidelijke en misleidende reclame-uiting. Schending nemo tenetur-beginsel. Wilsafhankelijk materiaal. Beslistermijn artikel 5:51 Awb. Zienswijzegelegenheid boetevoornemen. Hoogte van de boete. |
Annotator | R. Stijnen ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:CBB:2019:177 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | College van Beroep voor het bedrijfsleven |
---|---|
Titel | College van Beroep voor het bedrijfsleven 05-02-2019 |
Citeertitel | AB 2019/298 ![]() |
Samenvatting | Wet geneesmiddelenprijzen (Wgp). Vergelijkbaarheid van geneesmiddelen |
Samenvatting (Bron) | Wet geneesmiddelenprijzen (Wgp). Vaststelling maximumprijs voor Copaxone. Vergelijkbaarheid van geneesmiddelen. Verweerder heeft bij de berekening van de maximumprijs voor Copaxone de prijzen van Glatirameeracetaat Mylan betrokken. Het betreft complexe geneesmiddelen, waardoor het niet mogelijk is om vast te stellen dat ene geneesmiddel dezelfde werkzame stof heeft als het andere geneesmiddel. Verweerder stelt dat Copaxone en Glatirameeracetaat Mylan vergelijkbare geneesmiddelen in de zin van artikel 1 lid 1 onder c van de Wgp zijn. Volgens verweerder is voldoende dat de beide geneesmiddelen met dezelfde bouwstenen op een dusdanige wijze worden geproduceerd dat de voorwaarden voor het ontstaan van de werkzame bestanddelen op gelijke wijze worden gecreëerd. Het College overweegt dat noch de tekst, noch de geschiedenis van de totstandkoming van artikel 1 eerste lid onder c Wgp aanknopingspunten biedt voor de interpretatie van verweerder. De definitiebepaling eist uitdrukkelijk dat sprake is van dezelfde werkzame bestanddelen. Het beroep is gegrond. De besluiten worden vernietigd voor zover daarbij maximumprijzen voor Copaxone zijn vastgesteld. |
Annotator | W.S. Zorg ![]() ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:CBB:2019:54 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |