Uitgever | Uitgeverij Paris |
---|
Tijdschrift | Tijdschrift voor de Procespraktijk |
Datum | 02-06-2015 |
Aflevering | 3 |
Rubriek | Artikelen - Verbintenissenrecht |
Titel | Het Europees verbod op de herziening van oneerlijke bedingen: welke ruimte is er nog voor dwingend en aanvullend nationaal recht?
|
---|
Citeertitel | TvPP 2015, 3, p. 70
|
Samenvatting | De noodzaak van een afschrikkende sanctie op oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten
is de laatste drie jaar vaak onderstreept in de rechtspraak van het
HvJ EU met betrekking tot Richtlijn 93/13/EEG. Een oneerlijk beding mag de consument
niet binden en voor een herziening – lees: conversie of matiging – van het beding, bestaat
geen ruimte. Onderhavige bijdrage reflecteert op twee recente arresten waarin de overgebleven
rol van dwingend en aanvullend nationaalrecht wordt toegelicht. Het Unicaja
Banco en Caixabank-arrest geeft aan onder welke voorwaarden een nationale matigingsverplichting
kan blijven bestaan en het Kásler-arrest maakt duidelijk wanneer de na
de vernietiging van het beding ontstane leemte in de overeenkomst mag worden aangevuld
met regelend recht. |
Auteur(s) | C.M.D.S. Pavillon
|
Pagina | 70 |
Link | Volledige tekst artikel (leidenuniv.nl) |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |