AB Rechtspraak Bestuursrecht

Uitgever Wolters Kluwer
Tijdschrift AB Rechtspraak Bestuursrecht
Datum 23-03-2013
Aflevering 12
TitelRaad van State, 29-02-2012, 201104750/1/A2
CiteertitelAB 2013/78
SamenvattingIndirecte planschade. Normaal maatschappelijk risico. Criterium van 'de lijn der verwachtingen'.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 25 november 2009 heeft het college [appellant sub 1] een bedrag van 6.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 december 2008 tot de dag van uitbetaling, ter tegemoetkoming in planschade toegekend.
Pagina453-460
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BV7254
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 05-09-2012, 201113115/1/A2
CiteertitelAB 2013/79
SamenvattingIndirecte planschade. Normaal maatschappelijk risico. 2%-drempel. Verhouding tussen art. 6.2 lid 1 Wro en art. 6.2 lid 2 Wro.
Samenvatting (Bron)De wetgever heeft geen nadere regels gegeven voor verhoging van de forfaitaire drempel van twee procent, als bedoeld in art. 6.2, lid 2, aanhef en onder b, van de Wro. Dit doet echter niet af aan de zelfstandige betekenis van het eerste lid van dat artikel. Uit de geschiedenis van de totstandkoming van dat artikel (Kamerstukken II 2002-2003, 28 916, nr. 3, blz. 63) valt af te leiden dat alleen die schade wordt vergoed welke uitkomt boven de financiële nadelen die behoren tot het maatschappelijke risico dat elke burger behoort te dragen en dat het normale maatschappelijke risico, dat met zoveel woorden in de wet is vastgelegd, moet worden betrokken bij het bepalen van de hoogte van de schade. Het college heeft derhalve ten onrechte niet als eerste onderzocht of en zo ja, in hoeverre de door belanghebbende gestelde schade binnen het normale maatschappelijke risico valt en krachtens art. 6.2, lid 1 van de Wro, geheel of gedeeltelijk voor zijn rekening behoort te blijven. De Rb., die slechts heeft getoetst of bijzondere omstandigheden zijn gebleken op grond waarvan een groter deel dan twee procent van de waarde van de onroerende zaak als bedoeld in art. 6.2, lid 2, aanhef en onder b, van de Wro voor rekening van belanghebbende blijft, heeft dit niet onderkend (uitspraak van 24-11-2011, LJN: BU5336).
Pagina460-467
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BX6492
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 31-10-2012, 201205048/1/R2
CiteertitelAB 2013/80
SamenvattingExploitatieplan. Raming inbrengwaarden. Onderbouwing taxatiemethode. Vergelijkbare maatstaf basiseenheid. Ten onrechte geen statische verwijzing in exploitatieplan.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 14 februari 2012, kenmerk A.7354, heeft het college het uitwerkingsplan "Molenbeek fase 1" vastgesteld. Bij besluit van 29 maart 2012, nr. 202, heeft de raad het exploitatieplan "Molenbeek" vastgesteld.
Pagina467-473
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BY1740
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 06-02-2013, 201113419/1/A3
CiteertitelAB 2013/81
SamenvattingBeroep tegen het niet tijdig nemen van een beschikking tot vaststelling van een dwangsom in reactie op een ingebrekestelling vanwege het niet tijdig nemen van een beslissing op het administratief beroep tegen een verkeersboete.
Samenvatting (Bron)Bij uitspraak van 23 december 2011 heeft de rechtbank zich onbevoegd verklaard kennis te nemen van het door [appellant] ingestelde beroep gericht tegen het niet tijdig nemen van een beschikking tot vaststelling van een dwangsom door de officier van justitie. Deze uitspraak is aangehecht.
Pagina473-476
UitspraakECLI:NL:RVS:2013:BZ0722
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 05-12-2012, 201111653/1/A1
CiteertitelAB 2013/82
SamenvattingAppellante komt op tegen de afwijzing van haar verzoek aan het bestuursorgaan om over te gaan tot invordering van de verbeurde dwangsommen.
Samenvatting (Bron)Bij brief van 7 april 2010 heeft het college, voor zover hier van belang, aan [appellante] medegedeeld dat onvoldoende aanleiding bestaat om tot verbeuring van de bij besluit van 1 oktober 2009 aan [belanghebbende] ) ter zake van de verkoop van kleding aan particulieren vanuit het magazijn op het perceel [locatie] te Boskoop (hierna: het perceel) opgelegde dwangsom over te gaan.
Pagina476-480
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BY5125
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 03-10-2012, 201108071/1/A3
CiteertitelAB 2013/83
SamenvattingOpenbaarheid. Eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 19 februari 2010 heeft de minister een verzoek van [appellant] om openbaarmaking van documenten over graven op de zogenoemde compound in Potoari afgewezen.
Pagina480-486
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BX8935
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelCentrale Raad van Beroep, 19-12-2012, 11/4014 ZW
CiteertitelAB 2013/84
SamenvattingBeroep tegen fictief besluit wegens niet tijdig beslissen niet ingetrokken, bezwaar tegen reëel besluit had dus in beroep moeten worden behandeld.
Samenvatting (Bron)De rechtbank had de procedure die was geregistreerd onder nummer 10/2211 dienen voort te zetten. Het Uwv heeft de gronden tegen het besluit van 6 juli 2010 eveneens beschouwd als een bezwaarschrift, en gelet op het moment waarop dat is ontvangen, het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard. Het Uwv was echter niet bevoegd om daartoe te beslissen omdat sprake was van een reeds van rechtswege ontstaan beroep bij de rechtbank, terwijl de rechtbank, oordelend dat slechts de ontvankelijkheidsvraag ter discussie stond, een verkeerd wettelijk kader heeft gehanteerd. Vernietiging uitspraak. Vernietigng besluit. De Raad zal de stukken voor verdere behandeling van de reeds onder nummer 10/2211 geregistreerde zaak naar de rechtbank teruggeleiden.
Pagina486-488
UitspraakECLI:NL:CRVB:2012:BY7068
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRechtbank Rotterdam, 06-12-2012, 10/4312
CiteertitelAB 2013/85
SamenvattingGezag van gewijsde. Toepassing zuivere Brummen-lijn in het fiscale bestuursprocesrecht. Aanduiding gebrek aan rechtseenheid G.
Samenvatting (Bron)De rechtbank is van oordeel dat de zuivere Brummenleer, waarbij beroepsgronden die in een eerdere uitspraak zijn verworpen, en waartegen geen hoger beroep is ingesteld, ook in het belastingrecht moet worden toegepast. In de tweede beslissing op bezwaar heeft verweerder voldoende inzicht verschaft in de geraamde lasten ter zake van de in de legesverordening opgenomen diensten. Tevens staat vast dat de geraamde baten van het totaal van de in die verordening opgenomen diensten, die geraamde lasten niet overschrijden. Het beroep is ongegrond.
Pagina488-495
UitspraakECLI:NL:RBROT:2012:BY5450
Artikel aanvragenVia Praktizijn