AB Rechtspraak Bestuursrecht

Uitgever Wolters Kluwer
Tijdschrift AB Rechtspraak Bestuursrecht
Datum 20-10-2021
Aflevering 38
RubriekHof van Justitie van de Europese Unie
TitelHvJ EU 09-09-2021, C-18/20
CiteertitelAB 2021/290
SamenvattingOpvolgend asielverzoek. Bundesamt für Fremdenwesen und Asyl (Demande ultérieure de protection internationale).
Samenvatting (Bron)Arrest van het Hof (Derde kamer) van 9 september 2021.#XY tegen Bundesamt f?r Fremdenwesen und Asyl.#Verzoek van Verwaltungsgerichtshof om een prejudici?le beslissing.#Prejudici?le verwijzing - Grenscontroles, asiel en immigratie - Asielbeleid - Gemeenschappelijke procedures voor de toekenning en intrekking van internationale bescherming - Richtlijn 2013/32/EU - Artikel 40 - Volgend verzoek - Nieuwe elementen of bevindingen - Begrip - Omstandigheden die reeds bestonden v??r de definitieve be?indiging van een procedure die betrekking heeft op een vorig verzoek om internationale bescherming - Gezag van gewijsde - Eigen toedoen van de verzoeker.#Zaak C-18/20.
AnnotatorA.M. Reneman
UitspraakECLI:EU:C:2021:710
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekAfdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
TitelRaad van State 07-07-2021
CiteertitelAB 2021/291
SamenvattingGeen onttrekken van grondwater.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 13 november 2018 heeft het college van dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier een verzoek van [appellant sub 1] en anderen om handhaving afgewezen. [appellant sub 1] en anderen zijn bloembollenkwekers in de Koegraspolder bij Julianadorp. Zij hebben op 26 september 2018 verzocht om handhavend optreden wegens het door de gemeente Den Helder zonder watervergunning aanbrengen en gebruiken van 1.200 verticale drains. Deze drains houden verband met de in opdracht van de gemeente in 2018 aangelegde weg Noorderhaaks, die ten noorden van Julianadorp door de Koegraspolder loopt. [appellant sub 1] en anderen stellen dat het zoute water dat door de verticale drains boven komt, schadelijke effecten heeft op de kwaliteit van het oppervlaktewater in de Koegraspolder en dus slecht is voor hun bollenteelt. Bij besluit van 13 november 2018 heeft het college het verzoek afgewezen.
AnnotatorF.A.G. Groothuijse
UitspraakECLI:NL:RVS:2021:1464
Artikel aanvragenVia Praktizijn
TitelRaad van State 03-02-2021
CiteertitelAB 2021/292
SamenvattingGeen ruimte voor een belangenafweging in Unierecht.
Samenvatting (Bron)Bij besluit van 20 maart 2017 heeft het college van gedeputeerde staten van Gelderland de subsidie voor het project 'Multitooltrac' nader vastgesteld op een bedrag van in totaal € 425.549,09 en het verschil met de eerder vastgestelde subsidie van in totaal € 37.444,07 teruggevorderd. Bij afzonderlijk besluit van 20 maart 2017 heeft het college de subsidie voor het project ‘MTT: And Now Full Electric’ vastgesteld op een bedrag van in totaal € 355.326,00. De correctie voor [appellante] betreft € 56.455,00 aan interne loonkosten, omdat [appellante] over de periode december 2012 - december 2013 en september 2014 uren dubbel heeft gedeclareerd. De voor het project MTT verleende subsidie is op grond van artikel 4:46, tweede lid, aanhef en onder a, van de Awb lager vastgesteld op een bedrag van in totaal € 355.326,00. De correctie voor [appellante] betreft € 28.951,20 aan niet subsidiabele kosten. [appellante] is het niet eens met de wijziging van de subsidievaststelling.
AnnotatorJ.E. van den Brink
UitspraakECLI:NL:RVS:2021:215
Artikel aanvragenVia Praktizijn
RubriekCollege van Beroep voor het bedrijfsleven
TitelCollege van Beroep voor het bedrijfsleven 27-07-2021
CiteertitelAB 2021/293
SamenvattingBoete. Ne bis in idem.
Samenvatting (Bron)Wet dieren; bestuurlijke boetes; hoger beroep. Appellante heeft er niet op toegezien dat de pluimveemest tijdens het vervoer vergezeld ging van gezondheidscertificaten waarop de vereiste informatie stond. Daarnaast is appellante beboet voor het niet rechtstreeks vervoeren van onverwerkte mest naar het agrarisch bedrijf van bestemming. Geen schending van het ne bis in idem-beginsel. Het College ziet onvoldoende aanleiding om de boetes te matigen wegens een overschrijding van de beslistermijn uit artikel 5:51, eerste lid, van de Awb. De nota, die verweerder desgevraagd heeft overgelegd, is niet van toepassing bij boetes op grond van de Wet dieren. Dat door een vergissing van de chauffeur de informatie op het gezondheidscertificaat niet overeenkwam met de lading, is evenmin een reden om de boete te matigen. Appellante is hiervoor ten volle verantwoordelijk. De boetes worden wel gematigd vanwege een overschrijding van de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6 van het EVRM.
AnnotatorR.P.A. Kraaijeveld , C.M.M. van Mil
LinkVolledige tekst annotatie (Hekkelman.nl)
UitspraakECLI:NL:CBB:2021:794
Artikel aanvragenVia Praktizijn