Rubriek | Arbeidsrecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Leeuwarden, 20-12-2011, 200.083.550/01 |
Citeertitel | «JIN» 2012/28 |
Samenvatting | Bepaalde tijd. Objectief bepaalbaar einde. Ontbindende voorwaarde. Uitzendbeding. |
Samenvatting (Bron) | Arbeidsovereenkomst. Loonvordering van "fase B" uitzendwerknemer in kort geding. Vraag of "einde teeltseizoen" een voldoende objectief bepaalbare einddatum is of, subsidiair, een geldige ontbindende voorwaarde, dan wel "uitzendbeding". |
Annotator | J.F. Dominicus |
Pagina | 213-216 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHLEE:2011:BU8987 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Arbeidsrecht |
---|---|
Titel | Rechtbank Rotterdam, 09-06-2011, AWB 10/2403 MEDED - T1 |
Citeertitel | «JIN» 2012/29 |
Samenvatting | Geheimhoudingsbeding. Boeteoplegging NMa. Cautie. Nemo tenetur. Zwijgrecht. |
Samenvatting (Bron) | ex-werknemer kan geen beroep doen op het zwijgrecht van artikel 53 van de MW. |
Annotator | S.M. Møller Sigh |
Pagina | 217-221 |
Uitspraak | ECLI:NL:RBROT:2011:BQ7658 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Arbeidsrecht |
---|---|
Titel | Kantongerecht Utrecht, 03-01-2012, 780767 UE VERZ 11-1271 4091 |
Citeertitel | «JIN» 2012/30 |
Samenvatting | Ontbinding. Bedrijfseconomische redenen. Reflexwerking Ontslagbesluit. Sociaal plan. Maximering vergoeding evident onbillijk. |
Samenvatting (Bron) | Artikel 7: 685 BW. Ontbinding arbeidsovereenkomst. |
Annotator | D.J. Buijs |
Pagina | 221-226 |
Uitspraak | ECLI:NL:RBUTR:2012:BU9919 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Personen- en familierecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 23-12-2011, 10/04283 |
Citeertitel | «JIN» 2012/31 |
Samenvatting | Niet uitgevoerd periodiek verrekenbeding. Verrekening overgespaarde inkomsten. |
Samenvatting (Bron) | Art. 81 RO. Huwelijkse voorwaarden. Verzoek tot verrekening overgespaarde inkomsten; art. 1:141 BW. |
Annotator | A.E. van Solinge |
Pagina | 226-230 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2011:BU3098 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Personen- en familierecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof 's-Gravenhage, 02-11-2011, 200.088.534.01 |
Citeertitel | «JIN» 2012/32 |
Samenvatting | Vervangende toestemming verhuizing binnen Nederland? Aanhouding voor raadsonderzoek. |
Samenvatting (Bron) | Vervangende toestemming tot verhuizing: onderzoek raad om belang van de minderjarige te kunnen beoordelen. |
Annotator | I. Kruiders |
Pagina | 230-232 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHSGR:2011:BU5857 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Personen- en familierecht |
---|---|
Titel | Rechtbank 's-Hertogenbosch, 30-11-2011, 226050 / FA RK 11-729 |
Citeertitel | «JIN» 2012/33 |
Samenvatting | Eigen inkomsten jongmeerderjarige. Behoefte ongeboren kind. |
Samenvatting (Bron) | Vaststelling onderhoudsbijdragen jong-meerderjarigen. Behoefte bepaling van een op moment van beschikking nog ongeboren kind van onderhoudsplichtige en zijn nieuwe partner tezamen. Verdeling draagkracht onderhoudsplichtige over alle te zijner laste komende kinderen. |
Annotator | E.A. Boitelle |
Pagina | 233-240 |
Uitspraak | ECLI:NL:RBSHE:2011:BV0308 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 06-01-2012, 10/03313 |
Citeertitel | «JIN» 2012/34 |
Samenvatting | Beloning bestuurders en commissarissen. Bevoegdheidsverdeling binnen de vennootschap. |
Samenvatting (Bron) | Beloning bestuurders en commissarissen bepaald door in de wet en statuten aangewezen organen; belang van duidelijke verhoudingen bij bevoegdhedenverdeling binnen vennootschap, ook ter voorkoming van belangenconflicten. Art. 2:145 BW; beloning leden van raad van commissarissen wordt bepaald door Ava, ook als een commissaris bestuurswerkzaamheden verricht. Overeenkomstig art. 2:151 BW kunnen commissarissen tijdelijk bestuurstaken uitoefenen, maar zij maken zonder een daartoe strekkend besluit van het bevoegde orgaan geen deel uit van het bestuur. Art. 2:135 BW laat toe bezoldiging van bestuurders aan RvC over te laten, als de statuten dat, zoals hier het geval is, bepalen; de RvC is aldus niet bevoegd zijn eigen leden een vergoeding toe te kennen voor werkzaamheden op bestuursniveau. |
Annotator | D.S. Nauwelaers |
Pagina | 240-245 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2012:BU6509 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 13-01-2012, 10/03028 |
Citeertitel | «JIN» 2012/35 |
Samenvatting | Verenigingsrecht. Gebondenheid verenigingslid aan door vereniging met derde gesloten overeenkomst. |
Samenvatting (Bron) | Verenigingsrecht. Gebondenheid verenigingslid aan door vereniging met derde gesloten overeenkomst? Oordeel kantonrechter dat vereniging krachtens statuten bevoegd was haar leden te binden, onbegrijpelijk. Bedoelde statutaire bepaling ziet uitsluitend op vertegenwoordiging van de vereniging door haar bestuur. |
Annotator | E.J. Bleeker |
Pagina | 245-248 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2012:BU1987 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 27-01-2012, 10/02174 |
Citeertitel | «JIN» 2012/36 |
Samenvatting | Vordering tot overname aandelen. Vaststellen prijs aandelen. |
Samenvatting (Bron) | Ondernemingsrecht. Vordering tot overname aandelen op de voet van art. 2:343 BW. Bij redelijke toepassing art. 2:343 kan rechter forfaitaire vergoeding opnemen ter hoogte van de wettelijke rente voor nadeel dat eiser lijdt gedurende periode tussen overdracht aandelen en definitieve vaststelling waarde daarvan door gemis aan verschil tussen vastgestelde waarde en bij wijze van voorschot betaalde bedrag. Omstandigheid dat geen wettelijke rente is gevorderd, behoefde OK niet te weerhouden van toekenning van die vergoeding. Uit tekst art. 2:343 lid 3 volgt dat vonnis of arrest waarbij de te betalen prijs wordt vastgesteld niet uitvoerbaar bij voorraad kan worden verklaard. |
Annotator | R. Eringa , G.C. Vergouwen |
Pagina | 248-257 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2012:BU4970 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Amsterdam, 10-11-2011, 200.092.267/01 |
Citeertitel | «JIN» 2012/37 |
Samenvatting | Omzetting stichting in een BV. Besluitvorming. |
Samenvatting (Bron) | uitspraak Ondernemingskamer d.d. 10-11-2011: DE ONDERNEMINGSRAAD VAN DE STICHTING KINDEROPVANG NOORD-WEST FRIESLAND / STICHTING KINDEROPVANG NOORD-WEST FRIESLAND, |
Annotator | M.C. van Rijswijk |
Pagina | 257-263 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHAMS:2011:BU4200 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Civiel recht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 20-01-2012, 10/04069 |
Citeertitel | «JIN» 2012/38 |
Samenvatting | Samenhangende overeenkomsten. Tekortkoming in ene overeenkomst rechtvaardigt (niet-gevorderde) ontbinding van andere overeenkomst. Redelijkheid en billijkheid. |
Samenvatting (Bron) | Overeenkomstenrecht. Oordeel hof dat, gelet op nauwe feitelijk-economische samenhang, tekortkoming in huurkoopovereenkomst naar redelijkheid en billijkheid ontbinding financieringsovereenkomst rechtvaardigt, ook al is ontbinding huurkoopovereenkomst niet uitdrukkelijk mede gevorderd, niet onjuist. Bedoelde samenhang alleen van belang voor antwoord op vraag of tekortkoming onder huurkoopovereenkomst gevolgen heeft voor gebondenheid onder financieringsovereenkomst. |
Annotator | R.A. Wolf |
Pagina | 263-271 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2012:BU3162 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Civiel recht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Leeuwarden, 10-01-2012, 200.071.991-01 |
Citeertitel | «JIN» 2012/39 |
Samenvatting | Aansprakelijkheid gebrekkige roerende zaak. Gebrek of van buiten komende oorzaak? Bewijsnood geen grond voor bewijsvermoeden. Ongerechtvaardigde verrijking. Relativiteit. |
Samenvatting (Bron) | Staat claimt schadevergoeding van WAM-verzekeraar nadat de verzekerde auto op de snelweg is uitgebrand met schade aan het wegdek. Staat beroept zich vergeefs op bewijsvermoeden in art. 6:173 BW. Verweer dat Staat ongerechtvaardigd zou worden verrijkt omdat zij ook belasting ontvangt, wordt verworpen. |
Annotator | F.M. Ruitenbeek-Bart |
Pagina | 271-274 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHARN:2012:BV1130 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Civiel recht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Amsterdam, 05-07-2011, 200.049.659/01 |
Citeertitel | «JIN» 2012/40 |
Samenvatting | Aansprakelijkheid gebrekkige roerende zaak. Toepasselijkheid art. 6:173 BW. Anticipatie op art. 6:173 BW (nieuw). Overgangsrecht. |
Samenvatting (Bron) | Tijdens een race met klassieke racemotoren op een parcours raakt het vliegwiel van een motor los en deze raakt de enkel van een toeschouwer, met letsel tot gevolg. Geen aansprakelijkheid van de eigenaar van de motor op grond van art. 6:173 BW (aansprakelijkheid voor zaken) of uit onrechtmatige daad. De motor voldeed aan de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mocht stellen. Overgangsrechtelijke aspecten van de toepasselijkheid van art. 6:173 BW op een ongeval met een motorrijtuig buiten de openbare weg. |
Annotator | F.M. Ruitenbeek-Bart |
Pagina | 275-278 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHAMS:2011:BR6992 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Strafrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 10-01-2012, 10/01696 |
Citeertitel | «JIN» 2012/41 |
Samenvatting | Wrakingsverzoek. |
Samenvatting (Bron) | Art. 513.5 Sv. Wrakingsverzoek. Schorsing onderzoek ter terechtzitting. Het Hof is gewraakt direct na de mededeling dat het Hof het opportuun achtte dat een “proces-verbaal verdenking meineed” werd opgemaakt. Het middel strekt ten betoge dat de voorzitter na het wrakingsverzoek zich ervan had behoren te onthouden dat “het lopende onderzoek ter terechtzitting voor wat de getuigen betreft is afgerond, waaronder het opstellen van het proces-verbaal verdenking meineed”. Nu de raadsman heeft verklaard geen bezwaar te hebben tegen die afronding van het onderzoek, kan daarover in cassatie niet met vrucht worden geklaagd. De Hoge Raad merkt op: In art. 513.5 Sv is bepaald dat ingeval het verzoek om wraking ter terechtzitting geschiedt, de terechtzitting wordt geschorst. Redelijke wetsuitleg brengt mee dat zulks in een geval als het onderhavige niet in de weg staat aan het opstellen van een proces-verbaal verdenking meineed. |
Annotator | M.L.C.C. de Bruijn-Lückers |
Pagina | 278-281 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2012:BR1143 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Strafrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 17-01-2012, 10/01005 |
Citeertitel | «JIN» 2012/42 |
Samenvatting | Denaturering. |
Samenvatting (Bron) | 1. Bewijsklacht opzet. Art. 225 Sr. 2. Denaturering. Ad 1. Het oordeel van het Hof dat de verdachte in de bewezenverklaarde periode (voorwaardelijk) opzettelijk valse of vervalste identiteitsdocumenten voorhanden heeft gehad in zijn administratie geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is ook niet onbegrijpelijk en toereikend gemotiveerd. Conclusie AG: anders. Ad 2. Blijkens het geheel van de verklaring kan niet gezegd worden dat het Hof bij de samengevatte weergave van de desbetreffende passage uit de verklaring daaraan een wezenlijk andere betekenis heeft gegeven dan die daaraan kennelijk is bedoeld te geven. Conclusie AG: anders. |
Annotator | M.L.C.C. de Bruijn-Lückers |
Pagina | 282-293 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2012:BU4211 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Strafrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad, 17-01-2012, 11/00090 |
Citeertitel | «JIN» 2012/43 |
Samenvatting | Almelose gijzelnemer. |
Samenvatting (Bron) | Gijzelnemer Almelo. 1. Art. 45 Sr. 2. Art. 46b Sr. Ad 1. Het oordeel van het Hof dat de gedragingen van de verdachte naar hun uiterlijke verschijningsvorm moeten worden aangemerkt als te zijn gericht op de voltooiing van het voorgenomen misdrijf geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is evenmin onbegrijpelijk. Daaraan doet niet af dat tussen de verdachte en het slachtoffer geen rechtstreeks contact heeft plaatsgevonden. Ad 2. Het oordeel van het Hof dat het beroep op vrijwillige terugtred dient te worden verworpen omdat de voorgenomen levensberoving slechts niet is voltooid ten gevolge van de niet van de wil van de verdachte afhankelijk omstandigheid dat het slachtoffer niet in zijn kamer aanwezig was en daar ook niet op een later moment is gekomen, geeft niet blijk van een onjuiste opvatting omtrent art. 46b Sr en is voorts niet onbegrijpelijk en toereikend gemotiveerd. |
Annotator | M.L.C.C. de Bruijn-Lückers |
Pagina | 293-299 |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2012:BT6466 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | Raad van State, 23-11-2011, 201102698/1/H2 |
Citeertitel | «JIN» 2012/44 |
Samenvatting | Heroverweging in bezwaar. Volledige heroverweging. Zelf in de zaak voorzien. Finale geschilbeslechting. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 15 februari 2010 heeft de minister de rijksbijdrage inburgering nieuwkomers (hierna: de rijksbijdrage) voor het jaar 2006 vastgesteld op € 0,00 en het uitbetaalde voorschot ten bedrage van € 45.460,00 van Aalburg teruggevorderd. |
Annotator | A.J. Bok |
Pagina | 300-302 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2011:BU5412 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | Raad van State, 07-12-2011, 201102936/1/H2 |
Citeertitel | «JIN» 2012/45 |
Samenvatting | Ontvankelijkheid hoger beroep. Procesbelang bestuursorgaan. Griffierecht. Proceskosten. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 27 november 2009 heeft het college [appellant sub 2] € 12.871,90, te vermeerderen met de wettelijke rente, ter vergoeding van planschade toegekend. |
Annotator | T. Barkhuysen , L.M. Koenraad |
Pagina | 303-306 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2011:BU7066 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep, 16-11-2011, 10/4064 WW + 10/4065 WW |
Citeertitel | «JIN» 2012/46 |
Samenvatting | Boete wegens niet nakomen inlichtingenplicht. Zwijgrecht. |
Samenvatting (Bron) | Weigering toestemming voor proefplaatsing. Intrekking WW-uitkering, terugvordering onverschuldigd betaalde uitkering, boete wegens niet nakomen inlichtingenverplichting. Zwijgrecht. In een geval als dit, waarin de boete nagenoeg uitsluitend is gebaseerd op de eigen verklaring van een werknemer, zou de bescherming die aan een werknemer beoogd is te geven met artikel 27b, eerste lid, van de WW (thans artikel 5:10a, van de Algemene wet bestuursrecht) en die in dit concrete geval ook tot de bescherming van appellant strekte, teniet worden gedaan indien gebruik wordt gemaakt van de verklaring die is afgelegd zonder dat hij erop is gewezen dat hem terzake een zwijgrecht toekomt. |
Annotator | C.L.G.F.H. Albers |
Pagina | 306-311 |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2011:BU6392 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |