De kantonrechter kan een billijke vergoeding toekennen in drie situaties waarin sprake is van een discriminatoir ontslag:
1. bij eenzijdige opzegging door de werkgever in strijd met een discriminatieverbod;
2. bij een ontbinding van de arbeidsovereenkomst (op werknemers- óf werkgeversverzoek) in strijd met een discriminatieverbod, of
3. als de werkgever een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd niet voortzet in strijd met een discriminatieverbod.
In deze bijdrage analyseren Phinney Disseldorp en Jeanne Leeman de rechtspraak over dit onderwerp. Veruit de meeste uitspraken (12 van de 18) zagen op het niet verlengen van een tijdelijke arbeidsovereenkomst. Viermaal ging het om een opzegging tijdens de proeftijd, één keer om een ontslag op staande voet en één keer om een opzegging na twee jaar ziekte. De meeste uitspraken zagen op een onderscheid naar geslacht (veelal zwangerschap, 10 van de 18 uitspraken). In 6 gevallen ging het om ontslag wegens handicap of chronische ziekte en 2 zaken draaiden om een verboden onderscheid naar politieke gezindheid.