Samenvatting (Bron) | Afwijzing aanvraag om een bijdrage in het kader van het Investeringsbudget stedelijke vernieuwing (ISV), voor de herbouw van twee panden ten behoeve van tien studentenkamers. De Rb. heeft terecht overwogen dat de Wet stedelijke vernieuwing en de opeenvolgende Subsidieverordeningen van de gemeente Eindhoven geen grondslag bieden voor het verlenen van een door appellant gewenste bijdrage voor nieuwbouw. Anders dan appellant betoogt, kan het ISV-programma geen grondslag bieden voor subsidieverlening, aangezien het geen wettelijk voorschrift is. Het programma ziet slechts op het verkrijgen van ISV-gelden van het Rijk door de gemeente en hieraan komt geen betekenis toe wat betreft de subsidieverlening aan appellant. Voorts was het college op grond van art. 4:23, lid 3, aanhef en onder d van de Awb niet gehouden om een incidentele subsidie aan appellant te verstrekken.
Anders dan appellant heeft aangevoerd, komt aan de gemeenteraad niet de bevoegdheid toe subsidie te verlenen. De Rb. heeft ter zake slechts met juistheid overwogen dat de gemeenteraad de bevoegdheid toekomt subsidiegelden te reserveren op de begroting. Derhalve bestond geen aanleiding voor het college de aanvraag door te zenden.
Ongegrond hoger beroep. |