Rubriek | Redactioneel |
---|---|
Titel | De gevolgen van de Green Deal voor de gebouwde omgeving |
Citeertitel | BR 2021/88 |
Samenvatting | De Richtlijn hernieuwbare energie werd twaalf jaar geleden vastgesteld om de EU-doelstelling te realiseren om tegen 2020 een aandeel van minstens 20% hernieuwbare energiebronnen te hebben in het totale energiegebruik. In 2018 werd de Richtlijn grondig herzien om de aangescherpte doelstelling van een aandeel van ten minste 32% hernieuwbare energiebronnen te realiseren. |
Auteur(s) | A.D.L. Knook |
Link | Volledige tekst richtlijn (europa.eu) |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Artikelen |
---|---|
Titel | Instrumenten ter bestrijding van collusie bij aanbestedingen: De recente mededeling van de Europese Commissie over de bestrijding van collusie bij overheidsopdrachten |
Citeertitel | BR 2021/89 |
Samenvatting | In maart 2021 heeft de Europese Commissie in een Mededeling richtsnoeren gepubliceerd over instrumenten ter bestrijding van collusie bij overheidsopdrachten. De Mededeling beoogt aanbesteders (aanbestedende dienst of speciale-sectorbedrijf) te voorzien van achtergrondinformatie en handvatten wanneer zij facultatieve uitsluitingsgronden toepassen, specifiek in verband met de ernstige fout in het kader van de uitoefening van een beroep en bij het vermoeden van vervalsing van de mededinging. |
Auteur(s) | B. Braat , S. Oksuz , R.J.G. Lamberti |
Link | Volledige tekst mededeling (europa.eu) |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Kroniek |
---|---|
Titel | Uitgelichte ontwikkelingen in het milieurecht 2020/2021 |
Citeertitel | BR 2021/90 |
Samenvatting | Anna Collignon en Neeltje Walgemoed bespreken relevante ontwikkelingen in de milieurechtelijke jurisprudentie. In dit artikel staan zij stil bij procedurele en inhoudelijke aspecten van het milieurecht. Zij hebben daarvoor een (niet uitputtende) selectie gemaakt van uitspraken over milieuthema’s die relevant kunnen zijn voor de bouwrechtpraktijk. De selectie heeft betrekking op de periode 1 september 2020 tot en met 31 augustus 2021. |
Auteur(s) | A. Collignon , C.M. Walgemoed |
Link | Volledige tekst artikel (Stibbe.com) |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Milieurecht |
---|---|
Titel | Raad van State 30-06-2021 |
Citeertitel | BR 2021/91 |
Samenvatting | Omgevingsvergunning windpark |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 25 juni 2020 heeft de raad het bestemmingsplan "Windpark Delfzijl Zuid Uitbreiding 2020" vastgesteld. Bij besluit van 30 juni 2020 heeft het college van gedeputeerde staten van Groningen aan Koepel Windpark Delfzijl Zuid Uitbreiding een omgevingsvergunning verleend voor de realisatie van het windpark Delfzijl Zuid Uitbreiding. De besluiten maken de oprichting van het windpark Delfzijl Zuid Uitbreiding mogelijk. Het windpark bestaat uit 16 windturbines, met een maximale ashoogte van 136 m en een maximale rotordiameter van 136 m. Het plaatsingsgebied voor de windturbines ligt direct ten zuiden van en aansluitend op het bestaande windpark Delfzijl Zuid in de gemeente Eemsdelta. Het plaatsingsgebied wordt globaal omsloten door de provinciale weg N362 aan de westzijde, het Termunterzijldiep aan de oostzijde en het bestaande windpark Delfzijl Zuid aan de noordzijde. |
Annotator | R.S. Wertheim |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2021:1395 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Bestuursrechtelijke schadevergoeding |
---|---|
Titel | Raad van State 08-09-2021 |
Citeertitel | BR 2021/92 |
Samenvatting | Nadeelcompensatie wegens omzetderving als gevolg van (weg)werkzaamheden. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 10 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Almelo een verzoek om nadeelcompensatie van appellant A en appellant B afgewezen. [appellant A] en [appellant B] waren eigenaren van [bedrijf], gevestigd in een deel van het complex Havenpassage gelegen aan de [locatie] te Almelo. Op 27 december 2017 hebben zij bij het college een verzoek om nadeelcompensatie ingediend wegens omzetderving als gevolg van (weg)werkzaamheden in het kader van de herontwikkeling van het centrum. Het college heeft het verzoek om nadeelcompensatie voorgelegd aan een onafhankelijke schadebeoordelingscommissie gevormd door het adviesbureau Thorbecke in Zwolle. In het definitieve advies van 15 juni 2018 heeft Thorbecke geadviseerd dat de schade die [appellant A] en [appellant B] stellen te hebben geleden in beginsel kan voortvloeien uit de werkzaamheden van februari 2016 tot en met maart 2017 ter uitvoering van het Binnenstadplan. |
Annotator | J.S. Procee , M.W. Timmer |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2021:1988 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Bestuursrechtelijke schadevergoeding |
---|---|
Titel | Raad van State 21-07-2021 |
Citeertitel | BR 2021/93 |
Samenvatting | Nadeelcompensatie door zwaar vrachtverkeer beschadigde woning |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 4 juni 2014 heeft het college van burgemeester en wethouders van Dordrecht het verzoek van [appellant] om vergoeding van schade afgewezen. Dit hoger beroep ziet op de afwijzing van het verzoek van [appellant] om schadevergoeding. Volgens [appellant] is zijn woning beschadigd door zwaar vrachtverkeer dat gedurende een lange periode langs zijn woning is gereden. [appellant] woont sinds 1980 aan de [locatie] in Dordrecht, nabij de PLUS supermarkt op het Damplein. Deze supermarkt is omstreeks het jaar 2000 verbouwd. Sinds deze verbouwing worden de voor de supermarkt bestemde goederen gelost aan de achterzijde van de supermarkt aan de Damstraat/Dubbeldreef. De gebruikelijke aanrijroute van de vrachtwagens die de supermarkt bevoorraden loopt via de Damstraat. Hierdoor is het vrachtverkeer in de Damstraat volgens [appellant] fors toegenomen. Naar aanleiding van klachten hierover zijn verkeersbesluiten genomen. |
Annotator | J.W. van Zundert |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2021:1599 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Aanbestedingsrecht |
---|---|
Titel | Rechtbank Oost-Brabant 25-06-2021 |
Citeertitel | BR 2021/94 |
Samenvatting | Inschrijving aanbesteding onaanvaardbaar (hoog)? De rechtbank kwam tot het oordeel dat de rechtsgeldige inschrijving van de winnende inschrijver mag worden uitgesloten, vanwege overschrijding van het budget van de aanbestedende dienst. Hierbij is naar het oordeel van de rechtbank o.a. relevant dat de begroting van de aanbestedende dienst openbaar toegankelijk was (en inschrijvers hiervan dus kennis hebben kunnen nemen). Deze overweging is twijfelachtig. Als sprake is van een maximaal budget, waarboven (kennelijk) niet tot gunning over kan worden gegaan, dan is het in het licht van het transparantie en -gelijkheidsbeginsel en in een ieders belang om dit op te nemen in de aanbestedingsstukken. Bijvoorbeeld door middel van een plafondprijs. |
Samenvatting (Bron) | Kort geding, aanbesteding Vraag die centraal staat is of de aanbestedende dienst de inschrijving van eiseres terecht als onaanvaardbaar (hoog) heeft aangemerkt en vervolgens of de aanbestedende dienst die inschrijving terzijde heeft kunnen leggen. |
Annotator | T.A. Terlien |
Link | Volledige tekst annotatie (Ploum.nl) |
Uitspraak | ECLI:NL:RBOBR:2021:3135 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Jurisprudentie - Omgevingsrecht |
---|---|
Titel | Rechtbank Noord-Holland 26-08-2021 |
Citeertitel | BR 2021/95 |
Samenvatting | Aanvraag omgevingsvergunning in relatie tot weigering anterieure overeenkomst waarin onder meer was opgenomen dat eiseres verweerder de gemeentelijke plankosten volledig zou vergoeden. De Wro biedt aan gemeenten de mogelijkheid om via een exploitatieplan voor in het Bro aangewezen bouwplannen exploitatiekosten te verhalen op grondeigenaren. Andere bijdragen – zoals bijdragen aan ruimtelijke ontwikkelingen – kunnen via het exploitatieplan niet worden afgedwongen. Daarover kunnen wel afspraken worden gemaakt in een anterieure overeenkomst, maar bij een dergelijke overeenkomst is het uitgangspunt contractsvrijheid: het staat een grondeigenaar vrij om die al dan niet aan te gaan. Kan een gemeente desondanks bewerkstelligen dat een project geen doorgang kan vinden, als zij geen bijdrage ontvangt aan ruimtelijke ontwikkelingen? |
Samenvatting (Bron) | Omgevingsvergunning geweigerd, omdat eiseres (de aanvrager) weigerde een anteriieure overeenkomst met verweerder te sluiten waarin onder meer was opgenomen dat eiseres verweerder de gemeentelijke plankosten volledig zou vergoeden. Weigering overeenkomst aan te gaan betekent in dit geval niet dat daarom sprake is van strijd met een goede ruimtelijke ordening. De weigeringsgrond als bedoeld in artikel 2.12, aanhef, van de Wabo doet zich daarom niet voor. Het beroep is gegrond. |
Annotator | E.W.J. de Groot , R.M.F. de Martines |
Link | Volledige tekst annotatie (AKD.eu) |
Uitspraak | ECLI:NL:RBNHO:2021:7116 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |