Uitgever | Sdu |
---|
Tijdschrift | Uitspraken Sociale Zekerheid |
Datum | 25-06-2015 |
Aflevering | 8 |
Rubriek | Ziektekosten en voorzieningen |
Titel | Rechtbank Rotterdam 01-04-2015 (met noot)
|
---|
Citeertitel | USZ 2015/208
|
Samenvatting | Huishoudelijke ondersteuning, Verlengde besluitvorming, Compensatieplicht. |
Samenvatting (Bron) | 14/3205 Wmo, indicatie huishoudelijke ondersteuning (HO+) 2014.
Beroep n-o wegens ontbreken procesbelang.
De rechtbank overweegt ten overvloede dat verweerder het bezwaar van eiseres ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard. De brief waarbij verweerder aan eiseres een indicatie heeft toegekend voor HO+ en het ondersteuningsplan moeten in hun onderlinge samenhang worden bezien. Uit de brief wordt niet duidelijk wat de omvang is van de huishoudelijke ondersteuning waarop eiseres in 2014 aanspraak kon maken. Er is sprake van verlengde besluitvorming, die pas is voltooid na totstandkoming van het ondersteuningsplan. Eerst op de datum van die totstandkoming is (volledig) beslist over de Wmo-aanspraken van eiseres, zodat eiseres tijdig bezwaar heeft gemaakt.
14/8916 Wmo, indicatie huishoudelijke ondersteuning (HO+) t/m 31 juli 2016
Tussenuitspraak. Verweerder dient nader onderzoek te (laten) doen naar de ondersteuningsbehoefte van eiseres. Verweerder heeft, gelet op de complexe gezondheidsproblematiek van eiseres, het leveren van maatwerk niet aan de zorgaanbieder (Aafje) mogen overlaten zonder te controleren of met de door Aafje vastgestelde zorgbehoefte wordt voldaan aan de compensatieplicht van artikel 4 van de Wmo. |
Annotator | C.W.C.A. Bruggeman ,
H. van Rooij
|
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Uitspraak | ECLI:NL:RBROT:2015:2196 |