AB Rechtspraak Bestuursrecht

Uitgever Wolters Kluwer
Tijdschrift AB Rechtspraak Bestuursrecht
Datum 27-04-2013
Aflevering 17
TitelHof van Justitie van de Europese Unie, 22-11-2012, C-136/11
CiteertitelAB 2013/116
SamenvattingHet begrip 'rechterlijke instantie' in het kader van de prejudiciële procedure van art. 267 VWEU.
Samenvatting (Bron)Samenvatting van het arrest
Pagina675-682
UitspraakECLI:EU:C:2012:740
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelHof van Justitie van de Europese Unie, 31-01-2013, C-394/11
CiteertitelAB 2013/117
SamenvattingBeslissing met bestuursrechtelijk karakter; daarom orgaan geen 'rechterlijke instantie' in het kader van de prejudiciële procedure van art. 267 VWEU.
Samenvatting (Bron)Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 31 januari 2013.#Valeri Hariev Belov tegen CHEZ Elektro Balgaria AD e.a.#Verzoek van de Komisia za zashtita ot diskriminatsia een prejudiciele beslissing.#Prejudiciele verwijzing - Artikel 267 VWEU - Begrip ,nationale rechterlijke instantie' - Onbevoegdheid van het Hof.#Zaak C-394/11.
Pagina682-690
UitspraakECLI:EU:C:2013:48
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelHof van Justitie van de Europese Unie, 19-12-2012, C-363/11
CiteertitelAB 2013/118
SamenvattingGeen rechtsprekende functie, dus geen 'rechterlijke instantie' in het kader van de prejudiciële procedure van art. 267 VWEU.
Samenvatting (Bron)Arrest van het Hof (Derde kamer) van 19 december 2012. # Epitropos tou Elegktikou Synedriou sto Ypourgeio Politismou kai Tourismou tegen Ypourgeio Politismou kai Tourismou - Ypiresia Dimosionomikou Elenchou. # Verzoek om een prejudiciele beslissing: Elegktiko Synedrio - Griekenland. # Prejudiciele verwijzing - Begrip ,rechterlijke instantie van een der lidstaten' in zin van artikel 267 VWEU - Procedure die moet leiden tot rechterlijke beslissing - Beslissing van nationale rekenkamer inzake goedkeuring vooraf van openbare uitgaven - Niet-ontvankelijkheid". # Zaak C-363/11.
Pagina690-697
UitspraakECLI:EU:C:2012:825
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 23-01-2013, 201201985/1/A3
CiteertitelAB 2013/119
SamenvattingOpenbaarheid. Geen bestuurlijke aangelegenheid. Niet de beschikking over het document.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 22 juni 2010 heeft het college aan [appellant] medegedeeld dat het niet kan ingaan op zijn verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob) van 29 april 2010.
Pagina697-700
UitspraakECLI:NL:RVS:2013:BY9251
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 20-12-2012, 201110274/1/V4
CiteertitelAB 2013/120
SamenvattingVluchteling. Erkenning door UNHCR. Motiveringsgebrek.
Samenvatting (Bron)De Afdeling ziet, anders dan de Rb., geen grond voor het oordeel dat het in paragraaf C2/2.13 van de Vc 2000 neergelegde beleid [over de samenwerking tussen de Nederlanden de UNHCR] eerst van toepassing is indien de vertegenwoordiging van de UNHCR in Nederland een expliciet standpunt heeft ingenomen over de in Nederland afgelegde verklaringen van de vreemdelingen. De vreemdelingen betogen terecht dat de Rb. niet heeft onderkend dat de vertegenwoordiging van de UNHCR in Nederland niet de mogelijkheid heeft om op grond van een eigen beoordeling asielzoekers in Nederland als vluchteling te erkennen. Uit de brieven van 1 november 2010 en 23 mei 2011 van de vertegenwoordiging van de UNHCR in Nederland kan worden afgeleid dat de UNHCR [te Irak] de vreemdelingen op individuele gronden heeft erkend als vluchtelingen en dat geen aanleiding bestaat toepassing te geven aan de cessation clause. Uit voormelde brieven kan tevens worden afgeleid dat de vertegenwoordiging van de UNHCR in Nederland van oordeel is dat deze erkenning thans nog geldig is en dat de vreemdelingen derhalve niet kunnen terugkeren naar hun land van herkomst. De enkele omstandigheid dat als gevolg van het verloren gaan van het dossier van de vreemdelingen bij het kantoor van de UNHCR in Bagdad niet meer kan worden achterhaald op grond van welke verklaringen van de vreemdelingen de UNHCR hen in 2001 als vluchtelingen heeft erkend, betekent niet dat de staatssecretaris de aanvragen in Nederland mag beoordelen zonder daarbij gewicht toe te kennen aan het gegeven dat zij door de UNHCR als vluchtelingen zijn erkend en dat de vertegenwoordiging van de UNHCR in Nederland geen reden ziet om hen thans niet meer als vluchtelingen te beschouwen.
Pagina700-704
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BY8219
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 14-11-2012, 201112534/1/A2
CiteertitelAB 2013/121
SamenvattingRegeling en brochure met subsidieverdeelsysteem zijn ten onrechte niet in de Staatscourant gepubliceerd, maar de beleidsregels worden geconverteerd tot vaste gedragslijn die niet onredelijk wordt geacht.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 21 oktober 2010 heeft het gebiedsbestuur van het gebied maatschappij- en gedragswetenschappen, van de Nederlandse organisatie voor wetenschappelijk onderzoek (hierna: de NWO), de aanvraag van [appellante] om subsidie voor haar onderzoeksvoorstel "Legal Quality in Administrative Law: how can a theory of legal design contribute to the enhancement and management of legal quality in administrative law", buiten behandeling gesteld.
Pagina704-710
UitspraakECLI:NL:RVS:2012:BY3051
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelCentrale Raad van Beroep, 22-11-2012, 10/2247 AOR
CiteertitelAB 2013/122
SamenvattingHerroeping van het primaire besluit wegens wijziging van beleid betekent niet zonder meer dat het primaire besluit onrechtmatig is.
Samenvatting (Bron)Weigering vergoeding kosten van bezwaar, na herroeping primaire besluit. Dat verweerster om haar moverende redenen heeft besloten om haar bevoegdheid tot het vragen van bewijs van betaling voortaan anders in te vullen, brengt niet met zich dat de herroeping wegens onrechtmatigheid is geschied. Ook overigens is dat niet gebleken. Daarmee is niet voldaan aan de in artikel 7:15, tweede lid, van de Awb gestelde voorwaarden voor vergoeding van de kosten van het bezwaar. Verweerster heeft die vergoeding terecht geweigerd. Het beroep moet ongegrond worden verklaard. Heropening onderzoek ter voorbereiding van een nadere uitspraak over het verzoek van appellant om schadevergoeding wegens overschrijding redelijke termijn.
Pagina710-714
UitspraakECLI:NL:CRVB:2012:BY3888
Artikel aanvragenVia Praktizijn