Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht

Uitgever Sdu
Tijdschrift Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht
Datum 18-11-2011
Aflevering 46
RubriekOpinie
TitelHoe vitaal is de vitaliteitsregeling eigenlijk?
CiteertitelNTFR 2011/
SamenvattingDe vitaliteitsregeling die op 4 juli jl. in een brief van minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid was aangekondigd, is in het Belastingplan 2010 in wetgeving uitgewerkt. De regeling beoogt de opvolger te zijn an de levensloopregeling die nog maar sinds 1 januari 20065 bestaat maar na evaluatie volgens de wetgever niet aan het beoogde doel ervan voldoet. De levensloopregeling op haar beurt was de opvolger van de verlofspaarregeling die in de levensloopregeling is opgegaan. Bij de evaluatie van de levensloopregeling is gebleken dat de regeling vooral wordt gebruikt om te sparen om eerder geheel of gedeeltelijk te kunnen stoppen met werk in plaats van, zoals de wetgever het destijds uitdrukte, om de druk in het spitsuur van het leven van werknemers te kunnen verminderen.
Auteur(s)A.J.M. Arends
Pagina1-3
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekWinst
TitelHof 's-Hertogenbosch, 14-07-2011, 10/00572 MK IV
CiteertitelNTFR 2011/2542
SamenvattingPand gewaardeerd naar vrije waarde bij inbreng in onderneming.
Samenvatting (Bron)Belanghebbende oefent sinds 2004 een accountantspraktijk uit. Hij start vanuit zijn daartoe verbouwde woning die hij heeft ingebracht in de onderneming tegen de vrije verkoopwaarde ad € 600.000,-. In 2006 brengt belanghebbende zijn onderneming in in een BV en verplaatst het kantoor. De woning brengt belanghebbende over naar privé tegen de waarde in bewoonde staat ad € 390.000,- en het boekverlies brengt belanghebbende ten laste van zijn belastbaar inkomen 2006. In geschil is het antwoord op de vraag of belanghebbende zijn pand in 2004 voor de waarde in vrije staat had mogen inbrengen. Belanghebbende stelt dat door het accepteren van de afschrijving over de hoge inbrengwaarde bij hem het in rechte te beschermen vertrouwen was gewekt dat de inbrengwaarde door de inspecteur akkoord was bevonden. Deze stelling wordt door de rechtbank verworpen. Het Hof verwijst voor wat betreft de inbrengwaarde naar het arrest van de Hoge Raad van 14 juni 2000, nr. 35.550 onder meer gepubliceerd in BNB2000/270, en naar de noot van Zwemmer onder dat arrest en geeft belanghebbende gelijk. De stelling met betrekking tot het opgewekt vertrouwen behoeft geen behandeling meer. Hoger beroep van belanghebbende gegrond.
Annotator Bruijsten
Pagina14-15
UitspraakECLI:NL:GHSHE:2011:BT8248
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekWinst
TitelHoge Raad, 11-11-2011, 10/02992
CiteertitelNTFR 2011/2543
SamenvattingGeen winst uit onderneming tijdens opleiding als registerloods.
Samenvatting (Bron)De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan m.t.v. artikel 81 RO.
Pagina15-15
UitspraakECLI:NL:HR:2011:BU3644
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekArbeid, loon en resultaat
TitelHof Amsterdam, 20-10-2011, 09/00782 MK IV
CiteertitelNTFR 2011/2544
SamenvattingBelanghebbende kan de financiering voor de aanschaf van een BMW niet verklaren.
Samenvatting (Bron)De inspecteur legt aan belanghebbende een navorderingsaanslag op in de IB/PVV over het jaar 2005 . Hij berekent het gecorrigeerd belastbaar inkomen uit werk en woning onder meer door de (correctie) op de aanschaf van een - prijzige- BMW door belanghebbende. Belanghebbende slaagt er niet in te doen blijken dat de correctie onjuist is. Naar het oordeel van het Hof is ook in hoger beroep door belanghebbende geen duidelijkheid verschaft over de wijze waarop de BMW is gefinancierd. De navorderingsaanslag is terecht opgelegd. Het door belanghebbende ingediende verzoek om schadevergoeding is niet-ontvankelijk nu het pas in hoger beroep is gedaan en het beroep ongegrond is.
Annotator de Haan
Pagina16-16
UitspraakECLI:NL:GHAMS:2011:BU1586
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekArbeid, loon en resultaat
TitelGerechtshof 's-Gravenhage, 26-07-2011, BK-10/00234
CiteertitelNTFR 2011/2545
SamenvattingWaardering van aan werknemers toegekende aandelen met lock-up van vijf jaar.
Samenvatting (Bron)Waardebepaling van aan werknemers toegekende aandelen met een lock-up van 5 jaar. Is de lock-up een waardeverminderende factor?
Annotator Alink
Pagina16-17
UitspraakECLI:NL:GHSGR:2011:BR6624
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekArbeid, loon en resultaat
TitelRechtbank Breda, 22-07-2011, 10/538
CiteertitelNTFR 2011/2546
SamenvattingOnzakelijk debiteurenrisico bij terbeschikkingstelling.
Samenvatting (Bron)TBS. Afwaardering regresvordering. De rechtbank oordeelt dat er geen sprake is van een zogenaamde bodemloze-puntlening, maar wel dat er door belanghebbende een debiteurenrisico is gelopen dat een onafhankelijke derde niet zou zijn aangegaan. Het afwaarderingsverlies dat door belanghebbende in aanmerking is genomen dient daarom bij de bepaling van het resultaat uit overige werkzaamheden buiten beschouwing te blijven.
Annotator de Lange-Snijders
Pagina17-17
UitspraakECLI:NL:RBBRE:2011:BR5814
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekInkomensvoorzieningen en pensioenen
TitelHof 's-Hertogenbosch, 14-07-2011, 08/00136 MK III
CiteertitelNTFR 2011/2548
SamenvattingVrijwillige pensioenpremie geen negatief loon noch lijfrentepremie.
Samenvatting (Bron)Belanghebbende was in dienst bij de NOS tot 1 mei 1994. Na zijn uitdiensttreding heeft belanghebbende gebruik gemaakt van de mogelijkheid om vrijwillig de pensioenregeling voort te zetten; in dat kader heeft belanghebbende in 2003 een bedrag ad € 5.945 betaald. Tevens heeft belanghebbende in 2004 € 8.283 toegevoegd aan zijn oudedagsreserve. In geschil was de vraag of de vrijwillig betaalde pensioenpremie als negatief loon dan wel als premie voor een lijfrente in mindering op het inkomen kon komen. Het Hof oordeelt, anders dan de rechtbank, dat dit niet het geval is. Er is onvoldoende band met de voormalige dienstbetrekking om te kunnen spreken van negatief loon; het Hof verwijst hierbij naar het arrest van de Hoge Raad van 26 november 2010, nr. 09/04697, LJN:BM9268. Omdat belanghebbende ook nog een bedrag aan zijn oudedagsreserve had toegekend kon hij evenmin een beroep doen op het Besluit van 20 november 2002, nr. CPP2002/1303M. Een beroep op de Regeling taakafbakening pensioenfondsen verwerpt het Hof omdat dit een regeling is die een uitvoeringsvoorschrift betreft van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 en uit die wet blijkt niet dat premie in aanmerking zou moeten worden genomen als negatief loon. Het beroep op opgewekt vertrouwen verwerpt het Hof omdat door de betreffende regelingen noch uit uitlatingen van de Inspecteur een dergelijk vertrouwen kan zijn gewekt. Tenslotte verwerpt het Hof belanghebbendes stelling dat er sprake is van een aftrekbare lijfrentepremie. Los van de vraag of afkoop is toegestaan voldoet de uitkering die belanghebbende ontvangt op basis van de vrijwillig betaalde pensioenpremie niet aan de eisen van artikel 1.7 Wet IB 2001. Het hoger beroep van de inspecteur is gegrond.
AnnotatorM.E. Kastelein
Pagina18-19
UitspraakECLI:NL:GHSHE:2011:BT8242
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekInkomstenbelasting diversen
TitelHof Arnhem, 23-08-2011, 10/00335 MK III
CiteertitelNTFR 2011/2551
SamenvattingGeen anbi-status voor 'bezinningsoord'.
Annotator Molenaar
Pagina20-21
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekVennootschapsbelasting/Dividendbelasting
TitelGerechtshof 's-Hertogenbosch, 19-05-2011, 10/00244
CiteertitelNTFR 2011/2552
SamenvattingBelanghebbende vormt een groep met Belgische cva.
Samenvatting (Bron)Belanghebbende is voor 100% in handen van een Belgische cva. Belanghebbende heeft een schuld aan haar moeder. De inspecteur heeft de aan de moeder betaalde rentekosten niet in aftrek toegelaten wegens een te veel aan vreemd vermogen als bedoeld in de thincapregeling van art. 10d Wet Vpb. Het hof oordeelt, in navolging van de rechtbank (NTFR 2010/1242), dat sprake is van een groep, omdat in de (Belgische) geconsolideerde jaarrekening zowel belanghebbende als de cva zijn opgenomen. Niet kan worden gezegd dat de cva het 100%-belang in belanghebbende slechts als belegging houdt en dat daarom niet voldaan is aan het vereiste van organisatorische verbondenheid en van economische eenheid. Een belemmering van de vrijheid van vestiging acht het hof niet aanwezig nu geen onderscheid wordt gemaakt tussen binnenlandse en buitenlandse concerns. Art. 10d Wet Vpb is ook niet in strijd met de interest- en royalty richtlijn omdat deze richtlijn zich niet uitstrekt tot aftrekbeperkingen van rente. (Hoger beroep ongegrond.)
Annotator Kok
Pagina21-21
UitspraakECLI:NL:GHSHE:2011:BR6088
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHoge Raad, 21-10-2011, 11/00309, 11/00342
CiteertitelNTFR 2011/2555
SamenvattingNa verwerping nalatenschap kan geen bezwaar worden gemaakt tegen aanslagen ten name van erflater.
Samenvatting (Bron)Art. 8:24, lid 3, Awb. In geval van een door een advocaat ingediend beroepschrift wordt procesvertegenwoordigingsbevoegdheid verondersteld.
Annotator Zandhuis
Pagina27-28
UitspraakECLI:NL:HR:2011:BT8771
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHoge Raad, 30-12-2010, CPG 10/03723
CiteertitelNTFR 2011/2556
SamenvattingVergoeding heffingsrente bij correctie te hoge voorlopige aanslag.
Samenvatting (Bron)Art. 13, 30j en 65 AWR. Art. 3:4, 6:2, letter b, en 6:12, lid 1 (tekst tot 1 oktober 2009) Awb. Vergoeding van heffingsrente wegens handelen in strijd met het evenredigheidsbeginsel. Zelfde beslissing als in HR 28 oktober 2011, nr. 10/02166.
Annotator van Suilen
Pagina28-28
UitspraakECLI:NL:HR:2011:BP3082
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHoge Raad, 30-12-2010, CPG 10/02166
CiteertitelNTFR 2011/2557
SamenvattingBezwaar tegen achterwege blijven van vergoeding heffingsrente moet binnen zes weken na definitieve aanslag worden ingediend.
Samenvatting (Bron)Art. 13, 30j en 65 AWR. Art. 3:4 Awb. Opleggen van een nadere voorlopige aanslag tot een negatief bedrag is mogelijk. Keuze is aan inspecteur. Rentenadeel dat door deze keuze ontstaat moet worden vergoed op grond van het evenredigheidsbeginsel. Art. 6:2, letter b Awb. Bezwaar mogelijk wegens het niet tijdig bij beschikking vergoeden van heffingsrente. Art. 6:12, lid 1 Awb (tekst tot 1 oktober 2009). Een dergelijk bezwaar is onredelijk laat als het meer dan 6 weken na de definitieve aanslag.
Annotator van der Vegt
Pagina28-30
UitspraakECLI:NL:HR:2011:BP3068
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHoge Raad, 14-10-2011, 11/04033
CiteertitelNTFR 2011/2558
SamenvattingPrematuur wrakingsverzoek is niet-ontvankelijk.
Samenvatting (Bron)Wraking niet mogelijk nu er nog geen leden van de Hoge Raad met de behandeling van de zaak zijn belast. Niet-ontvankelijk.
Annotator van der Vegt
Pagina30-31
UitspraakECLI:NL:HR:2011:BT7474
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHof Arnhem, 25-10-2011, 11/00068
CiteertitelNTFR 2011/2559
SamenvattingVoormalige makelaar was niet verplicht adviseurs te controleren: vergrijpboete vernietigd.
Samenvatting (Bron)Omzetbelasting. Vergrijpboete wegens grove schuld niet terecht nu belanghebbende mocht vertrouwen op zijn deskundige adviseurs..
Annotator Niessen-Cobben
Pagina31-31
UitspraakECLI:NL:GHARN:2011:BU3515
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHof 's-Hertogenbosch, 07-07-2011, 10/00639 MK II
CiteertitelNTFR 2011/2560
SamenvattingHeffingsrente niet berekend in strijd met zorgvuldigheidsbeginsel.
Samenvatting (Bron)Belanghebbende maakt bezwaar tegen de aan hem in rekening gebrachte heffingsrente. Het Hof verwijst naar het arrest van 24 december 2010 van de Hoge Raad, nr. 09/05111 (LJN: BM7365) en oordeelt dat het zorgvuldigheidsbeginsel in casu niet is geschonden. De spontane betaling door belanghebbende op 31 december 2008 wordt door het Hof aangemerkt als een depotstorting en aldus nog behorend tot het vermogen van belanghebbende. Het Hof verwijst daarbij naar het arrest van de Hoge Raad van 2 maart 2007, nr. 41 617 (LJN: AU6474). Hoger beroep van de inspecteur gegrond
Annotator Hendriks
Pagina32-32
UitspraakECLI:NL:GHSHE:2011:BT8235
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHof 's-Hertogenbosch, 01-07-2011, 10/00293 MK II
CiteertitelNTFR 2011/2561
SamenvattingIn buitenland wonende beroepsvoetballer komt (veel) te laat in bezwaar.
Samenvatting (Bron)Belanghebbende, woonachtig in het buitenland, heeft deel uitgemaakt van de selectie van het Nederlands elftal bij de Europese kampioenschappen 2000. Na een procedure gevoerd door een andere speler (LJN: AZ3930) waarbij een tarief van 18 procent van toepassing werd verklaard op de van de KNVB ontvangen premie, heeft belanghebbende een verzoek om ambtshalve vermindering van zijn aanslag ingediend. De inspecteur heeft dit verzoek aangemerkt als een bezwaarschrift en meegedeeld dat hij op dit bezwaar zou beslissen als het cassatieverzoek van de staatssecretaris tegen de hierboven genoemde Hofuitspraak was afgedaan. De Hoge Raad heeft op 9 januari 2009 (nr. 43.758) het cassatieberoep verworpen met toepassing van artikel 81 RO. De Inspecteur doet uitspraak op bezwaar en verklaart belanghebbende niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding. Het Hof stelt dat bezwaartermijnen van openbare orde zijn en dat uitsluitend nog beoordeeld moet worden of artikel 6:11 toepassing kan vinden. Het Hof verwerpt het beroep op door de inspecteur opgewekt vertrouwen omdat de gedragingen en uitlatingen van de inspecteur hebben plaatsgevonden toen de bezwaartermijn reeds ruim was overschreden. Het gesloten stelsel brengt met zich dat tegen een weigering op een verzoek om een ambtshalve vermindering geen beroep openstaat. Hoger beroep ongegrond.
Annotator Molenaar
Pagina32-33
UitspraakECLI:NL:GHSHE:2011:BT8233
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHof Leeuwarden, 11-10-2011, 10/00297 MK I
CiteertitelNTFR 2011/2562
SamenvattingOndanks ambtelijk verzuim blijft de navorderingsaanslag in stand.
Samenvatting (Bron)In geschil is het antwoord op de vraag of de Inspecteur de bestreden navorderingsaanslag terecht en tot het juiste bedrag heeft opgelegd en of hij daarbij het vertrouwensbeginsel heeft geschonden.
Annotator Hendriks
Pagina33-34
UitspraakECLI:NL:GHLEE:2011:BT7472
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelRechtbank Arnhem, 15-09-2011, 10/01757
CiteertitelNTFR 2011/2563
SamenvattingImmateriële schadevergoeding van € 4.500 wegens overschrijding redelijke termijn.
Samenvatting (Bron)De redelijke termijn is met (naar boven afgerond) 4,5 jaar overschreden, hetgeen grond vormt voor een immateriële schadevergoeding. Bijzondere omstandigheden op grond waarvan die vergoeding achterwege zou moeten blijven zijn de rechtbank niet gebleken.
Annotator van Arnhem
Pagina34-35
UitspraakECLI:NL:RBARN:2011:BT6431
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHoge Raad, 11-11-2011, 11/01247
CiteertitelNTFR 2011/2564
SamenvattingHoreca-exploitant schendt administratie- en bewaarplicht.
Samenvatting (Bron)De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan m.t.v. artikel 81 RO.
Pagina35-35
UitspraakECLI:NL:HR:2011:BU3654
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHoge Raad, 11-11-2011, 10/05291
CiteertitelNTFR 2011/2565
SamenvattingBovenforfaitaire proceskostenvergoeding en mogelijk ook schadevergoeding.
Samenvatting (Bron)De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan m.t.v. artikel 81 RO.
Pagina35-35
UitspraakECLI:NL:HR:2011:BU3650
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekFormeel belastingrecht
TitelHoge Raad, 11-11-2011, 10/05290
CiteertitelNTFR 2011/2566
SamenvattingProceskostenvergoeding: geen bijzondere omstandigheid.
Samenvatting (Bron)De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan m.t.v. artikel 81 RO.
Pagina36-36
UitspraakECLI:NL:HR:2011:BU3648
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekInternationaal en Europees
TitelHof van Justitie EU, 20-10-2011, C-284/09
CiteertitelNTFR 2011/2569
SamenvattingDuitse bronbelasting op dividenden in strijd met vrijheid van kapitaal.
Samenvatting (Bron)Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 20 oktober 2011.#Europese Commissie tegen Bondsrepubliek Duitsland.#Niet-nakoming - Vrij verkeer van kapitaal - Artikel 56 EG en artikel 40 van Overeenkomst betreffende Europese Economische Ruimte - Dividendbelasting - Dividenden uitgekeerd aan op nationale grondgebied gevestigde vennootschappen en aan in andere lidstaat of in land van Europese Economische Ruimte gevestigde vennootschappen - Verschil in behandeling.#Zaak C-284/09.
Annotator Nijkeuter
Pagina37-46
UitspraakECLI:EU:C:2011:670
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekInternationaal en Europees
TitelHoge Raad, 30-08-2011, CPG 10/05383, 10/05385 en 10/05386
CiteertitelNTFR 2011/2570
SamenvattingNiet-fiscale eenheid maar moeder en dochter zijn apart verdragssubject.
Samenvatting (Bron)vennootschapsbelasting; artikelen 3 en 4 van het Belastingverdrag Nederland-België van 19 oktober 1970; feitelijke vestigingsplaats van de moedermaatschappij van een fiscale eenheid; bewijslastverdeling.
Annotator Koerts
Pagina46-48
UitspraakECLI:NL:HR:2012:BT2199
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekOmzetbelasting
TitelHof van Justitie EU, 27-10-2011, C-504/10
CiteertitelNTFR 2011/2572
SamenvattingAftrek mogelijk bij overdracht mede-eigendom van een uitvinding; misbruik moet nationale rechter vaststellen.
Samenvatting (Bron)Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 27 oktober 2011. # Tanoarch s.r.o. tegen Danove riaditelstvo Slovenskej republiky. # Verzoek om een prejudiciele beslissing: Najvyssi sud Slovenskej republiky - Slowakije. # Fiscale bepalingen - Btw - Recht op aftrek - Overdracht van aandeel in rechten op uitvinding die in handen zijn van meerdere ondernemingen, aan onderneming die betrokken uitvinding in haar geheel mag exploiteren - Misbruik. # Zaak C-504/10.
Annotator Sanders
Pagina49-53
UitspraakECLI:EU:C:2011:707
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekOmzetbelasting
TitelHoge Raad, 14-09-2010, CPG 09/02222
CiteertitelNTFR 2011/2573
SamenvattingHoge Raad stelt prejudiciële vraag over Europeesrechtelijke houdbaarheid art. 12a Wet OB 1968.
Samenvatting (Bron)Omzetbelasting; art. 20, lid 2, AWR; art. 11, lid 1, letter a, 2°, en art. 12a Wet OB; artt. 17, 20, en 22 Zesde richtlijn. Levering onroerende zaak belast met omzetbelasting in verband met door verkoper en koper gezamenlijk gedaan verzoek daartoe; herziening omzetbelasting wegens gebruik voor vrijgestelde doeleinden; naheffing op grond van art. 12a Wet OB; is naheffen van ondernemer aan wie is geleverd in strijd met de Zesde richtlijn? Prejudiciële vraag.
Annotator Zijlstra
Pagina53-57
UitspraakECLI:NL:HR:2011:BN9662
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekOmzetbelasting
TitelHof Arnhem, 04-10-2010, 10/00142 MK III
CiteertitelNTFR 2011/2574
SamenvattingPsychotherapeutische behandelingen door 'Master of Science' zijn niet vrijgesteld.
Samenvatting (Bron)Omzetbelasting. Kwaliteit van dienstverlening door firmant van belanghebbende is niet gelijkwaardig aan dat van gz-psychologen en/of psychotherapeuten. Vrijstelling niet van toepassing.
AnnotatorE.H.A.M. Thijssen
Pagina57-58
UitspraakECLI:NL:GHARN:2011:BT7645
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekOmzetbelasting
TitelHof 's-Hertogenbosch, 26-08-2011, 10/00698 MK II
CiteertitelNTFR 2011/2575
SamenvattingSloop- en overige werkzaamheden aan voormalige steenfabiek brengt geen vervaardiging mee.
Samenvatting (Bron)Belanghebbende heeft een voormalige steenfabriek en wil daar een staalconstructiebedrijf vestigen. Er zijn al behoorlijk wat zaken gesloopt: de steenoven, de stookketel en de overige installaties en de rails. Er zijn wat (tussen-)wanden verwijderd en de hoofdingang is vergroot. Belanghebbende stelt dat verkrijging is vrijgesteld van overdrachtsbelasting omdat er sprake zou zijn van een vervaardigd goed in de zin van artikel 11 Wet OB. Het Hof verwijst naar een tweetal arresten van de Hoge Raad: 7 maart 2003, nr 37.525, LJN AE9405 en 19 november 2010, nr. 08-01021, LJN BM6681. De sloopwerkzaamheden leiden, conform het arrest uit 2003 niet tot een vervaardiging volgens het Hof en volgens het arrest uit 2010 moet er sprake zijn van een goed dat voorheen niet bestond. Het Hof analyseert de feiten en concludeert dat er geen sprake is van een nieuw vervaardigd goed. Belanghebbende stelt nog dat niet hij maar de Inspecteur de bewijslast heeft om aan te tonen dat er geen sprake is van vervaardigen. Het Hof laat deze bewijslast vraag in het midden omdat er ondanks alle werkzaamheden die zijn verricht aan het pand er in de ogen van het Hof geen nieuw goed is vervaardigd.
Annotator Zijlstra
Pagina58-58
UitspraakECLI:NL:GHSHE:2011:BT9069
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekOmzetbelasting
TitelHof Leeuwarden, 11-10-2011, 10/00270, 10/00271 MK I
CiteertitelNTFR 2011/2576
SamenvattingOrganisator van een gratis toegankelijk festival is geen ondernemer voor de omzetbelasting.
Samenvatting (Bron)Anders dan de Rechtbank in haar uitspraken onder “Ontstaan en loop van het geding” heeft vermeld, heeft de Inspecteur bij uitspraak op bezwaar de naheffingsaanslag over het tijdvak 1 januari 2003 tot en met 31 december 2005 en de beschikking heffingsrente niet gehandhaafd, maar het bezwaar hiertegen niet-ontvankelijk verklaard. Ter zitting van het Hof hebben partijen desgevraagd eenduidig verklaard de zaak inhoudelijk door het Hof behandeld te willen zien en geen terugwijzing naar de Inspecteur of de Rechtbank te wensen voor een behandeling van het bezwaar dan wel het beroep.
Annotator Molenaar
Pagina58-59
UitspraakECLI:NL:GHLEE:2011:BT7513
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekOmzetbelasting
TitelRechtbank Haarlem, 29-07-2011, 10/05022
CiteertitelNTFR 2011/2577
SamenvattingAftrek van voorbelasting op kosten verkoop en terughuur panden, omdat dat algemene kosten zijn.
Samenvatting (Bron)Verkoop van panden en terughuur van panden is een middel om de kosten te reduceren en financiële positie te verbeteren. De kosten van de verkoop en terughuur zijn algemene kosten die voor aftrek van voorbelasting in aanmerking komen.
Annotator Blank
Pagina59-62
UitspraakECLI:NL:RBHAA:2011:BT2219
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekMotorrijtuigen en belastingen
TitelHof 's-Hertogenbosch, 14-07-2011, 10/00409 MK III
CiteertitelNTFR 2011/2578
SamenvattingNaheffingsaanslag BPM in strijd met evenredigheidsbeginsel.
Samenvatting (Bron)Belanghebbende is woonachtig in Nederland en heeft de Nederlandse nationaliteit. Tweemaal is door de douane geconstateerd dat belanghebbende in Nederland gebruik maakte van de openbare weg met een auto met een Belgisch kenteken. De betreffende auto werd geleased bij een in België gevestigde leasemaatschappij. De inspecteur heeft vervolgens een naheffingsaanslag BPM opgelegd met boete en heffingsrente. Het Hof is het met belanghebbende eens dat de naheffingsaanslag in strijd is met artikel 49 EG-verdrag (oud) en verwijst daarbij naar de beschikking van het Hof van Justitie van de EU van 29 september 2010, C-91/10 VAV-Autovermietung GmbH. De gewijzigde wet BPM voorziet niet in een heffing waarbij voor of tijdens het gebruik van de openbare weg in Nederland rekening gehouden wordt met de duur van de huurovereenkomst of met het gebruik in Nederland. Het Hof verwijst vervolgens naar het arrest van de Hoge Raad van 14 november 2008, nr. 40597bis, LJN: BG4211 en concludeert dat de rechter de naheffingsaanslag niet in overeenstemming kan brengen met het gebruik. De naheffingsaanslag moet worden vernietigd omdat deze in strijd is met het communautaire evenredigheidsbeginsel. Hoger beroep van belanghebbende gegrond.
Annotator Rolleman
Pagina62-62
UitspraakECLI:NL:GHSHE:2011:BT8247
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekMilieuheffingen
TitelHoge Raad, 06-12-2010, CPG 10/01220
CiteertitelNTFR 2011/2579
SamenvattingGebruikt water omvat zowel ingenomen water als water dat in bakken met vis is binnengekomen.
Samenvatting (Bron)Verontreinigingsheffing oppervlaktewateren. Uitleg van ‘gebruikt water’. Aan voorwaarden voor toepassing van tabel met forfaitaire afvalwatercoëfficiënten voldaan?
Annotator Borghols
Pagina62-64
UitspraakECLI:NL:HR:2011:BP1499
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekMilieuheffingen
TitelHoge Raad, 19-11-2011, ---
CiteertitelNTFR 2011/2580
SamenvattingNaheffingsaanslag afvalstoffenheffing opgelegd aan exploitant van stortplaats.
Samenvatting (Bron)Artikelen 12, 13 en 14, Afvalstoffenbelasting Wet belastingen milieugrondslag. Begrippen ‘afvalstof’ (positieve prijsbeginsel). ‘Houder van een inrichting’ en ‘GFT-afval’. Toepassing verhoudingsgetal. Goedkeurend beleid met betrekking tot buiten folielagen gestort afval.
Annotator Borghols
Pagina65-65
UitspraakECLI:NL:HR:2012:BT6856
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekHeffing lokale overheden
TitelRechtbank Groningen, 29-09-2011, AWB 09/1000
CiteertitelNTFR 2011/2581
SamenvattingRechtbank vernietigt de herstel aanslag bouwleges.
Samenvatting (Bron)Aanslag bouwleges gemeente Groningen vernietigd.
Annotator van den Burg
Pagina66-66
UitspraakECLI:NL:RBGRO:2011:BT2569
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekWOZ
TitelHof Arnhem, 11-10-2011, 11/00257 MK II
CiteertitelNTFR 2011/2582
SamenvattingBelanghebbende is door natrekking eigenaar van tankstation.
Samenvatting (Bron)Wet WOZ. Belanghebbende is genothebbende van tankstation. Vastgestelde waarde is niet te hoog.
Annotator Groenewegen
Pagina66-66
UitspraakECLI:NL:GHARN:2011:BT8869
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekWOZ
TitelHof 's-Hertogenbosch, 07-07-2011, 09/00014 MK II
CiteertitelNTFR 2011/2583
SamenvattingWaarde in hoger beroep conform taxatie gemeente.
Samenvatting (Bron)De gemeente heeft een appartement per 1 januari 2005 getaxeerd op € 330.000,-, de uitspraak van de rechtbank bepaalt de waarde op € 300.000 en de gemeente gaat in appel, belanghebbende tekent incidenteel appel aan. Na de zitting meldt belanghebbende het Hof dat de gemeente de waarde per 1 januari 2010 heeft verlaagd naar € 276.000 en vraagt de zaak te heropenen teneinde in een nadere zitting te komen tot een compromissoire oplossing; dit verzoek heeft het Hof afgewezen. De gemeente heeft een nieuwe matrix opgesteld met een viertal zgn. referentieobjecten; het betreft allemaal recent verkochte appartementen die gelegen zijn in hetzelfde gebouw als het appartement van belanghebbende of in het naastgelegen appartementencomplex. Het Hof oordeelt dat de referentieobjecten heel goed als vergelijkingsobjecten kunnen dienen. Belanghebbende heeft geen toestemming gegeven voor inwendige opname. Belanghebbende maakt niet aannemelijk dat de staat van onderhoud van zijn appartement, voor zover voor eigen rekening komend, slechter is dan de staat van onderhoud van de referentieobjecten. Hoger beroep van de gemeente is gegrond, het Hof stelt de waarde vast op € 330.000,-.
AnnotatorR. van den Berg
Pagina67-67
UitspraakECLI:NL:GHSHE:2011:BT8228
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekWOZ
TitelRechtbank Arnhem, 11-10-2011, 10/04664
CiteertitelNTFR 2011/2584
SamenvattingBezwaar tegen nog te nemen waardebeschikking WOZ is prematuur.
Samenvatting (Bron)Wet WOZ. Prematuur bezwaar. Eiser verzoekt om op zijn naam een WOZ-beschikking af te geven. In hetzelfde geschrift maakt eiser bezwaar tegen de waarde. Volgens eiser is zijn bezwaar niet prematuur, op de grond dat artikel 26 van de Wet WOZ niet toestaat dat de waarde anders wordt vastgesteld dan in de voorheen vastgestelde waardebeschikking. De rechtbank wijst dit betoog af onder verwijzing naar Hoge Raad 11 juli 2003, nr. 37.438, LJN: AH9769. Bezwaar is niet-ontvankelijk en beroep ongegrond.
Annotator Groenewegen
Pagina67-68
UitspraakECLI:NL:RBARN:2011:BT7158
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekOverige voor publicatie vrijgegeven rechtspraak
TitelOverige voor publicatie vrijgegeven rechtspraak
CiteertitelNTFR 2011/2585-2608
Pagina69-70
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekOverzicht wetsvoorstellen
TitelWetgevingsoverzicht 10 november 2011
CiteertitelNTFR 2011/
Pagina71-71
Artikel aanvragenVia Praktizijn