ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0271 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5527

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0271
Datum uitspraak: 22-01-2010
Datum publicatie: 25-01-2010
Zaaknummer(s): 5527
Onderwerp:
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Financiën
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Beleidsvrijheid
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Kwaliteit van de dienstverlening
Beslissingen: Waarschuwing
Inhoudsindicatie: Verwijt aan advocaat druk op cliënt te hebben uitgeoefend om te kiezen voor mediation en de cliënt zowel voor advocaatenbijstand als mediation te hebben gedeclareerd.

22 januari 2010

No. 5527

Hof van Discipline

Beslissing

naar aanleiding van het hoger beroep van

verweerder,

tegen:

klaagster.

1. Het geding in eerste aanleg

Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ‘s Hertogenbosch (verder: de raad) van 8 juni 2009, onder nummer B186-2008, aan partijen toegezonden op 9 juni 2009, waarbij een klacht van klaagster tegen verweerder gegrond is verklaard en de maatregel van enkele waarschuwing is opgelegd.

2. Het geding in hoger beroep

2.1 De memorie waarbij verweerder van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 6 juli 2009 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:

- de stukken van de eerste aanleg;

- de antwoordmemorie van klaagster;

- brief van verweerder aan het hof van 10 november 2009.

2.3  Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 27 november 2009, waar klaagster en verweerder zijn verschenen.

3. De klacht

 De klacht houdt het volgende in:

1. verweerder heeft klaagster onder druk gezet om akkoord te gaan met mediation.

2. verweerder heeft klaagster ten onrechte een declaratie gestuurd voor zijn optreden als advocaat en zijn optreden als mediator.

4. De feiten

 De raad heeft vastgesteld van welke feiten in deze procedure wordt uitgegaan. De door de raad vastgestelde feiten, welke niet zijn betwist, vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt.

5. De beoordeling

5.1 Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, waarmee het hof zich verenigt.

5.2 De grieven van verweerder tegen de beslissing van de raad worden verworpen. De beslissing van de raad dient te worden bekrachtigd.

6. De beslissing

Het hof:

bekrachtigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch van 8 juni 2009.

Aldus gewezen door mr. C.J.J. van Maanen, voorzitter, mrs. T.A.W. Sterk, W.M. Poelmann, W. van Houtum en D.P. Ruitinga, leden, in tegenwoordigheid van mr. R. Verkijk, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 22 januari 2010.