AB Rechtspraak Bestuursrecht

Uitgever Wolters Kluwer
Tijdschrift AB Rechtspraak Bestuursrecht
Datum 08-06-2012
Aflevering 23
TitelRaad van State, 05-04-2012, 201200298/2/A2
CiteertitelAB 2012/137
SamenvattingHoger beroep kennelijk ongegrond. Geen belang meer bij inhoudelijke behandeling bezwaar.
Pagina849-850
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 29-02-2012, 201106459/1/A1
CiteertitelAB 2012/138
SamenvattingIntrekking bouwvergunning. Rechtsopvolger belanghebbende bij intrekking?
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 12 maart 2010 heeft het college de aan [belanghebbende A] en [belanghebbende B] verleende bouwvergunningen voor het oprichten van een hoofdgebouw, onderscheidenlijk voor een veldschuur, mestbak en een rijbak op het perceel [locatie] te Middelie (hierna: het perceel), ingetrokken.
Pagina851-853
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BV7255
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 15-02-2012, 201200168/1/A2
CiteertitelAB 2012/139
SamenvattingKiesrecht; lidmaatschap gemeenteraad; ingezetenschap en werkelijk verblijf.
Samenvatting (Bron)Bij brief van 1 november 2011 heeft de voorzitter van de raad van de gemeente Weesp Rahmouni gewaarschuwd dat hij niet voldoet aan een vereiste voor het lidmaatschap van de raad.
Pagina853-856
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BV5541
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 25-01-2012, 201009783/1/V3
CiteertitelAB 2012/140
SamenvattingBrummen-lijn. Toetsingsmaatstaf bestuursrechter. Nova .
Samenvatting (Bron)Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen in de uitspraak van 6 augustus 2003 in zaak nr. 200206222/1 (AB 2003, 355), heeft het niet instellen van hoger beroep tegen de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarbij de rechtbank een eerder besluit heeft vernietigd, tot gevolg dat, indien in beroep tegen het nieuwe besluit op de aanvraag beroepsgronden worden aangevoerd die door de rechtbank in die eerdere uitspraak uitdrukkelijk en zonder voorbehoud zijn verworpen, de rechtbank van de juistheid van het eerder gegeven oordeel over die beroepsgronden heeft uit te gaan. Uit de uitspraak van de Afdeling van 14 juni 2007 in zaak nr. 200700449/1 (www.raadvanstate.nl) volgt dat slechts nieuw gebleken feiten of omstandigheden een hernieuwde beoordeling van een eerder verworpen beroepsgrond kunnen rechtvaardigen. De voorzieningenrechter heeft blijkens de uitspraak van 25 september 2009 uitdrukkelijk en zonder voorbehoud overwogen dat de minister zich op het standpunt heeft kunnen stellen dat en toereikend heeft gemotiveerd waarom het relaas positieve overtuigingskracht mist en derhalve ongeloofwaardig is. Gelet daarop heeft de rechtbank niet onderkend dat slechts indien de door de vreemdeling overgelegde dreigbrieven kunnen worden aangemerkt als nieuw gebleken feiten of omstandigheden dit een hernieuwde beoordeling van de geloofwaardigheid van het relaas door de rechter zou kunnen rechtvaardigen. Nu de inhoud van de door de vreemdeling thans in origineel overgelegde dreigbrieven reeds door de voorzieningenrechter bij zijn oordeel zijn betrokken, is reeds daarom geen sprake van nieuw gebleken feiten of omstandigheden. De rechtbank heeft mitsdien ten onrechte opnieuw een oordeel gegeven over de geloofwaardigheid van het asielrelaas.
Pagina856-859
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BV3728
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 11-01-2012, 201105192/1/H1
CiteertitelAB 2012/141
SamenvattingRapport mocht door de rechtbank buiten beschouwing worden gelaten nu het binnen tien dagen voor de zitting was ingediend. Het rapport kan in hoger beroep wel worden meegenomen.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 6 juli 2010 heeft het college ten behoeve van het bouwplan van [vergunninghouders] een projectbesluit genomen en aan hen bouwvergunning verleend voor het uitbreiden van de eerste verdieping van het woonhuis op het perceel [locatie] te Heemstede.
Pagina859-862
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BV0577
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 30-11-2011, 201010838/1/T1/H3
CiteertitelAB 2012/142
SamenvattingBurgerlijke rechten en verplichtingen. Eerlijk proces. Geheimhouding, gewichtige redenen. Kennisneming, rechterlijke beslissing omtrent beperkte. Onderzoek, heropening. Tussenuitspraak.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 18 maart 2009 heeft de minister geweigerd om ten behoeve van [appellant] een verklaring van geen bezwaar af te geven.
Pagina862-869
UitspraakECLI:NL:RVS:2011:BU6382
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 16-11-2011, 201102253/1/H3
CiteertitelAB 2012/143
SamenvattingBestuurlijke boete. Eendaadse samenloop. Evenredigheid. Verwijtbaarheid. Opzet geen bestanddeel.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 30 juni 2009 heeft de minister [appellante] een boete opgelegd van € 3.700,00 wegens overtreding van de artikelen 7, eerste lid, en 15, eerste lid, van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (hierna: de Wmm).
Pagina869-873
UitspraakECLI:NL:RVS:2011:BU4606
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 13-07-2011, 201010993/1/H3
CiteertitelAB 2012/144
SamenvattingBestuurlijke boete. Onschuldpresumptie. Evenredigheid. Verwijtbaarheid. Risico fouten boekhouder. Bewijs, Herroepen verklaringen.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 20 augustus 2009 heeft de minister [appellant] een boete opgelegd van € 10.400,00 wegens overtreding van de artikelen 7, eerste lid, 15, eerste lid, en 18b, tweede lid, van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (hierna: de Wmm).
Pagina873-880
UitspraakECLI:NL:RVS:2011:BR1401
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 04-10-2011, 201102760/1/V3
CiteertitelAB 2012/145
SamenvattingEU-asielrecht. Richtlijnconforme interpretatie. Indienen asielaanvraag. Rechtmatig verblijf.
Samenvatting (Bron)Uit hetgeen hiervoor […] is overwogen, volgt dat de vreemdeling op 29 december 2010 ten onrechte krachtens artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vw 2000 in bewaring is gesteld. De vreemdeling had krachtens artikel 59, eerste lid, aanhef en onder b, van de Vw 2000 in bewaring moeten worden gesteld. […]. Zoals de Afdeling ook eerder heeft overwogen (uitspraak van 31?juli?2002 in zaak nr. 200203208/1; RV 2002, 71) berust de bewaring, indien en zolang geen categoriewijziging heeft plaatsgevonden, op de in het daartoe gegeven bevel aangegeven grond en maakt het uitblijven van de categoriewijziging de voortzetting van de bewaring onrechtmatig, indien de met de voortzetting van de bewaring gediende belangen niet in redelijke verhouding staan tot de ernst van het gebrek en de daardoor geschonden belangen. Van een dergelijke onevenredigheid is in dit geval sprake, omdat uit het besluit tot opheffing van de maatregel van bewaring van 10?januari?2011 blijkt dat deze louter is opgeheven omdat de vreemdeling op die dag een aanvraag om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen heeft ingediend. Dat vormt een aanknopingspunt om te veronderstellen dat de minister de vreemdeling niet op 29 december 2010 in bewaring zou hebben gesteld indien hij had onderkend dat ook op dat moment al sprake was van een zodanige aanvraag.
Pagina880-892
UitspraakECLI:NL:RVS:2011:BT7120
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelCollege van Beroep voor het bedrijfsleven, 13-03-2012, AWB 11/676
CiteertitelAB 2012/146
SamenvattingSchaarse ontheffing. Wijziging van verdeelmechanisme. Nieuw beleid. Loting.
Samenvatting (Bron)Winkeltijdenwet, zondagopenstelling, loting, beleidswijziging
Pagina893-899
UitspraakECLI:NL:CBB:2012:BW0415
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelCollege van Beroep voor het bedrijfsleven, 12-03-2012, AWB 11/240
CiteertitelAB 2012/147
SamenvattingSchaarse ontheffing. Loting. Roulatie.
Samenvatting (Bron)Winkeltijdenwet, zondagopenstelling, loting
Pagina899-905
UitspraakECLI:NL:CBB:2012:BW0420
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelCollege van Beroep voor het bedrijfsleven, 15-02-2012, AWB 11/525
CiteertitelAB 2012/148
SamenvattingSchaarse ontheffing. Beleidsvrijheid, Wijziging verdelingsprocedure.
Samenvatting (Bron)Schaarse vergunningen. Weigering verlenging ontheffing zondagavondopenstelling supermarkt op grond dat verweerders niet willen vooruitlopen op wijziging winkeltijdenverordening en beleidswijziging voor verlenen van dergelijke ontheffingen is niet onredelijk of in strijd met het rechtszekerheids- en zorgvuldigheidsbeginsel. Appellante weet of kon weten dat verweerders de ontheffingen niet meer wilden verlenen met toepassing van de oude verdelingsmethode.
Pagina905-911
UitspraakECLI:NL:CBB:2012:BV7097
Artikel aanvragenVia Praktizijn