AB Rechtspraak Bestuursrecht

Uitgever Wolters Kluwer
Tijdschrift AB Rechtspraak Bestuursrecht
Datum 29-09-2020
Aflevering 36
RubriekHvJ EU
TitelHvJ EU 03-10-2019, C-197/18
CiteertitelAB 2020/337
SamenvattingBescherming van water tegen verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen
Samenvatting (Bron)Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 3 oktober 2019.#Procedure ingeleid door Wasserleitungsverband N?rdliches Burgenland e.a.#Verzoek van het Verwaltungsgericht Wien om een prejudici?le beslissing.#Prejudici?le verwijzing - Milieu - Richtlijn 91/676/EEG - Bescherming van water tegen verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen - Doelstelling om de verontreiniging te verminderen - Door verontreiniging getroffen wateren - Nitraatgehalte van maximaal 50 mg/l - Door de lidstaten vastgestelde actieprogramma's - Rechten van particulieren om een dergelijk programma te wijzigen - Procesbevoegdheid voor de nationale autoriteiten en rechterlijke instanties.#Zaak C-197/18.
AnnotatorH.F.M.W. van Rijswick
UitspraakECLI:EU:C:2019:824
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekABRvS
TitelRaad van State 22-07-2020
CiteertitelAB 2020/338
SamenvattingWob. Contact tussen journalist en gemeente.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 23 februari 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Geertruidenberg op verzoek van [appellante] stukken openbaar gemaakt op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. [appellante] is voormalig exploitante van het café El Diablo in Geertruidenberg. Voorafgaand aan een artikel over het café in de krant BN DeStem op 8 maart 2017 is er in februari en maart 2017 contact geweest tussen de journalist en de gemeente. [appellante] heeft het college verzocht om een afschrift van alle op de kwestie betrekking hebbende stukken. Het college heeft stukken verstrekt die hierop zien. Uit de stukken blijkt dat de journalist op 6 maart 2017 nadere vragen aan de gemeente heeft gesteld. Volgens het college zijn geen documenten aangetroffen met antwoorden op die vragen.
AnnotatorH.S. ten Cate
UitspraakECLI:NL:RVS:2020:1745
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekABRvS
TitelRaad van State 15-07-2020
CiteertitelAB 2020/339
SamenvattingWob. Bedrijfs- en fabricagegegevens, vertrouwelijk aan minister medegedeeld.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 29 maart 2017 heeft de minister van Economische Zaken beslist op een door de Stichting ingediend verzoek om haar op grond van de Wet openbaarheid van bestuur documenten te verstrekken. Bij brief van 1 februari 2017 heeft Stichting Platform Storm bij de minister een Wob-verzoek ingediend. Dit verzoek is als volgt omschreven: "Namens de stichting, gevestigd te Zuiderdiep 189 in Nieuw Buinen, vraag ik u informatie te verstrekken inzake SDE+-subsidieaanvraag voor windpark De Drentse Monden en Oostermoer. Het windpark is financieel afhankelijk van het toekennen van de SDE+-subsidie. Op 27 september jl. is de najaarsronde 2016 opengesteld met een budget van € 5 miljard. Deze najaarsronde stond tot en met 27 oktober jl. open. De aanvragen moeten worden beoordeeld door de Rijkdienst voor Ondernemend Nederland. Dit zoals u in de kamerbrief van 1 november 2016 aangeeft, om aan te geven op welke aanvragen positief wordt beschikt. […]"
AnnotatorP.J. Stolk
UitspraakECLI:NL:RVS:2020:1647
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekABRvS
TitelRaad van State 08-07-2020
CiteertitelAB 2020/340
SamenvattingOmgevingsvergunning seismisch onderzoek. Beroep tegen niet tijdig bekend maken omgevingsvergunning van rechtswege gegrond.
Samenvatting (Bron)Op 28 februari 2019 heeft Vermilion een aanvraag om een omgevingsvergunning ingediend voor de activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, om seismisch onderzoek te mogen uitvoeren in de onderzoeksgebieden Hemelum en Lemsterland voor zover gelegen binnen de gemeente De Fryske Marren. Daarbij is aangegeven dat de werkzaamheden vanaf 1 oktober 2019 zullen starten en 3 maanden zullen duren om het te onderzoeken gebied te doorlopen en dat de werkzaamheden bij belemmeringen van organisatorische aard door zullen schuiven naar dezelfde periode in 2020 of 2021. Bij brief van 1 mei 2019 heeft het college Vermilion erop gewezen dat de aanvraag niet volledig is en haar in de gelegenheid gesteld om de aanvraag binnen zes weken aan te vullen.
AnnotatorA.G.A. Nijmeijer
UitspraakECLI:NL:RVS:2020:1590
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekABRvS
TitelRaad van State 17-06-2020
CiteertitelAB 2020/341
SamenvattingDat brief geen rechtsmiddelenclausule bevat en procesmanager niet bevoegd was namens het college een besluit te nemen, doet aan het besluitkarakter van brief niet af.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 3 april 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam [appellant] medegedeeld dat het hem geen dwangsom wegens het niet tijdig nemen van een besluit is verschuldigd. Bij brief van 13 december 2017 heeft [appellant], die op 12 december 2017 dakloos is geworden, aangifte van adreswijziging gedaan en het college verzocht op grond van de Wet basisregistratie personen ambtshalve een briefadres in de basisregistratie op te nemen. In reactie hierop heeft de procesmanager publiekzaken van de gemeente [appellant] bij brief van 20 december 2017 medegedeeld dat hetgeen hij verzoekt niet mogelijk is en uitgelegd wat hij zou kunnen doen om met een briefadres te worden ingeschreven.
AnnotatorL.J.A. Damen
UitspraakECLI:NL:RVS:2020:1416
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekCentrale Raad van Beroep
TitelCentrale Raad van Beroep 03-06-2020
CiteertitelAB 2020/342
SamenvattingMedisch onderzoek door verzekeringsarts voldoende zorgvuldig
Samenvatting (Bron)Geen recht op een WIA-uitkering. Het medisch onderzoek is door de verzekeringsarts bezwaar en beroep voldoende zorgvuldig geweest en is de beoordeling inzichtelijk gemotiveerd. Het Uwv heeft op juiste gronden geen loonsanctie opgelegd aan de werkgever. De werkgever heeft voldoende re-integratie-inspanningen verricht.
AnnotatorA.C. Hendriks
UitspraakECLI:NL:CRVB:2020:1163
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekCentrale Raad van Beroep
TitelCentrale Raad van Beroep 12-05-2020
CiteertitelAB 2020/343
SamenvattingVerplichting meewerken psychologisch onderzoek en resultaten daarvan ter kennis brengen, brengt geen schending van het recht op privacy (8 EVRM) met zich mee.
Samenvatting (Bron)Niet meewerken aan onderzoek naar arbeidsmogelijkheden in het kader van gevraagde ontheffing bekent ook schending arbeidsverplichting als bedoeld in artikel 9 lid 1 PW. Verplichting meewerken psychologisch onderzoek en resultaten daarvan ter kennis aan college brengen, brengt geen schending van het recht op privacy (8 EVRM) met zich. College heeft wettelijke taak tot arbeidsinschakeling. Verzoek om dwangsom terecht afgewezen, ingebrekestelling in verband met uitblijven beslissing op bezwaar was prematuur.
AnnotatorC.W.C.A. Bruggeman
UitspraakECLI:NL:CRVB:2020:1093
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekRechtbanken
TitelRechtbank Rotterdam 08-05-2020
CiteertitelAB 2020/344
SamenvattingEen vorm van video- of telehoren acht de verzetsrechter geen optie, omdat niet kan worden uitgesloten dat opposant een geluidsopname daarvan zal maken, terwijl opposant juist de verzetsrechter tijdens de eerdere hoorzitting op 14 februari 2020 zonder succes heeft gewraakt vanwege het hem niet toestaan geluidsopnames te maken.
Samenvatting (Bron)De verzetsrechter doet het verzet af zonder nadere zitting. Door de (verlengde) coronamaatregelen blijft de rechtbank voor langere tijd gesloten. Weliswaar zal de rechtbank op korte termijn op zeer beperkte schaal starten met het houden van fysieke hoorzittingen in urgente zaken, maar deze zaken behoren niet tot die categorie zaken. Op 14 februari 2020 heeft een hoorzitting plaatsgevonden, maar die is vroegtijdig beëindigd vanwege het wrakingsverzoek van opposant, waarvan door de wrakingskamer is geoordeeld dat die misbruik van het middel van wraking oplevert (ECLI:NL:RBROT:2020:2692). Gelet hierop heeft opposant zonder noodzaak een verdere mondelinge behandeling van zijn verzetten op een fysieke hoorzitting binnen een afzienbare tijd onmogelijk gemaakt. Een vorm van video- of telehoren acht de verzetsrechter geen optie, omdat niet kan worden uitgesloten dat opposant een geluidsopname daarvan zal maken, terwijl opposant juist de verzetsrechter tijdens de eerdere hoorzitting op 14 februari 2020 zonder succes heeft gewraakt vanwege het hem niet toestaan geluidsopnames te maken. Het recht om in verzet te worden gehoord is niet absoluut, wat reeds volgt uit de tekst van artikel 8:55 lid 4 Awb. Er kunnen zich ook buiten de in dat artikellid genoemde gevallen bijzondere omstandigheden voordoen waardoor geen hoorzitting in welke vorm ook kan plaatshebben. De verzetsrechter meent dat opposant in dit geval niet wordt benadeeld door het achterwege laten van een nadere zitting. Daarbij neemt de verzetsrechter in aanmerking dat de voorliggende rechtsvragen en relevante feiten uit de stukken en de uitgebreide verzetschriften helder zijn en dat opposant in zijn verzetschriften zeer uitvoerig uiteen heeft gezet waarom hij aanspraak zou moeten kunnen maken op ontheffing van de verplichting het verschuldigde griffierecht te voldoen en waarom geen sprake zou zijn van misbruik van recht. Daar komt bij dat hier de openbaarheid van een hoorzitting van zeer beperkt gewicht is. Artikel 8:55 lid 5 Awb verplicht de verzetsrechter immers niet om andere partijen in de gelegenheid te stellen om te worden gehoord.
AnnotatorA.M.L. Jansen
UitspraakECLI:NL:RBROT:2020:4163
Artikel aanvragenVia Praktizijn