AB Rechtspraak Bestuursrecht

UitgeverWolters Kluwer
TijdschriftAB Rechtspraak Bestuursrecht
Datum20-12-2021
Aflevering47
RubriekAfdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
TitelRaad van State 22-09-2021 (met noot)
CiteertitelAB 2021/337
SamenvattingMet de onrechtmatigheid van het besluit staat de onrechtmatigheid van het voornemen om dat besluit te nemen nog niet zonder meer vast. De vraag is of de voorbereidingshandeling zelf de schending van een zorgvuldigheidsnorm oplevert.
Samenvatting (Bron)Bij uitspraak van 24 februari 2020 heeft de rechtbank het verzoek van [appellant] om schadevergoeding op grond van artikel 8:88, eerste lid, van de Awb afgewezen. [appellant] is vanaf 11 december 2017 door Randstad namens ISS Integrated Facility Services tot en met 16 maart 2018 gedetacheerd bij de Dienst Justitiële Inrichtingen. Op 11 december 2017 heeft DJI voor [appellant] een aanvraag voor een verklaring omtrent het gedrag ingediend.Bij besluit van 23 februari 2018 heeft de minister de aanvraag afgewezen. Bij besluit op bezwaar van 18 juli 2018 heeft de minister het daartegen door [appellant] gemaakte bezwaar gegrond verklaard. Daaraan heeft de minister ten grondslag gelegd dat de aanvraag is gedaan voor de functie ‘medewerker inrichting incl. contact’. Uit de door [appellant] geschetste werkzaamheden blijkt echter dat hij geen contact met gedetineerden zal hebben. Daarmee vormt hij volgens de minister geen risico in de beoogde functie.
AnnotatorC.N.J. Kortmann
Artikel aanvragenVia Praktizijn
UitspraakECLI:NL:RVS:2021:2133