Rubriek | Opinie |
---|---|
Titel | 'Vooruit met het recht': (g)een relativiteitseis in het bestuursprocesrecht? |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. ![]() |
Samenvatting | Er is al enige tijd een debat gaande over de vraag of in het bestuurprocesrecht een relativiteitsvereiste is in te voeren. In het privaatrecht is het relativiteitsvereiste in 1928 aanvaard ter beperking van aansprakelijkheid voor aan derden toegebrachte schade, die anders te uitgebreid zou (kunnen) zijn (vgl. inmiddels de artikelen 6:162 lid 1 en 6:163 BW). Het privaatrecht kent sinds 1958 bovendien de zogenoemde correctie Langemeijer. |
Auteur(s) | L.F. Wiggers-Rust ![]() |
Pagina | 197-197 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | De harde kern van het voorzorgsbeginsel |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. ![]() |
Samenvatting | Dit artikel kijkt met een Nederlandse bril naar het voorzorgsbeginsel in het algemeen internationaal recht. Het gaat zo terug naar de bron, naar de juridische harde kern van het beginsel. Dat is nodig vanwege de grote spraakverwarring rond het voorzorgsbeginsel en de behoefte aan een referentiekader voor de toepassing ervan in het Nederlands en Europees recht. |
Auteur(s) | A. Trouwborst ![]() |
Pagina | 198-205 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Economische instrumenten in het milieubeleid |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. ![]() |
Samenvatting | Economische instrumenten zijn bezig aan een opmars in het milieurecht. Dat het marktmechanisme een positieve rol kan spelen bij het bereiken van milieudoelstellingen wordt inmiddels in brede kring onderkend. Inzichten uit de (economische) theorie en ervaringen uit de praktijk kunnen bijdragen aan een realistisch beeld van het potentieel van economische instrumenten en de wijze waarop dat potentieel beter kan worden benut. |
Auteur(s) | F.H. Oosterhuis ![]() ![]() |
Pagina | 206-214 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Another perspective on the quality of EC environmental legislation. Reactie op het artikel 'Better regulation for the EC environment on the quality of EC environmental legislation' van L. Krämer in M en R 2007-2 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. ![]() |
Samenvatting | The pervasive use of general legal notions in EC directives and regulations is a shortcoming of EC environmental law. However, there is no magic formula for the solution of this problem. The author's assertion that 'it is relatively easy to draft precise, clear and consistent legislation' is not warranted. The contrary is true. It is very difficult, often impossible, to specific concepts like significant environmental effects, energy efficiency etc. with precise generic, let alone quantitative terms. |
Auteur(s) | E. Bohne ![]() |
Pagina | 215-217 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Actualia & Documentatie |
---|---|
Titel | Actualia & Documentatie |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. ![]() |
Samenvatting | Afval - Asbest - Belasting - Bestrijdingsmiddelen - Externe veiligheid - Flora- en fauna - Geluid - GGO - Klimaat - Mest - Milieu - Natuur - Stoffen - Verkeer - Vervoer - Vis - Water. |
Pagina | 218-222 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Tijdschriften |
---|---|
Titel | Tijdschriften |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. ![]() |
Pagina | 222-223 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Boeken |
---|---|
Titel | J.H.G. van den Broek, Wegwijzer Wabo en omgevingsvergunning 2007, Een praktische handleiding voor iedereen die met de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht te maken krijgt |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. ![]() |
Auteur(s) | J. Kramer ![]() |
Pagina | 223-224 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Boeken |
---|---|
Titel | J.M. Bazelmans en M.N. Boeve (red.), Milieueffectrapportage naar huidig en toekomstig recht, Inleidingen op en verslag van een studiedag georganiseerd door het Centrum van Milieurecht van de Universiteit van Amsterdam op 13 december 2005 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. ![]() |
Pagina | 224-224 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Mededelingen |
---|---|
Titel | Mededelingen |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. ![]() |
Pagina | 224-225 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Nationale milieuwet- en regelgeving |
---|---|
Titel | Nationale milieuwet- en regelgeving in behandeling |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. ![]() |
Auteur(s) | J.H.G. van den Broek ![]() |
Pagina | 226-227 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 31-01-2007, 200604004/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 21K ![]() |
Samenvatting | Inrichting is niet voltooid en in werking gebracht als essentiële onderdelen niet zijn opgericht. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 20 maart 2006, verzonden op 23 maart 2006, heeft verweerder afwijzend beslist op een verzoek van appellanten om toepassing van bestuurlijke handhavingsmiddelen met betrekking tot een motorcrossterrein aan de Radioweg te Stevensbeek, gemeente Sint Anthonis. |
Pagina | 228-228 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ7446 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 07-02-2007, 200602142/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 22K ![]() |
Samenvatting | Toepassing 'besluitonderdelentrechter' bij besluit tot vaststelling van de ernst en noodzaak tot bodemsanering. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 1 februari 2006 heeft verweerder de ernst en de noodzaak tot spoedige sanering vastgesteld van, volgens hem, een geval van bodemverontreiniging op de locatie Okkernootstraat 70 en 82 tot en met 104 te Den Haag, kadastraal bekend gemeente Loosduinen, sectie I, nos. 4228, 4229, 4970, 5084 en 5425 (alle gedeeltelijk). Dit besluit is op 8 februari 2006 ter inzage gelegd. |
Pagina | 228-228 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ7979 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 19-01-2007, 200700186/1 en 200700186/2 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 23K ![]() |
Samenvatting | Minister van LNV is bevoegd te beslissen op aanvraag om vergunning als bedoeld in art. 19d Natuurbeschermingswet 1998 die betrekking heeft op een provinciegrensoverschrijdend infrastructureel werk. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 4 januari 2007, no. 2006/32974, heeft verweerder aan ProRail B.V. op grond van artikel 19d van de Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: de Nbw 1998) vergunning onder voorschriften verleend voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden en het toekomstig gebruik van de hoofdspoorweg Budel-Weert. |
Pagina | 228-228 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ6863 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 14-02-2007, 200601591/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 24K ![]() |
Samenvatting | Aan de eigenaar van de grond waar zich bodemverontreiniging bevindt kunnen maatregelen worden opgelegd, ongeacht de vraag wat de bron of de veroorzaker van de verontreiniging is. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 24 januari 2006 heeft verweerder vastgesteld dat sprake is van een ernstig geval van bodemverontreiniging op het perceel Duyvendrechtstraat 39-41 te Vlissingen en dat er geen noodzaak bestaat dit geval spoedig te saneren. Tevens is in dit besluit, voor zover hier van belang, een monitoringsverplichting opgelegd. Dit besluit is op 2 februari 2006 ter inzage gelegd. |
Pagina | 228-228 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ8437 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 19-02-2007, 200609294/2 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 25K ![]() |
Samenvatting | Bij de vraag of de concentratie zwevende deeltjes gelijk blijft of afneemt moet worden vergeleken met de activiteiten die vallen onder de eerder verleende, geldende vergunning. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 10 november 2006 heeft verweerder aan Bowie Afvalstoffen Recycling B.V. voor de duur van 10 jaar een revisievergunning als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer verleend voor een inrichting voor onder meer de op- en overslag en het bewerken van bouw- en sloopafval op het adres Ladonkseweg 28 te Boxtel. Dit besluit is op 21 november 2006 ter inzage gelegd. |
Pagina | 229-229 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ9478 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 21-02-2007, 200600350/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 26K ![]() |
Samenvatting | Vergunning voor zeven extra geluidvrije dagen voor autocircuit Zandvoort vernietigd en door de Afdeling zelf geweigerd. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 2 januari 2006 heeft verweerder aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "Exploitatie Circuit Park Zandvoort B.V." (hierna: vergunninghoudster) een veranderingsvergunning, als bedoeld in artikel 8.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet milieubeheer, verleend ten behoeve van het racecircuit gelegen aan de Burgemeester Van Alphenstraat 108 te Zandvoort. Bij het besluit heeft hij eveneens met toepassing van artikel 8.23 van de Wet milieubeheer voorschriften gewijzigd die zijn verbonden aan de op grond van artikel 8.4, eerste lid, van deze wet aan vergunninghoudster verleende vergunning van 12 september 1997, zoals gewijzigd bij besluit van 9 november 2001. Het besluit van 2 januari 2006 is op 13 januari 2006 ter inzage gelegd. |
Pagina | 229-229 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ9004 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 21-02-2007, 200605807/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 27K ![]() |
Samenvatting | Eigenaar gebouw moet de kosten vergoeden van spoedeisende bestuursdwang ten aanzien van opruimen van asbest dat is vrijgekomen bij brand van dat gebouw. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 20 oktober 2004 heeft verweerder zijn beslissing om op 17 oktober 2004 bestuursdwang toe te passen ter zake van een asbestverontreiniging, op schrift gesteld. Daarbij heeft verweerder beslist dat de kosten van de toepassing van bestuursdwang voor rekening van appellanten komen. |
Pagina | 229-229 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ9023 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 28-02-2007, 200601450/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 28K ![]() |
Samenvatting | Uitleg begrip 'geprojecteerd beperkt kwetsbaar object'. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 20 december 2005 heeft verweerder aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "GVG Oliehandel B.V." (hierna: vergunninghoudster) een vergunning als bedoeld in artikel 8.1 van de Wet milieubeheer verleend voor het oprichten en in werking hebben van een oliehandel waar brandbare stoffen worden opgeslagen. Dit besluit is op 11 januari 2006 ter inzage gelegd. |
Pagina | 229-229 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ9492 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 07-03-2007, 200603046/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 29K ![]() |
Samenvatting | Lostijd LPG van belang voor risicobeoordeling. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 13 maart 2006 heeft verweerder met toepassing van artikel 8.22 van de Wet milieubeheer de voorschriften, behorende bij de oprichtingsvergunning van 29 juli 1980 voor een herstelinrichting voor motorvoertuigen en een verkooppunt van motorbrandstoffen, inclusief LPG, aan de Stegerensallee 1 te Dedemsvaart, gewijzigd en aangevuld. Dit besluit is op 16 maart 2006 ter inzage gelegd. |
Pagina | 229-229 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:BA0065 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 07-03-2007, 200609322/2 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 30K ![]() |
Samenvatting | Er is niet tijdig beslist op een verzoek om wijziging vergunning indien niet binnen 14 weken na ontvangst van de aanvraag een besluit is genomen of een ontwerp-besluit ter inzage is gelegd.
(Appellant / B en W van Oss). |
Pagina | 230-230 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 22-02-2007, 200608145/2 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 31K ![]() |
Samenvatting | Gelders bestemmingsplan behoeft teven goedkeuring van gedeputeerde staten van Flevoland vanwege mogelijke verstorende effecten op grotendeels in Flevoland gelegen speciale beschermingszone. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 28 februari 2006 heeft de gemeenteraad van Putten het bestemmingsplan "Westelijk Buitengebied" vastgesteld. |
Pagina | 230-230 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ9496 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 14-03-2007, 200603726/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 32K ![]() |
Samenvatting | Uitleg onderdelenfuik 6:13 Awb bij besluiten op grond van de Wet bodembescherming. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 4 april 2006 heeft verweerder naar aanleiding van een nader onderzoek vastgesteld dat sprake is van een ernstig geval van bodemverontreiniging op de locatie hoek Veerstraat/Kanaalstraat in Heerde en dat spoedige sanering niet noodzakelijk is. In dit besluit heeft verweerder tevens aangegeven welke beperkingen er gelden in het gebruik van de bodem en dat wijzigingen in dit gebruik gemeld dienen te worden. |
Pagina | 230-230 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:BA0657 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | World Trade Organisation, 29-09-2006, WT/DS291/R, WT/DS292/R en WT/DS293/R |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 37 ![]() |
Samenvatting | Uitspraak in geschil over GGO's tussen o.a. de VS en de EU. |
Annotator | W.T. Douma ![]() |
Pagina | 230-233 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Hof van Justitie EG, 14-09-2006, C-244/05 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 38 ![]() |
Samenvatting | Beschermingsverplichting voor nog niet aangewezen Habitatrichtlijn-gebieden. |
Samenvatting (Bron) | Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 14 september 2006. # Bund Naturschutz in Bayern eV en anderen tegen Freistaat Bayern. # Verzoek om een prejudiciele beslissing: Bayerischer Verwaltungsgerichtshof - Duitsland. # Instandhouding van natuurlijke habitats en wilde flora en fauna - Richtlijn 92/43/EEG - Beschermingsregeling voor opneming van habitat in lijst van gebieden van communautair belang. # Zaak C-244/05. |
Annotator | J. Verschuuren ![]() |
Pagina | 234-237 |
Uitspraak | ECLI:EU:C:2006:579 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 19-09-2006, 00895/05 E |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 39 ![]() |
Samenvatting | Aanwijzing bemonstering en analyse milieudelicten van het OM heeft in toezichtsfase status van advies; gebruik van eigen meetgegevens verdachte. |
Samenvatting (Bron) | Gebruik voor bewijs van i.h.k.v. bestuurlijk toezicht door verdachte zelf verzamelde gegevens uit bedrijfsafvalwaterrapportage (BAWR). 1. Verzuim strafbaarstelling in art. 1a WED van overtreding Wet verontreiniging oppervlaktewateren (WVO). 2. Bruikbaarheid voor bewijs BAWR-gegevens, waarbij mogelijk niet de voor opsporing geldende Aanwijzing bemonstering en analyse milieudelicten van het College van PGs in acht is genomen. 3. Eisen aan betrouwbaarheidsverweer. 4. Nemo tenetur-beginsel en BAWR-gegevens. Ad 1. s Hofs overweging is juist dat sprake is van een omissie van de wetgever en dat overtreding van art. 26 of 30a WVO steeds strafbaar is geweest (HR NJ 2005, 540). Ad 2. De BAWR, die door verdachte zelf is aangeleverd, is tot stand gekomen krachtens de aan verdachte verleende vergunning. De WVO en de daarop gebaseerde regelgeving bevatten geen regels m.b.t. de te hanteren onderzoeksmethode i.h.k.v. het toezicht op de naleving van de in art. 30a WVO gegeven voorschriften en de opsporing van overtredingen. De voormelde Aanwijzing die dergelijke regels wel bevat, heeft wat betreft het nemen van monsters i.h.k.v. het bestuurlijk toezicht slechts het karakter van een advies. De WVO staat er daarom niet aan in de weg dat bij een vervolging en veroordeling t.z.v. overtreding van art. 30a WVO wordt uitgegaan van i.h.k.v. het bestuurlijk toezicht door het bedrijf zelf verzamelde gegevens, ook al zou daarbij niet zijn gehandeld overeenkomstig de in de Aanwijzing (voor de opsporing dwingend) gegeven regels. Het hof heeft bij de bewijsvoering gebruik mogen maken van de BAWR-gegevens. Ad 3. De enkele stelling dat de BAWR-gegevens niet volgens de Aanwijzing tot stand zijn gekomen is niet een voldoende duidelijk geformuleerd verweer t.a.v. de betrouwbaarheid van die gegevens waarop het hof gehouden was een uitdrukkelijke beslissing te geven (HR NJ 2002, 149). 4. In het NL recht is niet een onvoorwaardelijk recht of beginsel verankerd dat een verdachte op geen enkele wijze kan worden verplicht tot het verlenen van medewerking aan het verkrijgen van voor hem mogelijk bezwarend bewijsmateriaal. Wel brengt het aan art. 29 Sv ten grondslag liggende beginsel mee dat een verdachte niet kan worden verplicht tot het afleggen van een verklaring - het verschaffen van schriftelijke inlichtingen daaronder begrepen - omtrent zijn betrokkenheid bij een strafbaar feit, waarvan niet kan worden gezegd dat zij in vrijheid is afgelegd. Voorts ligt in art. 6 EVRM besloten dat, indien t.a.v. een verdachte sprake is van een "criminal charge", deze het recht heeft "to remain silent" en "not to incriminate oneself". Het voorgaande geldt niet voor degene die, zonder dat t.a.v. hem sprake is van verdenking van enig strafbaar feit dan wel van een criminal charge, o.g.v. een strafrechtelijk gesanctioneerd vergunningsvoorschrift verplicht is gegevens te verstrekken. Dat o.g.v. die gegevens mogelijk een verdenking t.z.v. enig strafbaar feit kan rijzen, doet daaraan niet af (HR NJ 1999, 648). s Hofs oordeel dat de BAWR-gegevens door verdachte zijn verzameld en verstrekt toen jegens haar nog geen sprake was van een verdenking of van een criminal charge is onjuist noch onbegrijpelijk. De omstandigheid dat verdachte de BAWR-gegevens zelf heeft verzameld en verstrekt, doet daaraan niet af. De desbetreffende vergunningsvoorschriften, die daartoe verplichten, zijn gesteld met het oog op het uit te oefenen toezicht op de naleving van de WVO en de krachtens die wet gegeven vergunningsvoorschriften. De belangen die genoemde wet beoogt te beschermen, rechtvaardigen dat toezicht en de wijze waarop het wordt uitgeoefend, alsmede het gebruik van aldus verkregen gegevens bij de vaststelling van een inbreuk daarop. Art. 6 EVRM verzet zich daartegen niet. Ook het gebruik van die BAWR-gegevens als bewijsmateriaal in de strafzaak van verdachte is niet i.s.m. het in art. 6.1 EVRM besloten liggende recht van verdachte om niet aan zijn eigen veroordeling te hoeven meewerken. Deze gegevens vallen buiten het bereik van het recht dat een verdachte kan ontlenen aan art. 29 Sv en art. 6 EVRM om te weigeren informatie en opheldering aan de overheid te verschaffen die in een strafzaak tot bewijs tegen hem kunnen dienen (Saunders EHRM NJ 1997, 699). |
Annotator | L.E.M. Hendriks ![]() |
Pagina | 237-242 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2006:AV1141 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Gerechtshof Arnhem, 22-12-2006, 21-003259-05 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 40 ![]() |
Samenvatting | Aanwijzing bemonstering en analyse milieudelicten van het OM heeft in toezichtfase status van advies; gebruik van eigen meetgegevens verdachte. |
Samenvatting (Bron) | Verdachte heeft tot tweemaal toe, in januari 2004 en in oktober 2004, in strijd met een vergunning op grond van de Wet oppervlaktewateren effluent van de ONO-installatie geloosd, waarin het gehalte aan kwik hoger was dan de maximaal toegestane waarde van 0,01 mg/l. |
Pagina | 242-244 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHARN:2006:AZ8135 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Raad van State, 20-12-2006, 200605039/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 41 ![]() |
Samenvatting | Controlevoorschrift Horst aan de Maas. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 6 juni 2006 heeft verweerder aan [vergunninghoudster] een vergunning als bedoeld in artikel 8.1 van de Wet milieubeheer verleend voor het veranderen van een loonwerkbedrijf op het adres [locatie] te [plaats], gemeente Horst aan de Maas. Dit besluit is op 13 juni 2006 ter inzage gelegd. |
Annotator | K.J. de Graaf ![]() |
Pagina | 244-247 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AZ4826 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Raad van State, 31-01-2007, 200603420/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 42 ![]() |
Samenvatting | Doelvoorschrift; verplichting om controlevoorschriften op te nemen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 28 december 2004 heeft het college van burgemeester en wethouders van Heeze-Leende (hierna: het college) aan Staatsbosbeheer Regio Limburg - Oost-Brabant (hierna: Staatsbosbeheer) een aanlegvergunning verleend voor het dempen van watergangen ten oosten van de Laagveldloop alsmede het plaatsen van een drietal stuwen en het vernieuwen van een stuw in de Laagveldloop, voor het afplaggen van de strooisellaag en voor de aanpassing van de routegebonden recreatie-infrastructuur aan de vernatte terreinomstandigheden. |
Annotator | Nijmeijer ![]() |
Pagina | 247-248 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ7453 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Raad van State, 21-02-2007, 200606115/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 43 ![]() |
Samenvatting | Planologische medewerking ontgronding. |
Samenvatting (Bron) | Verweerder heeft bij besluit van 4 juli 2006, kenmerk 2005/51197, geweigerd aan appellante vergunning te verlenen voor het ontgronden van de percelen kadastraal bekend gemeente Schinnen, sectie [], nummers [], [], [], [], [], [] en []. |
Pagina | 248-250 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ9046 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Raad van State, 21-02-2007, 200606386/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 44 ![]() |
Samenvatting | Wanneer vergunningverlening ingevolge art. 19d Natuurbeschermingswet 1998? |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 17 juli 2006 heeft verweerder aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "De Voordijk B.V." (hierna: vergunninghoudster) een revisievergunning als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer verleend voor een pelsdierenhouderij en vleesveebedrijf gelegen op het perceel Voordijk 3 te Putten. Dit besluit is op 21 juli 2006 ter inzage gelegd. |
Pagina | 250-251 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ9028 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Raad van State, 28-02-2007, 200604026/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 45 ![]() |
Samenvatting | Wanneer vergunningverlening ingevolge art. 19d Natuurbeschermingswet 1998? |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 10 februari 2006 heeft verweerder aan Fortis Vastgoed B.V. op grond van artikel 16 en 19d van de Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nbw 1998) een vergunning onder voorwaarden verleend om schade te bestrijden veroorzaakt door in de vergunning nader genoemde diersoorten op gronden behorende tot het landgoed "De Utrecht", gelegen binnen het beschermd natuurmonument "Mispeleindse en Neterselse heide met aangrenzende beekdalen". |
Annotator | J.H. Jans ![]() ![]() |
Pagina | 251-255 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ9494 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Raad van State, 07-03-2007, 200602824/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 46 ![]() |
Samenvatting | Varkenshouderij; m.e.r.-beoordelingsplicht. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 6 maart 2006 heeft verweerder aan [vergunninghouder] een revisievergunning als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer verleend voor een fokzeugenhouderij op het perceel [locatie] te [plaats]. Dit besluit is op 17 maart 2006 ter inzage gelegd. |
Pagina | 255-257 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:BA0108 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Raad van State, 07-02-2007, 200603204/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 47 ![]() |
Samenvatting | Composteerinrichting; m.e.r.-beoordelingsprocedure: onzorgvuldige beslissing. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 15 maart 2006 heeft verweerder aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "Top Compost B.V." een vergunning als bedoeld in artikel 8.1 van de Wet milieubeheer verleend voor het oprichten en in werking hebben van een inrichting voor het op- en overslaan alsmede het composteren van organische bijproducten en afvalstoffen tot compost en bodemverbeteraars aan de Plantinastraat 26 te Lelystad. Dit besluit is op 23 maart 2006 ter inzage gelegd. |
Annotator | K.D. Jesse ![]() |
Pagina | 257-259 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2007:AZ7944 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | M&R Jurisprudentie |
---|---|
Titel | Raad van State, 22-12-2006, 200608592/1 |
Citeertitel | M en R 2007/4, nr. 48 ![]() |
Samenvatting | Handhaving Natuurbeschermingswet Brunsummerheide. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 18 september 2006, kenmerk 2006/42057, heeft verweerder het verzoek van verzoeksters van 5 september 2006 om toepassing van bestuurlijke handhavingsmaatregelen wegens het ontbreken van een vergunning ingevolge de Natuurbeschermingswet 1998 voor de ontgrondingen uitgevoerd door Sigrano Nederland B.V., afgewezen. |
Annotator | K.J. de Graaf ![]() |
Pagina | 259-260 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AZ5188 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |