Jurisprudentie in Nederland

Uitgever Sdu
Tijdschrift Jurisprudentie in Nederland
Datum 26-06-2021
Aflevering 5
RubriekArbeidsrecht
TitelHvJ EU 15-04-2021, C-511/19
CiteertitelJIN 2021/77
SamenvattingGelijke behandeling, Leeftijd, Economische crisis.
Samenvatting (Bron)Arrest van het Hof (Derde kamer) van 15 april 2021.#AB tegen Olympiako Athlitiko Kentro Athinon - Spyros Louis.#Verzoek van de Areios Pagos om een prejudici?le beslissing.#Prejudici?le verwijzing - Sociaal beleid - Richtlijn 2000/78/EG - Beginsel van gelijke behandeling in arbeid en beroep - Verbod van discriminatie op grond van leeftijd - Werknemers die tot de be?indiging van hun arbeidsovereenkomst in een arbeidsreserve worden geplaatst - Salarisverlaging en vermindering of verlies van de ontslagvergoeding - Regeling die van toepassing is op werknemers in de publieke sector die spoedig een volledig pensioen zullen genieten - Vermindering van de loonkosten van de publieke sector - Artikel 6, lid 1 - Legitieme doelstelling van sociaal beleid - Economische crisissituatie.#Zaak C-511/19.
AnnotatorW.C.M. Donner-Broersma
UitspraakECLI:EU:C:2021:274
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRechtbank Den Haag 06-04-2021
CiteertitelJIN 2021/78
SamenvattingPartijbedoeling. Aanvangsfase. Kwalificatie arbeidsovereenkomst. Trainee. Arbeidsovereenkomst.
Samenvatting (Bron)Tussen partijen gesloten overeenkomst kwalificeert als arbeidsovereenkomst. Werkgever diende werknemer dan ook minimaal het minimumloon te betalen.
AnnotatorC.L. Waterman
LinkVolledige tekst annotatie (liberdock.com)
UitspraakECLI:NL:RBDHA:2021:3432
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekPersonen- en familierecht
TitelGerechtshof 's-Hertogenbosch 25-03-2021
CiteertitelJIN 2021/79
SamenvattingUitleg huwelijkse voorwaarden, Haviltex-maatstaf.
Samenvatting (Bron)Afwikkeling en uitleg huwelijkse voorwaarden, toepassing Haviltex Bij de uitleg van de huwelijkse voorwaarden komt het aan op hetgeen partijen over en weer van elkaar mochten verwachten. Daarbij dient uitleg van de bepalingen van de huwelijkse voorwaarden in onderling verband te worden bezien met de considerans.
AnnotatorF.R. Menso
UitspraakECLI:NL:GHSHE:2021:927
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelGerechtshof Den Haag 07-04-2021
CiteertitelJIN 2021/80
SamenvattingKinderalimentatie.
Samenvatting (Bron)Kinderalimentatie van een minderjarige van wie de ouders nooit hebben samengewoond. Is de overeenkomst over de kinderalimentatie aangegaan met grove miskenning van de wettelijke maatstaven? Bewust afwijken van de wettelijke maatstaven bij kinderalimentatie ten nadele van de minderjarige is niet mogelijk. Nu de vader geen gegevens over zijn inkomen overlegt gaat het hof uit van het door de moeder gestelde inkomen van de vader.
AnnotatorH.M.E. Hoekstra
UitspraakECLI:NL:GHDHA:2021:619
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRechtbank Gelderland 24-03-2021
CiteertitelJIN 2021/81
SamenvattingPrijsgeven identiteit zaaddonor.
Samenvatting (Bron)Verbintenissenrecht. Kunstmatige donorinseminatie. Vordering van moeder en dochter tot verstrekking van gegevens van de zaaddonor door het ziekenhuis waar de ivf-behandeling heeft plaatsgevonden. De donor trekt zijn aanvankelijke instemming met het delen van zijn gegevens naderhand in. Beroep op overmacht van het ziekenhuis, gebaseerd op het overgangsrecht van de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting. Art. 7 lid 1 IVRK. Art. 8 EVRM. Buiten toepassing laten van wettelijke bepaling op grond van de derogerende werking van de redelijkheid en billijkheid. Afweging van de belangen van het kind en van de donor. Onbekendheid met de belangen van de donor, die anoniem is en geen partij is, maakt dat onmogelijk. Een deskundigenbericht gelasten biedt geen soelaas. Het beroep op overmacht slaagt. Afwijzing van het gevorderde, ook de gevorderde schadevergoeding.
AnnotatorG.M.B.R. Niellissen
UitspraakECLI:NL:RBGEL:2021:1388
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekInsolventierecht
TitelHoge Raad 18-12-2020
CiteertitelJIN 2021/82
SamenvattingBestuurdersaansprakelijkheid.
Samenvatting (Bron)Art. 81 lid 1 RO. Bestuurdersaansprakelijkheid. Faillissement vennootschap. Onbehoorlijke taakvervulling door bestuur. Belangrijke oorzaak faillissement? Weerlegbaar vermoeden; art. 2:248 lid 2 BW.
AnnotatorB. Vos
UitspraakECLI:NL:HR:2020:2083
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRechtbank Amsterdam 21-01-2021
CiteertitelJIN 2021/83
SamenvattingGrondslag BKR-registratie.
Samenvatting (Bron)kort geding, tussenvonnis, prejudiciële vragen, grondslag BKR-registratie
AnnotatorD.S. Volleberg
UitspraakECLI:NL:RBAMS:2021:174
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelHoge Raad 09-04-2021
CiteertitelJIN 2021/84
SamenvattingRangwisseling bij verpanding.
Samenvatting (Bron)Goederenrecht. Pandrecht. Is rangwijziging bij pandrecht mogelijk? Analoge toepassing van art. 3:262 lid 1 BW (hypotheekrecht)? Strekt de inningsbevoegdheid van de pandhouder zich uit over alle vorderingen die aan hem zijn verpand, ongeacht het beloop van de vordering waarvoor het pandrecht is verstrekt (art. 3:246 lid 1 BW)? In overweging ten overvloede komt Hoge Raad gedeeltelijk terug van HR 18 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3619.
AnnotatorR.J.G. Mengelberg
UitspraakECLI:NL:HR:2021:524
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelHoge Raad 09-04-2021
CiteertitelJIN 2021/85
SamenvattingPensioenrecht, Kwalificatie overeenkomst.
Samenvatting (Bron)Pensioenrecht; vermogensrecht. Is Booking.com verplicht deel te nemen in pensioenfonds voor de reisbranche? Uitleg Verplichtstellingsbesluit; bemiddelt Booking.com bij het tot stand komen van overeenkomsten op het gebied van reizen? Begrip 'bemiddelen'; art. 7:425 BW. Aanbieden van diensten via online reserveringsplatform.
AnnotatorP.J.B. van Deurzen
UitspraakECLI:NL:HR:2021:527
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBurgerlijk procesrecht
TitelHoge Raad 23-04-2021
CiteertitelJIN 2021/86
SamenvattingProcedure tegen uitspraak huurcommissie.
Samenvatting (Bron)Prejudiciële zaak (art. 392 Rv). Huurrecht. Procedure op de voet van art. 7:262 BW tegen uitspraak huurcommissie. Moet gedaagde in een dergelijke procedure die zijnerzijds - evenals de eiser - een beslissing van de kantonrechter wenst over een punt waarover de huurcommissie om een uitspraak was verzocht, daartoe een vordering in reconventie instellen en zo ja, moet dat binnen de in art. 7:262 lid 1 BW genoemde termijn van acht weken gebeuren?
AnnotatorE.E. van der Kamp
UitspraakECLI:NL:HR:2021:657
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekStrafrecht
TitelHoge Raad 20-04-2021
CiteertitelJIN 2021/87
SamenvattingOproepen en horen van getuigen. Post-Keskin.
Samenvatting (Bron)Post-Keskin zaak. Mishandeling van fietsenmaker, art. 300.1 Sr. 1. HR gaat in op uitspraak van EHRM in zaak Keskin tegen Nederland (nr. 2205/16) en betekenis van die uitspraak voor beoordeling van verzoeken tot oproepen en horen van getuigen door Nederlandse strafrechter en voor gebruik van verklaringen van getuigen voor bewijs in gevallen waarin verdediging niet behoorlijke en effectieve mogelijkheid heeft gehad om ondervragingsrecht uit te oefenen. 2. Afwijzing van ttz. in h.b. gedaan getuigenverzoek (aangever en ander). Ad 1. HR bespreekt zijn eerdere rechtspraak (HR:2014:1496 en HR:2017:1015), uitspraak van EHRM in zaak Keskin en enkele uitgangspunten van Nederlands stelsel m.b.t. oproepen en horen van getuigen. Vervolgens zet HR uiteen dat uitspraak van EHRM in zaak Keskin aanleiding geeft tot bijstellen van eisen die in eerdere rechtspraak door HR zijn geformuleerd over onderbouwing van verzoeken van verdediging tot oproepen en horen van getuigen. Ten slotte maakt HR enkele opmerkingen over bieden van gelegenheid voor uitoefening van ondervragingsrecht en beoordeling van ‘overall fairness’ van procedure. Uitspraak van EHRM heeft tot gevolg dat in gevallen waarin getuige een verklaring met belastende strekking heeft afgelegd, het belang bij oproepen en horen van die getuige moet worden voorondersteld, zodat van verdediging geen nadere onderbouwing van dit belang mag worden verlangd. In die gevallen zal indringender dan voorheen vraag onder ogen moeten worden gezien of ondervragingsgelegenheid kan en moet worden gerealiseerd. Daarnaast onderstreept uitspraak van EHRM het belang dat rechter, alvorens bewezenverklaring wordt aangenomen mede o.g.v. verklaring van niet-ondervraagde getuige, nagaat of procedure in haar geheel voldoet aan het door art. 6 EVRM gewaarborgde recht op een eerlijk proces. Uit uitspraak van EHRM volgt echter niet dat ondervragingsrecht met zich brengt dat verzoek van verdediging tot horen van getuige die verklaring met belastende strekking heeft afgelegd, steeds voor toewijzing in aanmerking komt, ongeacht desbetreffende factoren en gewicht van die verklaring in het licht van overige resultaten van strafvorderlijk onderzoek. Ad 2. Hof heeft verzoek tot horen van A en B als getuigen afgewezen omdat, gelet op onderbouwing van dat verzoek en tijdsverloop sinds pleegdatum van tlgd. feit, horen van deze getuigen niet noodzakelijk is. Dit oordeel is niet zonder meer begrijpelijk, omdat aan dat verzoek ten grondslag is gelegd dat strekking van eerder door A en B afgelegde en in dossier gevoegde verklaringen belastend is voor verdachte en dat verdachte de juistheid van de waarneming van tlgd. gedraging van verdachte door die getuigen (om meerdere redenen) betwist. HR neemt hierbij in aanmerking dat hof bewezenverklaring heeft aangenomen o.g.v. uitsluitend door verdachte betwiste verklaringen van A en B zonder dat verdediging deze getuigen heeft kunnen ondervragen, terwijl hof geen blijk ervan heeft gegeven te hebben nagegaan of procedure in haar geheel voldoet aan het door art. 6 EVRM gewaarborgde recht op eerlijk proces. Volgt vernietiging en terugwijzing.
AnnotatorC. van Oort
UitspraakECLI:NL:HR:2021:576
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelHoge Raad 20-04-2021
CiteertitelJIN 2021/88
SamenvattingMarengo-proces. Bewijsregels.
Samenvatting (Bron)Moord op broer kroongetuige Marengo proces. Middel verdachte en middelen bp’s. Omzetting vervangende hechtenis in gijzeling bij schadevergoedingsmaatregelen, art. 36f Sr. HR bepaalt dat met toepassing van art. 6:4:20 Sv telkens gijzeling van gelijke duur kan worden toegepast. Middelen van de bp’s doet de HR middels art. 81.1 RO af.
AnnotatorC. van Oort
UitspraakECLI:NL:HR:2021:536
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelHoge Raad 20-04-2021
CiteertitelJIN 2021/89
SamenvattingArnhemse villamoord. Novum.
Samenvatting (Bron)Herziening Arnhemse Villamoord in 1998. Novum in de vorm van de intrekking van de (bekennende) getuigenverklaring van een van de veroordeelde personen. HR zet juridisch kader uiteen en herhaalt relevante overweging uit HR:1997:ZC9316 dat aanvrager aannemelijk moet maken dat en waarom een getuige op hem belastende verklaringen terugkomt. De bij de aanvraag overgelegde verklaringen wekken, tegen de achtergrond van de bewijsvoering van het hof, niet het voor het buitengewone rechtsmiddel van herziening vereiste ernstige vermoeden a.b.i. art. 457.1 aanhef sub c Sv. Daaruit volgt dat de aanvraag ongegrond is en o.g.v. art. 470 Sv moet worden afgewezen. Samenhang met 7 andere herzieningen.
AnnotatorC. van Oort
UitspraakECLI:NL:HR:2021:629
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekBestuursrecht
TitelEHRM, 16-02-2021, 19732/17
CiteertitelJIN 2021/90
SamenvattingElektronisch bestuurlijk verkeer. Stichting Landgoed Steenbergen and Others v. The Netherlands.
AnnotatorJ.H. Keinemans
UitspraakECLI:CE:ECHR:2021:0216JUD001973217
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State 27-01-2021
CiteertitelJIN 2021/91
SamenvattingBevoegdheid tot subsidieverlening.
Samenvatting (Bron)Bij uitspraak van 13 februari 2019, ECLI:NL:RVS:2019:413, heeft de Afdeling het door de bibliotheek ingestelde hoger beroep gegrond verklaard en de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 30 mei 2018 in zaak nr. 17/3023 vernietigd, voor zover de rechtbank in die uitspraak de besluiten van 30 september 2016 en 20 april 2017 van (het bestuur van) de Stichting Cultuur Eindhoven heeft herroepen. Op 31 mei 2016 heeft de bibliotheek, op grond van de Subsidieregeling Cultuur Eindhoven 2017-2020 voor de periode 2017-2020 een subsidie van € 14.018.000,00 aangevraagd. Bij besluit van 30 september 2016, (onder aanpassing van de motivering) gehandhaafd bij besluit van 26 september 2017, heeft SCE deze aanvraag gehonoreerd in zoverre dat aan de bibliotheek voor die periode een subsidie is verleend van maximaal € 12.788.468,00, hetgeen € 1.229.532,00 lager is dan aangevraagd.
AnnotatorL.J.M. Timmermans
UitspraakECLI:NL:RVS:2021:176
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelCentrale Raad van Beroep 08-12-2020
CiteertitelJIN 2021/92
SamenvattingSchending inlichtingenplicht.
Samenvatting (Bron)De formele rechtskracht van het intrekkingsbesluit ziet uitsluitend op de rechtsgevolgen van het intrekkingsbesluit, namelijk dat appellant vanaf 5 augustus 2013 jegens het college geen recht heeft op bijstand. Appellant kan dan ook in deze procedure, die het besluit tot terugvordering over de periode van 5 augustus 2013 tot en met 30 april 2014 betreft, in volle omvang de daaraan ten grondslag liggende schending van de inlichtingenverplichting bestrijden. Omdat appellant heeft berust in het intrekkingsbesluit, zullen de tegen de terugvordering aangevoerde gronden op de feitelijke en juridische grondslag worden beoordeeld. Appellant heeft zijn inlichtingenverplichting geschonden door niet te melden dat zijn hoofdverblijf niet in de gemeente Heerlen was.
AnnotatorM.W. Venderbos
UitspraakECLI:NL:CRVB:2020:3229
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelGerechtshof Den Haag 26-02-2021
CiteertitelJIN 2021/93
SamenvattingAvondklok, Coronapandemie, Proportionaliteit en subsidiariteit, Grondrechten.
Samenvatting (Bron)Avondklok-zaak. De avondklok mag worden gebaseerd op de Wet buitengewone bevoegdheden burgerlijk gezag (Wbbbg). Eisen van proportionaliteit en subsidiariteit in acht genomen. Vonnis voorzieningenrechter vernietigd.
AnnotatorR.J.N. Schlössels
UitspraakECLI:NL:GHDHA:2021:285
Artikel aanvragenVia Praktizijn