AB Rechtspraak Bestuursrecht

UitgeverWolters Kluwer
TijdschriftAB Rechtspraak Bestuursrecht
Datum09-11-2020
Aflevering42
RubriekTuchtrecht Gezondheidszorg
TitelRegionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 03-07-2020, 020/2020 (met noot)
CiteertitelAB 2020/392
SamenvattingKlacht tegen orthopedisch chirurg, niet praktiserend. Gelet op het feit dat beklaagde niet in het BIG-register was ingeschreven toen hij de patiënt zag en zijn rapportage uitbracht waarop de klacht betrekking heeft, kan het college niet anders dan de klacht niet-ontvankelijk verklaren. Uit de aanduiding ‘niet praktiserend’ blijkt dat het gaat om een beroepsbeoefenaar die zijn praktijk heeft neergelegd en niet meer in dat beroep werkzaam is, aldus de nota van toelichting. In zoverre heeft beklaagde conform de daarvoor geldende regels aangegeven dat hij arts, niet praktiserend, is. Beklaagde is – ondanks zijn doorgehaalde BIG-registratie – door de rechtbank benoemd als deskundige. Hij heeft werkzaamheden verricht waarop de ‘RICHTLIJN MEDISCH SPECIALISTISCHE RAPPORTAGE IN BESTUURS- EN CIVIELRECHTELIJK VERBAND” van de Nederlandse Vereniging voor Medisch Specialistische Rapportage (NVMSR) van toepassing is. In die richtlijn staat onder 4.1 dat de expert als arts in het BIG-register moet zijn geregistreerd. Nu daarvan geen sprake was ten tijde van de opdracht en het uitbrengen van de rapportage, merkt het college op dat hier toch de verwarring lijkt te rijzen die de wetgever nu juist heeft willen voorkomen.
AnnotatorA.C. Hendriks
Artikel aanvragenVia Praktizijn
UitspraakECLI:NL:TGZRZWO:2020:70