Rubriek | Hoge Raad |
---|---|
Titel | Hoge Raad 04-02-2022 |
Citeertitel | AB 2022/377 |
Samenvatting | Onrechtmatige overheidsdaad; besluitaansprakelijkheid; causaal verband; beslissing in primo. Het gaat in deze zaak om een vordering tot vergoeding van vertragingsschade die de aanvrager van een besluit stelt te hebben geleden doordat het bestuursorgaan aanvankelijk een voor de aanvrager begunstigend primair besluit heeft genomen waaraan een gebrek kleefde, met als gevolg dat het bestuursorgaan, na bezwaar en beroep van een derde, het primaire besluit heeft herroepen en vervolgens een nieuw begunstigend rechtmatig besluit heeft genomen, waarin het primaire besluit alsnog is gehandhaafd |
Samenvatting (Bron) | Onrechtmatige daad. Art. 6:162 BW. Besluitaansprakelijkheid. Vertragingsschade. Causaal verband. Toerekening. |
Annotator | G.A. van der Veen |
Link | Volledige tekst annotatie (RuG.nl) |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2022:115 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Hoge Raad |
---|---|
Titel | Hoge Raad 30-09-2022 |
Citeertitel | AB 2022/378 |
Samenvatting | Onrechtmatige overheidsdaad; besluitaansprakelijkheid; causaal verband. |
Samenvatting (Bron) | Onrechtmatige overheidsdaad. Besluitaansprakelijkheid. Causaal verband. Peilmoment voor vaststellen c.s.q.n.-verband (HR 25 september 2020, ECLI:NL:HR:2020:1510 (X/Gemeente Sluis)). |
Annotator | G.A. van der Veen |
Link | Volledige tekst annotatie (RuG.nl) |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2022:1334 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State |
---|---|
Titel | Raad van State 09-11-2022 |
Citeertitel | AB 2022/379 |
Samenvatting | Voldoende onderzoeksinspanning |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 16 september 2020 heeft de algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten een verzoek van [appellant] om op grond van de Wet openbaarheid van bestuur documenten openbaar te maken gedeeltelijk ingewilligd. In hoger beroep is het enige document dat nog in geschil is een telefoonnotitie van een gesprek tussen mr. Sanders en mr. Veenboer dat rond 11 februari 2020 heeft plaatsgevonden. De algemene raad heeft een dergelijke notitie niet aangetroffen. [appellant] betoogt dat deze er wel moet zijn en dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat de algemene raad adequaat onderzoek heeft gedaan. |
Annotator | P.J. Stolk |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2022:3228 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State |
---|---|
Titel | Raad van State 24-08-2022 |
Citeertitel | AB 2022/380 |
Samenvatting | Roparun-uitspraak. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 5 augustus 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam bestuursdwang toegepast door de auto van [appellant] weg te slepen en in bewaring te stellen en de kosten daarvan van € 313,05 op [appellant] te verhalen. Op 10 juni 2019 om 09:49 uur stond de auto van [appellant] geparkeerd in een parkeervak aan de Maaskade. Daar zijn op 4 juni 2019 in verband met het evenement Roparun, dat plaatsvond van 8 juni tot en met 10 juni 2019, verkeersborden E4 met onderborden geplaatst. Hierop was aangegeven dat het verboden was te parkeren op 10 juni 2019 van 09:00 uur tot 20:00 uur. Volgens het college heeft [appellant] dit tijdelijke parkeerverbod overtreden. Daarom heeft het college de auto weggesleept en de kosten van € 313,05 op [appellant] verhaald. [appellant] is het hier niet mee eens. Hij heeft in beroep aangevoerd dat het college ten onrechte geen verkeersbesluit heeft genomen. |
Annotator | T.N. Sanders |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2022:2467 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Centrale Raad van Beroep |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 05-10-2022 |
Citeertitel | AB 2022/381 |
Samenvatting | Schending van eer en goede naam door zinsnede in advies. |
Samenvatting (Bron) | Besluit tot verstrekking maatwerkvoorziening aan meerderjarige zoon, positie ouders, belanghebbende, artikel 8 EVRM. Het college heeft het bezwaar van appellanten terecht niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij geen belanghebbenden zijn. De stelling dat appellante mantelzorger was en dit ook – overigens tegen de zin van belanghebbende – had willen blijven maakt, gelet op de omstandigheden van dit geval, ook niet dat zij als belanghebbende is aan te merken. Geen grond voor toewijzing van schadevergoeding van ten gevolge van de besluitvorming geleden schade. Schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn. |
Annotator | C.W.C.A. Bruggeman , L.M. Koenraad |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2022:2122 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Centrale Raad van Beroep |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 04-03-2022 |
Citeertitel | AB 2022/382 |
Samenvatting | Politiesystemen bevraagd voor niet-werkgerelateerde zaken. |
Samenvatting (Bron) | Disciplinaire straf van onvoorwaardelijk ontslag terecht opgelegd. Toerekenbaar plichtsverzuim bestaande uit het niet werk gerelateerd raadplegen van politiesystemen, het delen van informatie met derden en het niet open en transparant verklaren. De opgelegde disciplinaire straf is, gezien de aard en de ernst van de gedragingen, de betekenis hiervan voor het functioneren binnen de dienst en de terecht gestelde eisen van integriteit, betrouwbaarheid en verantwoordelijkheid van politieambtenaren niet onevenredig aan het gepleegde plichtsverzuim. |
Annotator | A.M.L. Jansen |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2022:472 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Rechtbanken |
---|---|
Titel | Rechtbank Den Haag 25-08-2022 |
Citeertitel | AB 2022/383 |
Samenvatting | Vreemdelingenbewaring. |
Samenvatting (Bron) | Volgberoep bewaring – opheffing omdat voortzetting van de bewaring niet evenredig is aan het doel van de maatregel – eiseres bevindt zich nagenoeg 9 maanden in bewaring – eiseres weigert medewerking aan de covidtest en enkel deze omstandigheid verhindert de feitelijke uitzetting – gelet op de aanzienlijke duur van de maatregel en de zeer reële kans dat de feitelijke uitzetting niet zal lukken, is de voortzetting van de bewaring niet (langer) evenredig aan het doel van de maatregel maar zal de maatregel een punitatief karakter krijgen – beroep gegrond, onmiddellijke opheffing van de maatregel en onmiddellijke invrijheidstelling van eiseres. |
Annotator | P.R. Rodrigues |
Uitspraak | ECLI:NL:RBDHA:2022:8509 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Rechtbanken |
---|---|
Titel | Rechtbank Gelderland 10-08-2022 |
Citeertitel | AB 2022/384 |
Samenvatting | Stichting i.o. Belangengroep Bomen en Biodiversiteit Arnhem e.o. is geen belanghebbende bij de omgevingsvergunning voor het verdiepen van de kelder van een biomassa-opslaggebouw. |
Samenvatting (Bron) | De Stichting is niet opgericht, dus er is geen sprake van belanghebbendheid op grond van artikel 1:2, derde lid, Awb. De Belangengroep is daarnaast niet aan te merken als “andere entiteit”, zodat ook geen sprake is van belanghebbendheid op grond van 1:2, eerste lid, Awb. |
Annotator | T. Groot |
Uitspraak | ECLI:NL:RBGEL:2022:4648 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |