Rechtspraak Sociale Verzekeringen

Uitgever Wolters Kluwer
Tijdschrift Rechtspraak Sociale Verzekeringen
Datum 15-11-2013
Aflevering 11
RubriekMaatschappelijke ondersteuning
TitelCentrale Raad van Beroep, 28-08-2013, 11-3325 WMO
CiteertitelRSV 2013/272
SamenvattingMaatschappelijke opvang - besluit - doorwerking EVRM - 'fair balance'.
Samenvatting (Bron)Besluit tot beëindiging van de (nood)opvang aanmerken als een besluit in de zin van art. 1:3 Awb. Na eerdere niet-ontvankelijk verklaring heeft het college een nieuw besluit genomen, inhoudende dat voor appellanten opvang in de vrijheidsbeperkende locatie als voorliggende voorziening in de weg staat aan noodopvang ingevolge WMO. Vanaf 24 januari 2011 is aan appellanten een vrijheidsbeperkende maatregel ingevolge artikel 56 Vw 2000 opgelegd, als gevolg waarvan reeds op die grond geen noodzaak meer tot maatschappelijke opvang bestond. Hoewel de onzekerheid over de dreigende ontruiming van de (nood)opvang appellanten boven het hoofd hing, kan daaruit niet worden afgeleid dat de opvang vanaf dat moment niet langer adequaat was.
Pagina917-919
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1683
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBijstand
TitelCentrale Raad van Beroep, 17-09-2013, 11-4225 WWB
CiteertitelRSV 2013/273
SamenvattingIntrekkingsbesluit dat niet is beperkt tot een bepaalde periode werkt door na datum van dat besluit.
Samenvatting (Bron)Dubbel hoger beroep. Het hoger beroep van het college richt zich tegen het oordeel van de rechtbank dat de Raad impliciet heeft geoordeeld dat het college niet bevoegd was het recht op bijstand te beëindigen. Dit hoger beroep slaagt niet. De rechtbank heeft uit vaste rechtspraak op goede gronden afgeleid dat in het intrekkingsbesluit tevens de beëindiging van de bijstand besloten ligt. Omdat de Raad het intrekkingsbesluit heeft herroepen voor zover dit ziet op de intrekking vanaf 1 september 2004 is daarmee tevens de in de intrekking besloten liggende beëindiging van de bijstand teniet gedaan. Het hoger beroep van betrokkene richt zich tegen de afwijzing door de rechtbank van het verzoek om schadevergoeding i.v.m. de redelijke termijn. Dit hoger beroep slaagt wel, het college is gehouden de immateriële schade te vergoeden. Wel was het college bevoegd was om met toepassing van artikel 54, derde lid, aanhef en onder a, van de WWB de bijstand van betrokkene met ingang van 25 januari 2005 in te trekken. Het beroep tegen het nader besluit dient daarom ongegrond te worden verklaard. Het verzoek om het college te veroordelen tot schadevergoeding in de vorm van wettelijke rente zal worden afgewezen.
Pagina919-923
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1862
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekMaatschappelijke ondersteuning
TitelCentrale Raad van Beroep, 18-09-2013, 11-4783 WMO
CiteertitelRSV 2013/274
SamenvattingPgb - verantwoording - hardheidsclausule.
Samenvatting (Bron)Appellante heeft geen zorgovereenkomst en facturen of andere betalingsbewijzen overgelegd waaruit blijkt waarvoor het pgb in 2009 is gebruikt. Het college heeft bij besluit de besluiten waarbij aan appellante voor 2009 pgb voor huishoudelijke hulp was toegekend ingetrokken en het over 2009 betaalde pgb teruggevorderd. De rechtbank is op goede gronden tot het oordeel gekomen dat niet kan worden staande gehouden dat het college bij afweging van de betrokken belangen niet in redelijkheid heeft mogen besluiten tot intrekking en terugvordering van het over 2009 verstrekte pgb. Appellante heeft niet aan haar verantwoordingsplicht voldaan, terwijl zij er tijdig op gewezen is dat die plicht bestaat en op welke wijze zij geacht wordt daaraan invulling te geven.
AnnotatorC.W.C.A. Bruggeman
Pagina923-925
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1808
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBijstand
TitelCentrale Raad van Beroep, 10-09-2013, 11-6431 WWB
CiteertitelRSV 2013/275
SamenvattingVerzwegen gezamenlijke huishouding - Hoofdverblijf in dezelfde woning - Onweerlegbaar rechtsvermoeden - Geen huisbezoek afgelegd door sociale recherge - Voldoende andere onderzoeksbevindingen.
Samenvatting (Bron)Intrekking en terugvordering bijstand. Hoofdelijke aansprakelijkstelling. Gezamenlijke huishouding. Geen mededeling gedaan aan het college. Uit relatie zijn kinderen geboren. De onderzoeksbevindingen bieden een toereikende grondslag voor het standpunt van het college dat appellanten hun hoofdverblijf hebben gehad in de woning van appellante.
Pagina926-928
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1702
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekArbeidsongeschiktheid
TitelCentrale Raad van Beroep, 04-09-2013, 12-1089 WAO-T
CiteertitelRSV 2013/276
SamenvattingCBBS - Basisinformatie - gedragsregel.
Samenvatting (Bron)Tussenuitspraak. Herziening WAO-uitkering. CBBS. De Basisinformatie schrijft niet dwingend aan de verzekeringsartsen voor welke beperkingen wel en welke niet in aanmerking moeten worden genomen bij de vaststelling van de belastbaarheid. De verzekeringsarts heeft de mogelijkheid om in het individuele geval af te wijken van de lijst van beperkingen dan wel aanvullende beperkingen te formuleren, zowel op de FML als in de verzekeringsgeneeskundige rapporten. De rechtbank heeft op onjuiste gronden geoordeeld dat de medische grondslag van het bestreden besluit ontoereikend is. De Raad doet de zaak zelf af. Ten onrechte heeft de bezwaarverzekeringsarts de beoordeling van de medische beperkingen uitsluitend gebaseerd op een vergelijking van diagnoses en de verwijzing naar de Basisinformatie. De rechtbank heeft terecht, zij het op andere gronden, het beroep tegen het bestreden besluit gegrond verklaard. Niet kan worden vastgesteld dat de belasting in de functies blijft binnen de grenzen van de voor betrokkene vastgestelde beperkingen. Evenmin kan worden vastgesteld of aan de schatting ten minste drie functies ten grondslag liggen. Arbeidskundige grondslag is ondeugdelijk gemotiveerd. De Raad draagt appellant op het gebrek in het bestreden besluit te herstellen.
Pagina928-932
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1646
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekMaatschappelijke ondersteuning
TitelCentrale Raad van Beroep, 18-09-2013, 11-1556 WMO-T
CiteertitelRSV 2013/277
SamenvattingAanvraag woonvoorziening - verhuizing naar niet-adequate woning - geen toestemming vooraf gevraagd.
Samenvatting (Bron)Tussenuitspraak. Appellant heeft in het kader van de Wmo bij het college een aanvraag ingediend voor woonvoorzieningen in de vorm van aanpassingen van de natte cel, de keuken en het toilet. Bij besluit heeft het college de aanvraag afgewezen op de grond dat appellant is verhuisd naar een voor hem niet-adequate woning en dat appellant daarvoor niet vooraf toestemming heeft gevraagd of overleg heeft gevoerd. Het college heeft niet op juiste wijze voldaan aan de opdracht om een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen. Het college krijgt zes weken de tijd om het gebrek te herstellen.
Pagina932-934
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1912
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBijstand
TitelCentrale Raad van Beroep, 24-09-2013, 11-6785 WWB
CiteertitelRSV 2013/278
SamenvattingIntrekking bijstand na schending inlichtingenverplichting - Nieuwe aanvragen terecht afgewezen - Terugvordering voorschotten.
Samenvatting (Bron)Afwijzing aanvraag bijstand. Terugvordering verleende voorschotten. Schending van de inlichtingenverplichting.
Pagina934-937
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1837
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBijstand
TitelCentrale Raad van Beroep, 26-09-2013, 12-1241 WWB
CiteertitelRSV 2013/279
SamenvattingBijzondere bijstand voor verhuis- en inrichtingskosten.
Samenvatting (Bron)Appellante heeft een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand op grond van de WWB voor verhuis- en inrichtingskosten omdat zij zelfstandig ging wonen. Bij afzonderlijke besluiten heeft het college de aanvragen afgewezen op de grond dat er geen sprake is van uit bijzondere omstandigheden voortvloeiende noodzakelijke kosten van het bestaan. Het college hanteert als uitgangspunt dat iedereen van 18 jaar en ouder recht heeft op zelfstandige huisvesting, maar dat personen die zich voor het eerst zelfstandig huisvesten daarvoor moeten sparen, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden. Dit uitgangspunt is niet onaanvaardbaar. Geen sprake van bijzondere omstandigheden. Dit betekent dat de conclusie van de rechtbank, dat de aanvragen van appellante om bijzondere bijstand terecht zijn afgewezen, juist is.
Pagina937-938
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1867
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBijstand
TitelCentrale Raad van Beroep, 01-10-2013, 12-2442 WWB
CiteertitelRSV 2013/280
SamenvattingBijzondere bijstand voor de salariskosten van de bewindvoerder terecht afgewezen.
Samenvatting (Bron)Weigering bijzondere bijstand voor de salariskosten van de bewindvoerder. Volgens vaste rechtspraak is er in de situatie dat het inkomen geen ruimte biedt voor betaling van een voorschot op het salaris van de bewindvoerder, voor verlening van bijzondere bijstand voor de salariskosten van de bewindvoerder geen plaats. De salariskosten mogen in een dergelijk geval niet in rekening worden gebracht en deze kosten doen zich dan dus ook niet voor. Indien de kosten van de bewindvoering desondanks zijn betaald, zijn deze kosten zonder noodzaak gemaakt.
Pagina939-940
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1893
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBijstand
TitelCentrale Raad van Beroep, 26-09-2013, 12/3344 WWB
CiteertitelRSV 2013/281
SamenvattingInlichtingenverplichting - Onduidelijkheid over woonadres. Recht op bijstand is niet vast te stellen.
Samenvatting (Bron)Afwijzing aanvraag om bijstand ingevolge de Wet werk en bijstand op de grond dat appellant onvoldoende duidelijkheid heeft gegeven over zijn feitelijke woon- en leefsituatie. Hierdoor heeft appellant in onvoldoende mate voldaan aan de op hem rustende inlichtingenverplichting als gevolg waarvan het recht op bijstand niet is vast te stellen.
Pagina940-941
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1865
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBijstand
TitelCentrale Raad van Beroep, 08-10-2013, 12-4413 WWB
CiteertitelRSV 2013/282
SamenvattingMaximale termijn ontheffing arbeidsverplichtingen wegens medische omstandigheden.
Samenvatting (Bron)Geen permanente ontheffing van de arbeidsverplichtingen, ook al appellant permanent arbeidsongeschiktheid. Toetsing gemeentelijk beleid en de vaste gedragslijn. Geen bijzondere omstandigheden.
Pagina942-943
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1971
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBijstand
TitelCentrale Raad van Beroep, 26-09-2013, 12-5222 WWB
CiteertitelRSV 2013/283
Samenvatting100% maatregel voor de duur van een maand omdat betrokkene door eigen toedoen zijn baan is kwijtgeraakt.
Samenvatting (Bron)Bij besluit heeft het college appellant bijstand verleend ingevolge de WWB met ingang van de datum waarop appellant zich heeft gemeld bij het UWV Werkbedrijf. Bij dit besluit heeft het college tevens de bijstand van appellant met met 100 procent verlaagd voor de duur van één maand. Aan de verlaging heeft het college ten grondslag gelegd dat appellant door eigen toedoen zijn baan is kwijtgeraakt. Vaststaat dat appellant als gevolg van zijn ontslagname een beroep heeft moeten doen op algemene bijstand. Appellant heeft niet aannemelijk gemaakt dat bij zijn ontslagname iedere vorm van verwijtbaarheid ontbreekt. Uit het voorgaande vloeit voort dat het college gehouden is de bijstand te verlagen met 100% voor de duur van één maand.
Pagina943-945
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1866
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekMaatschappelijke ondersteuning
TitelCentrale Raad van Beroep, 04-09-2013, 10-3479 WMO
CiteertitelRSV 2013/284
SamenvattingGesloten buitenwagen - Aanvullend collectief vervoer is adequaat.
Samenvatting (Bron)Afwijzing aanvraag voor een vervoersvoorziening op grond van de Wmo in de vorm van een gesloten buitenwagen. De Raad ziet geen aanleiding te twijfelen aan het standpunt van het college dat appellante niet op grond van medische en functionele beperkingen op een gesloten buitenwagen is aangewezen en dat zij met de geïndiceerde vervoersvoorziening voldoende wordt gecompenseerd. Heropening onderzoek met betrekking tot de mogelijke overschrijding van de redelijke termijn.
Pagina945-948
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1712
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBijstand
TitelCentrale Raad van Beroep, 24-09-2013, 11-2992 WWB
CiteertitelRSV 2013/285
SamenvattingGezamenlijke huishouding - Terugvordering van partner in dit geval niet mogelijk.
Samenvatting (Bron)De Raad is met appellant van oordeel dat D gedurende de periode in geding de voor haar geldende wettelijke inlichtingenverplichting niet heeft geschonden. Het college was niet op grond van artikel 59, tweede lid, van de WWB bevoegd de kosten van de over de periode in geding aan D verleende bijstand mede van appellant terug te vorderen. De rechtbank heeft dit niet onderkend. Vernietiging uitspraak. Beroep gegrond. Vernietiging besluit. Herroept het besluit van 7 december 2009.
Pagina948-951
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1822
Artikel aanvragenVia Praktizijn