Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | De nieuwe Warmtewet. Marktordening op het grensvlak van het energie- en omgevingsrecht |
Citeertitel | TBR 2020/128 ![]() |
Samenvatting | In deze bijdrage wordt de consultatieversie van de Wet collectieve warmtevoorziening besproken, waarbij de systematiek van de marktordening, de verplichtingen van het warmtebedrijf en de verhouding tussen het besluitvormingsproces voor warmtelevering en het omgevingsrecht centraal staan. |
Auteur(s) | M.A.M. Dieperink ![]() ![]() |
Link | Volledige tekst artikel (AKD.eu)![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Van bestemmingen naar werkingsgebieden, bevalt dat? |
Citeertitel | TBR 2020/129 ![]() |
Samenvatting | In deze bijdrage gaat de auteur in op de gevolgen van het loslaten van bestemmingsvlakken in het omgevingsplan en het aanwijzen van werkingsgebieden, en de vraag wat dat specifiek betekent voor het ontwerpen, voorbereiden en beoordelen van omgevingsplannen. |
Auteur(s) | J. Struiksma ![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | De niet-rechtsgeldige opzegging van overeenkomsten van opdracht en de mogelijke gevolgen daarvan |
Citeertitel | TBR 2020/130 ![]() |
Samenvatting | De overeenkomst van opdracht is een veelvoorkomende samenwerkingsvorm in de bouwpraktijk. Zo kwalificeert onder meer de opdracht die een ontwikkelaar verstrekt aan een architect voor het ontwerp van een kantoorgebouw als een overeenkomst van opdracht, maar ook een overeenkomst voor het uitvoeren van (periodieke) onderhoudswerkzaamheden. Aangezien een overeenkomst van opdracht in de regel verplicht tot het verrichten van werkzaamheden over een bepaalde periode, houdt een opdracht nagenoeg altijd een duurovereenkomst in. Er kunnen vervolgens omstandigheden zijn op basis waarvan de opdrachtgever of de opdrachtnemer de overeenkomst van opdracht wenst te beëindigen. Overeenkomsten kunnen over het algemeen echter niet zomaar beëindigd worden. Wat geldt nu in het geval een overeenkomst van opdracht op niet-rechtsgeldige wijze wordt beëindigd? In dit artikel zetten mr. S. Engels en mr. M.J. Verbraken allereerst kort het juridisch kader van de overeenkomst van opdracht uiteen en gaan vervolgens nader in op de beëindiging van duurovereenkomsten. Daarbij komen ook overeenkomsten van opdracht aan bod waarop De Nieuwe Regeling (DNR) 2011 van toepassing is. |
Auteur(s) | S. Engels ![]() ![]() |
Link | Volledige tekst artikel (AKD.eu)![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Kroniek van het Europese Aanbestedingsrecht |
Citeertitel | TBR 2020/131 ![]() |
Samenvatting | In deze jaarlijks verschijnende kroniek vatten mr. I.A.F. Hendriksen en mr. E. Verweij een aantal belangrijke uitspraken samen die door het Europese Hof van Justitie (Hof) zijn gewezen op het gebied van het aanbestedingsrecht in de tweede helft van 2019 en de eerste helft van 2020. Kronieken van voorgaande jaren verschenen in eerdere jaargangen van dit tijdschrift. |
Auteur(s) | I.A.F. Hendriksen ![]() ![]() |
Link | Volledige tekst artikel (Stibbe.com)![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Ruimtelijke ordeningsrecht |
---|---|
Titel | Raad van State 09-09-2020 |
Citeertitel | TBR 2020/132 ![]() |
Samenvatting | Bestemmingsplan Waalwijk |
Samenvatting (Bron) | Bij tussenuitspraak van 5 februari 2020, ECLI:NL:RVS:2020:373, heeft de Afdeling de raad van de gemeente Waalwijk opgedragen om binnen 16 weken na verzending van deze uitspraak het daarin omschreven gebrek in het besluit van 11 oktober 2018 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Herziening centrumplan Waalwijk" te herstellen. Deze uitspraak is aangehecht. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak van 5 februari 2020, kort gezegd, overwogen dat onvoldoende is gemotiveerd dat het plan uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening nodig is. De eerder voorziene doorsteek op de locatie, die met het voorliggende plan wordt wegbestemd, acht de raad immers nog steeds wenselijk, terwijl niet draagkrachtig is gemotiveerd dat het plan voor die doorsteek niet uitgevoerd kan worden. Daarom is het voorliggende plan in strijd met artikel 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht vastgesteld. De raad is daarom opgedragen het voorliggende plan alsnog deugdelijk te motiveren, dan wel een ander besluit te nemen. |
Annotator | H.J. de Vries ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2020:2179 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Wabo |
---|---|
Titel | Raad van State 06-05-2020 |
Citeertitel | TBR 2020/133 ![]() |
Samenvatting | Handhaving garage Alphen |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 20 maart 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Alphen-Chaam [appellant sub 1] onder oplegging van bestuursdwang gelast om het bijgebouw op het perceel aan de [locatie 1] te Alphen (hierna: het perceel) te verwijderen en verwijderd te houden. [appellant sub 1] is eigenaar en bewoner van de woning op het perceel. In 2015 heeft hij de houten schuur in de zuidoosthoek van het perceel vervangen door een garage en berging met een kap. De garage is aan een zijde open. [appellant sub 1] gebruikt de garage om zijn oldtimers daarin te stallen en te restaureren. [appellant sub 2] woont op het perceel [locatie 2] te Alphen dat grenst aan het perceel en heeft handhaving van het bestemmingsplan gevraagd. |
Annotator | T. Groot ![]() |
Link | Volledige tekst annotatie (stijladvocaten.nl)![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2020:1185 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Wabo |
---|---|
Titel | Raad van State 20-05-2020 |
Citeertitel | TBR 2020/134 ![]() |
Samenvatting | Weigering omgevingsvergunning afwijken Woerden |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 19 juli 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Woerden geweigerd om aan [appellant A] en Free Heart een omgevingsvergunning te verlenen voor onder meer het verrichten van huwelijkssluitingen en het gebruiken van de galerie als proeflokaal op het perceel Meije 300 te Zegveld. Op het perceel bevinden zich een historisch gebouw, waarin onder meer een galerie wordt geëxploiteerd, een hooimijt en een woning. Op 4 juni 2015 hebben [appellant A] en Free Heart een aanvraag ingediend, aangevuld in januari 2017, om omgevingsvergunning op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor onder meer het verrichten van huwelijkssluitingen in de hooimijt en het gebruiken van de galerie als proeflokaal. Het college is niet bereid af te wijken van het bestemmingsplan, omdat het recent is vastgesteld. |
Annotator | H.J. de Vries ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2020:1262 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Milieurecht |
---|---|
Titel | HvJ EU 25-06-2020, C-24/19 |
Citeertitel | TBR 2020/135 ![]() |
Samenvatting | Plannen en programma’s in de zin van Richtlijn 2001/42/EG |
Samenvatting (Bron) | Arrest van het Hof (Grote kamer) van 25 juni 2020.#A e.a. tegen Gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar van het departement Ruimte Vlaanderen, afdeling Oost-Vlaanderen.#Prejudici?le verwijzing - Richtlijn 2001/42/EG - Milieueffectbeoordeling - Stedenbouwkundige vergunning voor de bouw en exploitatie van windturbines - Artikel 2, onder a) - Begrip ,plannen en programma's' - Voorwaarden voor de verlening van de vergunning die zijn neergelegd in een besluit en een omzendbrief - Artikel 3, lid 2, onder a) - Nationale handelingen die een kader vormen voor de toekenning van toekomstige vergunningen voor projecten - Ontbreken van een milieubeoordeling - Handhaving van de gevolgen van nationale handelingen en van de op basis daarvan verleende vergunningen wanneer is gebleken dat die handelingen onverenigbaar zijn met het Unierecht - Voorwaarden.#Zaak C-24/19. |
Annotator | R.H.W. Frins ![]() |
Uitspraak | ECLI:EU:C:2020:503 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Bestuurlijke schadevergoeding |
---|---|
Titel | Raad van State 01-07-2020 |
Citeertitel | TBR 2020/136 ![]() |
Samenvatting | Planschade Heesch. De Afdeling verduidelijkt in deze zaak haar rechtspraak over de hoogte van het normaal maatschappelijk risico bij inbreidingslocaties. Daarbij komt ook het onderscheid tussen de algemene lijn der verwachting bij het normaal maatschappelijk risico en concrete voorzienbaarheid aan de orde. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 10 april 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Bernheze [belanghebbende] een tegemoetkoming in planschade van 4.600,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 juni 2017 tot de dag van uitbetaling, toegekend. [belanghebbende] is sinds 15 december 1983 eigenaar van de woning op het perceel [locatie] te Heesch. Hij heeft bij brief van 15 juni 2017 een aanvraag om een tegemoetkoming in planschade ingediend. Aan die aanvraag heeft hij ten grondslag gelegd dat de inwerkingtreding van het bestemmingsplan Hoefstraat ong. (naast []) Heesch van 31 januari 2017 het mogelijk heeft gemaakt om op het ten noordoosten van de woning gelegen plangebied een vrijstaande nieuwbouwwoning met een bedrijfsruimte op te richten en dat dit tot waardevermindering van de woning heeft geleid. |
Annotator | F.A. Mulder ![]() |
Link | Volledige tekst annotatie (VBK.nl)![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2020:1535 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Aanneming van werk |
---|---|
Titel | Hoge Raad 27-03-2020 |
Citeertitel | TBR 2020/137 ![]() |
Samenvatting | Vervalbeding verborgen gebreken |
Samenvatting (Bron) | Contractenrecht. Koop-/aannemingsovereenkomst woningen. Gebreken in duurzame energievoorziening. Vervalbeding. Is vervalbeding dat wettelijke verjaringstermijn of vervaltermijn verkort onredelijk bezwarend? Art. 6:233 onder a BW; art. 6:236 onder g BW (zwarte lijst); art. 6:237 onder h BW (grijze lijst). |
Annotator | S.J.H. Rutten ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2020:531 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Aanneming van werk |
---|---|
Titel | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 21-01-2020 |
Citeertitel | TBR 2020/138 ![]() |
Samenvatting | Waarschuwingsplicht: een fundament van de aannemingsovereenkomst |
Samenvatting (Bron) | Schending van de waarschuwingsplicht van art. 7:754 BW rechtvaardigt ontbinding van de overeenkomst. Een aannemer heeft op een ondeugdelijk fundament een opslaghal gebouwd. De aannemer had voor die ondeugdelijkheid moeten waarschuwen. De opdrachtgever mag de overeenkomst ontbinden: de exoneraties in de algemene voorwaarden zien niet op dit punt. |
Annotator | J.R. Hoogendoorn ![]() |
Uitspraak | ECLI:NL:GHARL:2020:550 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Aanneming van werk |
---|---|
Titel | Raad van Arbitrage voor de Bouw 09-04-2020, 72.172 |
Citeertitel | TBR 2020/139 ![]() |
Samenvatting | Provisionele vordering tot het verstrekken van enkele revisiebescheiden. Rechtsvordering is verjaard (artikel 7:761 lid 1 BW) |
Annotator | M.B. Klijn ![]() ![]() |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |