Rubriek | Arbeidsrecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof 's-Gravenhage, 21-10-2009, HV 200.036.530 |
Citeertitel | «JIN» 2010/241 |
Samenvatting | Verzuim van essentiële vormen. Hoor en wederhoor. Equality of arms. Het appelverbod. |
Annotator | B.D. Hengstmengel |
Pagina | 237-240 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Arbeidsrecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof 's-Gravenhage, 03-11-2009, 200.032.149/01 |
Citeertitel | «JIN» 2010/242 |
Samenvatting | Verzuim van essentiële vormen. Opzegverbod. Art. 6 EVRM. Equality of arms. |
Samenvatting (Bron) | Arbeidsrecht, appelverbod, ontbindingsbeschikking. |
Annotator | B.D. Hengstmengel |
Pagina | 240-242 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHSGR:2009:BK3057 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Arbeidsrecht |
---|---|
Titel | Rechtbank Alkmaar, 20-01-2010, 316583 OA VERZ 09-361 |
Citeertitel | «JIN» 2010/243 |
Samenvatting | Ontbinding tijdens opzegtermijn. Nieuwe dienstbetrekking. Ontslagvergoeding. 681-procedure. Van Hooff Elektra/Oldenburg-Pekel. |
Samenvatting (Bron) | Verzoek tot ontbinding. Werkneemster verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst onder toekenning van een vergoeding, nadat de werkgever toestemming van het UWVWerkbedrijf heeft gehad om de arbeidsovereenkomst wegens bedrijfseconomische omstandigheden op te zeggen. |
Annotator | A.R. Houweling |
Pagina | 243-246 |
Uitspraak | ECLI:NL:RBALK:2010:BL4905 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Arbeidsrecht |
---|---|
Titel | Kantongerecht Alphen aan den Rijn, 05-01-2010, 911682/09.81687 |
Citeertitel | «JIN» 2010/244 |
Samenvatting | Ontbinding. Privacy. Onrechtmatig verkregen bewijs. Bepaalde tijd. Dringende reden. |
Annotator | C.G.M. Baas |
Pagina | 246-250 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Personen- en familierecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 29-01-2010, 08/04442 |
Citeertitel | «JIN» 2010/245 |
Samenvatting | Procesrecht. Partijen/Advocaten niet verschenen. Onterecht afhandeling zaak. |
Samenvatting (Bron) | Procesrecht. Partijen noch hun advocaten zijn ter zitting verschenen. Art. 2.4.7. van het procesreglement verzoekschriftprocedures familiezaken gerechtshoven verplichtte het hof niet vanwege een verzoek tot aanhouding de mondelinge behandeling uit te stellen. Ook verplichtte dit reglement het hof niet tot mededeling van de afwijzing van het verzoek. Indien een mededeling uitblijft dienen advocaten te informeren naar de beslissing op het verzoek. In dit geval, waarin er van uitgegaan wordt dat het verzoek ter griffie in het ongerede is geraakt, had het hof, nadat het van het verzoek op de hoogte was geraakt, niet zonder nader onderzoek tot afhandeling van de zaak mogen overgaan. Als partijen niet verschijnen betekent dit niet dat zij niet volharden in hun standpunten. |
Annotator | A.W. Jongbloed |
Pagina | 250-255 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2010:BK5014 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Personen- en familierecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 19-02-2010, 08/00331 |
Citeertitel | «JIN» 2010/246 |
Samenvatting | Terugwerkende kracht vaststelling vaderschap. Gevolgend voor erfgenamen. |
Samenvatting (Bron) | Gevolgen voor erfgenaamschap en rechten van derden van terugwerkende kracht van de in art. 1:207 lid 5 bedoelde gerechtelijke vaststelling van het vaderschap. |
Annotator | E. Loeb |
Pagina | 255-265 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2010:BK6150 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Personen- en familierecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Amsterdam, 12-01-2010, 200.044.392/01 SKG |
Citeertitel | «JIN» 2010/247 |
Samenvatting | Derdenbeding in echtscheidingsconvenant. Beroep door dochter. Haviltex-criterium. |
Samenvatting (Bron) | 21-jarige beroept zich op in het echtscheidingsconvenant van haar ouders ten behoeve van haar gemaakte derdenbeding |
Annotator | M.A. Zon |
Pagina | 265-268 |
Link | Volledige tekst annotatie (zonmediation.nl) |
Uitspraak | ECLI:NL:GHAMS:2010:BL0514 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 19-02-2010, 08/02289 |
Citeertitel | «JIN» 2010/248 |
Samenvatting | Rechtspersonenrecht. Besluitvorming. Nietig besluit. Bevoegdheden tijdelijke bestuurder. |
Samenvatting (Bron) | Rechtspersonenrecht. Bevoegdheden van tijdelijk, door de rechter benoemde bestuurder stichting; geen nietigheid op grond van art. 2:14 BW van besluiten tijdelijk bestuurder stichting die verder gaan dan past bij de rol van tijdelijk bestuurder. |
Annotator | G. Vergouwen |
Pagina | 268-275 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2010:BK5989 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof 's-Gravenhage, 16-02-2010, 105.007.602/01 |
Citeertitel | «JIN» 2010/249 |
Samenvatting | Bestuurdersaansprakelijkheid. Bewijsvermoeden. |
Samenvatting (Bron) | bestuurdersaansprakelijkheid; geen volledige administratie aanwezig; bestuurders hebben voldoende aannemelijk gemaakt dat faillissementen opdrachtgevers oorzaak faillissement waren; vermoeden onbehoorlijke taakvervulling voldoende ontkracht. |
Annotator | E.H.M.G. Rademakers , J. Verhoog |
Pagina | 275-278 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHSGR:2010:BL4097 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Civiel recht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 05-02-2010, 08/00512 |
Citeertitel | «JIN» 2010/250 |
Samenvatting | Verkrijgende verjaring. Erfdienstbaarheid van overpadf. Goede trouw. |
Samenvatting (Bron) | Vermogensrecht. Verkrijgende verjaring (art. 3:99 BW). Erfdienstbaarheid van overpad. Goede trouw (3:23 BW). Beoordeling van overige eisen die naast bezit van het recht van overpad moeten worden gesteld voor rechtverkrijgende verjaring, meer in het bijzonder de eis van goede trouw, dient plaats te vinden naar het moment waarop voor degene die zich op verjaring beroept daadwerkelijk een zodanige machtspositie ontstond tot het desbetreffende goed. Geen belang bij beroep op art. 3:23 BW vanwege art. 3:118 lid 2 BW, nu een bezitter als hij te goeder trouw is, geacht wordt dit te blijven. Ook als de bezitter te goeder trouw ontdekt dat hij geen rechthebbende is, heeft dit niet tot gevolg dat hij niet langer als bezitter te goeder trouw heeft te gelden. |
Annotator | M. Cohen |
Pagina | 279-287 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2010:BK6588 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Civiel recht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 19-02-2010, 08/02127 |
Citeertitel | «JIN» 2010/251 |
Samenvatting | Volmacht. Toerekenbare schijn van bevoegdheid. Gerechtvaardigd vertrouwen. Risicoaansprakelijkheid. |
Samenvatting (Bron) | Verbintenissenrecht. Voor toerekening van schijn van volmachtverlening aan de vertegenwoordigde kan ook plaats zijn ingeval men gerechtvaardigd heeft vertrouwd op volmachtverlening op grond van feiten en omstandigheden die voor risico van de vertegenwoordigde komen en waaruit naar verkeersopvattingen zodanige schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid kan worden afgeleid. |
Annotator | M.A.J.G. Janssen |
Pagina | 287-299 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2010:BK7671 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Civiel recht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Arnhem, 29-09-2009, 200.003.554 |
Citeertitel | «JIN» 2010/252 |
Samenvatting | Huurrecht. Dringend eigen gebruik. Wil tot in gebruik nemen. Bewijsvermoeden. |
Samenvatting (Bron) | Huur; verhuurde in duurzaam gebruik genomen? |
Annotator | E.E. van der Kamp |
Pagina | 299-304 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHARN:2009:BL2065 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Civiel recht |
---|---|
Titel | Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 16-02-2010, HD 200.008.742 |
Citeertitel | «JIN» 2010/253 |
Samenvatting | Huurrecht. Schotelantenne. |
Samenvatting (Bron) | Huur woonruimte. Veerwijdering schotelantenne. Recht op vrije informatievergaring. Geen strijd met artikel 10 EVRM. |
Annotator | E.E. van der Kamp |
Pagina | 304-308 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHSHE:2010:BL4973 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Strafrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 05-01-2010, 07/13539 |
Citeertitel | «JIN» 2010/254 |
Samenvatting | Promis. |
Samenvatting (Bron) | 1. Promis. 2. Art. 359.3 Sv. Ad 1. HR stelt ontleent aan HR LJN BA0424 vooropstellingen t.a.v. de Promis-werkwijze. I.c. heeft het Hof onder verwijzing naar 4 pvs van politie volstaan met gevolgtrekkingen, zonder zakelijke samenvatting van de redengevende inhoud van de gebezigde bewijsmiddelen en zonder nadere aanduiding van de in die pvs gerelateerde f&o waaraan het die gevolgtrekkingen heeft verbonden. Het Hof heeft daardoor niet voldaan aan hetgeen is vooropgesteld. Ad 2. Art. 359.3 Sv moet aldus worden verstaan dat slechts kan worden volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen indien de verdachte het bewezenverklaarde duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend, tenzij sprake is van de zich hier niet voordoende aan het slot van die bepaling genoemde gevallen. Nu de verklaring van verdachte niet een zo duidelijke en ondubbelzinnige erkenning inhoudt, is s Hofs oordeel dat verdachte het bewezenverklaarde heeft bekend i.d.z.v. art. 359.3 Sv onbegrijpelijk. |
Annotator | J.H. Janssen |
Pagina | 308-312 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2010:BJ9240 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Strafrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 02-02-2010, 08/00695 |
Citeertitel | «JIN» 2010/255 |
Samenvatting | Hofstad-zaak. Terroristische organisatie. Aanzetten tot haat. |
Samenvatting (Bron) | Hofstad. OM-cassatie en cassatie verdachte. Grondslagverlating. 1. Begrip organisatie a.b.i. artt. 140 en 140a Sr. 2. Begrippen aanzetten tot haat, discriminatie en geweld a.b.i. art. 137d Sr. 3. Begrip terroristisch oogmerk a.b.i. art. 83a Sr. Ad 1. Het Hof heeft overwogen dat een groep personen alleen dan kan worden aangemerkt als een organisatie a.b.i. art. 140 en 140a Sr indien sprake is van een gestructureerd en duurzaam samenwerkingsverband. Die maatstaf getuigt, gelet op de wetsgeschiedenis, op zichzelf niet van een onjuiste rechtsopvatting. Door echter vervolgens te oordelen dat van zo een samenwerkingsverband eerst dan kan worden gesproken als binnen die groep gemeenschappelijke regels en een gemeenschappelijke doelstelling hebben bestaan, waaraan de individuele leden gebonden waren en door welke gemeenschappelijkheid op die leden een zekere druk kon worden uitgeoefend zich aan die regels te houden en aan die doelstelling gebonden te achten, heeft het Hof een te beperkt bereik gegeven aan die maatstaf. Dusdoende heeft het Hof een onjuiste betekenis toegekend aan de in de tll voorkomende term "organisatie die aldaar is gebezigd in dezelfde betekenis als daaraan toekomt in art. 140 en art. 140a Sr en heeft het de grondslag van de tll verlaten. Ad 2. Door te overwegen dat art. 137d Sr beoogt bepaalde minderheidsgroepen vanwege hun kwetsbaarheid o.m. wegens hun godsdienst of levensovertuiging te beschermen heeft het Hof een onjuiste betekenis toegekend aan de in de tll. voorkomende bewoordingen aanzetten tot haat, discriminatie en geweld die aldaar zijn gebezigd in dezelfde betekenis als daaraan toekomt in art. 137d Sr. Het Hof heeft aldus ook in dat opzicht de grondslag van de tll verlaten. Ad 3. Mede gelet op de geschiedenis van de totstandkoming van art. 83a Sr geven s Hofs overwegingen, waarbij de HR 's Hofs overweging dat een (terroristisch) oogmerk niet uit een ideologie van een verdachte kan worden afgeleid aldus verstaat dat dat oogmerk niet louter daaruit kan worden afgeleid, niet blijk van een onjuiste uitleg van het in de tll. voorkomende begrip "terroristisch oogmerk. s Hofs oordeel is toereikend gemotiveerd, ook in het licht van hetgeen het OM blijkens zijn schriftelijk requisitoir daaromtrent ttz. in h.b. heeft aangevoerd. Volgt verwijzing. |
Annotator | M.L.C.C. de Bruijn-Lückers |
Pagina | 312-318 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2010:BK5193 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Strafrecht |
---|---|
Citeertitel | «JIN» 2010/256 |
Samenvatting | Ontucht. Beroep op verontschuldigbare dwaling |
Pagina | 318-320 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Strafrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 09-02-2010, 08/04672 J |
Citeertitel | «JIN» 2010/256 |
Samenvatting | Ontucht. Beroep op verontschuldigbare dwaling |
Samenvatting (Bron) | Ontucht. Beroep op verontschuldigbare dwaling. s Hofs verwerping van de verweren geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is ook niet onbegrijpelijk. Daaraan doet niet af dat verdachte t.t.v. het tenlastegelegde en bewezenverklaarde feit 14 jaar was en noopte hetgeen het Hof in de strafmotivering omtrent de persoonlijkheid van verdachte heeft vastgesteld, niet tot een nadere motivering. |
Annotator | C.J.A. de Bruijn |
Pagina | 318-320 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2010:BK3361 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | Raad van State, 27-11-2009, 200908213/1/H2 |
Citeertitel | «JIN» 2010/257 |
Samenvatting | Gemeenteraad. Vereisten lidmaatschap. Horen. Herstel gebrek. |
Samenvatting (Bron) | Bij brief van 1 september 2009 heeft de voorzitter van de raad van de gemeente Abcoude (hierna: de voorzitter van de raad) [appellant] gewaarschuwd dat hij niet voldoet aan een vereiste voor het lidmaatschap van de raad van de gemeente Abcoude (hierna: de raad). |
Annotator | J.L.W. Broeksteeg |
Pagina | 321-323 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2009:BK5066 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | Raad van State, 02-12-2009, 200902078/1/H2 |
Citeertitel | «JIN» 2010/258 |
Samenvatting | Bestuursorgaan. A-orgaan. B-orgaan. Besluit. Rechtshandeling naar burgerlijk recht. Absolute competentie. |
Samenvatting (Bron) | Bij brief van 17 maart 2008 heeft de onderlinge waarborgmaatschappij OWM Centrale Zorgverzekeraars groep U.A. (hierna: CZ) aan [appellant] medegedeeld dat bij CZ gedeclareerde ziektekosten tot een bedrag van 150,00 onder het eigen risico voor ziektekosten vallen en dat CZ dat bedrag verrekent. |
Annotator | H. Peters |
Pagina | 323-325 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2009:BK5047 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | Raad van State, 09-12-2009, 200901496/1/H1 |
Citeertitel | «JIN» 2010/259 |
Samenvatting | Nieuwe gronden in beroep. Grondenfuik. Strijd met goede procesorde. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 22 december 2006 heeft het college van burgemeester en wethouders van Leiden (hierna: het college) aan "Community College Leiden B.V." (hierna: vergunninghoudster) vrijstelling verleend voor het oprichten van een gebouwencomplex ten behoeve van onderwijsdoeleinden, een supermarkt en een parkeergarage op de locatie het Lammenschanspark te Leiden (hierna: het perceel). |
Pagina | 326-330 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2009:BK5857 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | Raad van State, 16-12-2009, 200902234/1/V6 |
Citeertitel | «JIN» 2010/260 |
Samenvatting | Redelijke termijn ex art. 6 EVRM. Geen ambtshalve toetsing. Aanvang redelijke termijn. Overschrijding redelijke termijn. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 15 februari 2007 heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (hierna: de minister) [wederpartij], een boete opgelegd van 4.000,00 wegens overtreding van artikel 2, eerste lid, van de Wet arbeid vreemdelingen (hierna: de Wav). |
Annotator | C.L.G.F.H. Albers |
Pagina | 330-331 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2009:BK6783 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |