Rubriek | Deze maand |
---|---|
Titel | Actualiteiten in het CAO-recht |
Citeertitel | SMA 2008, p. 71 ![]() |
Samenvatting | 1. 'What's new?' In het nummer van SMA van november 1987 zijn de teksten opgenomen van de vijf inleidingen, gehouden tijdens het jubileumcongres '60 jaar cao' van oktober van dat jaar. Die inleidingen hadden overwegend een beleidsmatig karakter. [...]
2. In het nummer van maart 1988 schreef mr. M. Brink over 'een "recht" op collectief onderhandelen'. Dat artikel is tot op de dag van vandaag bruikbaar door de ordening die het op overtuigende wijze in de rechtspraak wist aan te brengen, maar met name recente cassatierechtspraak geeft aanleiding tot uitwerkingen op een aantal punten. [...] |
Auteur(s) | R.M. Beltzer ![]() ![]() |
Pagina | 71-73 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Recht op toelating tot CAO-onderhandelingen: meer dan representativiteit? |
Citeertitel | SMA 2008, p. 74 ![]() |
Samenvatting | Het is al twintig jaar geleden dat in dit tijdschrift de bijdrage van Brink verscheen over de vraag nar het recht van vakbonden op toelating tot CAO-onderhandelingen. Op dat moment waren er nog maar weinig uitspraken waarin werkgevers waren veroordeeld om een vakbond tot CAO-onderhandelingen toe te laten. Een eerste voorbeeld daarvan dateert van 50 jaar na de inwerkingtreding van de Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst (Wet CAO). Niet alleen heeft de lagere jurisprudentie sinds het artikel van Brink - en inmiddels 80 jaar na de inwerkingtreding van de Wet CAO - meer duidelijkheid gegeven, ook de Hoge Raad heeft in het afgelopen jaar een voor deze materie zeer relevant arrest gewezen. Reden om het recht op toelating tot onderhandelingen over een nieuwe CAO - en meer in het bijzonder de belangenafweging die in dat kader plaatsvindt - opnieuw onder de loep te nemen. |
Auteur(s) | P.T. Mantel ![]() |
Pagina | 74-81 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Gepensioneerden aller bedrijven verenigt u? |
Citeertitel | SMA 2008, p. 82 ![]() |
Samenvatting | Onder deze titel verdedigt prof. dr. B.M.S. van Praag in het NRC Handelsblad van 13 februari 2007 de stelling dat gepensioneerden zich moeten verenigen teneinde collectief te kunnen optreden tegen dreigende wijzigingen van hun rechten op indexatie van toegekende pensioenen. Van Praag onderbouwt zijn betoog door te wijzen op de machtsongelijkheid tussen deze groep ex-werknemers, in hun relatie tot de machtige pensioenfondsen, welk evenwicht door ex-werknemers zou kunnen worden hersteld door collectieve onderhandelingen. Feitelijk komt dit neer op een beroep op ongelijkheidscompensatie. [...] |
Auteur(s) | M.F. Baltussen ![]() |
Pagina | 82-90 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Komt de ongebonden werkgever een beroep toe op afwijking van driekwart dwingend recht? |
Citeertitel | SMA 2008, p. 91 ![]() |
Samenvatting | Cao's en de algemeenverbindendverklaring kunnen door werknemersverenigingen worden gebruikt als middel om lidmaatschap van de werkgeversvereniging aantrekkelijk te maken. De mogelijkheden die het cao-recht hiertoe biedt, worden ernstig doorkruist door foute toepassing van de cao of het cao-recht. Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat cao's soms ten onrechte worden toegepast, of op zijn minst dat de toepasselijkheid van een cao kwestieus is maar toch wordt aangenomen zonder verder onderzoek. Een cao geldt immers niet omdat een van de partijen dat stelt, maar omdat partijen aan de cao gebonden zijn of deze van toepassing hebben verklaard. |
Auteur(s) | E. Verhulp ![]() |
Pagina | 91-97 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Wet AVV, een robuust compromis tussen vrijheid, dwang en behoefte aan diversiteit |
Citeertitel | SMA 2008, p. 98 ![]() |
Samenvatting | [...] In deze bijdrage zullen we enkele hoofdpunten van bovenstaande kritiek, te weten de inbreuk op de contractsvrijheid (keurslijf) en de uniformerende werking (confectiewerk) van het cao/ avv-bestel nader in beschouwing nemen. Daarbij zal waar mogelijk de focus liggen op de vraag wat de Wet AVV aan de veronderstelde misère bijdraagt. Maar wegens de nauwe samenhang tussen Wet CAO en Wet AVV zal de Wet CAO niet buiten beeld kunnen blijven. |
Auteur(s) | D. Christe ![]() ![]() |
Pagina | 98-106 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | De representativiteit van de vakbond in relatie tot de ongebonden werknemer |
Citeertitel | SMA 2008, p. 107 ![]() |
Samenvatting | De door een cao gebonden werkgever moet uit hoofde van art. 14 Wet CAO de normatieve bepalingen uit die cao ook toepassen op werknemers, die geen lid zijn van een vakbond die partij is bij die cao. Het gaat dan derhalve zowel om werknemers die in het geheel niet bij een vakbond zijn aangesloten, alsook om werknemers die lid zijn van een vakbond die geen contractspartij bij de betreffende cao is. Men duidt deze werknemers in de rechtspraktijk aan als ongebonden werknemers of art. 14-werknemers. Art. 14 Wet CAO heeft de afgelopen jaren geleidelijk aan een andere lading gekregen door twee ontwikkelingen in de praktijk: allereerst de absolute en relatieve toename van ongebonden werknemers en in de tweede plaats de toegenomen deelname in de afgelopen jaren van vakbonden met een zeer kleine achterban, aan cao-akkoorden, vaak onder gelijktijdig voorbijgaan door de werkgever aan grote vakbonden. |
Auteur(s) | F.B.J. Grapperhaus ![]() ![]() |
Pagina | 107-116 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |