Rubriek | Artikel |
---|---|
Titel | Confectie, maatkostuum of iets daar tussenin? |
Citeertitel | StAB 2006, nr. |
Samenvatting | Inrichtingen worden thans hoofdzakelijk langs twee wegen gereguleerd: via de milieuvergunning of door middel van algemene regels in vergunningvervangende AMvB's op grond van 8.40 Wm. De milieuvergunning is een beschikking, waarin de normstelling in de vorm van vergunningvoorschriften helemaal wordt toegesneden op het individuele bedrijf; maatwerk derhalve. |
Auteur(s) | A. Blomberg |
Pagina | 10-13 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 04-01-2006, 200500188/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-40 |
Samenvatting | Veehouderij met meerdere stallen dient als één installatie in de zin van de IPPC-richtlijn te worden beschouwd. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 3 november 2004 heeft verweerder aan [vergunninghoudster] een vergunning, als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer, verleend voor een varkenshouderij op het perceel [locatie] te [plaats]. Dit besluit is op 24 december 2004 ter inzage gelegd. Tegen dit besluit hebben appellanten bij brief van 6 januari 2005, bij de Raad van State ingekomen op 10 januari 2005, beroep ingesteld. |
Pagina | 14-15 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AU9041 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 04-01-2006, 200501564/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-41 |
Samenvatting | Bij vaststelling van een hogere geluidsgrenswaarde voor woningen dient rekening te worden gehouden met cumulatie van verschillende geluidsbronnen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 16 juni 2004 heeft verweerder hogere geluidswaarden vastgesteld in de gemeente Aalsmeer in verband met verkeerslawaai vanwege de omlegging van de N201. |
Pagina | 16-17 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AU9042 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 18-01-2006, 200502074/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-42 |
Samenvatting | Recreatiewoningen in camping maken deel uit van inrichting. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 7 februari 2005, kenmerk DSO 051012811/Wm 4126.3, heeft verweerder appellanten onder aanzegging van bestuursdwang gelast overtreding van de voorschriften 8.1.4 en 8.1.5 van Bijlage I van het Besluit voorzieningen en installaties milieubeheer (hierna: het Besluit) te beëindigen, in die zin dat twee bovengrondse reservoirs voor opslag van maximaal 5m³ propaan op het perceel [locatie] te [plaats] dienen te worden geleegd, buiten gebruik gesteld en onklaar te worden gemaakt. |
Annotator | H.P. Nijhoff |
Pagina | 18-20 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AU9817 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 18-01-2006, 200505122/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-43 |
Samenvatting | Vergunning voor stal van rechtswege vervallen nu op het moment van het verstrijken van de driejarentermijn geen sprake was van een constructie bedoeld en geschikt om als stal te gebruiken.
(Zie annotatie Valérie van 't Lam onder 06-46). |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 23 december 2004 heeft verweerder een verzoek van appellant om toepassing van bestuurlijke handhavingsmiddelen met betrekking tot een vleesvarkenshouderij, gelegen op het perceel [locatie] te [plaats], afgewezen. |
Annotator | V. van 't Lam |
Pagina | 21-22 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AU9797 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 25-01-2006, 200409233/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-44 |
Samenvatting | Normen in het Besluit verbranden afvalstoffen (BVA) dienen een even hoog beschermingsniveau te bieden als het beschermingsniveau dat door de IPPC-richtlijn wordt voorgestaan. Dat betekent dat de beste beschikbare technieken moeten worden toegepast die zijn gebaseerd op de zogeheten BREF-documenten. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 21 oktober 2004 heeft verweerder aan de naamloze vennootschap "N.V. Afvalverwerking Rijnmond", de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "AVR-Nutsbedrijf Gevaarlijk Afval B.V." en de [commanditaire vennootschappen] een revisievergunning als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer verleend voor een afvalverwerkingsinrichting, op het perceel Prof. Gerbrandyweg 10 te Rotterdam-Botlek, kadastraal bekend gemeente Rotterdam, sectie AK, nummers 8, 11, 16, 430, 502 en 509. Dit besluit is op 29 oktober 2004 ter inzage gelegd. |
Annotator | A. Blomberg |
Pagina | 22-27 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV0295 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 25-01-2006, 200506560/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-45 |
Samenvatting | De vergunning is terecht in zijn geheel ingetrokken als sanctie op het stelselmatig overtreden van de vergunningsvoorschriften. Tevens heeft verweerder in redelijkheid kunnen overgaan tot preventieve bestuursdwang. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 11 januari 2005 heeft verweerder met toepassing van artikel 18.12 van de Wet milieubeheer per 4 april 2005 de bij besluit van 21 mei 1992 aan appellante verleende vergunning als bedoeld in artikel 6a van de Hinderwet en de bij besluit van 13 december 1994 aan appellante verleende vergunning als bedoeld in artikel 8.1, eerste lid, onder b, van de Wet milieubeheer voor haar inrichting voor de verwerking van slachtafval op het perceel [locatie] te [plaats] ingetrokken. Voorts heeft verweerder bij het besluit van 11 januari 2005 jegens appellante bestuursdwang toegepast ten aanzien van het op of na 4 april 2005 verwerken van slachtafval en een last onder dwangsom opgelegd ten aanzien van het na 4 april 2005 in ontvangst nemen van slachtafval. |
Pagina | 28-30 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV0288 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 08-02-2006, 200505974/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-46 |
Samenvatting | Vergunning voor stallen van rechtswege vervallen nu deze weliswaar voor het verstrijken van de driejarentermijn (fysiek) zijn opgericht, maar niet in werking zijn gebracht. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 24 mei 2005 heeft verweerder aan [vergunninghouder] een vergunning als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer verleend voor een pluimvee- en schapenhouderij gelegen op het perceel [locaties] te [plaatsen], kadastraal bekend […], nummer […] en […], nummer […]. Dit besluit is op 16 juni 2005 ter inzage gelegd. |
Annotator | V. van 't Lam |
Pagina | 30-34 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1236 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-02-2006, 200502644/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-47 |
Samenvatting | In casu is sprake van een belangrijke wijziging als bedoeld in de IPCC-richtlijn zodat rekening moet worden gehouden met het toetsingskader van deze richtlijn.
(Zie annotatie Aletta Blomberg onder 06-44). |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 27 januari 2005, kenmerk DNN 2005/372, heeft verweerder aan [vergunninghouder] een vergunning krachtens de Wet verontreiniging oppervlaktewateren verleend voor het met behulp van een werk brengen van bedrijfsafvalwater in de Eems. Dit besluit is op 21 februari 2005 ter inzage gelegd. |
Annotator | A. Blomberg |
Pagina | 34-36 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1747 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 08-03-2006, 200507479/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-48 |
Samenvatting | Toetsing aan de IPPC-richtlijn ondanks dat deze grond niet als bedenking is ingebracht. Dit vormt niettemin geen reden om strengere maatregelen te treffen nu de beste beschikbare technieken zijn toegepast en appellanten niet aannemelijk hebben gemaakt dat de geografische ligging van de inrichting en/of de plaatselijke milieuomstandigeheden aanleiding geven om strengere grenswaarden aan de vergunning te verbinden. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 12 juli 2005 heeft verweerder aan de [vergunninghoudster] een vergunning als bedoeld in artikel 8.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, van de Wet milieubeheer verleend voor het oprichten en in werking hebben van een pluimveehouderij en een akker- en tuinbouwbedrijf gelegen aan de [locatie] te [plaats](hierna: de inrichting). Dit besluit is op 15 juli 2005 ter inzage gelegd. |
Annotator | H.P. Nijhoff |
Pagina | 37-39 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV3878 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 22-03-2006, 200505040/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-49 |
Samenvatting | Weigering van gevraagde vergunning voor uitzaaien en weer opvissen van mosselen en oesters afkomstig uit Ierland en UK in staatsnatuurmonument Oosterschelde niet in strijd met verbod om het vrije verkeer van goederen tussen de lidstaten te belemmeren. Verweerder heeft ten onrechte nagelaten een passende beoordeling op grond van de Habitat-richtlijn te verrichten. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluiten van 10, 16, 17 en 20 december 2004, 7 april 2005 en 23 mei 2005 heeft verweerder in totaal 40 gelijkluidende vergunningen ingevolge artikel 12 van de Natuurbeschermingswet verleend voor het uitzaaien en weer opvissen van mosselen en oesters afkomstig uit Ierland en het Verenigd Koninkrijk in het beschermd en/of staatsnatuurmonument "Oosterschelde-buitendijks" tot en met 31 december 2005. |
Pagina | 40-46 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV6273 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 29-03-2006, 200503949/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-50 |
Samenvatting | Verweerder heeft ten onrechte aangenomen dat met toepassing van de saldomethode geen significant negatieve gevolgen in het natuurgebied optreden. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 15 maart 2005, kenmerk Wm/2004-089, heeft verweerder aan [vergunninghouder] een vergunning, als bedoeld in artikel 8.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet milieubeheer, verleend voor het veranderen van een veehouderij, gelegen op het perceel [locatie] te [plaats], kadastraal bekend gemeente [plaats], sectie […], nummer […]. Dit besluit is op 24 maart 2005 ter inzage gelegd. |
Pagina | 47-49 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV7557 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu |
---|---|
Titel | Raad van State, 29-03-2006, 200506396/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-51 |
Samenvatting | Beroepsgrond inzake Habitatrichtlijn ontvankelijk ondanks dat deze grond niet als bedenking is aangevoerd. Het standpunt van verweerder dat geen significant negatieve gevolgen voor het natuurgebied zijn te duchten nu de toename van de ammoniakdepositie op dit gebied minder dan 1% bedraagt van de kritische depositiewaarde wordt niet door onderzoek gestaafd. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 14 juni 2005 heeft verweerder aan [vergunninghouder] een vergunning, als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer, verleend voor een pluimveehouderij, gelegen op het perceel [locatie] te [plaats], kadastraal bekend gemeente Goirle, sectie […], nummers […]. Dit besluit is op 30 juni 2005 ter inzage gelegd. |
Pagina | 49-52 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV7540 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 11-01-2006, 200500788/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K20 |
Samenvatting | Onduidelijke aanvraag leidt tot vernietiging vergunning. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 14 december 2004, kenmerk MV/07/04, heeft verweerder krachtens de Wet milieubeheer aan [vergunninghoudster] een vergunning verleend voor het oprichten en in werking hebben van een biologische champignonkwekerij, gelegen aan [locatie] te [plaats], kadastraal bekend gemeente [plaats], sectie […], nummers […]. Dit besluit is op 16 december 2004 ter inzage gelegd. |
Pagina | 53-53 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AU9413 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 18-01-2006, 200501378/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K21 |
Samenvatting | Voormalige bedrijfswoning kan niet meer tot de inrichting worden gerekend. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 2 februari 2005 heeft verweerder aan appellant sub 2 een vergunning als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer verleend voor een nertsen- en varkenshouderij op het perceel [locatie 1] te [plaats], kadastraal bekend gemeente [plaats], sectie […], nummer […]. Dit besluit is op 3 februari 2005 ter inzage gelegd. |
Pagina | 53-53 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AU9789 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 01-02-2006, 200502491/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K22 |
Samenvatting | Voor hergebruik bestemde poetsdoeken zijn niet als afvalstof aan te merken. |
Annotator | T. van der Meulen |
Pagina | 53-54 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 01-02-2006, 200504048/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K23 |
Samenvatting | Toetsingskader Habitatrichtlijn kan niet tegenover een particulier worden ingeroepen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluiten van 25 maart 2005 heeft verweerder de door elk van appellanten gevraagde vergunningen als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer voor rundveehouderijen op de percelen [locatie 1] respectievelijk [locatie 2], [locatie 3] en [locatie 4] te [plaats] geweigerd. Deze besluiten zijn op 25 maart 2005 ter inzage gelegd. |
Pagina | 54-55 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV0959 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 01-02-2006, 200504518/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K24 |
Samenvatting | Activiteiten terecht gedoogd nu concreet uitzicht bestaat op legalisatie; de gedoogtermijn is evenwel onvoldoende bepaald. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 14 december 2004 heeft verweerder besloten om het in werking zijn zonder vereiste vergunning als bedoeld in de Wet milieubeheer van een pluimveebedrijf gelegen op het perceel [locatie] te [plaats] onder voorwaarden te gedogen. Voorts heeft verweerder bij besluit van 16 december 2004 de bij besluit van 12 augustus 2004 aan [vergunninghouder] opgelegde last onder dwangsom - vanwege het oprichten en in werking hebben van een inrichting op het perceel [locatie] te [plaats] zonder daartoe verleende vergunning - ingetrokken. |
Pagina | 55-55 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV0971 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-02-2006, 200502867/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K25 |
Samenvatting | Met het beoordelingskader van de IPPC-richtlijn is niet genoegzaam rekening gehouden.
(Zie annotatie Aletta Blomberg onder nr. 06-44). |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 8 februari 2005, kenmerk 2005-01713/6,MV, heeft verweerder krachtens de Wet milieubeheer aan [vergunninghouder] een revisievergunning als geregeld in artikel 8.4, eerste lid, van deze wet verleend voor de productie van methanol aan de [locatie] te [plaats]. Dit besluit is op 21 februari 2005 ter inzage gelegd. |
Annotator | A. Blomberg |
Pagina | 55-56 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1746 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-02-2006, 200505335/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K26 |
Samenvatting | Het niet of niet tijdig realiseren van een aantal verlangde voorzieningen binnen de inrichting brengt niet mee dat de milieuvergunning vervalt.
(Zie annotatie Valérie van 't Lam onder nr. 06-46). |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 7 december 2004 heeft verweerder een verzoek van appellanten om toepassing van bestuurlijke handhavingsmiddelen met betrekking tot een vleesvarkenshouderij, gelegen op het perceel [locatie] te [plaats], afgewezen. |
Annotator | V. van 't Lam |
Pagina | 56-56 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1772 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-02-2006, 200506805/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K27 |
Samenvatting | Er is niet met voldoende zekerheid vastgesteld dat sprake is van het zich ontdoen van afvalstoffen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 11 september 2003 heeft verweerder aan appellante zes lasten onder dwangsom opgelegd vanwege overtreding van voorschriften, verbonden aan de bij besluit van 23 maart 2001 verleende revisievergunning voor haar inrichting bestemd voor het composteren van groenafval op het perceel Tweede Bloksweg 54B te Waddinxveen, en van de artikelen 10.2, eerste lid, en 10.37, eerste lid, van de Wet milieubeheer. |
Annotator | T. van der Meulen |
Pagina | 56-57 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1814 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 22-02-2006, 200505730/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K28 |
Samenvatting | Gehuurd deel van bedrijfsterrein van bestaand bedrijf vormt een zelfstandige inrichting. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 25 januari 2005 heeft verweerder aan appellante een last onder dwangsom opgelegd ter zake van het in werking hebben van een inrichting zonder milieuvergunning op het perceel [locatie] te [plaats]. De dwangsom is vastgesteld op € 500.000,00 per geconstateerde overtreding, met een maximum van € 5.000.000,00. |
Pagina | 57-57 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV2229 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 01-03-2006, 200506541/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K29 |
Samenvatting | Appellant terecht aangemerkt als degene die het in zijn macht heeft om de overtreding te beëindigen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 15 februari 2005 heeft verweerder aan appellant een last onder dwangsom opgelegd. |
Pagina | 57-58 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV2937 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 08-03-2006, 200504751/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K30 |
Samenvatting | Toepassing beste beschikbare technieken in dit geval niet voldoende. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 12 april 2005 heeft verweerder aan [vergunninghoudster] een vergunning, als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer, verleend voor een varkenshouderij op het perceel [locatie] te [plaats]. Dit besluit is op 22 april 2005 ter inzage gelegd. |
Pagina | 58-58 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV3893 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 08-03-2006, 200506392/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K31 |
Samenvatting | Beëindiging overtreding geen reden om dwangsom in bezwaar te herroepen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 20 december 2004 heeft verweerder aan appellanten een last onder dwangsom opgelegd wegens het in werking hebben van een veehouderij op het perceel [locatie] te [plaats], gemeente Asten, in strijd met artikel 8.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, van de Wet milieubeheer. |
Pagina | 58-58 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV3846 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 08-03-2006, 200506463/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K32 |
Samenvatting | Criteria voor verlangen van revisievergunning. Ambsthalve aanbrengen van wijzigingen in onderliggende vergunning is in dit geval mogelijk. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 24 mei 2005 heeft verweerder aan [vergunninghoudster] een vergunning, als bedoeld in artikel 8.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet milieubeheer, verleend voor een nertsenhouderij op het perceel [locatie] te [plaats]. Dit besluit is op 16 juni 2005 ter inzage gelegd. |
Pagina | 59-59 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV3896 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-03-2006, 200506085/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K33 |
Samenvatting | Overtreding norm in vergunning kan niet leiden tot handhaving nu deze norm in strijd is met het Oplosmiddelenbesluit omzetting EG-VOS-richtlijn milieubeheer. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 20 december 2004 heeft verweerder het verzoek van [appellant A] om toepassing van bestuurlijke handhavingsmaatregelen met betrekking tot de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "Interieur Meubel Spuittechnieken Werkendam B.V." (hierna: vergunninghoudster), gelegen op het perceel Beatrixhaven 25b te Werkendam, afgewezen. Bij besluit van 3 maart 2005 heeft verweerder het verzoek van [appellant B] om toepassing van bestuurlijke handhavingsmaatregelen met betrekking tot dezelfde inrichting afgewezen. |
Pagina | 59-59 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV5034 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Milieu kort |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-03-2006, 200507671/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. K33 |
Samenvatting | Zodra natuurgebied op communautaire EG-lijst van beschermde gebieden is geplaatst, is de Habitatrichtlijn van toepassing. Ten onrechte is nagelaten om onderzoek te doen naar significante effecten. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 5 juli 2005 heeft verweerder aan [vergunninghouder] een vergunning, als bedoeld in artikel 8.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, van de Wet milieubeheer, verleend voor een melkveehouderij op het perceel [locatie 1] te [plaats]. Dit besluit is op 22 juli 2005 ter inzage gelegd. |
Pagina | 60-60 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV5036 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 21-12-2005, 200500757/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-52 |
Samenvatting | Verweerder heeft zich terecht op het standpunt gesteld dat handhaving van het kinderdagverblijf in strijd is met het in de Handleiding voor ruimtelijke plannen, bedrijventerreinen, kantoren, voorsieningen en detailhandel opgenomen uitgangspunt dat uit een oogpunt van zuinig ruimtegebruik oneigenlijk gebruik van bedrijventerreinen moet worden voorkomen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 22 april 2004 heeft de gemeenteraad van Sint-Michielsgestel, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 16 maart 2004, het bestemmingsplan "Bedrijventerrein het Schild Den Dungen, fase 3" vastgesteld. |
Pagina | 61-63 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2005:AU8426 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 21-12-2005, 200502656/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-53 |
Samenvatting | In aanmerking genomen dat bij sportvelden met de daarbij behorende gebouwen, evenals bij woningen, mensen gedurende langere tijd verblijven, heeft verweerder zich ten onrechte op het standpunt gesteld dat het RIVM-rapport 'Plannen voor nieuwbouwwoningen bij bovengrondse hoogspanningsleidingen' niet terzake doet. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 28 juni 2004 heeft de gemeenteraad van Zutphen, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 mei 2004, het bestemmingsplan "Sportcomplex 't Meijerink" vastgesteld. |
Pagina | 63-64 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2005:AU8439 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 28-12-2005, 200406978/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-54 |
Samenvatting | De omstandigheid dat appellanten hun bedrijfsplannen niet konden prijsgeven zonder dat de uitvoering van die plannen, gelet op het lopend verzoek om octrooirecht, direct in gevaar zou komen, dient voor hun rekening te blijven. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 29 januari 2004 heeft de gemeenteraad van Tholen, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 16 december 2003, het bestemmingsplan "bestemmingsplan Buitengebied" vastgesteld. |
Pagina | 65-65 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2005:AU8791 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 18-01-2006, 200407683/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-55 |
Samenvatting | Gezien de terugwerkende kracht van de vernietiging van de besluiten tot vaststelling en goedkeuring van het reconstructieplan voor wat betreft de zonering intensieve veehouderij ter plaatse van het huisperceel van appellant, moet worden geoordeeld dat het plandeel met de bestemming 'Agrarische bouwkavel' ter plaatse van het genoemde huisperceel, ten tijde van de goedkeuring van het onderhavige bestemmingsplan niet was opgenomen binnen de zonering intensieve veehouderij in de zin van het reconstructieplan. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 18 december 2003 heeft de gemeenteraad van Ambt Montfort, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 november 2003, het bestemmingsplan "Buitengebied" vastgesteld. |
Pagina | 66-66 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AU9798 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 18-01-2006, 200503205/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-56 |
Samenvatting | Verweerder heeft zich in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat de gemeenteraad geen doorslaggevende betekenis heeft hoeven toekennen aan het nog niet rechtens onaantastbaar zijn van het besluit tot intrekking van de aan appellanten verleende bouwvergunningen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 15 juli 2004 heeft de gemeenteraad van Hulst, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 juni 2004, het bestemmingsplan "Buitengebied Noord" vastgesteld. |
Pagina | 67-68 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AU9840 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 18-01-2006, 200503849/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-57 |
Samenvatting | Het gewijzigde standpunt van het college van burgemeester en wethouders omtrent de kwalificatie van het bedrijf als agrarisch bedrijf dient, bij afwezigheid van een definitie van agrarisch bedrijf in het bestemmingsplan, mede aan de hand van een onderzoek naar de feitelijke bedrijfsvoering en de wijze van exploitatie van de gronden, afdoende te worden gemotiveerd. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 2 april 2004 heeft het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer (hierna: het college) appellant vrijstelling en bouwvergunning geweigerd voor het bouwen van een hooiberg op het perceel, plaatselijk bekend [locatie] te [plaats] (hierna: het perceel). |
Pagina | 69-70 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AU9805 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 25-01-2006, 200501744/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-58 |
Samenvatting | Nu het bestemmingsplan het belang dient van behoud van de karakteristiek van het beschermd dorpsgezicht, aan welk belang in het kader van de welstandsbeoordeling invulling is gegeven, heeft het college van burgemeester en wethouders de grenzen van de welstandstoets, die zich in beginsel dient te richten naar de bouwmogelijkheden die het geldende bestemmingsplan biedt, niet overschreden. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 12 juni 2003 heeft het college van burgemeester en wethouders van Steenwijkerland (hierna: het college) geweigerd om een bouwvergunning te verlenen voor een brug op het perceel plaatselijk bekend [locatie] te [plaats] (hierna: het perceel). |
Pagina | 70-72 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV0227 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 01-02-2006, 200500555/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-59 |
Samenvatting | Omdat een goede ruimtelijke ordening voor het aspect geluid niet uitsluitend wordt ingevuld door de Wet geluidhinder, diende verweerder bij zijn belangenafweging uitdrukkelijk de geluidsbelasting van de panden van appellanten te betrekken. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 27 april 2004 heeft de gemeenteraad van Hoogezand-Sappemeer, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 maart 2004, het bestemmingsplan ""Stadscentrum, herziening ex artikel 30 WRO"" vastgesteld. |
Pagina | 72-74 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV0904 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 01-02-2006, 200502864/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-60 |
Samenvatting | Bij de uitoefening van de wijzigingsbevoegdheid had het College van Burgemeester en Wethouders eerst moeten vaststellen of wordt voldaan aan de op het oude beleid gebaseerde voorwaarden om van deze wijzigingsbevoegdheid gebruik te maken. Pas als aan die voorwaarden is voldaan, kunnen andere aspecten, zoals het nieuwe beleid, in de besluitvorming worden betrokken. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 7 augustus 2003 heeft appellant het verzoek van [verzoeker] om een wijzigingsbevoegdheid toe te passen ten aanzien van het perceel kadastraal bekend gemeente Terschelling, sectie […], no. […] te [plaats] (hierna: het perceel) afgewezen. |
Pagina | 74-75 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV0932 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 01-02-2006, 200503626/2 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-61 |
Samenvatting | Verweerder heeft bij zijn beoordeling van de aanvaardbaarheid van de afstand tussen de woningen en de kousenfabriek in relatie tot de geluidbelasting vanwege die fabriek, aansluiting kunnen zoeken bij de grenswaarde die in de Handleiding industrielawaai en vergunningverlening als bovengrens voor een rustige woonwijk in een stad wordt gehandhaafd. |
Pagina | 75-77 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 01-02-2006, 200506554/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-62 |
Samenvatting | Het standpunt van verweerder dat het gebruik als bufferzone van de strook grond met de bestemming 'Verblijfsrecreatieve doeleinden' en de aanduiding 'geen stacaravans toegestaan' onvoldoende is gewaarborgd, is niet onredelijk, nu het plan de aanleg van de bufferzone weliswaar mogelijk maakt, maar andere vormen van gebruik voor verblijfsrecreatieve doeleinden niet uitsluit. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 22 november 2004 heeft de gemeenteraad van Zwolle, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 oktober 2004, het bestemmingsplan ""Uiterwaarden IJssel, Vecht en Zwarte Water"" vastgesteld. |
Pagina | 77-78 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV0930 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 08-02-2006, 200408384/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-63 |
Samenvatting | Het standpunt van verweerder dat onder bouwmogelijkheden voor bestaande, niet aan het buitengebied gebonden bedrijvigheid die niet zijn benut, ook dienen te worden begrepen vergunde bouwmogelijkheden die nog niet zijn benut, wordt door de Afdeling niet onredelijk geacht. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 19 januari 2004 heeft de gemeenteraad van Oirschot op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 december 2003, het bestemmingsplan "Buitengebied Correctieve herziening 2003" vastgesteld. |
Pagina | 78-79 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1290 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 08-02-2006, 200504349/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-64 |
Samenvatting | Bij de beoordeling van de vraag of de nieuwe bedrijfswoning voor appellant noodzakelijk in verband met blijvend toezicht op het bedrijf, heeft de rechtbank zich terecht aangesloten bij het standpunt van het college van burgemeester en wethouders dat daarvoor de feitelijke situatie van belang is. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 16 april 2003 heeft het college van burgemeester en wethouders van Roosendaal (hierna: het college) geweigerd vrijstelling te verlenen voor een agrarische bedrijfswoning op het perceel van appellant op de [locatie] te [plaats] (hierna: het perceel). |
Pagina | 80-81 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1243 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Gerechtshof 's-Gravenhage, 09-02-2006, 05/1730 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-65 |
Samenvatting | Het Hof is voorshands van oordeel dat de in artikel 7 van het Blk 2005 en de daarmee corresponderende bepalingen van het Blk (2001) bedoelde uitoefening van bevoegdheden en toepassing van wettelijke voorschriften die gevolgen hebben voor de luchtkwaliteit, niet zo ruim mag worden uitgelegd dat daaronder ook valt het gebruikmaken van de contractsvrijheid en het gebruikmaken van het eigendomsrecht door de gemeente louter op grond van haar burgerlijkrechtelijke rechtspersoonlijkheid. |
Samenvatting (Bron) | Art. 5.2 Wet milieubeheer. Besluit luchtkwaliteit 2005. Uitleg reikwijdte. Is het ingebruikstellen door de Gemeente van de Hoofdweg onrechtmatig jegens [geïntimeerden]? Niet voldoende aannemelijk dat bij openstelling van de weg sprake zal zijn van een directie dreiging van overschrijding van een grenswaarde van een luchtkwaliteitseis bij hun woning. |
Pagina | 81-84 |
Uitspraak | ECLI:NL:GHSGR:2006:AV1425 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-02-2006, 200500524/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-66 |
Samenvatting | Aangezien de afwijkingen van het huidige plan ten opzichte van het vorige plan gering zijn en van wijzigingen in de relevante feiten en omstandigheden sindsdien niet is gebleken, is geen sprake van een inhoudelijk nieuw plan en heeft verweerder zich terecht op het standpunt gesteld dat het niet noodzakelijk was opnieuw een inspraakprocedure te volgen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 22 juni 2004 heeft de gemeenteraad van Veldhoven, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 1 juni 2004, het bestemmingsplan "Kempen Campus" vastgesteld. |
Pagina | 85-85 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1793 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-02-2006, 200505327/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-67 |
Samenvatting | De bevoegdheid die iedere eigenaar op grond van artikel 48 van Boek 5 van het BW heeft om zijn erf af te sluiten, kan in een bestemmingsplan worden beperkt, maar de voorschriften van een plan dienen buiten toepassing te blijven als deze in feite de uitoefening van die bevoegdheid onmogelijk maken. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 11 februari 2004 heeft het college van burgemeester en wethouders van Steenwijkerland (hierna: het college) een tijdelijke vrijstelling en bouwvergunning geweigerd voor het oprichten van een erfafscheiding op het perceel [locatie] te [plaats], gemeente Steenwijkerland (hierna: het perceel). |
Annotator | T. Nijmeijer |
Pagina | 86-87 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1765 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-02-2006, 200505683/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-68 |
Samenvatting | Het beginsel dat het tot de eigen verantwoordelijkheid van appellanten behoort op de hoogte te blijven van gemeentelijke aankondigingen, kan uitzondering lijden, indien appellanten er, zoals in dit geval, gerechtvaardigd op konden vertrouwen dat zij persoonlijk op de hoogte zouden worden gebracht van de terinzagelegging van het ontwerpplan. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 21 februari 2005 heeft de gemeenteraad van Groenlo-Lichtenvoorde het [bestemmingsplan] vastgesteld. |
Annotator | J. Robbe |
Pagina | 88-89 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1743 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 21-02-2006, 200510085/3 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-69 |
Samenvatting | Niet is voldaan aan het bepaalde in artikel 3:12, eerste lid, Awb. Blijkens de geschiedenis van de totstandkoming van artikel 10:27 van de Awb is onthouding van goedkeuring wegens strijd met het recht echter geen verplichting. |
Pagina | 89-91 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 22-02-2006, 200505107/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-70 |
Samenvatting | Artikel 17 van de WRO biedt ook de mogelijkheid - tijdelijk - afwijking van de bestemming toe te staan. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 30 juni 2004 heeft het college van burgemeester en wethouders van Ede (hierna: het college) aan het Centrum voor Wonen, Zorg en Welzijn Oost-Gelderland, gevestigd te Uchelen (hierna: vergunninghouder) vrijstelling en bouwvergunning verleend voor een termijn van drie jaar, voor de bouw van een niet permanent woongebouw op het perceel Langekampweg ongenummerd te Ede, kadastraal bekend gemeente Ede, nr. 6127 (hierna: het perceel). |
Pagina | 91-92 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV2252 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 22-02-2006, 200505199/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-71 |
Samenvatting | Ingevolge het in artikel 19a, achtste lid, vierde volzin, van de WRO verwoorde toetsingskader komt bij de beoordeling van de vraag of een aanvraag om een verklaring van geen bezwaar in strijd is met een goede ruimtelijke ordening, tevens betekenis toe aan het beoogde gebruik van een bouwwerk. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 27 januari 2004 heeft het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant (hierna: het college) geweigerd een verklaring van geen bezwaar, ten behoeve van het bouwen van een aan- en bijgebouw aan een bedrijfsruimte/kantoor op het perceel de [locatie] te [plaats] (hierna: het perceel), af te geven. |
Pagina | 93-94 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV2231 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 01-03-2006, 200503807/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-72 |
Samenvatting | Het College van Burgemeester en Wethouders heeft het door appellant gemaakte bezwaar ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 23 december 2003 heeft het college van burgemeester en wethouders van Weesp (hierna: het college) geweigerd aan appellant een reguliere bouwvergunning te verlenen voor het vervangen van een recreatiewoning op het perceel [locatie] te Weesp. |
Pagina | 94-95 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV2949 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 01-03-2006, 200504418/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-73 |
Samenvatting | De behandeling van de zaak heeft niet plaatsgevonden binnen een redelijke termijn als bedoeld in artikel 6, eerste lid, EVRM. In dit geval ziet de Afdeling echter geen aanleiding daaraan gevolgen te verbinden. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 31 mei 2000 heeft de gemeenteraad van Alkemade, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 mei 2000, het bestemmingsplan "HSL-A4" vastgesteld. |
Pagina | 95-96 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV2932 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 08-03-2006, 200502040/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-74 |
Samenvatting | De Afdeling acht de toevoeging van enkele ambtshalve opmerkingen zonder concreet in te gaan op de bedenkingen van appellant, een onvoldoende waarborg voor een beoordeling van de bezwaren van de appellant tegen de beoogde bedrijfsbestemming in het kader van het vast te stellen herzieningsplan. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 6 juli 2004 heeft de gemeenteraad van Heusden, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 mei 2004, het bestemmingsplan "Elshout" vastgesteld. |
Pagina | 97-98 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV3882 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 08-03-2006, 200502219/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-75 |
Samenvatting | Een belanghebbende die, als gevolg van onregelmatigheden die dateren van na het nemen van een besluit, na het einde van de beroepstermijn beroep instelt, kan onder omstandigheden met toepassing van artikel 6:11 van de Awb in zijn beroep worden ontvangen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 14 september 2004 heeft het college van burgemeester en wethouders van Utrecht het uitwerkingsplan "Langerak 2" vastgesteld. |
Pagina | 98-99 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV3884 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Ruimtelijke ordening |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-03-2006, 200505797/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-76 |
Samenvatting | Een afwijking van de in de VNG-brochure 'Bedrijven en milieuzonering' opgenomen aanbevolen afstanden dient voldoende te worden gemotiveerd en te worden afgewogen in het licht van het doel van deze normen, namelijk het voorkomen van milieuhinder in nieuwe situaties. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 31 augustus 2004 heeft de gemeenteraad van Westland, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 augustus 2004, het bestemmingsplan "Bedrijventerrein Honderdland" vastgesteld. |
Pagina | 99-100 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV5033 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Planschadevergoeding |
---|---|
Titel | Raad van State, 28-12-2005, 200504197/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-77 |
Samenvatting | Bij de bepaling van de waardevermindering heeft de SOAZ zich terecht op het standpunt gesteld dat het perceel zijn hoogste waarde ontleent aan het gebruik als woning met enkele ruime bijgebouwen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 2 maart 1999 heeft appellant het verzoek van [verzoekers rechtbank] tot schadevergoeding als bedoeld in artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (hierna: de WRO) afgewezen. |
Pagina | 101-103 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2005:AU8770 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Planschadevergoeding |
---|---|
Titel | Raad van State, 18-01-2006, 200503143/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-78 |
Samenvatting | Ingevolge het bestemmingsplan 'Oosterwijk-Zuidhoek' is op het perceel in kwestie uitsluitend de aanleg van de verlengde Coentunnelweg toegestaan. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluiten van 28 mei 2003 heeft appellant de verzoeken van [verzoeker sub 1], [verzoeker sub 2], [verzoeker sub 3] en [verzoeker sub 4] (hierna gezamenlijk: verzoekers) om planschadevergoeding als bedoeld in artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (hierna: WRO) afgewezen. |
Pagina | 103-106 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AU9842 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Planschadevergoeding |
---|---|
Titel | Raad van State, 25-01-2006, 200502010/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-79 |
Samenvatting | Appellanten behoefden ten tijde van de koop van hun woonperceel geen rekening te houden met de mogelijkheid dat de planologische situatie in hun nadeel zou veranderen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 17 december 2002 heeft appellant sub 2 (hierna: de gemeenteraad) een verzoek van appellanten sub 1 om vergoeding van planschade als bedoeld in artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (hierna: WRO) afgewezen. |
Pagina | 106-107 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV0284 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Planschadevergoeding |
---|---|
Titel | Raad van State, 15-02-2006, 200504305/1 |
Citeertitel | StAB 2006, nr. 06-80 |
Samenvatting | Nu wederpartij gemotiveerd heeft gesteld schade te lijden ten gevolge van de partiële planherziening, heeft hij belang bij een inhoudelijke behandeling van zijn verzoek om planschadevergoeding. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 30 juni 2003 heeft appellant het verzoek van [wederpartij] om vergoeding van schade als bedoeld in artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (hierna: WRO) niet-ontvankelijk verklaard. |
Pagina | 108-109 |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2006:AV1760 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |