Rubriek | Arbeidsongeschiktheid |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 20-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/299 |
Samenvatting | Maatmaninkomen jonggehandicapte. |
Samenvatting (Bron) | Appellante kan niet in aanmerking komen voor een Wajonguitkering met ingang van 5 april 2006, dan wel met ingang van een andere datum gelegen in de periode van vijf jaar na 5 april 2006. Juiste medische en arbeidskundige onderbouwing. De grond over de weigering van de rechtbank om de voor het deskundigenrapport van Ergatis gemaakte kosten een proceskostenvergoeding toe te kennen slaagt. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2965 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Werkloosheid |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 20-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/300 |
Samenvatting | Herziening uitkering, Pgb, Bewindvoerder, Redelijkerwijs duidelijk, Gevolgen WSNP. |
Samenvatting (Bron) | WW-uitkering en toeslag terecht herzien en teruggevorderd. Het moet de bewindvoerder duidelijk zijn geweest dat appellante ten onrechte een WW uitkering en toeslag ontving, omdat appellante en ondanks de andersluidende verklaring van de bewindvoerder aan het Uwv steeds inkomen uit het pgb is blijven ontvangen. Geen dringende reden om van terugvordering af te zien. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2895 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bijstand |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 21-08-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/301 |
Samenvatting | Intrekking en terugvordering wegens inkomsten uit oplichting door ex-partner, Vrijspraak politierechter, Onschuldpresumptie. |
Samenvatting (Bron) | Intrekking en terugvordering in verband met inkomsten uit oplichting door ex-partner en hennepkwekerij. Beroep op vrijspraak door strafrechter (onschuldpresumptie) slaagt niet. Andere rechtsvragen en ander bewijsrecht in strafrechtprocedure. |
Annotator | M.W. Venderbos |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2577 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bijstand |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 04-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/302 |
Samenvatting | Intrekking en terugvordering, Schending inlichtingenverplichting, Op geld waardeerbare werkzaamheden, Onschuldpresumptie, Vrijspraak strafrechter. |
Samenvatting (Bron) | Intrekking en terugvordering bijstand. Er zijn verzwegen werkzaamheden. Onschuldpresumptie. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2713 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bijstand |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 12-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/303 |
Samenvatting | Geharmoniseerde verplichting, Geüniformeerde maatregel, Afstemming vanwege dringende redenen. |
Samenvatting (Bron) | Geüniformeerde maatregel. Nader besluit n.a.v. tussenuitspraak van 12 september 2017, ECLI:NL:CRVB:2017:3676. Het college heeft dringende redenen, gelet op bijzondere omstandigheden, aangenomen. Het college heeft in kader van individuele afstemming de bijstand verlaagd met 50% gedurende drie maanden (recidive) ingaande 1 augustus 2015. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2902 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Bijstand |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 01-10-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/304 |
Samenvatting | Vermogensonderzoek in Turkije, Wijze waarop bewijs is verkregen. |
Samenvatting (Bron) | In buitenland verkregen bewijs toegestaan in bestuursrechtelijke procedure. Onderzoek naar vermogen. Nederlands recht beslissend. |
Annotator | H.W.M. Nacinovic |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2911 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Volksverzekeringen |
---|---|
Titel | Hoge Raad 28-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/305 |
Samenvatting | Verzekeringsplicht AWBZ, EU-ambtenaar. |
Samenvatting (Bron) | Verordening tot vaststelling van de geldelijke regeling voor de Voorzitter en de leden van de Commissie, de President, de rechters en de griffier van, alsmede de advocaten-generaal bij het Hof van Justitie, nr. 422/67/EEG. Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999 (KB 746). Geen verplichte verzekering AWBZ bij inkomsten in Nederland voor gepensioneerde ambtenaar van instelling van de EU die tot ten minste 63-jarige leeftijd daar in dienst is geweest. |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2018:1793 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Volksverzekeringen |
---|---|
Titel | Hoge Raad 28-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/306 |
Samenvatting | Uitsluiting verzekering medewerker Eurojust. |
Samenvatting (Bron) | Artikel 14 Verdrag Nederland-Eurojust. Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999 (KB 746). Medewerker Eurojust niet verzekerd voor de AOW. |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2018:1792 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Volksverzekeringen |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 20-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/307 |
Samenvatting | Bewijs van arbeid in Nederland. |
Samenvatting (Bron) | Anders dan de Svb is de Raad van oordeel dat appellant door het overleggen van originele jaaropgaven over 1971 en 1972, in combinatie met een origineel, op zijn volledige toenmalige naam gesteld identiteitsbewijs van de werkgever, voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij in die jaren in Nederland heeft gewerkt. Appellant heeft alsnog met ingang van 1 juli 2012 recht op een AOW-pensioen op basis van twee verzekerde jaren. Over het tijdvak hiervóór hoeft de Svb niet terug te komen van het eerdere afwijzingsbesluit. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2851 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ziektekosten en voorzieningen |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 12-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/308 |
Samenvatting | Afwijzing aanvraag om maatwerkvoorziening, Kosten van opleiding van aangeschafte hond tot een PTSS-hulphond. |
Samenvatting (Bron) | Aanvraag voor vergoeding van de kosten van de aanschaf van een hond en de kosten van de training tot een PTSS-hulphond terecht afgewezen. Het in hoger beroep gepreciseerde standpunt van het college dat de toegevoegde waarde van een PTSS-hulphond voor zover die zou zijn gelegen in het wegnemen van beperkingen in de zelfredzaamheid en participatie onvoldoende is gebleken, vormt een toereikende grondslag voor het niet toekennen van de gevraagde maatwerkvoorziening. |
Annotator | C.W.C.A. Bruggeman |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2785 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ziektekosten en voorzieningen |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 19-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/309 |
Samenvatting | Dubbele kinderbijslag, Advies van CIZ, Status van het Beoordelingskader van CIZ, Autisme. |
Samenvatting (Bron) | Geen recht meer op dubbele kinderbijslag. Toetsing Beoordelingskader Buk (Besluit uitvoering kinderbijslag). Vaste gedragslijn. Er is geen aanleiding voor het oordeel dat de adviezen van CIZ niet zorgvuldig tot stand zijn gekomen of dat deze adviezen niet concludent of anderszins onjuist zijn. Bij de beoordeling van de zorgbehoefte van de zoon en dochter van appellante heeft CIZ een medisch vragenformulier en schriftelijke informatie van hun behandelaars en begeleiders betrokken. Bovendien zijn appellante en haar zus gehoord. In wat appellante heeft aangevoerd ziet de Raad onvoldoende aanknopingspunten voor het oordeel dat de door de Svb in navolging van CIZ getrokken conclusies over de zorgscore voor de zoon en de dochter onjuist zijn. Appellante heeft, ook in hoger beroep, geen nadere stukken overgelegd die haar standpunt onderbouwen. Ook is desgevraagd ter zitting niet concreet onderbouwd dat deze zorgscores onjuist zijn. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:3029 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ziektekosten en voorzieningen |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 19-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/310 |
Samenvatting | Maatwerkvoorziening in de vorm van een pgb, Uurtarief, Kosten van zorg in natura. |
Samenvatting (Bron) | Zorgindicatie. Pgb. Het feit dat de zorgverlener een hoger tarief in rekening brengt dan de kosten van de door de gemeente gecontracteerde zorg in natura brengt niet mee dat het college niet in redelijkheid heeft kunnen beslissen om gebruik te maken van de in artikel 2.3.6, vijfde lid, aanhef en onder a, van de Wmo 2015 opgenomen weigeringsgrond. De beroepsgrond dat het college op die wijze geen toereikend pgb verstrekt en daarmee niet voldoet aan het bepaalde in artikel 2.3.6, eerste lid, van de Wmo 2015, slaagt niet. Uit het advies van de MO-zaak blijkt niet meer dan dat niet elke zorgverlener kan worden ingezet en dat het niet raadzaam is van zorgverlener te wisselen. Daarmee is echter niet gegeven dat het door de gemeente gecontracteerde zorgaanbod niet kan voorzien in de voor appellante vastgestelde ondersteuningsbehoefte. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2829 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Internationaal |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 20-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/311 |
Samenvatting | Prejudiciële vragen, Aanwijsregels, Vrachtwagenchauffeurs, Wonen in Nederland, Bedrijf gevestigd te Cyprus, Rijden in twee of meer EU-lidstaten in trucks van in Nederland gevestigde vervoersondernemingen. |
Samenvatting (Bron) | Centrale Raad van Beroep stelt het Hof van Justitie van de EU prejudiciële vragen: Zijn vrachtwagenchauffeurs die in Nederland wonen en via een te Cyprus gevestigd bedrijf in twee of meer EU-lidstaten rijden in trucks van in Nederland gevestigde vervoersondernemingen verplicht verzekerd voor de Nederlandse sociale zekerheid of voor de Cypriotische sociale zekerheid? Wat is voor de toepassing van de EU-coördinatieverordeningen inzake sociale zekerheid de juiste uitleg van het begrip werkgever? Is de jurisprudentie van het Hof over intermediairs en detachering analoog van toepassing? Misbruik van Unierecht? Premievlucht. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2878 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Diversen |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 13-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/312 |
Samenvatting | Te laat ontvangen bezwaarschrift uit buitenland, Criteria ontvankelijkheid, Termijnoverschrijding verschoonbaar. |
Samenvatting (Bron) | De Svb heeft het bezwaar ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard. De Raad zal voorts het geschil ten gronde beslissen nu partijen zich hierover inhoudelijk hebben uitgelaten en de gedingstukken voldoende gegevens bevatten om tot een oordeel te komen. Appellant woonde ten tijde in geding in Spanje en was geen ingezetene van Nederland. Hij verrichte evenmin arbeid in Nederland. Op grond van artikel 6 van de Algemene Kinderbijslagwet is hij dan niet verzekerd ingevolge de AKW en om die reden heeft hij geen recht op kinderbijslag. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2900 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Diversen |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 18-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/313 |
Samenvatting | Op zaak betrekking hebbende stukken, Stukken vermogensonderzoek bij IBF. |
Samenvatting (Bron) | Tot de op de zaak betrekking hebbende stukken die het bestuursorgaan moet overleggen behoren niet de stukken die zich onder het Internationaal Bureau Fraude-informatie (IBF) bevinden en door het college ten behoeve van het uit te voeren onderzoek zijn overgelegd. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2975 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Diversen |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 19-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/314 |
Samenvatting | Terugkomen van tussenuitspraak, Evidente onjuiste feitelijke grondslag. |
Samenvatting (Bron) | Ter uitvoering van de tussenuitspraak (ECLI:NL:CRVB:2018:168) heeft het Uwv rapporten van de verzekeringsarts en de arbeidsdeskundige en de FML overgelegd, waarmee is voldaan aan het bepaalde in de tussenuitspraak. Pas in hoger beroep een deugdelijke medische en arbeidskundige onderbouwing gegeven voor het bestreden besluit. Proceskostenveroordeling. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2833 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Diversen |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 27-09-2018 |
Citeertitel | USZ 2018/315 |
Samenvatting | Ingebrekestelling, Redelijkerwijs ervan uitgaan dat ingebrekestelling via e-mail kon worden ingediend. |
Samenvatting (Bron) | Niet tijdig nemen van een besluit op aanvraag. Dwangsom. Anders dan de staatsecretaris ziet de Raad een relevante gelijkenis met de situatie als in de uitspraak van 13 januari 2017, ECLI:NL:CRVB:2017:223. DCIOD heeft bij e-mailbericht van 10 februari 2017, naar aanleiding van een door betrokkene gestelde vraag, vanaf het opgegeven e-mailadres rechtstreeks aan betrokkene nadere informatie verstrekt over zijn zaak en in deze reactie is geen voorbehoud gemaakt bij de verzending van berichten aan het door betrokkene gebruikte e-mailadres. Betrokkene is niet zo spoedig mogelijk ervan in kennis gesteld dat de elektronische weg niet openstaat voor het indienen van de ingebrekestelling als bedoeld in artikel 2:15, vierde lid, van de Awb. Voldaan aan het schriftelijkheidsvereiste. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2018:2969 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |