AB Rechtspraak Bestuursrecht

UitgeverWolters Kluwer
TijdschriftAB Rechtspraak Bestuursrecht
Datum07-05-2015
Aflevering20/21
RubriekHoge Raad
TitelHoge Raad 03-03-2015 (met noot)
CiteertitelAB 2015/159
SamenvattingNe bis in idem. Una via. Na de oplegging van een alcoholslot kan voor hetzelfde feit geen strafvervolging meer worden ingesteld.
Samenvatting (Bron)Alcoholslotprogramma (asp). Art. 8 WVW 1994. Bij de huidige Nederlandse regelgeving is de strafvervolging van een verdachte t.z.v. het rijden onder invloed van alcoholhoudende drank in strijd met de beginselen van een goede procesorde in die gevallen waarin verdachte o.g.v. datzelfde feit de onherroepelijk geworden verplichting tot deelname aan het asp is opgelegd. Die beginselen van een goede procesorde kunnen immers meebrengen – en brengen in de hier aan de orde zijnde gevallen ook mee – dat een inbreuk op het beginsel dat iemand niet twee maal kan worden vervolgd en bestraft voor het begaan van hetzelfde feit, de niet-ontvankelijkheid van het OM in de strafvervolging tot gevolg heeft. Dit vervolgingsbeletsel geldt eveneens gedurende een tegen de oplegging van het asp lopende bezwaar- of beroepsprocedure. In cassatie moet ervan worden uitgegaan dat i.c. zaak aan verdachte onherroepelijk de verplichting tot deelname aan het asp is opgelegd. Dat betekent dat het oordeel van het Hof dat het OM in zijn vervolging n-o is, juist is, wat er ook zij van de daaraan ten grondslag gelegde motivering. Met het oog op de strafzaken die inmiddels zijn afgedaan met een onherroepelijke veroordeling merkt de HR nog op dat noch de (mogelijke) oplegging van het asp en de daaraan ten grondslag liggende regelgeving noch het daarover in dit arrest gegeven oordeel kan worden aangemerkt als een voor herziening van een veroordeling door de strafrechter vereist (nieuw) "gegeven" a.b.i. art. 457.1 sub c Sv.
AnnotatorR. Stijnen
Artikel aanvragenVia Praktizijn
UitspraakECLI:NL:HR:2015:434