Rubriek | Hof van Justitie EU |
---|---|
Titel | HvJ EU 05-03-2019, C-349/17 |
Citeertitel | JB 2019/92 |
Samenvatting | Prejudiciële verwijzing, Staatssteun, Algemene groepsvrijstellingsverordening, Verplichting voor nationale autoriteiten om onrechtmatige steun op eigen initiatief terug te vorderen, Bescherming van gewettigd vertrouwen, Verjaring, Uit structuurfonds medegefinancierde steun, Verplichting om rente te vorderen, Doeltreffendheidsbeginsel. |
Samenvatting (Bron) | Arrest van het Hof (Grote kamer) van 5 maart 2019.#Eesti Pagar AS tegen Ettevotluse Arendamise Sihtasutus en Majandus- ja Kommunikatsiooniministeerium.#Verzoek van Tallinna Ringkonnakohus om een prejudiciele beslissing.#Prejudiciele verwijzing - Staatssteun - Verordening (EG) nr. 800/2008 (Algemene groepsvrijstellingsverordening) - Artikel 8, lid 2 - Steun die een stimulerend effect heeft - Begrip ,begin van de werkzaamheden aan het project' - Bevoegdheden van de nationale autoriteiten - Onrechtmatige steun - Geen besluit van de Europese Commissie of geen beslissing van een nationale rechterlijke instantie - Verplichting voor nationale autoriteiten om onrechtmatige steun op eigen initiatief terug te vorderen - Rechtsgrondslag - Artikel 108, lid 3, VWEU - Algemeen Unierechtelijk beginsel van bescherming van gewettigd vertrouwen - Besluit van een bevoegde nationale autoriteit waarbij steun wordt toegekend met toepassing van verordening nr. 800/2008 - Kennis van omstandigheden waardoor de steunaanvraag niet in aanmerking kan worden genomen - Wekken van gewettigd vertrouwen - Geen - Verjaring - Uit een structuurfonds medegefinancierde steun - Toepasselijke regeling - Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 - Nationale regeling - Rente - Verplichting om rente te vorderen - Rechtsgrondslag - Artikel 108, lid 3, VWEU - Toepasselijke regeling - Nationale regeling - Doeltreffendheidsbeginsel.#Zaak C-349/17. |
Uitspraak | ECLI:EU:C:2019:172 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Hoge Raad |
---|---|
Titel | Hoge Raad 29-03-2019 |
Citeertitel | JB 2019/93 |
Samenvatting | Precariobelasting, Contractuele gedoogplicht, Zwaarwegende grond voor opzegging overeenkomst. |
Samenvatting (Bron) | Verbintenissenrecht. Opzegging door gemeente van langlopende overeenkomsten met netbeheerder. Is voor opzegging voldoende zwaarwegende grond vereist? Vormen opgegeven redenen, waaronder de wens tot precarioheffing, een zodanige voldoende zwaarwegende grond? HR 28 oktober 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ9854. Contractuele gedoogplicht jegens andere groepsmaatschappij dan waarvan precariobelasting wordt geheven. |
Uitspraak | ECLI:NL:HR:2019:446 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Raad van State |
---|---|
Titel | Raad van State 27-03-2019 |
Citeertitel | JB 2019/94 |
Samenvatting | Afwijzing aanvraag toekenning extra uren rechtsbijstand, Behandeling ter zitting, Afwezigheid gemachtigde, Geen schending fundamentele rechtsbeginselen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 13 juni 2017 heeft de raad een aanvraag van [appellant] om toekenning van extra uren rechtsbijstand ten behoeve van [belanghebbende] afgewezen. |
Annotator | J.H. Keinemans |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:937 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Raad van State 10-04-2019 |
---|---|
Citeertitel | JB 2019/95 |
Samenvatting | Subsidie, Huurschuld, Verrekening, Faillissement, Bestuursrechtelijke geldschuld, Wettelijk voorschrift, Publiekrechtelijke grondslag, Voorlichting rechtspraktijk. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 30 juni 2016 heeft het college de aan [kinderopvang en peuterspeelzalen] verleende subsidies peuterspeelzalenbeleid 2015, voor- en vroegschoolse educatie 2015 en Vliegende keep 2014 vastgesteld en daarbij bepaald dat het bedrag dat [kinderopvang] nog tegoed heeft wordt verrekend met een openstaande huurschuld van [kinderopvang] aan de gemeente Súdwest-Fryslân. |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1146 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Raad van State 17-04-2019 |
---|---|
Citeertitel | JB 2019/96 |
Samenvatting | Ambtelijke bezwaarschriftencommissie, Advies. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 1 november 2016 heeft het algemeen bestuur geweigerd aan [appellante] een omgevingsvergunning te verlenen voor het maken van een extra inspringing in het dak ter plaatse van de dakkapel op het perceel [locatie A] te Amsterdam. |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1247 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Raad van State 17-04-2019 |
---|---|
Citeertitel | JB 2019/97 |
Samenvatting | Intrekking Nederlanderschap,Ongewenstverklaring, Syrië-ganger, Aansluiting bij terroristische organisatie in buitenland, Toepasselijkheid Unierecht, Geen terugwerkende kracht wetswijziging, Kennisgevingsprocedure, Rechtsbescherming, Hoor en wederhoor, Vertegenwoordiging in rechte, Rechtszekerheid. |
Samenvatting (Bron) | Bij onderscheiden besluiten van 11 september 2017 heeft de staatssecretaris het Nederlanderschap van [appellant sub 2] ingetrokken en hem ongewenst verklaard. |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:990 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Raad van State 24-04-2019 |
---|---|
Citeertitel | JB 2019/98 |
Samenvatting | Ongeldigverklaring van rijbewijs, Alcoholmisbruik, Psychiatrische rapportage, Contra-expertise, Onafhankelijk deskundige benoemd, Beoordelen van psychiatrische rapporten ten behoeve van CBR-keuringen. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 13 juli 2016 heeft het CBR het rijbewijs van [wederpartij] vanaf 20 juli 2016 ongeldig verklaard. |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1339 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Raad van State 24-04-2019 |
---|---|
Citeertitel | JB 2019/99 |
Samenvatting | Gedoogbeslissing, Persoonsgebonden gedoogbeslissing, Besluitkarakter, Conclusie staatsraad advocaat-generaal, Wijziging jurisprudentie, Rechtsbescherming. |
Samenvatting (Bron) | Op 6 juni 2016 heeft het college een persoonsgebonden gedoogbeslissing genomen voor een bouwwerk op het perceel van [appellant] aan [locatie] te Hoogeloon (hierna: het perceel). |
Annotator | L.J.M. Timmermans |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1356 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Raad van State 24-04-2019 |
---|---|
Citeertitel | JB 2019/100 |
Samenvatting | Subsidie. Electrisch voertuig. Tenaamstelling. |
Samenvatting (Bron) | Bij besluit van 14 februari 2017 heeft het college de subsidie voor de aanschaf van een elektrisch voertuig door [wederpartij] vastgesteld op nihil. |
Uitspraak | ECLI:NL:RVS:2019:1335 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Centrale Raad van Beroep |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 05-03-2019 |
Citeertitel | JB 2019/101 |
Samenvatting | Pgb-besluit, Belanghebbende, Zorgcentrum als belanghebbende, Eigen zelfstandig belang, Financiële gevolgen. |
Samenvatting (Bron) | In navolging van de conclusie van de raadsheer advocaat-generaal van 7 november 2018, [ECLI:NL:CRVB:2018:3474], komt de grote kamer tot de slotsom dat appellante een eigen zelfstandig belang heeft bij het besluit omdat aannemelijk is dat zij in haar vermogenspositie wordt geraakt. Zij heeft bovendien voldoende belang bij een oordeel over de uitspraak van de rechtbank, omdat aannemelijk is dat zij als gevolg van het besluit schade lijdt. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2019:669 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Rubriek | Centrale Raad van Beroep |
---|---|
Titel | Centrale Raad van Beroep 02-04-2019 |
Citeertitel | JB 2019/102 |
Samenvatting | Gefaseerde besluitvorming op bezwaar, Strijd met verplichting tot volledige heroverweging en het nemen van een besluit op bezwaar in één besluit, Laatste besluit op bezwaar bepalend voor de vraag of tijdig op bezwaar beslist is, Dwangsom. |
Samenvatting (Bron) | Bijstand ten onrechte afgestemd op lager bedrag vanwege ontvangen levensmiddelen, mee-eten en tankgeld. Er is sprake van een gefaseerde wijze van besluitvorming. Bij het eerste besluit op bezwaar is ten aanzien van de terugvordering aangekondigd dat een aanvullend besluit op bezwaar zal worden genomen. Het laatste besluit op bezwaar is bepalend voor de vraag of tijdig op het bezwaar is beslist. College heeft maximale dwangsom verbeurd. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2019:1234 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Centrale Raad van Beroep 02-04-2019 |
---|---|
Citeertitel | JB 2019/103 |
Samenvatting | Bewijs indienen aanvraag, Niet aannemelijk gemaakt dat aanvraag is ingediend, Beschreven administratie verzending geen toereikende waarborg. |
Samenvatting (Bron) | Afgewezen dwangsom. Niet aannemelijk gemaakt dat aanvraag is ingediend. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2019:1236 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |
Titel | Centrale Raad van Beroep 04-04-2019 |
---|---|
Citeertitel | JB 2019/104 |
Samenvatting | Tijdigheid beroep, Geen deugdelijke verzendadministratie, Ontbrekend of onleesbaar poststempel bij via TNT Post verzonden poststuk, Bezorging ter post. |
Samenvatting (Bron) | Er is aanleiding te betwijfelen dat de bestreden besluiten, gedateerd 16 februari 2017, ook op 16 februari 2017 zijn verzonden. Wel ontvangen op 18 februari 2017. De beroepstermijn is gaan lopen op 18 februari 2017 en eindigde op vrijdag 31 maart 2017. Het beroepschrift is gedateerd 29 maart 2017 en is op dinsdag 4 april 2017, twee werkdagen na de laatste dag van de beroepstermijn, door de rechtbank ontvangen. Onleesbaar poststempel. Het beroepschrift wordt geacht tijdig ter post te zijn bezorgd. Er zijn geen feiten bekend op grond waarvan het aannemelijk is dat het later ter post is bezorgd. De rechtbank heeft de beroepen ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard. |
Uitspraak | ECLI:NL:CRVB:2019:1213 |
Artikel aanvragen | Via Praktizijn |