Samenvatting | Klimaatverandering vraagt om een internationale aanpak. Dit neemt niet weg dat ook provincies en gemeenten een klimaatbeleid kunnen ontwikkelen. Vanuit juridisch opzicht rijst de vraag welke speelruimte decentrale overheden precies kunnen benutten voor mitigatie en adaptatie. In de Verenigde Staten ontbreekt federale klimaatwetgeving en dat gat wordt gaandeweg deels ingevuld door statelijk en substatelijk initiatief. In de EU daarentegen is een omvangrijk ingewikkeld pakket aan wetgeving aangenomen, variërend van lidstatelijke emissiereductiedoelstellingen voor niet onder emissiehandel vallende bronnen (Beschikking 406/2009/EG), emissiehandel (Richtlijn 2003/87/EG, zoals gewijzigd) maar ook onder meer via efficiënte-eisen voor producten en diensten en eisen aan hernieuwbare energie. De Europese klimaatwetgeving betreft voornamelijk mitigatie van broeikasgassen, terwijl nationale wetgeving zowel in de uitvoering van op mitigatie gerichte EU-normen - en eventuele verdergaande keuzes in dat verband - als in regelgeving omtrent adaptatie voorziet. Voor een integraal gemeentelijk klimaatbeleid zullen zowel mitigatie als adaptatie moeten worden bezien. Het is geen sinecure om te begrijpen wat het gemeentelijk speelveld is gegeven met omvangrijke pakket supranationale en nationale regels. |