Gemeentestem

Uitgever Wolters Kluwer
Tijdschrift Gemeentestem
Datum 16-01-2010
Aflevering 7330
TitelDeelgemeenstem, deelgemeentebesturen en territoriale bestuurscommissies: do's and dont's. Binnengemeentelijke territoriale decentralisatie onder de loep genomen aan de hand van de ontwikkelingen in het Rotterdamse bestuurlijke stelsel
CiteertitelGst. 2010, 1
SamenvattingOud-Minister Remkes van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties schreef in zijn 'politieke testament' dat de deelradenstelsels van de gemeenten Amsterdam en Rotterdam heroverwogen moesten worden. Hij drong er bij beide gemeentebesturen op aan om zelf tot sanering van hun deelradenbestel over te gaan, anders zou de Gemeentewet hiertoe gewijzigd worden. CDA-fractievoorzitter Pieter van Geel pleitte recentelijk voor het afschaffen van de deelgemeentebesturen om zodoende te kunnen bezuinigen. Ook in het kader van het aanpakken van bestuurlijke drukte wordt gepleit voor het afschaffen van de deelgemeentebesturen. Minister Ter Horst en Staatssecretaris Bijleveld-Schouten van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zien tot op heden geen noodzaak de mogelijkheden van binnengemeentelijke decentralisatie te herzien, ook niet in het kader van de bestuurlijke drukte. Amsterdam en Rotterdam hebben in de tussentijd niet stilgezeten. De gemeenteraden van Amsterdam en Rotterdam hebben op 10 juni 2009 respectievelijk 25 juni 2009 ingestemd met de wijziging van hun bestuurlijke stelsels. In dit artikel wordt ingegaan op de problematiek van deelgemeentebesturen en territoriale bestuurscommissies. Het Rotterdamse stelsel, het oudste stelsel van territoriale binnengemeentelijke decentralisatie van Nederland, wordt daarbij als uitgangspunt gebruikt. Dit tegen het licht van de nationale ontwikkelingen op het gebied van deelgemeenten.
Auteur(s)R.J.M.H. de Greef
Pagina1-11
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelPreventieve handhaving van de openbare orde
CiteertitelGst. 2010, 2
SamenvattingDe burgemeester van Eindhoven legde op 16 september 2009 aan een in vrijheid gestelde, voordien wegens pedofilie veroordeelde, persoon een gebiedsverbod op. Dit, op art. 172 lid 3 Gemw gebaseerde, verbod hield in dat de betrokkene zich met ingang van 20 september 2009 diende te verwijderen en verwijderd diende te houden van het grondgebied van de gemeente Eindhoven zolang met hem geen resocialisatie- of zorgafspraken waren gemaakt. Hiertegen maakte de betrokkene bezwaar bij de burgemeester op 29 september 2009 en verzocht op dezelfde dag de bestuursrechter te 's-Hertogenbosch een voorziening te treffen. Deze wees het verzoek toe en schorste op 27 oktober 2009 het besluit van de burgemeester tot en met zes weken nadat op het bezwaar zou zijn beslist (zie de uitspraak in dit blad onder nummer 4). Naar aanleiding van deze uitspraak over een niet op zichzelf staande aangelegenheid inzake preventieve maatregelen dan niet middelen ter beschikking staan om op te treden en, zo niet of nieuw te creëren mogelijkheden nodig en gewenst zouden zijn. Aldus plaats ik deze casus in een breder verband van preventief optreden door de burgemeester ter handhaving van de openbare orde.
Auteur(s)H.Ph.J.A.M. Hennekens
Pagina12-21
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRechtbank 's-Hertogenbosch, 27-10-2009, Awb 09 / 3434
CiteertitelGst. 2010, 3
SamenvattingGebiedsontzegging grondgebied gemeente, handhaving openbare orde, bevelsbevoegdheid burgemeester.

(Eindhoven).
Samenvatting (Bron)Gebiedsontzegging met toepassing van artikel 172, derde lid, van de Gemeentewet. Het bestreden besluit behelst een aan verzoeker opgelegde gebiedsontzegging voor het grondgebied van de gemeente Eindhoven met ingang van 20 september 2009 zolang met verzoeker onder justitiële titel geen concrete resocialisatie- of zorgafspraken zijn gemaakt. Verweerder is van mening dat er sprake is van dreigende overtreding van wettelijke voorschriften die betrekking hebben op de openbare orde waardoor het nodig is om een bevel in de vorm van onderhavige gebiedsontzegging te treffen ter handhaving van de openbare orde. Anders dan verweerder ziet de voorzieningenrechter in het, door verweerder overigens terecht, gestelde recidivegevaar en in de omstandigheid dat vanwege de tegen het arrest ingestelde cassatie thans (slechts) op vrijwillige basis reclasseringscontact kan plaatsvinden, geen concrete (dreigende) ordeverstoring op grond waarvan jegens verzoeker onderhavig bevel kan worden genomen. De enkele omstandigheid dat met recht kan worden gesteld dat (de vrees voor) het wederom plegen van eerdergenoemde strafbare feiten - vanuit strafrechtelijk oogpunt bezien - een ernstige inbreuk op de rechtsorde zal vormen, brengt niet met zich dat ook de openbare orde in de eerder overwogen zin in geding is. Gelet hierop was geen reactie in de vorm van het opgelegde bevel ten behoeve van handhaving of herstel van de gewone gang van het openbare leven geboden. Verweerder heeft tevens gesteld dat de vrees bestaat dat bij ongecontroleerde terugkeer van verzoeker in Eindhoven, grote maatschappelijke onrust zal ontstaan en derhalve de ernstige vrees bestaat voor het ontstaan van oproerige beweging, ernstige geweldpleging en andere ernstige wanordelijkheden. De voorzieningenrechter stelt vast dat het dossier geen enkel stuk bevat, in de vorm van gespreksverslagen of anderszins, waaruit de door verweerder gestelde vrees voor oproer, geweldpleging en wanordelijkheden kan worden afgeleid. Hieruit volgt het oordeel dat verweerder dit standpunt onvoldoende heeft gemotiveerd en het bestreden besluit op dit onderdeel dan ook in strijd is genomen met artikel 3:46 van de Awb. Bovendien worden deze ordeverstorende gedragingen van derden verwacht en niet van verzoeker. In dit licht bezien komt verweerder ter bestrijding van deze door hem verwachte ordeverstorende gedragingen geen bevoegdheid toe het bevel aan verzoeker op te leggen. Het voorgaande leidt de voorzieningenrechter tot het oordeel dat de aan het bestreden besluit ten grondslag gelegde feiten en omstandigheden, voor zover ze deugdelijk zijn gemotiveerd, geen aanleiding geven voor de handhaving van de openbare orde en evenmin een bevel in de vorm van een gebiedsontzegging jegens verzoeker rechtvaardigen. Gelet hierop is de voorzieningenrechter van oordeel dat verweerder niet bevoegd was met toepassing van artikel 172, derde lid, van de Gemeentewet onderhavige gebiedsontzegging op te leggen. Het bestreden besluit kan reeds op die grond niet in bezwaar worden gehandhaafd. Ter voorkoming van onevenredig nadeel van verzoeker ziet de voorzieningenrechter aanleiding het verzoek om voorlopige voorziening toe te wijzen en het bestreden besluit te schorsen.
Pagina21-24
UitspraakECLI:NL:RBSHE:2009:BK1271
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRechtbank Utrecht, 03-12-2009, SBR 09/3319
CiteertitelGst. 2010, 4
SamenvattingGebiedsontzegging grondgebied gemeente; vrees voor ernstige verstoring openbare orde onvoldoende aannemelijk; bevelsbevoegdheid burgemeester.

(Utrechtse Heuvelrug).
Samenvatting (Bron)Voorlopige voorziening. Gebiedsverbod gemeente Utrechtse Heuvelrug voor veroordeelde zedendelinquent. De burgemeester had het gebiedsverbod opgelegd, omdat hij bang was voor ernstige verstoring van de openbare orde door de aanwezigheid van de man in zijn gemeente. Dit is echter volgens de rechter onvoldoende aannemelijk gemaakt. De kans dat de man recidiveert is daarnaast onvoldoende om een gebiedsverbod voor de hele gemeente te rechtvaardigen. De rechters wijst het verzoek toe en schorst het besluit.
Pagina24-28
UitspraakECLI:NL:RBUTR:2009:BK5246
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 24-06-2009, 200808758/1/H2
CiteertitelGst. 2010, 5
SamenvattingCivielrechtelijke dwangsom. Verhouding bestuursrechtelijke, strafrechtelijke en civielrechtelijke handhaving. Ontvankelijkheid burgerlijke rechter. Tweewegenleer. Tweewegenleer. Nemo tenetur beginsel.

(Staat der Nederlanden).
Samenvatting (Bron)In zijn vergadering van 23 juni 2005 heeft de raad van de gemeente Edam-Volendam (hierna: de raad) de afrekening ten behoeve van de stichting Stichting Primair Openbaar Onderwijs in de Regio Waterland en Oostzaan (hierna: de stichting) vastgesteld en een bedrag groot 234.970,21 aan de stichting betaalbaar gesteld. Dit is bij brief van dezelfde datum aan de stichting medegedeeld.
AnnotatorP.J. Huisman
Pagina28-32
UitspraakECLI:NL:RVS:2009:BI9702
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRechtbank Dordrecht, 02-07-2009, AWB 07/1044
CiteertitelGst. 2010, 6
SamenvattingSubdelegatie aan bestuurscommissie bij gemeenschappelijk openbaar lichaam. Onbevoegd genomen besluiten. Reparatie bevoegdheidsgebreken.

(Drechtsteden).
Samenvatting (Bron)Dordrecht, 3 juli 2009 - De rechtbank Dordrecht heeft vandaag uitspraak gedaan in zes zaken waarin de Bestuurscommissie Sociale Dienst Drechtsteden, zonder daartoe bevoegd te zijn, heeft beslist op bezwaarschriften tegen besluiten op grond van de Wet werk en bijstand. De rechtbank heeft de beroepen gegrond verklaard en de besluiten van de Bestuurscommissie vernietigd omdat ze onbevoegd zijn genomen. Naar het oordeel van de rechtbank is de Bestuurscommissie sinds 24 april 2008 wel bevoegd te beslissen op dergelijke bezwaarschriften. Daarna heeft de Bestuurscommissie de onbevoegd genomen besluiten bekrachtigd en in de verdere procedure verdedigd. Hiermee heeft de Bestuurscommissie de onbevoegd genomen besluiten als het inmiddels bevoegde bestuursorgaan voor haar rekening genomen. Om die reden heeft de rechtbank de besluiten ook inhoudelijk beoordeeld. In vier zaken, waaronder de onderhavige, heeft de rechtbank de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in stand gelaten. In twee andere zaken heeft de rechtbank dat niet gedaan en moet de Bestuurscommissie opnieuw beslissen op het ingediende bezwaarschrift.
AnnotatorR.J.M. de Greef
Pagina32-36
UitspraakECLI:NL:RBDOR:2009:BJ2298
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 14-10-2009, 200907489/1/H2
CiteertitelGst. 2010, 7
SamenvattingVereisten lidmaatschap gemeenteraad; ingezetene van de gemeente; waarschuwing van de voorzitter, oordeel van de raad. Wetswijziging.

(Abcoude).
Samenvatting (Bron)Bij brief van 1 september 2009 heeft de voorzitter van de raad van de gemeente Abcoude (hierna: de voorzitter van de raad) [appellant] gewaarschuwd dat hij niet voldoet aan een vereiste voor het lidmaatschap van de raad van de gemeente Abcoude (hierna: de raad).
Pagina36-37
UitspraakECLI:NL:RVS:2009:BK0144
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 14-10-2009, 200902237/1/H2
CiteertitelGst. 2010, 8
SamenvattingSubsidieverlening, lager vaststellen; openbaar aanbesteden als subsidievoorschrift, formele rechtskracht, vaste jurisprudentielijn.

(Tilburg).
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 2 april 2007 heeft de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (hierna: de staatssecretaris) het aan de gemeente Tilburg (hierna: de gemeente) ten behoeve van het project 'Medewerkers in ontwikkeling' (hierna: het project) verleende subsidiebedrag op 1.400.484,00 vastgesteld.
Pagina37-38
UitspraakECLI:NL:RVS:2009:BK0112
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekOp-recht bekeken
TitelVeiligheid in vreemde handen ten koste van de Grondwet
CiteertitelGst. 2010, 9
SamenvattingBinnenkort behandelt de Eerste Kamer het voorstel van Wet veiligheidsregio'd. Dit is gebaseerd op een verplichte vorm van gemeentelijke samenwerking. Het heeft het karakter van verlengd lokaal bestuur. Het is een bijzondere vorm daarvan en geen medebewindswet. Eén element is in de parlementaire behandeling nog niet bezien: de grondwettigheid van de bevoegdheden die aan de voorzitter van de veiligheidsregio zijn toegekend en de vele aanwijzingsbevoegdheden.
Auteur(s)H.Ph.J.A.M. Hennekens
Pagina40-40
Artikel aanvragenVia Praktizijn