Rubriek | Arbeidsrecht |
---|---|
Titel | HvJ EU 19/04/2016, C-441/14, , ECLI:EU:C:2016:278 |
Citeertitel | JIN 2016/120 |
Samenvatting | Ontslagvergoeding, Pensioenleeftijd, Gelijke behandeling, Leeftijdsdiscriminatie, Particulieren. |
Samenvatting (Bron) | Arrest van het Hof (Grote kamer) van 19 april 2016.#Dansk Industri (DI) tegen Sucession Karsten Eigil Rasmussen.#Prejudiciele verwijzing - Sociale politiek - Handvest van de grondrechten van de Europese Unie - Richtlijn 2000/78/EG - Verbod van discriminatie op grond van leeftijd - Nationale regeling die in strijd is met een richtlijn - Mogelijkheid voor een particulier de Staat aansprakelijk te stellen wegens schending van het Unierecht - Geschil tussen particulieren - Afweging van verschillende rechten en beginselen - Rechtszekerheidsbeginsel en beginsel van bescherming van het gewettigd vertrouwen - Rol van de nationale rechter.#Zaak C-441/14. |
Annotator | E.M.Y. Sorensen , K.G. Kapel |
Uitspraak | ECLI:EU:C:2016:278 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Arbeidsrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 08-04-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/121 |
Samenvatting | Opzegverbod, Ondernemingsraadslid, OR-lidmaatschap, Kennelijk onredelijk ontslag, Vergoeding, Ex tunc. |
Samenvatting (Bron) | Arbeidsrecht. Ontslagbescherming voor lid van ondernemingsraad (art. 7:670 lid 4 en art. 7:670a lid 1 (oud) BW) indien ondernemingsraad niet voldoet aan vereisten van de WOR. Schadevergoeding bij kennelijk onredelijk ontslag (art. 7:681 (oud) BW); omstandigheden die na het ontslag zijn ingetreden (HR 8 april 2011, ECLI:NL:HR:2011:BP4804, NJ 2011/168). |
Annotator | J.L. Luiten |
Link | Volledige tekst annotatie (BarentsKrans) |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2016:604 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Arbeidsrecht |
---|---|
Titel | Parket bij de Hoge Raad 15-04-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/122 |
Samenvatting | Uitzending, Uitzendovereenkomst, StiPP. |
Samenvatting (Bron) | Arbeidsrecht. Wet verplichte deelneming in bedrijfstakpensioenfonds. Art. 7:690 en 7:691 BW. Is voor uitzendovereenkomst een ‘allocatiefunctie’ vereist? Vereisten voor ‘toezicht en leiding’ van een derde als bedoeld in art. 7:690 BW. |
Annotator | M.A.H.M. van der Velden , S.A. Tan |
Uitspraak | ECLI:NL:PHR:2016:238 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Personen- en familierecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 20-05-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/123 |
Samenvatting | Alimentatie, Samenleven als gehuwd, Ex nunc. |
Samenvatting (Bron) | Personen- en familierecht, procesrecht. Alimentatie; samenleven als waren zij gehuwd? Art. 1:160 BW. Taak rechter in geding na cassatie en verwijzing. |
Annotator | E.L.M. Louwen |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2016:921 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Personen- en familierecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Amsterdam 19-04-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/124 |
Samenvatting | Vernietiging van erkenning, Belanghebbenden, Rol bijzondere curator. |
Samenvatting (Bron) | Biologische vader geen belanghebbende in onderhavige procedure, vernietiging erkenning vaderschap, in het belang van de minderjarige dat de juridische toestand in overeenstemming wordt gebracht met de biologische werkelijkheid. |
Annotator | A.C.M. den Ridder-van der Meijden |
Uitspraak | ECLI:NL:GHAMS:2016:1521 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Personen- en familierecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 17-05-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/125 |
Samenvatting | Omgang, Onderzoek Raad voor de Kinderbescherming. |
Samenvatting (Bron) | Verzoek tot contact met hun vader. Vader weigert categorisch. Onderzoek Raad voor de Kinderbescherming. Is de vader ongeschikt of onmachtig? |
Annotator | E.A. Slappendel |
Link | Volledige tekst annotatie (slappendelfamilierecht.nl) |
Uitspraak | ECLI:NL:GHARL:2016:3939 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 03-06-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/126 |
Samenvatting | Rechtspersonenrecht, Onrechtmatige daad, Opzegging lidmaatschap in strijd met art. 2:8 BW tevens onrechtmatig, Invloed achterwege laten van vernietiging (art. 2:15 BW), Verrassingsbeslissing, Termijn van opzegging. |
Samenvatting (Bron) | Rechtspersonenrecht. Onrechtmatige daad. Opzegging lidmaatschap in strijd met art. 2:8 BW tevens onrechtmatig? Invloed achterwege laten van vernietiging (art. 2:15 BW). Verrassingsbeslissing. Termijn van opzegging. |
Annotator | E. Baghery |
Link | Volledige tekst annotatie (AKD.nl) |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2016:1061 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Amsterdam 02-02-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/127 |
Samenvatting | OK, Enquêterecht. |
Samenvatting (Bron) | OK; enquêterecht; wijst het verzoek een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken en tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen af |
Annotator | F. Oostlander |
Uitspraak | ECLI:NL:GHAMS:2016:382 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 29-03-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/128 |
Samenvatting | Bestuurdersaansprakelijkheid, Buitenlandse vennootschap, Vestigingsplaats Nederland, Onrechtmatige daad, Voldoende ernstig persoonlijk verwijt. |
Samenvatting (Bron) | Bestuurdersaansprakelijkheid van bestuurder van in Nederland gevestigde buitenlandse vennootschap. Frustratie van betaling en verhaal als onvoldoende weersproken komen vast te staan. Gelijk de bestuurder van een Nederlandse vennootschap is de bestuurder van een buitenlandse vennootschap in de Nederlandse rechtsorde aansprakelijk op grond van artikel 6:162 BW jegens een crediteur van de vennootschap, indien de bestuurder wist of redelijkerwijze had behoren te begrijpen dat de door hem bewerkstelligde of toegelaten handelwijze van de vennootschap tot gevolg zou hebben dat deze haar verplichtingen jegens de crediteur niet zou nakomen en de vennootschap ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade, van welke gedragingen de bestuurder in de gegeven omstandigheden van het geval persoonlijk een ernstig verwijt te maken valt. |
Annotator | E.P.C. Duinkerke |
Uitspraak | ECLI:NL:GHARL:2016:2475 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Gerechtshof Amsterdam 11-05-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/129 |
Samenvatting | OK, Enquête, Gegronde redenen om aan een juist beleid en een juiste gang van zaken te twijfelen, Tegenstrijdig belang. |
Samenvatting (Bron) | OK. Enquete. Gegronde redenen om aan een juist beleid en een juiste gang van zaken te twijfelen. Verzoek toegewezen. Bij wijze van onmiddellijke voorziening bestuurder geschorst en aandelen ten titel van beheer overgedragen aan beheerder. |
Annotator | E.E.G. Gepken-Jager |
Uitspraak | ECLI:NL:GHAMS:2016:1801 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Rechtbank Rotterdam 06-04-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/130 |
Samenvatting | Normale bedrijfsuitoefening ex art. 1:88 lid 5 BW, Kwalificatie vermogensinstandhoudingsverklaring. |
Samenvatting (Bron) | Een dga van een B.V. heeft een vermogensinstandhoudingsverklaring afgegeven. Partijen mogen zich naar aanleiding van het arrest van de Hoge Raad van 18 december 2015 (ECLI:NL:HR:2015:3606) uitlaten over de vraag of de verklaring is afgegeven ten behoeve van de normale bedrijfsuitoefening. |
Annotator | N.R.M. van Hellenberg Hubar |
Uitspraak | ECLI:NL:RBROT:2016:2588 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Rechtbank Amsterdam 18-05-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/131 |
Samenvatting | Stichtingenrecht, Achtergestelde vorderingen, Haviltex-formule. |
Samenvatting (Bron) | De vraag die voorligt is of de in de "Stichting Securities" belichaamde vorderingen al dan niet moeten worden aangemerkt als achtergestelde vorderingen. De rechtbank beantwoordt deze vraag bevestigend. Haviltex. |
Annotator | A.M. Dumoulin-Siemens |
Uitspraak | ECLI:NL:RBAMS:2016:2845 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Rechtbank Midden-Nederland 10-06-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/132 |
Samenvatting | Besluitvorming, Vernietiging van besluiten, Strijd met het licentiereglement, Kort Geding, KNVB-FC Twente, Intrekking van de licentie van de eredivisie. |
Samenvatting (Bron) | De KNVB mocht de licentie van de Eredivisie van FC Twente intrekken. Dat heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland vrijdag beslist. FC Twente vocht de intrekking van de licentie aan in een kort geding. In december 2015 heeft de KNVB een besluit genomen tot voorwaardelijke intrekking van de licentie van de Eredivisie. Tussen de KNVB en FC Twente zijn vervolgens afspraken gemaakt over nader onderzoek. De club dacht dat zij niet gestraft zou worden als zij misstanden uit het verleden voor 1 mei 2016 zou melden. Volgens de rechter had FC Twente het Decemberbesluit niet als een vrijbrief mogen opvatten. De licentiecommissie mocht consequenties verbinden aan de uitkomsten van het onderzoek. Volgens FC Twente mag de KNVB als straf een club niet terugzetten naar de Jupiler League. De rechter oordeelt dat de KNVB dat in dit geval wel mag doen. De KNVB vindt de intrekking van de licentie voor de Eredivisie een passende straf, maar het zou ook het faillissement van FC Twente kunnen betekenen. De KNVB heeft daarom besloten de club terug te zetten naar de Jupiler League. De KNVB heeft bij haar beslissing rekening gehouden met de inspanningen van FC Twente voor een nieuwe toekomst en de belangen van de medewerkers, financiers en supporters. De rechter oordeelt dat de KNVB in redelijkheid tot deze maatregel heeft kunnen komen. De KNVB stelde ter zitting dat FC Twente niet ontvankelijk in haar vordering verklaard moet worden omdat zij eerst de procedure bij de beroepscommissie moet afwachten voordat zij bij de voorzieningenrechter aanklopt. De rechter oordeelt dat FC Twente wel ontvankelijk is omdat er een spoedeisend belang is. |
Annotator | M.C. Schepel |
Uitspraak | ECLI:NL:RBMNE:2016:3107 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ondernemingsrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 29-04-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/133 |
Samenvatting | Erfpacht, Canon, Algemene bepalingen, Europees consumentenrecht, Temporele werking. |
Samenvatting (Bron) | Gemeentelijke erfpacht Amsterdam. Goederenrecht. Europees consumentenrecht. Vermelding canon in akte van erfpacht; art. 5:85 lid 2 BW, art. 767 (oud) BW. Beding in Algemene Bepalingen (AB) over periodieke herziening canon door deskundigen; voldoende bepaalbaar (art. 6:227 BW)? Formele rechtszekerheidsbeginsel, art. 3:14 BW. Geschilbeslechting als bedoeld in art. 6:136 onder n BW (zwarte lijst)? Vaststellingsovereenkomst, art. 7:900 BW. Exclusieve bevoegdheid gerechtshof Den Haag voor vordering van belangenorganisatie (art. 3:305a BW) tot vernietiging beding in AB? Art. 6:240-241 BW. Richtlijn 93/13/EEG (oneerlijke bedingen); temporele reikwijdte. Ambtshalve toetsing en richtlijnconforme uitleg; HR 13 september 2013, ECLI:NL:HR:2013:691, NJ 2014/274 (Heesakkers/Voets). Beding op indicatieve lijst bij deze Richtlijn, onredelijk bezwarend (art. 6:233 BW)? Hoor en wederhoor. |
Annotator | E.E. van der Kamp |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2016:769 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Civiel recht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 13-05-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/134 |
Samenvatting | Contractenrecht, Overname van apotheken, Vordering van koper uit ongerechtvaardigde verrijking, Verwerping bewijsaanbod, Tegenbewijs tegen dwingend bewijs in notariële akte (art. 157 lid 2 Rv). |
Samenvatting (Bron) | Contractenrecht. Overname van apotheken. Vordering van koper uit ongerechtvaardigde verrijking. Verwerping bewijsaanbod. Tegenbewijs tegen dwingend bewijs in notariële akte (art. 157 lid 2 Rv). |
Annotator | J. van Weerden |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2016:848 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Civiel recht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 13-05-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/135 |
Samenvatting | Ontbinding koopovereenkomst, Ongedaanmaking wederzijdse prestaties, Verzuim te beslissen op onderdeel van het gevorderde (teruggave schip als voorwaarde voor terugbetaling van de koopsom). |
Samenvatting (Bron) | Contractenrecht, procesrecht. Ontbinding koopovereenkomst schip; ongedaanmaking wederzijdse prestaties. Verzuim te beslissen op onderdeel van het gevorderde (teruggave schip als voorwaarde voor terugbetaling van de koopsom). |
Annotator | P.H. Bossema-de Greef |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2016:852 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Civiel recht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 27-05-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/136 |
Samenvatting | Zijn de door het havenbedrijf verstrekte garanties, ter beoordeling van de mogelijke aanwezigheid van verboden staatssteun, toerekenbaar aan overheid. |
Samenvatting (Bron) | Mededingingsrecht. Vervolg van HR 26 april 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY6102, NJ 2013/260 en HvJEU 17 september 2014, ECLI:EU:C:2014:2224, NJ 2015/42. Zijn door havenbedrijf verstrekte kredietgaranties aan te merken als verboden staatssteun (art. 107 en 108 VWEU)? Toerekening aan de overheid; maatstaf. Is nietigverklaring (art. 3:40 BW) een passende sanctie? HvJEU 8 december 2011, ECLI:EU:C:2011:814, NJ 2012/124. Aansprakelijkheid van havenbedrijf op grond van onrechtmatige daad wegens onvoldoende toezicht op enig bestuurder? |
Annotator | E.J.H. Zandbergen , L. van Halderen |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2016:994 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Strafrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 17-05-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/137 |
Samenvatting | Bewijsklacht seksueel binnendringen van het lichaam met een onbekend gebleven voorwerp in de mond van een geblinddoekt vijfjarig meisje. |
Samenvatting (Bron) | Bewijsklacht seksueel binnendringen van het lichaam met een voorwerp in de mond van een geblinddoekt vijfjarig meisje, art. 244 Sr. HR herhaalt relevante overwegingen uit ECLI:NL:HR:1994:ZC9650 en ECLI:NL:HR:1995:ZD0031 m.b.t. de vraag wanneer sprake is van seksueel binnendringen van het lichaam. Hof heeft vastgesteld dat verdachte in een afgesloten WC-ruimte een niet nader omschreven voorwerp in de mond van een vijfjarig meisje heeft gebracht, nadat hij haar ogen had afgedekt. Vervolgens heeft verdachte het meisje gevraagd of hetgeen zij in haar mond had lekker smaakte, terwijl het meisje niet wist wat het voorwerp was dat in haar mond is gestopt. Gelet op deze vaststellingen is ’s Hofs oordeel dat verdachte een handeling met een seksuele connotatie heeft verricht, niet zonder meer begrijpelijk. CAG: anders. |
Annotator | M.L.C.C. de Bruijn-Lückers |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2016:859 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Strafrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 17-05-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/138 |
Samenvatting | Dadelijke uitvoerbaarheid bijzondere voorwaarden. |
Samenvatting (Bron) | Dadelijke uitvoerbaarheid bijzondere voorwaarden en reclasseringstoezicht, art. 14e.1 Sr. HR herhaalt relevante overwegingen uit ECLI:NL:HR:2015:537 m.b.t. motiveringsverplichting dadelijke uitvoerbaarheid bijzondere voorwaarden en reclasseringstoezicht. ’s Hofs arrest voldoet niet aan deze motiveringsverplichting. HR doet zaak om doelmatigheidsredenen zelf af en vernietigt bevel tot dadelijke uitvoerbaarheid. CAG: anders. |
Annotator | C.J.A. de Bruijn |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2016:867 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Strafrecht |
---|---|
Titel | Hoge Raad 17-05-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/139 |
Samenvatting | Verhouding verbeurdverklaring inbeslaggenomen geldbedrag en ontneming. |
Samenvatting (Bron) | Profijtontneming, art. 33a.1.1 en art. 36e.5 Sr. Uit de wetsgeschiedenis bij de Wet tot verruiming mogelijkheden voordeelontneming volgt dat ook door v.v. van voorwerpen die kunnen worden aangemerkt als opbrengst van een strafbaar feit, kan worden bereikt dat aan veroordeelde w.v.v. wordt ontnomen. Mede gelet daarop is i.h.a. onjuist ’s Hofs oordeel dat het onder betrokkene inbeslaggenomen en in zijn strafzaak verbeurdverklaarde geldbedrag van € 5.020,- niet in mindering moet worden gebracht op de aan betrokkene op te leggen betalingsverplichting. De bestreden beslissing is daarom ontoereikend gemotiveerd. CAG: anders. |
Annotator | D. Emmelkamp |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2016:874 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | EHRM 15/03/2016, 39966/09, ECLI:CE:ECHR:2016:0315 |
Citeertitel | JIN 2016/140 |
Samenvatting | Recht op eerlijk proces, Horen getuigen. |
Annotator | L.J.M. Timmermans |
Link | Volledige tekst uitspraak (EHRM) |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | Raad van State 16-03-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/141 |
Samenvatting | Relativiteitsvereiste, Vertrouwensbeginsel, Gelijkheidsbeginsel, Correctie Langemeijer, Fundamentele rechten, Unierechtelijk beginsel van effectieve rechtsbescherming. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 3 februari 2014 heeft de raad het bestemmingsplan "Blaloweg en Katwolderweg (voormalig Shell-terrein en omgeving)" vastgesteld en besloten geen exploitatieplan vast te stellen. |
Annotator | R.J.N. Schlössels |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2016:732 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | Raad van State 16-03-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/142 |
Samenvatting | Zelf in de zaak voorzien, Beleidsvrijheid. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 11 november 2013 heeft het college geweigerd om de begunstigingstermijn van de bij besluit van 4 maart 2010 opgelegde last onder dwangom op te schorten. |
Annotator | L.J.M. Timmermans |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2016:683 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bestuursrecht |
---|---|
Titel | Raad van State 23-03-2016 |
Citeertitel | JIN 2016/143 |
Samenvatting | Subsidie, Subsidiekarakter, Absolute competentie, Procesbelang, Ingebruikgevingsovereenkomst, Rechtshandeling naar burgerlijk recht. |
Samenvatting (Bron) | Bij brief van 20 december 2013 heeft het college aan HV DESK medegedeeld dat het college in de vergadering van 17 december 2013 heeft besloten haar een subsidie van € 8.567,21 te verlenen. |
Annotator | J.A.F. Peters |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2016:803 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |