AB Rechtspraak Bestuursrecht

Uitgever Wolters Kluwer
Tijdschrift AB Rechtspraak Bestuursrecht
Datum 24-09-2020
Aflevering 35
RubriekHoge Raad
TitelHoge Raad 26-06-2020
CiteertitelAB 2020/328
SamenvattingBestuurdersaansprakelijkheid. Fiscale zaak.
Samenvatting (Bron)Bestuurdersaansprakelijkheid; artt. 36 en 49, lid 6, Invorderingswet 1990; art. 8:42 Awb; op de zaak betrekking hebbende stukken als aansprakelijkgestelde hoogte van aanslag wil betwisten
AnnotatorH.S. ten Cate
UitspraakECLI:NL:HR:2020:1107
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State 17-06-2020
CiteertitelAB 2020/329
SamenvattingLast onder bestuursdwang is gekoppeld aan een specifiek asbestinventarisatierapport. De kosten voor nadien ontdekte en verwijderde asbestbronnen kunnen daarom niet worden verhaald. Het is altijd lastig balanceren tussen de wens om een last onder bestuursdwang zo precies mogelijk te formuleren en de noodzaak om enige flexibiliteit te behouden voor bij de feitelijke uitvoering van de bestuursdwang. Deze uitspraak laat dat mooi zien.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 5 februari 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Nederweert [appellant] onder aanzegging van bestuursdwang gelast asbest, dat blijkens het asbestinventarisatierapport van 20 december 2018, kenmerk 20181574, op het perceel [locatie] te Ospel aanwezig is, uiterlijk voor 1 maart 2019 overeenkomstig het rapport te laten verwijderen. Daarbij heeft het college bepaald dat de kosten van de toepassing van bestuursdwang voor rekening van [appellant] komen. Een toezichthouder van de gemeente heeft op 7 november 2018 een controle op het perceel uitgevoerd. Daarbij heeft die toezichthouder geconstateerd dat in de buitenlucht op het perceel een grote hoeveelheid gebroken asbestplaten in zakken en op pallets was opgeslagen. Blijkens het controlerapport heeft [appellant] verklaard dat het asbesthoudende materiaal afkomstig is uit een container die op het perceel is neergezet en dat hij het materiaal zelf uit de container heeft gehaald. [appellant] woont op het perceel.
AnnotatorT.N. Sanders
LinkVolledige tekst annotatie (handhavingsrecht.nl)
UitspraakECLI:NL:RVS:2020:1392
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekABRvS
TitelRaad van State 15-04-2020
CiteertitelAB 2020/330
SamenvattingWob. Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming. Metingenoverzicht.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 14 december 2017 heeft de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming een verzoek van Vereniging World Information Service on Energy om openbaarmaking van een document afgewezen. WISE heeft de ANVS met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur verzocht om openbaarmaking van het metingenoverzicht van 24 november 2017. Dit is een update van metingenoverzichten die op 13 en 20 oktober 2017 op het portaal USIE zijn gedeeld. Een kopie van het overzicht van 13 oktober 2017 is gepubliceerd op de website geoenergetics.rus. WISE wil verifiëren of de informatie in het op deze Russische website gepubliceerde overzicht correct is, zodat mogelijk meer duidelijkheid wordt verkregen over de oorzaak en de locatie van het incident in oktober 2017 waarbij Ru-106 is vrijgekomen.
AnnotatorD. de Vries , H.D. Tolsma
UitspraakECLI:NL:RVS:2020:1071
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekABRvS
TitelRaad van State 04-03-2020
CiteertitelAB 2020/331
SamenvattingHandhavend optreden niet terecht. Geen sprake van overtreding, omdat versbereide stroopwafels geen fastfood zijn en er geen gelegenheid werd geboden om stroopwafels ter plaatse te consumeren.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 26 april 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam [appellant sub 1] onder aanzegging van bestuursdwang gelast om de exploitatie van het horecabedrijf op het perceel aan de [locatie] te Amsterdam (hierna: het perceel) voor 3 mei 2018, 09.00 uur, te (laten) staken en gestaakt te houden.
AnnotatorC.M.M. van Mil
LinkVolledige tekst annotatie (Hekkelman.nl)
UitspraakECLI:NL:RVS:2020:680
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekCentrale Raad van Beroep
TitelCentrale Raad van Beroep 08-07-2020
CiteertitelAB 2020/332
SamenvattingUwv heeft standpunt, dat bij appellant op zijn achttiende verjaardag geen sprake was van een situatie waarin de mogelijkheden tot arbeidsparticipatie zich niet konden ontwikkelen, deugdelijk en inzichtelijk gemotiveerd.
Samenvatting (Bron)Partijen zijn verdeeld over de vraag of het ontbreken van arbeidsvermogen op de datum in geding duurzaam was. Uwv hanteert beoordelingskader dat is opgenomen in Bijlage 1 van het Compendium. Vaste rechtspraak van de Raad. Met de in hoger beroep ingebrachte rapporten van de verzekeringsarts bezwaar en beroep en de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft het Uwv zijn standpunt, dat bij appellant op zijn achttiende verjaardag geen sprake was van een situatie waarin de mogelijkheden tot arbeidsparticipatie zich niet konden ontwikkelen, alsnog deugdelijk en inzichtelijk gemotiveerd. De verzekeringsarts bezwaar en beroep en de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep hebben, na gezamenlijk overleg, in deze rapporten hun conclusies voldoende toegespitst op het specifieke geval van appellant. Appellant heeft in hoger beroep geen nieuwe (medische) stukken of nadere gegevens ingebracht die erop duiden dat de medische en arbeidskundige beoordeling door het Uwv tot onjuiste conclusies heeft geleid. Hieruit volgt dat het Uwv terecht en op goede gronden het standpunt heeft ingenomen dat de mogelijkheden tot arbeidsparticipatie van appellant zich ten tijde van zijn achttiende verjaardag nog konden ontwikkelen. Aanleiding bestaat het Uwv te veroordelen in de kosten die appellant in verband met de behandeling van het beroep en het hoger beroep redelijkerwijs heeft moeten maken.
AnnotatorA.C. Hendriks
UitspraakECLI:NL:CRVB:2020:1417
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekCentrale Raad van Beroep
TitelCentrale Raad van Beroep 19-06-2020
CiteertitelAB 2020/333
SamenvattingArbeidsongeschiktheid van appellante niet duurzaam
Samenvatting (Bron)Het Uwv heeft terecht geconcludeerd dat de arbeidsongeschiktheid van appellante niet duurzaam was als bedoeld in artikel 2:4 van de Wajong 2010, zodat aan een van de cumulatieve voorwaarden niet is voldaan en het Uwv terecht geen aanleiding heeft gezien om voor de toekomst terug te komen van het besluit van 24 december 2014. Het Uwv heeft zich bij het bestreden besluit terecht op het standpunt gesteld dat bij appellante op haar achttiende verjaardag en op de datum van de aanvraag, geen sprake was van een situatie waarin mogelijkheden tot arbeidsparticipatie duurzaam ontbraken, zodat de aanvraag van 28 april 2015, voor zover die zag op hoofdstuk 1A van de Wajong, terecht is afgewezen. Voldoende medische onderbouwing.
AnnotatorA.C. Hendriks
UitspraakECLI:NL:CRVB:2020:1283
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekCollege van Beroep voor het bedrijfsleven
TitelCollege van Beroep voor het bedrijfsleven 28-04-2020
CiteertitelAB 2020/334
SamenvattingDe rechtbank heeft ten onrechte geconcludeerd dat marktonderzoek onvoldoende is om te concluderen dat van buitenlandse aanbieders geen reële concurrentiedruk uitging.
Samenvatting (Bron)Mededingingswet. Kartelverbod. Onderzoek naar de relevante markt.
AnnotatorA. Outhuijse , J.J.A. Waverijn
UitspraakECLI:NL:CBB:2020:306
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekCollege van Beroep voor het bedrijfsleven
TitelCollege van Beroep voor het bedrijfsleven 28-04-2020
CiteertitelAB 2020/335
SamenvattingDe rechtbank heeft ten onrechte geconcludeerd dat marktonderzoek onvoldoende is om te concluderen dat van buitenlandse aanbieders geen reële concurrentiedruk uitging.
Samenvatting (Bron)Mededingingswet. Kartelverbod. Onderzoek naar de relevante markt. Toegang tot (digitale) stukken.
AnnotatorA. Outhuijse , J.J.A. Waverijn
UitspraakECLI:NL:CBB:2020:307
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekRechtbanken
TitelRechtbank Den Haag 13-08-2020
CiteertitelAB 2020/336
SamenvattingInfrastructuur en Waterstaat legt Defensie dwangsom op inzake afmeren en aanwezig hebben van met name schepen van de Nederlandse en bondgenootschappelijke krijgsmacht die ingezet worden voor het uitoefenen van defensietaken (marineschepen) in de “Nieuwe Haven” te Den Helder
Samenvatting (Bron)door ILT aan Staatssecretaris van Defensie opgelegde l.o.d. vanwege het zonder omgevingsvergunning afmeren van marineschepen in de Nieuwe Haven te Den Helder geschorst tot 1-1-2021
AnnotatorL.J.A. Damen
UitspraakECLI:NL:RBDHA:2020:7618
Artikel aanvragenVia Praktizijn