Titel | Hoge Raad 28-06-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/1 |
Samenvatting | Executoriaal beslag op gekraakte ambassade, Aanzegging ex art. 3a lid 1 Gerechtsdeurwaarderswet (Gdw), Deurwaarderskortgeding, Immuniteit van executie, Verdrag van Wenen inzake het diplomatiek verkeer (WVDV), Volkenrechtelijk gewoonterecht, Wet houdende algemeene bepalingen der wetgeving van het Koninkrijk (Wet AB) |
Samenvatting (Bron) | Volkenrecht. Immuniteit van executie. Executoriaal beslag op pand van diplomatieke dienst. Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer, art. 22. Internationaal gewoonterecht. Pand dat publieke bestemming heeft verloren? |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2013:45 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Hoge Raad 13-09-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/2 |
Samenvatting | Regels van dwingend communautair recht (i.c. Richtlijn 93/13/EEG) kunnen recht van openbare orde behelzen. Dat brengt mee dat de appelrechter ambtshalve, ook buiten de grieven om, moet onderzoeken of dergelijke regels van toepassing zijn en vervolgens daaraan in voorkomend geval rechtsgevolgen moet verbinden. |
Samenvatting (Bron) | Consumentenrecht. Richtlijn 93/13 EEG (oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten). Contractuele rente. Richtlijnconforme uitleg. Grievenstelsel. Rechtsstrijd in appel. Openbare orde. HvJEU 14 juni 2012, ECLI:NL:XX:2012:BW9433, NJ 2012/512, HvJEU 9 november 2010, ECLI:NL:XX:2010:BO5516, NJ 2011/41 en HvJEU 30 mei 2013, zaak C - 488/11. Appelrechter ambtshalve gehouden om buiten grieven maar binnen grenzen van rechtsstrijd te toetsen of beding oneerlijk is? Oneerlijk beding vernietigen. Ambtshalve toetsing in eerste aanleg. Ambtshalve onderzoek indien rechter vermoedt dat beding oneerlijk is. Instructiemaatregelen om werking richtlijn te verzekeren. Hoor en wederhoor. Aanpassen stellingen. Verstekzaken. |
Annotator | F.J.H. Hovens |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2013:691 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Hoge Raad 04-10-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/3 |
Samenvatting | Verstek, Verzet, Hoger beroep, Incidenteel appel, Vreemdelingenbeslag, Misbruik van bevoegdheid |
Samenvatting (Bron) | Procesrecht. Geldt verzet tegen verstekarrest als memorie van antwoord, waarbij geïntimeerde incidenteel hoger beroep mag instellen buiten het door principaal hoger beroep bestreken gebied? Art. 143 e.v. Rv jo. art. 353 lid 1 Rv. Bevoegdheid Nederlandse rechter. Kan art. 767 Rv rechtsmacht verschaffen opdat schuldeiser de langs deze weg verkregen beslissing ten uitvoer kan leggen op buiten Nederland gelegen vermogensbestanddelen schuldenaar? Misbruik van bevoegdheid? Art. 3:13 lid 2 BW. |
Annotator | M.A.J.G. Janssen |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2013:CA3741 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Hoge Raad 11-10-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/4 |
Samenvatting | Verweerder in cassatie heeft niet op tijd het verschuldigde griffierecht voldaan. Het verweerschrift kan (ondanks art. 362 Fw) ook in deze faillissementsprocedure in beginsel buiten beschouwing worden gelaten wegens de niet-tijdige betaling van het griffierecht (art. 282a lid 3 Rv). De Hoge Raad ziet evenwel aanleiding het verweerschrift op grond van de hardheidsclausule (art. 282a lid 4 Rv) wel in de beoordeling te betrekken, aangezien sprake is van verstrekking van verwarringwekkende informatie van de zijde van de gerechtelijke administratie over de uiterste betaaldatum van het griffierecht. |
Samenvatting (Bron) | Cassatie. Wet griffierechten burgerlijke zaken. Griffierecht door indiener verweerschrift niet tijdig voldaan. Toepasselijkheid art. 282a juncto 427b Rv in faillissementsprocedure; art. 362 Fw. ‘Hardheidsclausule’. Faillissementsrecht. Verzoek tot vernietiging beschikking waarbij de rechter-commissaris de curator goedkeuring verleende voor aangaan schikking en staking procedure. Bij belangenafweging in aanmerking te nemen omstandigheden. Kans van slagen procedure. Slagende motiveringsklachten. Art. 67, 104 Fw. |
Annotator | A.E.H. van der Voort Maarschalk |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2013:CA0721 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Hoge Raad 11-10-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/5 |
Samenvatting | Rechtbank stelt tussentijds cassatieberoep open tegen weigering in 843a-incident pleidooi toe te staan. Eiser in het incident stelt cassatieberoep (en hoger beroep) in. De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep niet-ontvankelijk en bevestigt (desverzocht) dat tegen het tussenvonnis hoger beroep openstaat. |
Samenvatting (Bron) | Ontvankelijkheid. Rechtbank stelt cassatieberoep tegen tussenvonnis open. Geen sprongcassatie overeengekomen. Cassatieberoep ontvankelijk? |
Annotator | A.E.H. van der Voort Maarschalk |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2013:910 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Hoge Raad 29-11-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/6 |
Samenvatting | Vordering tot integrale vergoeding van advocaatkosten bij de civiele rechter, in aanvulling op de forfaitaire regeling van art. 8:75 Awb voor proceskosten in bestuursrechtelijke procedures, Bevoegdheid civiele rechter, Ontvankelijkheid van eisers, Formele vs. materiële onbevoegdheid, Aanvullende rechtsbescherming |
Samenvatting (Bron) | Bestuurlijke handhaving tegen beter weten in? Onbevoegd binnendringen woning? Vergoeding kosten bezwaar en beroep. Exclusieve bevoegdheid bestuursrechter. Art. 8:75 lid 1 Awb. Art. 2 lid 3 Besluit proceskosten bestuursrecht. Afwijking forfaitaire vergoeding. Aanvullende bescherming door burgerlijke rechter? |
Annotator | C.N.J. Kortmann |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2013:1456 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Hoge Raad 13-12-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/7 |
Samenvatting | Wijziging partijaanduiding in volgende instantie, Devolutieve werking |
Samenvatting (Bron) | Ontvankelijkheid. Cassatiedagvaarding uitgebracht uit naam vennootschap die door fusie was opgehouden te bestaan. Herstelmogelijkheden? Hoge Raad komt terug van HR 9 januari 2004, ECLI:NL:HR:2004:AN7324, NJ 2005/222. Herstel mogelijk, tenzij wederpartij daardoor onredelijk in haar belangen wordt geschaad. Auteursrecht; inbreukvordering. Werk van toegepaste kunst. Vgl. HR 30 oktober 2009, ECLI:NL:HR:2009:BJ0655, NJ 2009/540 (kortgedingprocedure). Beschermingsduur art. 7 lid 4 Berner Conventie (BC) niet afhankelijk van formeel vereiste instandhoudingsverklaring art. 21 lid 3 (oud) BTMW (HR 26 mei 2000, ECLI:NL:HR:2000:AA5967, NJ 2000/671). Formaliteitenverbod art. 5 lid 2 BC wijkt ingevolge art. 2 lid 7 BC voor art. 21 lid 3 (oud) BTMW. Berner Conventie geldt alleen in internationale situaties (HR 11 mei 2001, ECLI:NL:HR:2001:AB1558, NJ 2002/55); geen door art. 18 VWEU verboden discriminatie van eigen onderdanen van lidstaat. Prejudiciële vragen aan Benelux-Gerechtshof over overgangsrecht met betrekking tot het vervallen van art. 21 lid 3 (oud) BTMW: herleeft de auteursrechtelijke bescherming na het vervallen van deze bepaling en zo ja, op welk moment? Land van oorsprong. Uitleg begrippen ‘publicatie’ en ‘publiek’ in art. 3 lid 3 (in verband met art. 5 lid 4 onder a) BC. |
Annotator | G.C.C. Lewin |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2013:1881 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Hoge Raad 20-12-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/8 |
Samenvatting | Rechtskracht en gezag van gewijsde van een alimentatiebeschikking |
Samenvatting (Bron) | Partneralimentatie. Gewijzigde omstandigheden? Art. 1:401 lid 1 BW. Beperkt gezag van gewijsde van een alimentatiebeschikking; ook indien hetzelfde verzoek eerder was afgewezen wegens onvoldoende gegevens? HR 25 mei 2007, ECLI:NL:HR:2007:BA0902, NJ 2007/518. Toepasselijkheid art. 1:401 lid 4 BW indien bij eerdere beschikking geen alimentatie is vastgesteld maar verzoek tot nihilstelling is afgewezen? |
Annotator | E. Gras |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2013:2109 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden zp Arnhem 29-02-2013, LJN BZ1166 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/9 |
Samenvatting | Kort geding in hoger beroep, Spoedeisend belang, Belang, Grenzen rechtsstrijd |
Annotator | S.M.A.M. Venhuizen |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 10-09-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/10 |
Samenvatting | Incident, Bewijsopdracht, Bewijslastverdeling, Eindbeslissing, Deskundigenbericht |
Samenvatting (Bron) | Opwerpen incidenten “aanpassing bewijsopdracht” en “benoeming deskundige” na sluiting enquete in hoger beroep. Niet-ontvankelijk. |
Uitspraak | ECLI:NL:GHARL:2013:6709 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Rechtbank Oost-Brabant 24-07-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/11 |
Samenvatting | Conservatoir beslag onder aansprakelijkheidsverzekeraar |
Samenvatting (Bron) | Incident ex art. 223 Rv. Opheffing beslag. Door een woningstichting is beslag gelegd op de verzekeringsaanspraken van haar oud-bestuurder en oud-toezichthouders uit hoofde van een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering. Die verzekering biedt dekking voor schade en voor kosten van verweer. Enkele toezichthouders vragen opheffing van het beslag om het verweer tegen de woningstichting te kunnen bekostigen. De verzekeraar vraagt opheffing van het beslag op grond van het non peius beginsel. De rechtbank besluit na een belangenafweging tot gedeeltelijke opheffing van het beslag, om de toezichthouders in staat te stellen ten laste van de verzekerde som een conclusie van antwoord te nemen en zich ter comparitie te laten bijstaan. De verzekeraar heeft ten aanzien van de bestuurder en een andere toezichthouder haar beroep op het non peius beginsel onvoldoende onderbouwd. Voor het overige houdt de rechtbank de beslissing aan. |
Annotator | J.E.P.A. van Hooff |
Uitspraak | ECLI:NL:RBOBR:2013:4147 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Rechtbank Overijssel 06-11-2013 |
---|---|
Citeertitel | JBPr 2014/12 |
Samenvatting | Dagvaardingstermijn in een grensoverschrijdende zaak, Berekening van deze termijn door Nederlands recht bepaald, Voor verstekverlening is het niet voldoende dat de Nederlandse voorschriften in acht genomen zijn |
Samenvatting (Bron) | Internationaal privaatrecht. Herziene Betekeningsverordening. De dagvaarding heeft gedaagde niet tijdig bereikt. Gelet hierop kan geen verstek worden verleend. De tekst noch de strekking van de Herziene Betekeningsverordening verzet zich ertegen dat de rechter in een geval als het onderhavige, waarin formeel geen van de voorschriften als bedoeld in artikel 115 juncto 56 Rv. is geschonden, een nieuwe rechtsdag bepaalt waartegen gedaagde opnieuw kan worden opgeroepen, wederom met inachtneming van de in rechtsoverweging 10 genoemde termijn. |
Annotator | M.F. Freudenthal |
Uitspraak | ECLI:NL:RBOVE:2013:2886 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |