AB Rechtspraak Bestuursrecht

Uitgever Wolters Kluwer
Tijdschrift AB Rechtspraak Bestuursrecht
Datum 25-01-2014
Aflevering 5
TitelEuropees Hof voor de Rechten van de Mens, 17-09-2013, 9765/09
CiteertitelAB 2014/36
SamenvattingDiverse klachten over schending van het recht op eerlijk proces ex artikel 6 EVRM. Geschil over niet langer gedogen van een coffeeshop. Een gedoogbeschikking is geen burgerlijk 'recht' in de zin van artikel 6 EVRM. Die verdragsbepaling is daarom niet van toepassing. Klacht kennelijk ongegrond.
AnnotatorT. Barkhuysen , M.I. van Emmerik
Pagina235-239
UitspraakECLI:CE:ECHR:2013:0917JUD000976509
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelEuropees Hof voor de Rechten van de Mens, 22-10-2013, C-276/12
CiteertitelAB 2014/37
SamenvattingBelastingplichtige heeft geen procedurele rechten in het onderzoek ten behoeve van fiscale inlichtingenuitwisseling tussen lidstaten van de Unie. Recht van verdediging grijpt pas aan bij het opleggen van de aanslag, niet eerder.
AnnotatorL.E.C. Neve
Pagina239-248
LinkVolledige tekst uitspraak (EUR-Lex)
UitspraakECLI:CE:ECHR:2013:1022JUD000027612
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelHoge Raad, 04-12-2013, 20122251/1/A3
CiteertitelAB 2014/38
SamenvattingOntheffing Ffw; bijlage IV soort, dwingende reden van groot openbaar belang.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 27 juni 2008 heeft de minister aan de provincie Groningen ontheffing verleend van het bepaalde in de artikelen 9, 11 en 13, eerste lid, van de Flora- en faunawet (hierna: de Ffw) voor het vangen, bemachtigen of met het oog daarop opsporen van de libellensoort groene glazenmaker (Aeshna viridis), het beschadigen, vernielen, wegnemen of verstoren van voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de groene glazenmaker, en het vervoeren en onder zich hebben van de groene glazenmaker (hierna: de ontheffing).
AnnotatorW.R. van der Velde
Pagina248-256
UitspraakECLI:NL:RVS:2013:2231
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 23-10-2013, 201300858/1/A3
CiteertitelAB 2014/2014/39
SamenvattingWet Bibob. Weigering vergunning ten behoeve van de exploitatie van een horeca-inrichting.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 20 december 2011 heeft de burgemeester geweigerd aan [appellant] een exploitatievergunning te verlenen voor [horeca-inrichting] aan de [locatie] te Den Haag.
AnnotatorB. van der Vorm
Pagina257-263
UitspraakECLI:NL:RVS:2013:1647
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 16-10-2013, 201209738/1/A2
CiteertitelAB 2014/40
SamenvattingSubsidietender. Geen inzichtelijke motivering van puntentoekenning zonder overlegging van toelichting op beoordelingscriteria.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 27 januari 2011 heeft de staatssecretaris de aanvraag van de raad om een subsidie ingevolge de "Subsidieregeling ESF 2007-2013 (herzien)" (hierna: de Regeling) voor het project "Beter Beschermd 2.0" (hierna: het project) afgewezen.
AnnotatorC.J. Wolswinkel
Pagina263-269
UitspraakECLI:NL:RVS:2013:1521
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State, 24-07-2013, 201211308/1/A2
CiteertitelAB 2014/41
SamenvattingSubsidie
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 16 maart 2011 heeft het dagelijks bestuur aan BSW een exploitatiesubsidie van 116.000,00 (lees: 116.667,00) verleend.
AnnotatorF. Spijker , N. van Tamelen
Pagina269-272
UitspraakECLI:NL:RVS:2013:442
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelCentrale Raad van Beroep, 04-04-2013, 12/4739 AW
CiteertitelAB 2014/42
Samenvatting Beoordeling van aspirant rechters. Marginale toetsing. Finaliteit.
Samenvatting (Bron)In geding is het gehandhaafde besluit van verweerder om appellante niet voor te dragen voor benoeming tot rechter. Raad: Verweerder is er niet in geslaagd aannemelijk te maken dat het negatieve advies niet op onvoldoende gronden berust. Dit brengt mee dat het besluit niet door de daaraan ten grondslag gelegde motivering kan worden gedragen. Het bestreden besluit waarbij dat besluit is gehandhaafd, komt dus voor vernietiging in aanmerking. Een en ander wil overigens niet zeggen dat aannemelijk is geworden dat appellante uiteindelijk een niveau van functioneren heeft bereikt dat boven iedere twijfel is verheven. Gelet op het beschreven gebrek in de motivering van het bestreden besluit is echter ook het tegendeel niet in voldoende mate komen vast te staan. Gezien het tijdsverloop en het nu eenmaal niet beschikbaar zijn van verdere schriftelijke informatie over het functioneren van appellante in de verlengde opleidingsperiode, moet ervan uit worden gegaan dat het bedoelde gebrek niet meer kan worden hersteld. De Raad zal daarom zelf in de zaak voorzien en bepalen dat appellante in de gelegenheid wordt gesteld opnieuw een verlengde opleidingsperiode met een duur van vier maanden te doorlopen.
AnnotatorL.J.A. Damen
Pagina272-278
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:BZ6301
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelCentrale Raad van Beroep, 12-09-2013, 13-793 AW
CiteertitelAB 2014/43
SamenvattingBeoordeling van aspirant officier van justitie; tikkeltje te veel finaliteit?
Samenvatting (Bron)Bij besluit 1 heeft verweerder appellant de toegang tot zijn werkplek ontzegd voor de duur van het onderzoek naar vermoedelijke integriteitsbreuk. Bij besluit 2 heeft verweerder het voornemen uitgesproken om appellant uit zijn functie te ontheffen door zijn detachering en opleiding voortijdig te beëindigen en de benoeming tot plaatsvervangend OvJ in te trekken. Bij besluit 3 heeft verweerder de ontzegging van de toegang verder verlengd. Bij besluit 4 heeft verweerder appellant per direct ontheven uit zijn functie door de detachering en de opleiding tot OvJ voortijdig te beëindigen. De Raad onderschrijft het uitgangspunt van verweerder dat van een OvJ een hoge mate van waarheidslievendheid en betrouwbaarheid mag worden verwacht. Desondanks was er onvoldoende aanleiding om de opleiding voortijdig af te breken en te verhinderen dat appellant nog als OvJ zou optreden. Dat ontzegging van de toegang een te zwaar middel was, staat tussen partijen vast. De daartoe strekkende besluiten zijn om die reden door verweerder zelf herroepen. Omzetting in buitengewoon verlof is echter geen adequate manier om deze onterechte ontzegging te repareren. Er is niets naar voren gekomen op grond waarvan het onverantwoord zou zijn om appellant als OvJ te laten optreden. Het primaire besluit zal worden herroepen. De Raad zal appellant voor bepaalde tijd benoemen tot plaatsvervangend OvJ, ter voortzetting van zijn opleiding tot OvJ.
AnnotatorL.J.A. Damen
Pagina278-284
UitspraakECLI:NL:CRVB:2013:1748
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRechtbank 's-Gravenhage, 16-08-2013, AWB-13_6094
CiteertitelAB 2014/44
SamenvattingBewijslastverdeling. Schorsing last onder dwangsom Odfjell.
Samenvatting (Bron)Schorsing hangende bezwaarprocedure van dwangsom opgelegd aan Odfjell. Besluit berust op ondeugdelijke juridische grondslag. De lastgeving strekt verder dan de voorschriften mogelijk maken. Verweerder verbiedt Odfjell (alle) opslagtanks te gebruiken tenzij Odfjell heeft aangetoond dat zij geschikt zijn voor gebruik. Daarmee draait verweerder de zaken om. Verweerder kan Odfjell alleen gelasten tanks buiten bedrijf te stellen als verweerder heeft aangetoond dat de tanks niet geschikt zijn voor gebruik. Uit het ontbreken van inspectiegegevens in de administratie van Odfjell mag verweerder wel een bewijsvermoeden ontlenen dat een tank niet geschikt is voor gebruik. Pas als Odfjell dat vermoeden niet kan weerleggen mag verweerder gelasten die tank buiten gebruik te stellen.
AnnotatorA. van Rossem
Pagina284-290
UitspraakECLI:NL:RBDHA:2013:10469
Artikel aanvragenVia Praktizijn